Column | Drie ballen als oordeel voor een boek – dat zegt helemaal niets

Stine Jensen

Even dacht ik per ongeluk een oude krant te lezen, toen ik afgelopen week vernam dat de ballen/sterrenbeoordeling bij de boekenrecensies in de Volkskrant verdwijnt. Was dat niet rijkelijk laat, nadat de discussie in 2007(!) erover oplaaide toen de sterren in die krant werden ingevoerd? Had de kritiek inmiddels niet urgentere problemen – zoals het lezen überhaupt?

Mogelijk, maar ik ben er nog steeds vrolijk van. Want het schrappen van ballen bij recensies is een eerste gunstige teken van de reanimatie van de kritiek. Het beoefenen van literaire en culturele kritiek is van vitaal belang en ballen en sterren ondermijnen het debat.

Ik heb jarenlang boeken voor deze krant gerecenseerd. Op het moment dat de ballen kwamen (bij NRC in 2012), begon het reduceren. De ‘drie ballen’-optie was doorgaans de nietszeggende uitkomst als je bepaalde dingen goed vond, en andere dingen wat minder. Ballen corrumpeerden mij als recensent, want ik ging mij verplaatsen in de consument: wilde ik dat ze het boek zouden kopen?

Er veranderde ook iets in hoe ik kritieken las. Mijn oog dwaalde meteen naar het aantal ballen, steeds vaker sloeg ik het stuk over. De ballenbeoordeling trekt de aandacht dus weg, sluit af, in plaats van een debat te openen. Als twee kranten uiteenliepen (de ene krant twee, de andere krant vier), dan bleek dat niet een aansporing om beide stukken goed te lezen, maar leidde het eerder tot smaakrelativering: ach, de een vindt dit, de ander dat.

Kortom, als recensies verworden tot een ballenoordeel, gaat er iets verloren. In zijn rede De vrede graast zonder genade. Over literaire kritiek (2001) vat filosoof Maarten Doorman het kernachtig samen: „Wanneer de kritiek ontbreekt wordt receptie van kunst consumptie.”

Cultuur is geen ballensport. Er komt een esthetisch oordeel aan te pas. Praten en denken over schoonheid vergt scholing en oefening. Gesprekken over schoonheid gaan over ambivalentie, meerduidigheid en interpretatie en dat laat zich niet in een bal duwen. Wie zijn oordeel onder woorden brengt, onderzoekt zijn of haar waardensysteem: wat is van belang?

Gelukkig lijken we het snelle consumentistische oordelen ook op andere terreinen steeds meer beu. Sinds een paar weken is de kijkcijfergekte in Hilversum aan banden gelegd; kijkcijfers van televisieprogramma’s zijn nu pas na een week beschikbaar. Nou zijn kijkcijfers het resultaat van consumentengedrag, maar ze sturen beleidsmakers en maken kwantificering leidend maken voor programmering.

Ons mentale welzijn gaat ten onder in een cultuur van permanente beoordelingen

Dat geldt ook voor de sturende werking van de potsierlijke rapportcijfers voor politici, koning en kabinetten met grafiekjes en al. Ik citeer de tamelijk nietszeggende uitleg bij recente ‘rapportcijfers’, voortkomend uit onderzoek van I&O: „Nu vrijwel alle lijsttrekkers bekend zijn, valt op hoezeer Pieter Omtzigt gewaardeerd wordt door de kiezers. Met een 7,7 gemiddeld komt hij een vol punt hoger uit dan de nummers 2. Frans Timmermans komt met een 5,5 in de middenmoot. […] NSC-kiezers geven hem een 4,7, BBB-kiezers een 3,2 en PVV-kiezers een 2,3.”

Zijn er ook mensen die de kijkcijfers, sterren en rapportcijfers gaan missen? Jazeker: Henny Huisman. Zijn humeur, zo bleek uit een artikel in de Volkskrant, was ervan afhankelijk – „Ik vind mijn kinderen nog leuker met hoge kijkcijfers.” Dank, Henny, meteen nog een reden om ogenblikkelijk met al die nonsens te stoppen: ons mentale welzijn gaat ten onder in een cultuur van permanente beoordelingen. Schopenhauer zei het fraai: „Andermans hoofd is een waardeloze plek om als zetel voor waar geluk te dienen.”

Lees ook: Simplificatie of vingerwijzing? Twistgesprek over ballen bij recensies

Moeten we besprekingen van films, muziek en theater ook ontdoen van de ballen? Nu lijkt het immers of boeken net wat heiliger zijn, alsof gelaagdheid niet voor andere kunstdisciplines zou gelden. Dat is niet zo. Er zijn films waarbij het lastig is om ballen uit te delen, maar waarbij debat over de film van vitaal belang is. Ik denk aan Tár of Barbie – en deze week zag ik Anatomy of a Fall (een geweldige film met een ietwat onsympathieke biseksuele vrouw in de hoofdrol): die smeekt om een levendige uitwisseling van interpretaties en standpunten. Dus ja: schaf ballen voor films, muziek en theater ook af.

Ik zie het zonnig in. Moge de trend doorzetten en ook deze krant rap volgen. Eerlijkheidshalve moet ik nog wél de kleine lettertjes vermelden. In het begeleidende hoofdredactionele commentaar van de Volkskrant blijkt het verdwijnen van de sterren een bibberig besluit. Het gaat om een proeftijd van een jaar. Maar vooruit – hoera! – moge dit het jaar worden van de criticus op vrije voeten, van de brede reanimatie van de culturele kritiek.

Stine Jensen is filosoof en schrijver. Ze schrijft om de week een column op deze plek.

Praat mee over dit onderwerp en stuur een brief!

Wilt u reageren op een artikel? Stuur via dit formulier een brief (maximaal 250 woorden) naar de opinieredactie van NRC.

Als uw brief gepubliceerd wordt, dan nemen we per e-mail contact met u op. Anonieme brieven en brieven die aan verschillende media zijn gestuurd, plaatsen wij niet. De opinieredactie kan uit uw brief citeren in de zaterdagrubriek ‘Inbox van de redactie’.