Column | Afgeknipte takken

Marcel van Roosmalen

Met de openbare sollicitatie van Wopke Hoekstra voor klimaatcommisaris bij de Europese Unie begrijp je steeds beter hoe diep het rot in het CDA eigenlijk zit. Het is bruin tot op het klokhuis, zo bruin dat niemand er meer in wil happen. Waar het Wopke nooit lukte om de massale volksgunst te vergaren, weet hij zich in recordtempo wel gehaat te maken bij bijna het hele electoraat. Niemand lijkt onder de indruk van zijn opzienbarende groene draai. Ongewild geeft hij ons een inkijkje in de ziel van de brood-politicus. Met standpunten zo vloeibaar als water blijkt hij opeens de beste keuze voor de aarde te zijn. Met droge ogen vraagt hij zich af waarom er nog geen belasting op kerosine wordt geheven.

Je zou bijna denken: zo’n man kunnen we in Den Haag goed gebruiken. Hij hangt van zoveel elastiek aan elkaar dat hij wordt gezien als het kwaad, het toppunt van hypocrisie. Tel daar Hugo de Jonge bij op en je begrijpt waarom het CDA nog steeds de baarmoeder van de machtspolitiek is en je begrijpt ook waarom Pieter Omtzigt dat zinkende schip heeft verlaten. Gevolgd door een hele sliert CDA’ers die naar eigen zeggen wel integer zijn. Ondertussen maakt Pieter Omtzigt een omgekeerde beweging. Voor ieder vlekje wordt doorverwezen naar een specialist, het zekere wordt voor het onzekere genomen. Iedereen op zijn lijst moet en zal beseffen: al is de leugen nog zo klein, Pieter achterhaalt hem wel. Als het stempel van goedkeuring eenmaal is gezet, weet de kiezer dat we het kandidaat-Kamerlid tot ver achter de komma als betrouwbaar en integer mogen beschouwen.

Met standpunten zo vloeibaar als water blijkt hij opeens de beste keuze voor de aarde

Wopke en Pieter zijn twee bomen voortkomend uit dezelfde stronk, maar de tegenstelling kan haast niet groter. Ze zijn als buren van wie de een wekelijks de buxushaag snoeit en de ander de voortuin sinds kort laat verloederen. Wat voor de laatste spreekt is dat hij er nog trots op is ook.

De een zegt de tuin van de ander weer te willen aanharken, de ander heeft allang een huis met een veel grotere tuin op het oog en bekommert zich alvast over de situatie daar. De een wil het land redden, de ander de planeet. Het CDA mag dan misschien zijn gesnoeid, het machtsdenken zit nog in elke afgeknipte tak.

Marcel van Roosmalen schrijft op deze plek een wisselcolumn met Ellen Deckwitz.