Column | Ik wil de shock niet missen

De voorstelling was tweemaal te zien, in de schouwburg in Amsterdam: Love to Death van Lemi Ponifasio. Lemi wie? Nooit van gehoord. Maar ik ging en ik werd overspoeld door een overweldigend theaterstuk, gedragen door twee Chileense vrouwen, de ene een inheemse zangeres en componiste, de andere een eigengereide flamencodanseres. Ook al choqueert hun heftige theatrale suggestie van het wrede regime van dictator Pinochet me, ik had dit niet willen missen. Wat ik wel had willen missen is de e-mail die me van tevoren waarschuwde voor „luid geluid” en voor „naakt”. Ik kon dus nog terug, terwijl ik er nog heen moest!

Ook op het Rotterdamse filmfestival IFFR wordt bij voorbaat alarm geslagen. Daar belooft een dia voor aanvang van de screenings dat er opvangpersonen paraat staan voor wie in geestelijke nood raakte door de vertoonde film. Dat vind ik nogal overdreven. Meteen erna denk ik: wat geeft het? Als er nou mensen zijn die bang zijn voor bang zijn, die zich snel onveilig wanen, en die daarom prijs stellen op schrik-informatie, laat ze. Wees ruimhartig, gun ze de waarschuwing.

Maar toch. Zulke waarschuwingen zijn niet onschuldig. Ze ondermijnen de kunst.

Ik zag Orlando, een legendarische film uit 1992, opnieuw uitgebracht. Hij is nog beter dan ik me herinnerde, en ik vond ’m al zo mooi. Trouwens, er zit een beeld van een frontaal naakte Tilda Swinton in. Wordt daarvoor gewaarschuwd? Nee, en ik hoop dat de filmtheaters zich niet gek laten maken en daartoe overgaan, want dat zou een superieur moment verdacht maken. Of neem het beklemmende verhaal in deze krant over de Hitler-marionet, een creatie van de vader van poppenspeler Frank Oz. Het is een choquerende pop, mensen kunnen ervan schrikken. Maar een waarschuwing om ze dat te besparen zou de postume belediging zijn van een aan Hitlers nazi’s ontsnapte Joodse Nederlander.

Lemi Ponifasio, ‘Love to Death’
Foto Alex Waghorn

Ik zit in de schouwburg en onderga de dreun in het donker waarmee Lemi Ponifasio’s Love to Death begint. Ik had er niet voor gewaarschuwd willen zijn, de schrik hoort bij het stuk. En nu ik zie hoe een van de vrouwen haar kleren verliest, vind ik de waarschuwing voor haar naakt ronduit onheus. Haar lichaam suggereert geen voyeurisme en geen seks, wel machteloosheid, geweld, dood. En wederopstanding, dat ook: uit dat lichaam groeit een boom. Dat klinkt mystiek, het oogt bijna praktisch – en wie daar aanstoot aan neemt doet zichzelf gruwelijk tekort.

Hoe beter de kunst, des te groter het risico dat je overeind schiet. Wil je dat niet, neem dan een kat en laat je kopjes geven door een quasi-kunstwerkje van vacht en bloed. Ga een voorstelling aan, een film, een concert, een museum, een gedicht of roman en je levert je uit. Dat eist soms tranen, soms drift, soms een onbedaarlijke slappe lach. En moed, dat sowieso. Want goeie kunst doet dingen waar je niet op verdacht was.