Column | Lichtpuntentaboe

De eerste dag van januari liep ik in het park en luisterde naar Radio 1. Er werd een optimistisch programma aangekondigd. Iets met lichtpunten. Een week eerder, rond Kerst, hadden ze op dezelfde zender ook al iets met lichtpunten gedaan. Ik had toen net de documentaire Over bevolking gezien. De boodschap daarin was: er zijn te veel mensen op de planeet, we groeien exponentieel en het is taboe om het dimmen met de voortplanting te propageren. Bij de kerstuitzending op Radio 1 konden luisteraars inbellen over hun lichtpunten. Binnen het uur werden kleinkinderen vier keer geroemd. De lichtpunten kwamen me allang mijn neus uit en toen moest het programma van 1 januari nog beginnen.

Onder de optimisten in de studio zat een klimaatwetenschapper. Als een klimaatwetenschapper anno 2025 opkomt om optimistische praatjes te houden, kun je hem net zo goed introduceren als cabaretier. Dat gebeurde niet. Wel werd aangestipt dat 2024 het heetste jaar ooit was, er meer hittegolven waren, langere droogtes en we klimaatontkenners in de regering hebben. Gelukkig zijn we ons daar allemaal veel meer van bewust. Dat was een lichtpunt.

„Er wordt ook meer olie opgepompt”, zei ik, maar de radio luisterde niet. Klimaatoptimisten zijn gif. Ze maken elkaar en ons wijs dat het allemaal goedkomt. Dat de mensheid, vooral het deel in het rijke Westen, zo door kan blijven kachelen – als we dat maar bewust doen. Bewuste vliegvakanties, bewuste nieuwe auto’s en bewust dieren eten, in plaats van dat onbewuste gerommel. In de studio bezongen de optimisten, in de strijd tegen klimaatverandering, sustainability coordinators bij films, het aanbod van kringloopwinkels, waterzakken en Europese plannen voor over tig jaar.

‘Plantaardig eten!” riep ik naar de bomen. Dat zien klimaatoptimisten nou nooit eens als lichtpuntje: dat het zo simpel is. Dat de grootste impact die je kunt maken op je rottige voetafdruk binnen handbereik ligt, op je bord, op je boodschappenlijstje. Dat we kunnen tegengaan dat de planeet onleefbaar wordt voor mensen door geen miljarden dieren te fokken om ze op te eten. Het enige wat de klimaatoptimist hoeft te doen, is leren koken met andere ingrediënten.

Een heel panelenapparaat het dak op sleuren, weegt amper op tegen het verschil dat je maakt door met de bewoners daaronder plantaardig te gaan eten. Veganisme is het taboe onder klimaatoptimisten. Door de lichtpunten in de studio werd er met geen woord over gerept. Wel waren er bellers. Een daarvan zag een lichtpunt in het aankomende kleinkind. Het lichtpunt daarna ging dit jaar naar Australië. Ik vloekte door het park en zocht een vuilnisbak die niet opgeblazen was om ertegen te schoppen. In programma’s van een nieuwszender zou optimisme met voorbedachten rade verboden moeten worden. Opgedrongen lichtpunten zijn daar puur duisternis.

Carolina Trujillo is schrijfster.