Column | Drie bloempotten tegen de stoepfietsers

Drie bloempotten, een tafeltje en een mat. „Kijk, hier stonden ze. Over de breedte van” – Harm Ottenhoff (59) wijst vanuit zijn voortuintje naar de stoep en telt – „twee, vier, zes tegels. En je kon er nog steeds langs, maar niet meer met zo’n rotgang.”

Hij had ze er zelf neergezet. In oktober, toen-ie het stoepfietsen voor z’n deur zat was en de gemeente, hij woont in Hoofddorp, geen sjoege gaf. „Ik zei: Jongens, doe iets, want het gaat een keer mis. Ik heb twee bullen (terriërs, red.) en een shih tzu, een oudje. Die is blind en doof en als die naar buiten loopt…”

Blik naar links: „En die mevrouw hiernaast is ruim negentig. En daarnaast woont een autistische jongen. En daarnaast eentje met een scootmobiel. En die op het hoekje zit de hele dag achter het raam.”

Kwetsbare mensen, die er ook last van hebben, meent Ottenhoff, maar er niks van durven zeggen. „Hier, gisteravond” – hij pakt z’n telefoon erbij en toont de tweewielers die vanaf de openbare weg voorlangs over de stoep richting winkelcentrum snellen. 17.02 uur: „Twee fietsers.” 18.28 uur: „Motorfiets.” 19.16 uur: „Tatadaah…” Ottenhoff zat gisteren op de camping in Leimuiden en kreeg de beelden binnen via de bewegingscensor van zijn deurbelcamera. „Hier, fatbikies. En hier, de achterbuurvrouw.”

Die laatste knalde onlangs op een stel lege dozen toen hij daarmee naar z’n bus liep. ‘Je duwt me van m’n fiets’, riep ze. Maar nee, hij gaat niet aan de kant. „Geen centimeter.” Al 28 jaar fietst ze deze route, wierp ze tegen, en met de vorige bewoner was het nooit een punt. „Nou, met mij wel.” Ottenhof, die er nu vijf jaar woont, is resoluut. „That’s life.”

Tijdens het gedonder had de buurvrouw, die van de scootmobiel, de gordijnen gesloten en de tv hard aangezet. „‘Ik wil dit allemaal niet horen’, zei ze later. ‘Ik woon hier al zo lang.’ Maar ik zeg: ‘Hannie, als zij jou voor je kloten rijdt, heb je echt een probleem’.”

Ottenhoff trekt z’n muil wel open. Hij is de kleinste niet. En in Amsterdam waar hij vandaan komt en een motorgarage runt, overgenomen van z’n vader, zijn ze dat gewend. „Waarom zou je je mond houden? Je hebt er toch één gekregen?” Stoepfietsen vond hij bovendien altijd al „bloedirritant”. Levensgevaarlijk ook. „Fietsers denken dat ze de hele wereld hebben.”

Vandaar die bloempotten.

Maar de gemeente was het er niet mee eens. „Voorwerpen op een openbare plaats verwijderen”, stond in een brief die hij in januari ontving. Op straffe van een dwangsom van 1.500 euro. Maar Ottenhoff weigerde: „ Zet liever zo’n paal in de grond met een blauw bord erop: voetpad.”

Zes dagen lang fotografeerden toezichthouders de drie bloempotten, het tafeltje en de mat en in maart kreeg hij de volle dwangsom opgelegd. De kwestie haalde het lokale nieuws, belandde ook even in de gemeenteraad, iemand begon een online crowdfunding – nu 2.627 euro opgehaald, „geef ik aan een kinderkankerfonds” – en hij wacht nog op de uitspraak van een commissie die zich vorige week over de rechtsgeldigheid van de dwangsom boog.

De bloempotten en het tafeltje heeft Ottenhoff terug in z’n voortuin gezet, „omdat ik nu vooral op de camping zit”. Wijzend: „Maar de mat ligt er nog”.

Freek Schravesande doet elke donderdag ergens vanuit Nederland verslag.