Column | Idealen en innovaties die de rechtsstaat in 2025 versterken

Waar valt in 2025 hoop uit te putten? Deze stukjes waren afgelopen jaar immers niet altijd écht om te lachen. We kijken naar een wankel kabinet dat zich eerst op een ‘rechtsstaatverklaring’ moest verenigen, voordat de deelnemers met elkaar een regeerakkoord aandurfden. Waarna toch een greep naar het noodrecht werd gedaan, zodat de Staten-Generaal konden worden gepasseerd. Zonder resultaat, gelukkig.

Ik schreef over hardnekkige ongelijkheid in het strafrecht, een kabinet dat wil ‘onderzoeken’ of je antisemitisme met discriminatie kan bestrijden, Big Tech dat journalistieke inhoud actief verdringt, over tien oorvijgen van de Staatscommissie Rechtsstaat na ‘Groningen’ en ‘Toeslagen’. Die doken als verbetervoorstellen voor de relatie burger-overheid in het regeerakkoord op, met dank aan NSC. Wat ook weer hoop biedt. Als dit kabinet tenminste ooit tot zaken komt.

Er zijn dus ook lichtpuntjes. Ik kwam deze zomer optimistisch terug van een coöperatie van sociale advocaten in Den Haag. Hoera, sociale rechtshulp is niet dood! Deze bleken op één kantoorgang zelfstandig en rendabel te kunnen zijn en tegelijk in staat tot specialiseren en samenwerken. Komend jaar wil ik op bezoek bij de rechtbank Noord-Holland. Daar wordt in een pilot een digitale ‘verkenner’ aangeboden die burgers in staat stelt hun juridische (woon)problemen zelf te taxeren, met vonnissen in vergelijkbare zaken. Waarna de rechtbank de weg wijst naar oplossingen. Zónder externe rechtshulp, maar eventueel met een ‘zaakbegeleider’ van de rechtbank. Een uitspraak ‘kan’, maar ‘als het echt nodig is’. Dit is een substantiële drempelverlager. En een doorbraak.

De rechtsstaat drijft op idealisme en engagement van individuen met hart voor de democratie, die durven innoveren. De rechtsstaat lijkt zo ongeveer het enige kader van normen en leefregels dat we nog gemeenschappelijk hebben. Scheidend strafrechter Elianne van Rens schetste dit jaar de downside van de postmoderne samenleving, die zich voor haar hekje manifesteerde. Daar is de ‘dikke ik’ dominant. Een type zonder benul van grenzen, grof, zowel op de ‘socials’ als op straat. ‘Korte lontjes’ die niet weten wanneer ze zwijgen moeten. Maar een upside is er ook.

Eerder deze maand stapte ik nieuwsgierig bij een kantoor in de schaduw van de Amsterdamse Zuidas binnen. Daar zaten een paar (jonge) juristen, op een verder nog geheel lege etage. De twee initiatiefnemers gaven er beter betaalde banen en partnerschappen aan de Zuidas voor op. Ze begonnen op de zakelijke markt een coöperatie met salarisplafonds en stemrecht, ook voor niet-eigenaren, waardoor winstoogmerk niet per definitie dominant is. Steward-owned is de vakterm. Als alleen winst het doel is, werkt dat corrumperend, menen ze. Zij vinden hun missie het belangrijkst. De transitie naar een milieuvriendelijker toekomst voor bedrijven sneller mogelijk helpen maken, is hun idee. En dus niet langzamer, waar het gros van de juridische dienstverleners nu meestal aan meewerkt. New Paradigm lijkt een zusje van het Britse ‘Gen R Law’, een milieurechtkantoor dat ook eigen klimaatambities heeft.

Milieu is volgens deze advocaten te vaak een ‘vinkje’, een van de eisen waar een bedrijf aan moet voldoen, een risico dat het wil vermijden. Maar geen serieuze factor die in de langetermijnplanning thuis hoort. Deze advocaten willen hun zakelijke cliënten helpen met omdenken. En wel zo dat klimaat en milieu „volwassen mee doen in de beleidsafwegingen”. De pitch is dat bedrijven op lange termijn succesvoller zijn als ze de milieuproblemen nu te lijf gaan. Dat ze de moed opbrengen om twintig jaar vooruit te kijken. Wat echt iets anders is dan met juristen de risico’s van vandaag zoveel mogelijk op afstand proberen te houden.

Samengevat: wil je compliant zijn of resilient? Het is typisch Zuidas-jargon van juristen die geen consultant willen zijn, á la Deloitte, of een actiegroep, als Greenpeace. Maar wel met een aangescherpt ethisch kader werken. Ze willen ‘handreiker’ zijn, maar ook als breekijzer durven fungeren. Kijken waar ze met het recht in de hand beweging in de goede richting kunnen veroorzaken.

Waar komt hun motivatie vandaan? De initiatiefnemers zijn jonge ouders, die de wereld waarin ze hun kinderen neerzetten willen verbeteren. De tijd dringt en daarom heeft hun juridische ‘dienstbaarheid’ voortaan grenzen. En ze zien de vraag aankomen van hún kinderen. Wat heb jij eraan gedaan?

Folkert Jensma is jurist en journalist en schrijft om de week op maandag.