China bouwt de meeste wind- en zonneparken. Maar het heeft óók de meeste kolencentrales in aanbouw

China wekte al de meeste zonne- en windenergie op ter wereld, en nu is het land óók nog veruit de meeste grootschalige zonne- en windparken aan het bijbouwen. Bijna twee keer zoveel als de rest van de wereld bij elkaar. Dat staat in een donderdag gepubliceerd rapport van de Global Energy Monitoring (GEM), een Amerikaanse ngo die onderzoek doet naar de energietransitie.

Bij die bevinding moet wel worden vermeld dat China óók de meeste kolencentrales in aanbouw heeft ter wereld. Die kolencentrales dragen flink bij aan de opwarming van de aarde. China is al jarenlang wereldleider CO2-uitstoot, grotendeels door zijn gebruik van steenkool.

De auteurs berekenden dat in China momenteel (met flinke overheidssteun) zonneparken worden gebouwd met een totale capaciteit van 180 gigawatt (GW). De windparken die nu in de bouwfase zitten, zijn goed voor een capaciteit van 159 GW. Bij elkaar opgeteld: 339 GW. Eén GW is genoeg vermogen om ruwweg een miljoen huishoudens van elektriciteit te voorzien.

De voorsprong van China is bijzonder groot. De Verenigde Staten, de nummer twee, hebben projecten in aanbouw die zo’n 40 GW moeten gaan opwekken uit wind en de zon.

Meer zon dan wind

Opvallend aan de donderdag gepubliceerde cijfers is dat China ook vorig jaar meer zonneparken bouwde dan windparken. In de jaren vóór 2022 wekte China juist meer windenergie op. In 2022 kantelde dat, en vorig jaar werd de voorsprong van zonne- op windenergie nog groter. Waardoor kwam dat? Lagere investeringskosten en eenvoudigere installatie zorgden ervoor dat daken werden vol gelegd en dat zandvlaktes zo groot als voetbalvelden in woestijnen van Binnen-Mongolië, Xinjiang en Gansu veranderden in gigantische zonneparken. „Tussen maart 2023 en maart 2024 installeerde China meer zonnecapaciteit dan in de voorgaande drie jaar bij elkaar, en meer dan de rest van de wereld bij elkaar voor 2023”, schrijven de onderzoekers.

Aan het begin van 2024 hebben China’s al bestaande zonne- én windprojecten samen een capaciteit bereikt van zo’n 758 GW. Een belangrijke kanttekening is wel dat de onderzoekers alleen grootschalige projecten meenamen in die berekening: met een capaciteit van minimaal 20 megawatt (MW) voor zonneparken en 10 MW voor windparken. (Een gigawatt is 1.000 megawatt). Het China Electricity Council neemt ook kleinschalige projecten mee en schat de totale capaciteit op 1.120 GW.

De Chinese president Xi Jinping had als ambitieus doel om in 2030 minimaal 1.200 GW uit zon en wind te halen. Maar „als alle voorgestelde grootschalige zonne- en windprojecten volgens plan worden uitgevoerd , zou China dat eind dit jaar al halen”, schreven de onderzoekers.

Steenkolen

Maar: belangrijk is niet alleen de vraag hoeveel zonne- en windparken China erbij krijgt. Wie wil weten hoe de energietransitie er echt voor staat, moet óók kijken naar wat er gebeurt met China’s vervuilende kolencentrales. Want niet alleen stampt China in rap tempo zonne- en windparken uit de grond, het land gebruikt ook meer steenkool voor de energievoorziening dan de rest van de wereld bij elkaar. Daarbij stond volgens een rapport van GEM van eind vorig jaar ruim 95 procent van de kolencentrales die in 2023 gebouwd werden in China.

China gebruikt ook meer steenkool dan de rest van de wereld bij elkaar

Om de klimaatdoelstellingen van het akkoord van Parijs te halen, had de wereld volgens het Internationaal Energie Agentschap al jaren geleden moeten stoppen met het bouwen van nieuwe kolencentrales. In Parijs spraken landen in 2015 af om de opwarming van de aarde onder de 1,5 graad Celsius te houden ten opzichte van het pre-industriële niveau.

Verdrievoudigen

Een ander rapport dat donderdag werd gepubliceerd, van het Internationaal Agentschap voor hernieuwbare energie (IRENA), keek niet alleen naar de ontwikkeling van hernieuwbare energie in China, maar ook naar die van de rest van de wereld. Hoewel de hoeveelheid hernieuwbare energiebronnen wereldwijd toenemen, ligt de wereld niet op koers om de energiedoelstelling te halen die werd afgesproken tijdens de klimaattop COP28 in Dubai vorig jaar. Om de CO2-uitstoot terug te dringen, spraken landen toen af om de wereldwijde capaciteit voor hernieuwbare energie te verdrievoudigen per 2030.

Volgens de cijfers van IRENA groeide de hoeveelheid hernieuwbare energie wereldwijd in de periode 2017–2023 met 10 procent per jaar. Maar daarmee gaat de energietransitie niet snel genoeg, aldus de auteurs van het IRENA-rapport. Om de doelstelling van COP28 te halen, moet de hoeveelheid hernieuwbare energie vanaf nu jaarlijks minimaal met 16,4 procent toenemen.

COP28-voorzitter Sultan Al-Jaber zei in een persbericht bij het IRENA-rapport dat overheden, particulieren, bedrijven en organisaties beter moeten samenwerken om het energiedoel te halen, bijvoorbeeld door vergunning te versnellen en het stroomnet uit te breiden.