Column | Dag Dafne

Marijn de Vries

Het is 28 augustus 2015. En ik noteer, omdat je altijd moet onthouden waar je was als er geschiedenis geschreven wordt:

Dom genoeg heb ik een afspraak, precies om drie uur. Of gelukkig genoeg, want sport is eigenlijk het allermooist op de radio. Met nog een half uur tot het startschot stap ik voor winkelcentrum Holtenbroek in bus 2 naar het station, met een live-verslag vanuit de school waarop Dafne ooit zat in mijn oren. Alle scholieren verzamelen zich om naar de wedstrijd te kijken. Gespannen geroezemoes, terwijl het centrum van Zwolle aan me voorbij trekt.

Ik stap uit de bus en wandel door de Van Karnebeekstraat richting de stad, het is warm, maar net niet warm genoeg voor zonder jas en ik hoor Andy Houtkamp. Hij beschrijft de loopsters. Ik hoef het niet te zien om me de lange blonde tussen de kleine donkere loopsters voor te stellen. Het verkeerslicht springt op groen. Elaine Thompson heeft bloemen in haar haren. Dafne is als altijd: naturel.

Als je niet schrijft en momenten als deze in woorden vat, blijft over wat het laatst in de tijd plaatsvond. Blessures. Pijn. Geworstel. Keihard werken, andere dingen leren en proberen. Boksen. Gewichtheffen. Sterker worden, die rug, vooral. Mislukte comebacks. Teleurstelling. En nog meer teleurstelling.

Maar dat is Dafne Schippers niet, eerst meerkamper, later sprinter van beroep. Ze is de wegbereider, dat weet ik zeker, voor vrouwen als Femke Bol, Lieke Klaver, Cathelijn Peeters, Eveline Saalberg en zoveel andere meisjes en vrouwen die nu op atletiekbanen overal in Nederland rondjes draven, met in hun hoofd het beeld van Dafne die bewijst: onmogelijk is niets.

Onder de Sassenpoort klinkt het startschot. Daar gaat ze, de slome starter, daar gaat Dafne, de loopster die er in de laatste meters altijd onhoudbaar vandoor spuit. „Daf wordt Ferrari”, brult Radio 1-verslaggever Andy Houtkamp ontploffend van enthousiasme in zijn microfoon „Daf wordt Ferrari!” en ik krijg steeds meer kippenvel op mijn armen.

Als je niet schrijft in een week dat zo’n fenomeen afscheid neemt, omdat een of andere voetbalclub met rellerij het sportnieuws kaapt, dan is er te weinig herinnering die beklijft. Herinnering aan het meisje dat ooit op atletiek ging omdat ze op de tennisbaan geen bal goed raakte.

Ze studeerde nog korte tijd om juf te worden, maar eigenlijk wist ze al lang wat ze echt wilde: een carrière in de atletiek. Op de meerkamp schitteren in Rio de Janeiro. Ze had het al over die Olympische Spelen toen ze nog maar 16 was. Dafne stond aan de start in Rio, niet op de meerkamp, maar als sprintspecialist. Ze won zilver op de 200 meter. Pas als je terugkijkt, zie je dat het mooiste moment uit haar carrière toen misschien al was geweest.

Ik stap in het zonlicht maar weet nog niet of ze gewonnen heeft, want het is een fotofinish. De mensen om me heen lopen, praten, fietsen door maar in mijn oren staat de wereld even stil tot een overtuigend ‘JA!’ van Andy Houtkamp. Ik weet niet waar u was, maar ik stond onder de Sassenpoort toen ik het hoorde. Te laat voor mijn afspraak.

Soms zou je tijd willen laten stollen en in flinterdun glas willen gieten, om het vooraan tussen de herinneringen te kunnen zetten. Dafne Schippers, 28 augustus 2015, voor altijd wereldkampioen.

Marijn de Vries is oud-profwielrenner en journalist.