Vliegen naar de zon of liever iets dichterbij? Klimaat beïnvloedt keuzes van reizigers

In de nacht van zaterdag op zondag vertrekt de eerste vlucht naar het Griekse eiland Zakynthos om kwart over drie. Voordat de dag goed en wel begonnen is, om zeven uur ’s ochtends, zijn er nog vijf vluchten die kant op gegaan vanaf luchthaven Schiphol. En dan zijn ook de vluchten naar het Griekse Samos, Mykonos, Keffalonië, Preveza, Kos en Corfu al onderweg. Verder twee naar het Spaanse Ibiza, twee naar Malaga en eentje naar Ohrid, de opkomende vakantiebestemming op de grens van Noord-Macedonië en Albanië.

Zaterdag begint de zomervakantie voor de regio zuid, op 12 juli volgt de regio noord en op 19 juli de regio midden. Zuidelijke bestemmingen zijn nog altijd populair, en dat terwijl het deze week in Spanje en Portugal meer dan veertig graden was. Toch zeggen steeds meer Nederlanders rekening te houden met het klimaat bij het kiezen van een vakantiebestemming, maakte de ANWB woensdag bekend.

In het onderzoek gaf 55 procent van de 2.000 ondervraagden in een representatieve steekproef aan dat het klimaat „grote tot enige” invloed had op hun vakantiekeuze. Dat betekent soms dat ze een land kozen vanwege het vermeende stabiele weer, zoals Duitsland of Zweden. Maar het kon ook betekenen dat ze wél voor het zuiden kozen maar ‘rekening hielden’ met extreem weer zoals hitte, droogte of heftige regenval. Er waren ook mensen die juist voor zuidelijke landen hadden gekozen omdat ze ‘mooi weer’ wilden.

Klik op het vinkje naast ‘Ik ben geen robot’

Nuance

Ko Koens, lector toerisme aan Hogeschool Inholland nuanceert de cijfers. „Dit onderzoek vraagt naar gedrag en de ervaring leert dat de praktijk weerbarstiger is.” Bovendien kan onder ‘rekening houden met’ van alles vallen. „Als mensen ook een dag naar de – koelere – bergen gaan tijdens hun vakantie, kun je al zeggen dat het klimaat invloed had op hun vakantiekeuzes.”

Wat opviel in de cijfers van de ANWB is dat het hoogseizoen dit jaar minder populair is. 57 procent van de deelnemers gaf aan in die periode op vakantie te gaan, terwijl dat vorig jaar nog 73 procent was. Ook dit kan samenhangen met het vermijden van hitte in juli en augustus, maar ook de prijs speelt een rol, vermoedt Ko Koens. „Het hoogseizoen was altijd al duurder, maar de laatste jaren zijn de prijzen tussen hoog- en laagseizoen sterker uit elkaar gegroeid”.

Sommige reizen bieden wij niet meer aan in juli en augustus. Dan kun je er gewoon niet wandelen of fietsen

Marleen Raats
SNP Natuurreizen

Hij denkt dat ook het mooie weer de afgelopen maanden in Nederland relevant was. „Mensen voelen wellicht niet zo de noodzaak om in juli en augustus een vakantie te boeken in een warmer land.” Volgens een woordvoerder van de ANWB is de meivakantie als alternatief voor de zomer populairder aan het worden. Die is bij de meeste scholen tegenwoordig twee weken.

Steeds langer

Marleen Raats, woordvoerder van SNP Natuurreizen ziet dat het vakantieseizoen steeds langer is geworden. „In maart naar Griekenland kan inmiddels prima, terwijl vroeger alles er nog dicht was en de kans op slecht weer groot.” Omdat SNP actieve vakanties (wandelen, fietsen) aanbiedt houdt het noodgedwongen rekening met hoge temperaturen. „Sommige reizen bieden wij niet meer aan in juli en augustus. Dan kun je er gewoon niet wandelen of fietsen”, zegt Marleen Raats. Dat geldt bijvoorbeeld voor een wandelvakantie langs de zuidkust in Turkije en voor een fietsreis in Andalusië.

Naast bosbranden en hitte zijn er meer weerfenomen waar SNP rekening mee moet houden. „Ook een kleine rivier die buiten z’n oevers treedt kan een berghut voor wandelaars onbereikbaar maken”, zegt Raats. „En vorig jaar lag er eind juni juist nog sneeuw in Zwitserland, waardoor sommige passen gesloten bleven.”

Toeristen in Parijs zoeken verkoeling in een fontein van de tuinen van Trocadero.

Foto DIMITAR DILKOFF/AFP

Trump

In de eerste maanden van dit jaar werd duidelijk dat ook politiek bepalend is bij de keuze voor de bestemming. In januari trad Donald Trump aan als president en dat is goed zichtbaar in boekingsanalyses van de ANVR. De Algemene Nederlandse Vereniging voor Reisondernemingen vraagt elke maand aan een representatieve groep van bijna dertigduizend Nederlanders of ze de afgelopen maand iets hebben geboekt. In januari was dat direct 20 procent minder dan een jaar eerder, in februari 5 procent minder. Toen in maart meerdere internationale reizigers op onduidelijke gronden aan de grens met de VS werden tegengehouden of teruggestuurd, leidde dat ertoe dat het aantal mensen dat een reis boekte met 31 procent daalde ten opzichte van het jaar daarvoor.

Ook de ANWB ziet de intentie om naar de VS te reizen sterk afnemen. In maart gaf 43 procent van de ondervraagden aan „minder” zin te hebben in een reis naar de VS, in mei zei 62 procent van de ondervraagden dat. 32 procent van de ondervraagden maakt zich zorgen over de eigen veiligheid tijdens internationale reizen. Dat zorgt er volgens de ANWB ook voor dat Europa nog belangrijker is als bestemming voor Nederlanders, 92 procent zegt hier op zomervakantie te gaan tegen 85 procent een jaar eerder. Duitsland is dit jaar na Nederland en Spanje de populairste buitenlandse bestemming en wint het daarmee van Frankrijk.

Een man draagt een pak met flessen water in een heet Barcelona.

Foto Albert Gea/Reuters

ZonDe hitte houdt haar zelden tegen

Eigen foto

Zon, cultuur en vrienden opzoeken – daar draait het voor Lopke van Vliet (23) deze zomer om. Ze vertrekt half juli twee weken naar Barcelona, waar haar zus woont. „En daarvoor zat ik van maart tot juni in Mexico, deels om Spaans te leren, deels om mijn vriendinnen te bezoeken.” Het „echte” Mexicaanse eten, de mensen, de politiek – het past helemaal in haar manier van reizen.

Lopke studeert stedenbouwkunde in Utrecht en begint in september aan haar master. Deze zomer werkt ze fulltime, maar vakantie is belangrijk. Ze reist zo’n vijf keer per jaar. „Niet altijd ver weg, maar wel graag naar plekken waar het lekker warm is.” De zon doet iets met haar, gelooft ze, ze voelt zich er beter door. „Bovendien is dat wetenschappelijk bewezen. Er komen dan stofjes vrij zoals dopamine, en vitamine D is goed voor je.”

De hitte houdt haar zelden tegen. In Mexico was het vaak boven de 35 graden, „maar je went aan de warmte.” In de ochtend iets actiefs doen, ’s middags de verkoeling opzoeken: zwemmen bij meertjes, of musea in. Ze gelooft niet dat je met hitte alleen maar binnen hoeft te zitten. „Kom op, niet zeuren! Gewoon genieten, denk ik dan.” Al beseft ze heel goed dat ze als „jongere” meer aanpassingsvermogen heeft.

De klimaatverandering zit haar wel dwars. Ze merkt dat het gesprek hierover leeft onder haar vriendinnen. „We praten erover, maar maken uiteindelijk toch dezelfde keuzes.” Lopke geeft toe beïnvloed te worden door sociale media, doordat ze iedereen op vakantie ziet gaan naar bijzondere plekken. „Alléén naar Frankrijk gaan met de auto ’s zomers is dan niet meer genoeg.” Ze heeft nu een afspraak gemaakt met zichzelf: niet meer dan vijf keer per jaar vliegen. „Maar het is zó makkelijk, en soms zó goedkoop… Ik wil de wereld zien, maar ik weet ook hoe slecht het is.”

Dichtbij20 graden is prima

Eigen foto

Voor Ingrid Koppenaal (72) uit Apeldoorn hoeft een vakantie allang niet meer ver weg te zijn. Parijs, een weekendje Brabant, en met haar dochter en kleinkinderen naar Vlieland: zo zag haar reisjaar er tot nu toe uit. „En dat was heerlijk”, zegt ze. „Het klimaat gaat me aan het hart. Waarom zou je naar het andere eind van de wereld gaan als je hier ook natuur, rust en cultuur hebt?”

Vroeger ging ze kamperen in Frankrijk of vloog ze naar haar dochter in Zwitserland. Tegenwoordig kiest ze bewust voor de trein of de auto, en het liefst niet te ver. „Ik zie de hitte toenemen. Kamperen in een snikhete caravan? Of een hotel zonder airco? Dat is gewoon niet leuk meer.”

De reis naar Parijs deed ze met de trein – „een geweldige ervaring” – en ook in Nederland weet ze de groene plekken te vinden, waaronder haar eigen tuin. In een vakantie zijn cultuur en natuur voor haar het belangrijkst. „We wandelen veel, bewegen is belangrijk nu we ouder zijn. Daar hoef ik niet voor naar ‘verweggistan’.” Al helemaal niet als het ver weg te heet is – „20 graden is prima”, vindt ze.

Dat jongeren de wereld willen zien begrijpt ze heel goed. „Maar ik heb de wereld al gezien.” Toch hoopt ze dat meer mensen de ernst van klimaatverandering gaan inzien. „Deze wereldleiders lossen het niet voor ons op. We moeten zelf iets doen, al is het klein. Hoe ik reis hoort daarbij.”


CDA gaat tegen asielnoodmaatregelenwet stemmen: ‘Straf tegen medemenselijkheid’

Het CDA zal geen steun verlenen aan de asielnoodmaatregelenwet. In een verklaring meldt de partij woensdagochtend dat het niet akkoord kan gaan met een amendement waardoor illegaliteit strafbaar wordt gesteld, net als hulp aan uitgeprocedeerde asielzoekers door individuen en organisaties. „We gaan in Nederland medemenselijkheid niet crimineel maken”, schrijft lijsttrekker Henri Bontenbal.

Ook verleent de partij geen steun aan de tweestatusstelselwet. In die wet staat dat oorlogsvluchtelingen minder rechten hebben dan mensen die persoonlijk vervolgd worden vanwege bijvoorbeeld seksualiteit en politieke activiteit. Bontenbal zegt dat de wet onuitvoerbaar is voor de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), en wilde daarom gehoor geven aan de oproep van de organisatie om de wet tot medio volgend jaar uit te stellen. Daar ging de Tweede Kamer dinsdag niet mee akkoord.

Steun van het CDA had het een stuk makkelijker gemaakt om de wetten door de Eerste Kamer te loodsen, waar de christendemocraten zes zetels hebben. Nu zullen alle eenmansfracties in de Senaat ermee in moeten stemmen. De stemmingen vinden donderdag plaats.

PVV toch voor asielnoodmaatregelenwet

Komende donderdag vindt in de Tweede Kamer de stemming plaats voor beide asielwetten. PVV-leider Geert Wilders liet dinsdag weten in ieder geval voor de asielnoodmaatregelenwet te gaan stemmen, nadat de Tweede Kamer het amendement van de PVV had aangenomen waarmee illegaliteit strafbaar wordt gesteld. De asielwetsvoorstellen waren het werk van de inmiddels afgetreden minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie), maar PVV keerde zich onlangs zelf tegen die voorstellen. De wetten mochten, zei PVV-Kamerlid Marina Vondeling vorige week, geen „slap aftreksel” worden.

Net als CDA is ook NSC tegen de strafbaarstelling van illegaliteit. NSC-Kamerlid Diederik Boomsma zei dinsdag dat zijn partij geen amendementen ging steunen „die eigenlijk aparte wetten of voorstellen horen te zijn”. Zonder de steun van NSC in de Tweede Kamer voor de asielnoodmaatregelenwet is de kans klein dat het voorstel een meerderheid krijgt.


Rafael Grossi houdt van de media, maar de optredens van de topman van de VN-atoomwaakhond leiden nu vooral tot speculaties

Directeur-generaal van het Internationaal Atoomagentschap Rafael Grossi verdient te worden „geëxecuteerd”. Aldus het Iraanse radicale blad Kayhan vorige week. De Iraanse minister van Buitenlandse Zaken Abbas Araghchi hekelde „het verraad” van Grossi, die zou hebben nagelaten de Amerikaanse aanvallen op Iraanse nucleaire faciliteiten namens het IAEA te veroordelen. Mogelijk had de topdiplomaat zelfs „kwaadaardige bedoelingen” met zijn verzoeken om de gebombardeerde locaties voor inspecteurs open te stellen.

Woensdag bereikte de relatie tussen Iran en IAEA een dieptepunt met de bekendmaking dat de Iraanse president Masoud Pezeshkian opdracht had gegeven tot het onmiddellijk stopzetten van de samenwerking met de atoomwaakhond.

De beschuldigingen en dreigementen uit Iran aan het adres van directeur-generaal Grossi werden afgelopen dagen door zijn thuisland Argentinië en westerse landen scherp veroordeeld. Het VK, Frankrijk en Duitsland stelden ook dat zij Teheran verantwoordelijk houden voor de veiligheid van de IAEA-teams – die al in Iran aanwezig waren maar in de afgelopen weken niet konden werken.

Rafael Grossi, 64, is sinds 2019 de directeur-generaal van het IAEA, de VN-organisatie die toeziet op internationale samenwerking op het gebied van nucleaire samenwerking. Daarvoor had hij al een lange carrière achter de rug als topdiplomaat. In interviews praat Grossi veel met zijn handen. Zichtbaar onder zijn mouw zijn dan zijn toegangsbandjes voor voetbalwedstrijden van het WK in Qatar van drie jaar geleden. De Argentijn is naar eigen zeggen gek van voetbal.

Grossi was de afgelopen weken veel in de media. Doorgaans speelt het werk van het IAEA zich af achter de schermen. Maar in de nasleep van de Amerikaanse en Israëlische bombardementen op het Iraanse atoomprogramma staan Grossi en zijn organisatie vol in de schijnwerpers. De gedachten van Grossi over de status van de nucleaire installaties en de vraag in hoeverre die zijn beschadigd, generen wereldwijd krantenkoppen.

Bunkerbommen

Zo trok Grossi vorige week donderdag veel aandacht met zijn opmerking op Franse radio dat de kwetsbare centrifuges in de ondergrondse installatie bij Fordo onmogelijk de enorme kracht van de Amerikaanse bunkerbommen zouden hebben doorstaan. Tegen Fox News zei de diplomaat dat het Iraanse atoomprogramma door de aanvallen „aanzienlijk is teruggeworpen in de tijd”.

Daarentegen stelde Grossi bij CNN dat het niet ondenkbaar is dat de Iraniërs hun voorraad aan 400 kilo hoogverrijkt uranium vóór de Amerikaanse aanvallen in veiligheid hebben gebracht. En ook het optreden van Grossi zondag bij CBS leidde weer tot een stroom nieuwsberichten, nadat hij zei dat Iran mogelijk slechts „maanden” nodig zou hebben om weer uranium te kunnen verrijken.

Zijn breed uitgemeten inschattingen over Iraanse nucleaire programma lijken uiteen te lopen. Maar het is volgens Grossi dan ook „niet de taak van het IAEA om de schade te beoordelen”, maar om weer snel inzicht te krijgen in Irans huidige nucleaire activiteiten.

Juist dat inzicht is nu verloren: het IAEA heeft nog geen inspecties op de getroffen locaties kunnen uitvoeren, terwijl het de alom gewaardeerde kracht van de autonome organisatie is dat het bij landen ‘binnen mag kijken’. Grossi zelf bracht als secretaris-generaal meerdere bezoeken aan Iraanse nucleaire faciliteiten. Puin en mogelijke niet-ontplofte explosieven maken fysiek werk op die locaties nu moeilijk, stelde Grossi eerder. Maar vooralsnog moet hij bedingen dat Teheran überhaupt weer toestemming geeft voor zulk onderzoek.

De directeur-generaal baseert zijn inschattingen over de schade aan de Iraanse installaties waarschijnlijk op bestaande IAEA-kennis van het ontwerp van die plekken, aangevuld door informatie van recente satellietbeelden, zegt Olli Heinonen, die 27 jaar voor het IAEA werkte als inspecteur en plaatsvervangend directeur-generaal. Tegenwoordig is de Fin verbonden aan het Stimson Center, een Amerikaanse denktank. „Werkelijke beoordelingen baseert IAEA op feiten die ter plaatse zijn verzameld”, stelt hij in een mail naar NRC. Hij beschrijft dat als een „continu proces”.

Het gebeurde vaker dat de hele wereld ongeduldig meekeek naar dat proces van kennisvergaring en afwegingen. Heinonen herinnert zich meerdere gespannen optredens: na de ramp in Tsjernobyl in 1986 moest toenmalig IAEA-baas Hans Blix er bij de Sovjets publiekelijk op aandringen dat zijn inspecteurs toegang kregen. In 2003 kreeg het agentschap veel kritiek op het handelen in Irak.

Heinonen stelt dat het essentieel is dat het agentschap transparante informatie kan verschaffen over wat de onafhankelijke inspecteurs ter plekke kunnen vaststellen. Daarbij moeten ze ook duidelijk maken welke informatie onzeker of simpelweg onbekend is. En dan is er nog een deel informatie die het IAEA geheim houdt, omdat het agentschap nu eenmaal inzicht krijgt in staatsgeheimen.

Speculaties na zijn opmerkingen

Maar uit de media-optredens van Grossi wordt niet altijd duidelijk op welke kennis hij zich baseert. De diplomaat zegt niet te willen speculeren, maar zijn uitspraken van de afgelopen weken werden onderdeel van speculatie over het lot van de Iraanse installaties binnen het publieke debat.

In de Verenigde Staten loopt die discussie hoog op. De Amerikaanse president Donald Trump claimde na de Amerikaanse bombardementen de complete vernietiging van de Iraanse nucleaire installaties. Het Iraanse nucleaire programma zou volgens Trump „decennia in de tijd zijn teruggeworpen”. Inschattingen over het succes van de Amerikaanse missie zijn een twistpunt met de inlichtingendiensten van het Pentagon en van Europese landen.

Met Irans terugtrekking uit de IAEA-samenwerking blijft het publiek waarschijnlijk gissen naar de geleden schade. De Iraanse president hield de deur voor een diplomatieke oplossing woensdag nog op een kier.

De atoomwaakhond opereert vaker „in een gepolitiseerde omgeving”, stelt VN-veteraan Heinonen. „Het is daarom juist belangrijk dat de IAEA op feiten gebaseerde, objectieve berichtgeving hanteert.”

Grossi zelf blijft er senang onder. „Ik ben een rustig man”, antwoordt hij op een vraag van de Britse krant Financial Times of alle druk hem weleens te veel wordt. „Ik richt me op wat ik kan doen.”


Trump wil een ‘big deal’ in het Midden-Oosten – maar de Palestijnen mogen niet meepraten

Het staakt-het-vuren met Iran smaakt voor Donald Trump naar meer. De Amerikaanse president schreef zondag op zijn sociale medium, in de van hem bekende kapitalen: ‘Sluit de deal in Gaza!’ Woensdagochtend meldde hij dat Israël al akkoord zou zijn met een staakt-het-vuren van zestig dagen. Tegelijk zette hij Hamas onder druk: die militante groepering kan er maar beter mee instemmen, anders wordt het er voor haar niet beter op.

Israël en Hamas hebben nog niet op Trumps uitlatingen gereageerd. De afgelopen dagen gingen de Israëlische bombardementen op de kuststrook door. Hamas zei steeds dat het bereid was om te praten, maar dat Israël dat categorisch weigerde.

Het door Trump gewenste staakt-het-vuren in Gaza moet wat hem betreft onderdeel zijn van een veelomvattend Midden-Oostenakkoord. De president wil als grote dealmaker de geschiedenis ingaan – en het oplossen van alle conflicten in het Midden-Oosten geldt als de big deal. Als blauwdruk gelden de Abraham-akkoorden van 2020, die onder Trumps supervisie tot stand kwamen tussen Israël en de Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein, Soedan en Marokko.

In ruil voor een wapenstilstand in Gaza zouden ook nu weer verscheidene Arabische landen, waaronder Syrië en Saoedi-Arabië, akkoorden met Israël moeten sluiten over normalisatie van de onderlinge betrekkingen. Trump heeft de Israëlische premier Benjamin Netanyahu bovendien een persoonlijk cadeau in het vooruitzicht gesteld: vrijwaring van strafvervolging in Israël. Hij wordt al tijden verdacht van corruptie.

Afgelopen zondag zei Netanyahu dat er na de „overwinning” op Iran „veel mogelijkheden zijn ontstaan”. In de eerste plaats om de resterende gijzelaars in Gaza vrij te krijgen. Hij hintte ook op „bredere regionale mogelijkheden” – vermoedelijk een verwijzing naar de normalisatie die ook Trump noemde. De Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Gideon Sa’ar vulde die woorden maandag verder in door de wens uit te spreken om Syrië en Libanon – waarmee Israël formeel al decennia in oorlog is – „toe te voegen aan de cirkel van vrede en normalisatie”.

De Israëlische premier Benjamin Netanyahu eind 2024 tijdens een proces waar hij terecht staat wegens corruptie. In de deal van Trump krijgt hij vrijwaring van vervolging. Foto Stoyan Nenov/AP

Palestijnse staat

Voor Netanyahu lijkt het plan van Trump in eerste instantie gunstig. In ruil voor normalisatie van de betrekkingen moet de Arabische landen in kwestie wel iets in het vooruitzicht gesteld worden. Zij kunnen best leven met toenadering tot Israël, maar willen daar iets voor terug: uitzicht op een toekomst voor het Palestijnse volk. Het liefst in de vorm van een levensvatbare Palestijnse staat – iets waar Netanyahu al zijn hele politieke carrière tegen strijdt.

Dat zal de lastigste klus worden voor Trump: Netanyahu ervan overtuigen de Palestijnen een minimum aan zelfbestuur te gunnen, een minimum dat tegelijkertijd acceptabel is voor de Arabische landen.

Lees ook

Een dodelijke val: hoe Israël met gemilitariseerde ‘voedselhulp’ Palestijnen in Gaza samendrijft

Leden van een particulier Amerikaans beveiligingsbedrijf, zien toe hoe Palestijnen zich verzamelen om voedsel te ontvangen, 8 juni.

Tijdens Trumps vorige presidentiële termijn lag er al zo’n plan voor een Palestijnse staat, dat analisten de „Palestijnse staat-minus” noemden. Israël mocht volgens dat plan flinke delen van de bezette Westelijke Jordaanoever annexeren en behield alle controle over de Palestijnse grenzen. Als hoofdstad kregen de Palestijnen Abu Dis toebedeeld, een voorstadje dat van de gedroomde hoofdstad Jeruzalem gescheiden wordt door de Israëlische afscheidingsmuur.

Waar Netanyahu al niet zo’n fan is van een Palestijnse staat, geldt dat al helemaal voor zijn extreemrechtse coalitiepartners. Zij zullen vermoedelijk de regering verlaten als het plan van Trump doorgang vindt. In dat geval moet Netanyahu hopen dat hij zijn populariteit, die na de aanval op Iran sterk is gestegen, kan verzilveren in een coalitie met andere partijen.

Een Palestijn die gewond raakte terwijl hij terugkeerde van een distributiecentrum van de Gaza Humanitarian Foundation wordt behandeld in het Nasser-ziekenhuis in Khan Younis. Foto Mariam Dagga/AP

Gijzelaars

Voor een staakt-het-vuren in Gaza zal in elk geval overeenstemming met Hamas moeten worden bereikt. Die militante organisatie zegt dat ze de laatste gijzelaars alleen wil vrijlaten in ruil voor een duurzaam staakt-het-vuren waarbij het Israëlische leger zich volledig uit Gaza terugtrekt. Voorlopig wijst alles op het tegendeel: Israël heeft onlangs nog de inwoners van het noorden van Gaza de opdracht gegeven te vertrekken en lijkt dat deel van de kuststrook permanent te willen beheren. Woensdagochtend kwam daar nog een evacuatiebevel voor delen van de zuidelijke stad Khan Younis bij.

Trump zou al nagedacht hebben over de toekomst van Gaza. De overgebleven Hamas-kopstukken zouden gedwongen worden het gebied te verlaten, waarna het beheer van de Gazastrook overgedragen zou worden aan Arabische landen als Egypte en de Verenigde Arabische Emiraten. Onzeker is of die landen daarmee akkoord gaan. Onlangs riep de Arabische Liga, waar beide landen deel van uitmaken, nog op het bestuur van Gaza over te dragen aan de Palestijnse Autoriteit, die ook de bezette Westelijke Jordaanoever bestuurt.

De 16-jarige Amjad Hoshiyeh die zou zijn omgekomen door een inval van het Israëlische leger in Ramallah wordt begraven in het zuiden van de bezette Westelijke Jordaanoever. Foto HAZEM BADER/AFP

De inwoners van Gaza zouden de mogelijkheid krijgen „vrijwillig” te vertrekken. Het vrijwillige karakter van dat vertrek is relatief: de Gazastrook is zo onleefbaar gemaakt dat menigeen geen andere keuze zal hebben. Deze etnische zuivering komt volgens critici neer op een oorlogsmisdaad.

‘Overwinning op korte termijn’

Een voornaam kenmerk van Trumps eerdere plan voor een Palestijnse staat was dat de Palestijnen er niet over mee mochten praten. Ook nu worden de gesprekken over de hoofden van de Palestijnen heen gevoerd.

Marika Sosnowski, een Australische jurist die gespecialiseerd is in wapenstilstanden, schrijft op de academisch-journalistieke website The Conversation dat een staakt-het-vuren in Gaza, het eerste deel van de big deal, „slechts een overwinning op korte termijn” zou zijn. Zij constateert twee problemen met het plan-Trump: het pakt de „historische onderdrukking” niet aan en wordt aan de partijen opgedrongen. Dat zal, stelt Sosnowski, „onvermijdelijk schadelijke gevolgen hebben in de komende maanden en jaren”.


Ruim 100 BBC-medewerkers beschuldigen omroep in open brief van ‘anti-Palestijns racisme’

107 medewerkers van de BBC en nog 300 andere Britse mediaprofessionals hebben dinsdag een brief ondertekend waarin ze de berichtgeving van de Britse omroep over de oorlog in Gaza bekritiseren. Volgens de ondertekenaars maakt de BBC zich schuldig aan „censuur” in het conflict tussen Israël en Hamas en voert de omroep „pr voor de Israëlische regering”.

Een groot deel van de berichtgeving van de BBC over de oorlog wordt volgens de medewerkers „gekenmerkt door anti-Palestijns racisme”. In de brief wordt ook gesteld dat de BBC onvoldoende analyse heeft gegeven van de betrokkenheid van de Britse regering bij de Gaza-oorlog.

Alle BBC-medewerkers die de brief ondertekenden, deden dat anoniem. Onder de driehonderd andere ondertekenaars waren de acteurs Khalid Abdalla, Miriam Margolyes en regisseur Mike Leigh. De BBC telt in totaal zo’n 21.000 medewerkers.

Documentaire ‘Gaza: Medics under Fire’

In de brief, gericht aan BBC-directeur Tim Davie en het bestuur van de BBC, wordt gewezen op het recente besluit om de documentaire Gaza: Medics under Fire niet uit te zenden. Bij de BBC zouden zorgen zijn geweest over partijdigheid bij de productie. De documentaire werd in eerste instantie uitgesteld nadat er ophef was uitgebroken over een ándere Gaza-documentaire van de BBC, en onlangs definitief geschrapt.

BBC-bestuurslid Sir Robbie Gibb wordt door de briefschrijvers specifiek aangehaald. Zijn positie zou „onhoudbaar” zijn vanwege zijn banden met de Londense krant de Jewish Chronicle, die volgens de brief regelmatig „anti-Palestijnse en racistische inhoud” publiceert. Het schrappen van de documentaire zou „slechts één voorbeeld in een lange reeks agendagedreven beslissingen” zijn.

Een woordvoerder van de BBC zei tegen nieuwsite Deadline, waar de brief gepubliceerd werd, dat er „doorlopende discussies” zijn op de redactie over de manier van berichtgeving en dat die gesprekken beter intern kunnen worden gevoerd. „De BBC is volledig toegewijd aan het onpartijdig verslaan van het conflict en heeft krachtige berichtgeving uit de regio geproduceerd. Naast het laatste nieuws, lopende analyses en onderzoeken, hebben we bekroonde documentaires geproduceerd, zoals Life and Death in Gaza en Gaza 101,” aldus een woordvoerder.

De BBC wordt al langere tijd bekritiseerd rond berichtgeving over het conflict tussen Israël en Hamas, van meerdere kanten. Zo kreeg de omroep afgelopen weekend nog hevige kritiek vanwege het niet onderbreken van de uitzending van het Glastonbury-optreden van Bob Vylan. Tijdens het optreden riep het Britse punkduo onder meer „dood aan het Israëlische leger.” De BBC liet maandag weten dat het achteraf gezien „de stream van het optreden had moeten stoppen”.


VS zetten levering van deel beloofde munitie aan Oekraïne stop

De Verenigde Staten hebben door de regering-Biden beloofde leveringen van bepaalde luchtafweerraketten en andere precisiemunitie aan Oekraïne stopgezet uit angst voor slinkende voorraden. Dat meldt politieke nieuwssite Politico in de nacht van dinsdag op woensdag op basis van drie anonieme bronnen binnen het Amerikaanse ministerie van Defensie, en is na publicatie bevestigd door het Witte Huis.

Om hoeveel munitie het precies gaat is nog niet bekend, maar zeker is dat Oekraïne alles hard nodig heeft. Het nieuws komt in een fase dat Rusland weer vaak grote drone- en rakettensalvo’s op de Oekraïense hoofdstad Kyiv afvuurt. Afgelopen weekend moest Oekraïne zeker 477 drones en zestig Russische raketten afweren — het grootste aantal sinds het begin van de al ruim drie jaar durende illegale invasie.

Een woordvoerder van het Witte Huis, Anna Kelly, zegt tegen Politico dat het besluit „vanuit Amerikaans belang” nodig was en dat er een evaluatie van de Amerikaanse militaire hulp met „andere landen over de hele wereld” aan voorafging. Het Pentagon zegt dat het aan president Donald Trump is om de militaire hulp aan Oekraïne in te richten zoals hij dat, in de context van zijn streven naar een bestand tussen Kyiv en Moskou, voor zich ziet.

Trumps inspanningen voor vrede tussen Oekraïne en Rusland hebben, los van een verzwakt Oekraïne, vooralsnog weinig opgeleverd. In de winter zette hij na een felle woordenwisseling met Volodymyr Zelensky plotseling alle militaire hulp aan Oekraïne stop, inclusief inlichtingen. Rusland wist in grensregio Koersk meteen kilometers aan terrein te heroveren. Uiteindelijk ging Kyiv akkoord met een Amerikaans voorstel voor een staakt-het-vuren van dertig dagen, waarna Trump de wapenhulp weer hervatte. Een staakt-het-vuren bleef uit. Hoewel Oekraïne inmiddels veel wapens en munitie zelf produceert, blijft het afhankelijk van hoogwaardige Amerikaanse wapens.

Ontploffingen in de lucht, afgelopen weekend, terwijl de Oekraïners Russische aanvallen proberen af te slaan.

Foto Gleb Garanich/Reuters

Polen stelt controles in bij grens met Duitsland en Litouwen

Polen gaat vanaf maandag 7 juli „tijdelijk” grenscontroles uitvoeren aan zijn grenzen met Duitsland en Litouwen. Dat zei de Poolse premier Donald Tusk dinsdag bij een persconferentie .

Volgens Tusk is de maatregel een reactie op de grenscontroles die Duitsland aan de Poolse grens uitvoert. Bij die controles stuurt Duitsland asielzoekers terug naar Polen. Volgens Tusk zorgde dat voor „spanningen” in zijn land, en een gevoel van „ongelijkheid”.

Polen heeft naar eigen zeggen al langer te maken met een migratiecrisis. Aan de oostgrens zetten Rusland en Belarus volgens de regering-Tusk migrantenstromen in als wapen om de EU te destabiliseren. Bij een persconferentie op maandag zei Tusk dat Polen „een hoop tijd, geld, zweet en, helaas, bloed” heeft geïnvesteerd om de grens met Belarus „hermetisch” af te sluiten.

Geen uitzondering

Nationalistische oppositiepartijen in Polen beschuldigen de liberale regering van Tusk er evenwel van grote aantallen ongedocumenteerde migranten toe te laten. Extreemrechtse activisten voerden de afgelopen tijd zelfs op eigen houtje „controles” uit aan de grens met Duitsland.

Polen is met zijn grenscontroles geenszins een uitzondering in Europa. Het Schengen-verdrag, waar vrijwel alle EU-landen onder vallen, stelt in principe dat landen geen grenscontroles mogen uitvoeren. Maar tijdelijke grenscontroles zijn in het geval van een crisis wél toegestaan. Op 1 juli hadden 11 van de 29 Schengenlanden gebruik gemaakt van die uitzondering om grenscontroles in te voeren, schrijft nieuwssite Politico.

Volgens premier Tusk wil Polen zich graag aan de internationale wetten en verdragen houden, maar heeft het nu geen keus. „We hebben het Schengen-verdrag verdedigd, en zullen voorstanders blijven van een Europa zonder grenzen en zonder reisbeperkingen”, aldus Tusk. „Maar die wil moet er ook zijn bij onze buurlanden.”


Douwe Bob verlaat Nederland op advies van politie

Zanger Douwe Bob heeft op advies van de politie samen met zijn gezin Nederland verlaten. „Om de veiligheid van m’n gezin en mezelf te waarborgen hebben wij besloten voorlopig te vertrekken”, schrijft de zanger op zijn Facebookpagina.

Afgelopen zondag besloot de zanger – volledige naam: Douwe Bob Posthuma – op het laatste moment om niet op te treden tijdens Jom Ha Voetbal, een jaarlijkse familiedag voor Joodse (groot)ouders en (klein)kinderen in Amsterdam. De artiest was naar eigen zeggen niet gediend van een „zionistische poster en pamfletten” op het terrein. De zanger is tegen zionisme, verklaarde hij op het podium.

Dat besluit kwam hem direct op veel kritiek te staan, onder andere van Telegraaf-journalist Wierd Duk en VVD-leider Dilan Yesilgöz. Die laatste omschreef de actie van de zanger in een X-bericht als „pure Jodenhaat”.

Doodsbedreigingen

Zondagavond benadrukte Posthuma bij talkshow Renze dat het hem niet ging om het Joodse karakter van het evenement, maar om de politieke en religieuze uitingen die er werden gedaan. Volgens Posthuma had hij met de organisatie van Jom Ha Voetbal afgesproken dat zulke uitingen er niet zouden zijn. Ook zei hij inmiddels meerdere doodsbedreigingen gehad te hebben.

Inmiddels is de druk klaarblijkelijk zo groot, dat Posthuma zich genoodzaakt voelt het land te verlaten. „In de media en door politici wordt nog steeds het beeld geschetst dat ik niet wilde spelen voor kinderen vanwege hun Joodse afkomst”, schrijft hij op Facebook.

Yesilgöz zei dinsdagmiddag dat ze hoopt met Douwe Bob in gesprek te kunnen, maar nog steeds achter haar tweet staat. De VVD-leider wil dan ook geen excuses aanbieden voor haar woorden. „Ik vind het geen olie op het vuur gooien. Het kan zijn dat hij niet scherp had wat hij zei, maar als je zegt het zionisme af te wijzen, dan zeg je ook tegen die mensen daar: ik wijs jouw identiteit af. Ik vind dat hij verantwoordelijk is voor zijn woorden.”

Posthuma zou inmiddels weer in contact staan met de organisatie Yom Ha Voetbal. Volgens de zanger willen ze „samen iets positiefs te organiseren, niet voor de camera’s maar voor de kids. Want daar gaat het om”.

Lees ook

Hoe ‘zionisme’ van een ideaal een scheldwoord werd

Een demonstratie in april in Amsterdam  georganiseerd door Time To Stand Up For Israel tegen wat de   organisatie de toename van antisemitisme, anti-Israël retoriek en academische boycots binnen Nederlandse instellingen en het publieke debat noemt. Foto Joris van Gennip/ANP


Poetin en Macron bellen voor het eerst in tweeënhalf jaar

De Russische president Vladimir Poetin en zijn Franse ambtsgenoot Emmanuel Macron hebben dinsdag voor het eerst sinds september 2022 telefonisch contact gehad. In een twee uur durend gesprek spraken de twee staatshoofden onder andere over de toekomst van het nucleaire programma van Iran en over de oorlog in Oekraïne, aldus een verklaring van het Elysée. Het is niet duidelijk wie het gesprek heeft geïnitieerd. Wel lijkt in elk geval de Franse zijde ervoor open te staan vaker contact te hebben.

Aanleiding voor het telefoontje was de crisis in Iran na de Israëlische en Amerikaanse aanvallen op de nucleaire faciliteiten van dat land, en de Amerikaanse pogingen om Iran middels onderhandelingen te dwingen tot een beperkt atoomprogramma.

Kernmachten

Frankrijk is permanent lid van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en beschikt zelf ook over kernwapens. Om die reden lijkt Macron het logisch te vinden dat zijn land in de discussies over de toekomst van het Iraanse nucleaire programma een rol speelt én daarvoor contact heeft met de andere kernmachten – ook met Rusland. Het past ook bij Macrons geloof in zijn eigen diplomatieke vaardigheden, en de kracht van bilateraal contact.

Volgens het Elysée hebben Poetin en Macron afgesproken zich samen in te spannen om een diplomatieke oplossing te vinden voor de Iran-crisis. Hiermee tracht Macron zoals vaker een plek naast de Verenigde Staten aan de onderhandelingstafel te krijgen voor Frankrijk en Europa.

Macron zou verder benadrukt hebben dat Iran zich moet houden aan de afspraken vastgelegd in het non-proliferatieverdrag (NPV). De Franse president wil met name dat Iran weer volledig gaat samenwerken met het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA), waarvan de inspecteurs hun werk onmiddellijk zouden moeten hervatten. In Iran wordt momenteel gewerkt aan een voorstel om juist uit het NPV te stappen.

Oekraïne

Een ander thema dat om evidente redenen niet onbesproken kon blijven, is de oorlog in Oekraïne. Volgens het Elysée heeft Macron de „onwrikbare steun van Frankrijk voor de soevereiniteit en territoriale integriteit” van dat land benadrukt. Macron zou hebben aangedrongen op een „zo spoedig mogelijke wapenstilstand” en hernieuwde onderhandelingen tussen Oekraïne en Rusland.

Wat Poetin betreft zou een vredesakkoord de „nieuwe territoriale realiteit” in het gebied moeten respecteren, aldus een verklaring van het Kremlin over het gesprek. Volgens die verklaring zou Poetin herhaald hebben dat de oorlog een „direct gevolg” is van het beleid van het Westen dat de „veiligheidsbelangen van Rusland” zou negeren. Macron zou hier volgens bronnen van NRC fel tegenin zijn gegaan en meermaals tegen Poetin hebben gezegd dat hij het oneens is met diens lezing van de oorlog.

Bemiddelaar

Macron lijkt zo aan Oekraïne te willen laten zien dat het land nog altijd op Franse steun kan rekenen. Om dezelfde reden zou Macron na zijn telefoontje met Moskou ook contact hebben gehad met de Oekraïense president Volodymyr Zelensky. Hoe hij naar het Frans-Russische contact kijkt, is vooralsnog onduidelijk.

Het is in elk geval niet de eerste keer dat Zelensky zich hiertoe moet verhouden. Ook in de maanden voordat Rusland in februari 2022 zijn grootschalige invasie van Oekraïne begon, wierp Macron zich op als bemiddelaar.

Hoewel het Kremlin zich weinig aantrok van zijn pogingen een diplomatieke oplossing te vinden voor de toenemende spanningen, bleef Macron als een van de weinige Westerse leiders proberen een dialoog met Poetin intact te houden. Die gestes kwamen hem geregeld op kritiek te staan, onder andere van Zelenksy. Die vond dat Macron de soevereiniteit van Oekraïne op het spel zette.

Lees ook

Poetin zet bemiddelaar Macron in de kou

De Franse president Emmanuel Macron vrijdag in Brussel.


Franse regering overleeft motie van wantrouwen omdat radicaal-rechts machtige positie wil behouden

De regering van de Franse premier François Bayrou mag voorlopig blijven zitten. Een door de Parti Socialiste (PS) ingediende motie van wantrouwen kreeg dinsdagmiddag niet genoeg stemmen om de regering tot aftreden te dwingen: 189 leden van het 577-koppige Assemblée Nationale stemden vóór de motie, die werd gesteund door parlementariërs van de Parti Socialiste en de radicaal-linkse partij LFI en enkele kleine linkse partijen. Het radicaal-rechtse Rassemblement National, de grootste partij in de Franse Tweede Kamer, stemde tegen.

Dat de Parti Socialiste de motie indiende, mag bijzonder heten: het was die linkse partij die centrumpremier Bayrou na zijn aanstelling afgelopen december een kans wilde geven, nadat zijn rechtse voorganger Michel Barnier al na een paar maanden ten val kwam toen hij poogde een begrotingswet door te voeren zonder stemming in het parlement. De socialisten steunden Bayrou omdat hij een herziening van de impopulaire pensioenhervorming van 2023 beloofde. Door die hervorming steeg de gemiddelde pensioenleeftijd van 62 naar 64 jaar. Daar is maandenlang tegen gedemonstreerd; de volledige oppositie was tegen. De hervorming kwam er toch doordat de toenmalige regering het parlement aan de kant schoof met een constitutioneel trucje.

Toen Bayrou werd aangesteld, beloofde hij een „conclaaf” met vakbonden en werkgeversorganisaties over mogelijke aanpassingen van de pensioenhervorming. Die gesprekken hebben vijf maanden geduurd en zijn eind juni zonder resultaat geklapt. Dit was niet verrassend: al vanaf het begin was duidelijk dat vakbonden en werkgeversorganisaties lijnrecht tegenover elkaar staan op alle punten, van de verhoging van de pensioenleeftijd tot de regels rondom de uitzonderingspositie voor mensen met zware beroepen. Het conclaaf werd dan ook vooral gezien als een soort levensverzekering voor Bayrou. Nadat het overleg mislukte, dienden de socialisten hun motie in.

Lees ook

Na vonnis kan Marine Le Pen geen presidentskandidaat zijn in 2027, maar: ‘Ik laat me zo niet elimineren’

Marine Le Pen bij haar aankomst maandagmorgen bij de rechtbank in Parijs. Foto Stephanie Lecocq / Reuters

Marine Le Pen wil zetel behouden

Het Rassemblement National van Marine Le Pen heeft dinsdag niet voor de motie gestemd. Dat is opvallend aangezien de partij fel tegenstander is van de pensioenwet en zeer kritisch over premier Bayrou. Maar er spelen andere krachten: als de regering-Bayrou nu ten val komt, groeit de kans dat president Emmanuel Macron binnenkort parlementsverkiezingen uitschrijft. Daarbij mag Le Pen zich niet verkiesbaar stellen omdat ze in maart is veroordeeld voor fraude met Europees geld. Verkiezingen betekenen dat ze haar mediagenieke stoel in de Assemblée verliest.

Ook speelt mee dat nieuwe verkiezingen meer politieke instabiliteit betekenen – en daarvoor wil het RN, dat hard werkt aan een volwassen imago, niet verantwoordelijk gehouden worden. Daarnaast wil de partij druk kunnen blijven zetten op Bayrou in aanloop naar de presentatie van de begroting van 2026, later deze maand. „Als François Bayrou slim is, en dat is hij, gaat hij een begroting presenteren met een aantal maatregelen die ons bevallen”, zei een hooggeplaatste medewerker van de partij deze week tegen nieuwszender FranceInfo. „Wij zullen onze rode lijnen uitzetten en hij zal ze volgen.” Zo toont de radicaal-rechtse partij andermaal dat zíj bepaalt of de Franse regering sneuvelt of niet – zoals dat bij het einde van de regering-Barnier ook al het geval was.

Bezuinigingen

Dat de regering mag blijven zitten, wil niet zeggen dat de rust terugkeert in de Franse politiek. De begroting wordt de volgende test voor de regering-Bayrou: hij wil tientallen miljarden bezuinigen om de enorme staatsschuld te verminderen en zal daarvoor impopulaire keuzes moeten maken, terwijl hij geen meerderheid geniet in het parlement.

Ook kan president Macron vanaf 8 juli het parlement ontbinden: een jaar na de parlementsverkiezingen van vorig jaar, die Macron toen onverwachts uitschreef omdat radicaal-rechts had gewonnen bij de Europese verkiezingen. Dat zou nieuwe parlementsverkiezingen betekenen. Vooralsnog lijkt dat geen logisch scenario, maar dat leek het in juni 2024 ook niet. En toen koos de president er tot verrassing van heel Frankrijk ook voor – met het wankele politieke speelveld waarop zijn premier zich nu staande poogt te houden als gevolg.

Lees ook

Franse premier Bayrou haalt uit naar pers en onderzoekers in verhoor over misbruikzaak

François Bayrou bij een persconferentie half april.