Column | Horrorfilms worden steeds populairder, hoe kan dat?

Horror roept zelden een genuanceerde reactie op. Dat merkte ik toen ik afgelopen week aan de eettafel tegen vrienden begon over Smile 2. Een deel van het gezelschap reageerde likkebaardend op het idee van een griezelfilm over een demon die mensen met een grote glimlach zelfmoord doet plegen. Een ander deel kreeg al nachtmerries van de plotbeschrijving en schudde kermend het hoofd. Je hebt horrorabstinenten en bloeddorstigen en er zit weinig tussenin.

Maar de laatste jaren groeit die laatste groep, bleek twee weken geleden uit een onderzoek van Bloomberg. De bioscoopopbrengsten van verschillende filmgenres in 2023 werden vergeleken met tien jaar eerder. Waar comedy’s 31 procent minder opbrengen dan in 2013, en thrillers zelfs 59 procent, bleek dat de opbrengsten van horror met ruim 70 procent zijn gegroeid. Geen enkel ander onderzocht genre maakte een groei door: zelfs actie kromp met 1 procent.

Horror was traditioneel een nichegenre, dat 15 jaar geleden zo’n 4 procent van de ticketverkoop in Amerika vertegenwoordigde. Nu is dat dat doorgaans meer dan 10 procent. En groeiende. Ook het aantal horrorfilms in de bioscoop groeit. Betrouwbare percentages ontbreken, maar elke schatting, van Wikipedia, B-streamingdiensten als Reveel, of filmnerds op blogs, wijst op een toename.

Het is een nieuwe gouden gans voor Hollywood. Productiebudgetten zijn laag, opbrengsten relatief hoog. Robothorror M3GAN bracht vorig jaar wereldwijd 180 miljoen op met een productiebudget van 12 miljoen: een vertienvoudiging. Dat gebeurt vaker: The Conjuring, The NunGet Out ging zelfs zo’n vijftig keer over de kop. Horrorfilms brengen nooit miljarden op, zoals superheldenfilms of Star Wars, maar de winstmarge is enorm. Mensen komen voor de angst, niet voor dure effecten of sterren.

Waarom gaan er plots meer mensen naar horror dan voorheen? Een deel van de verklaring is dat horror een collectieve ervaring is. Door streaming scoren drama’s, detectives en thrillers minder goed in de bioscoop: die kun je comfortabel thuiskijken. Naar de bioscoop ga je voor een evenement: iets wat je niet thuis kunt beleven. Dat geldt voor horror. De zaal voegt iets toe aan de ervaring. Horror in een zaal is bijna een kunstinstallatie op zich: driehonderd mensen die periodiek schreeuwen in doodsangst, gevolgd door lachsalvo’s: om anderen uit te lachen, en de schrik te verdrijven. Horror, in je eentje, thuis? Dat is voor cinefielen en sociopaten in nieuwbouwhuizen zonder krakende raamkozijnen.

Een andere reden is dat horror de laatste jaren gewoon heel goed is. Het zijn niet meer, zoals twintig jaar geleden, vooral spoken die met keukenkastjes slaan, zwaardslingerende gekken met salamigezichten en Japanse wraakgeesten. Get Out gebruikte horror om racisme voelbaar te maken. Hereditary vertaalde rouw en genetica in angst. X deed dat met seksuele onderdrukking en de angst voor ouderdom. Op zijn best roert horror met een heksenvinger in je oerangsten. Dát is ‘kunst die opschudt’. Steeds meer mensen wagen dus een poging, ook al lopen ze dan het risico anderhalf uur naar hun bovenbenen te moeten kijken. Vooral onder Gen Z is horror populair, ontdekte Bloomberg, mede door succesvolle marketing op social media. 66 procent keek een horrorfilm in 2022, tegenover 6 procent van de babyboomers. De toekomst is vol horror, maar misschien voor eens op een goede manier.