Minister Veldkamp wil Nederlandse maatregelen tegen Israël overwegen als er 15 juli nog geen bestand is

Nederland is bereid nationale maatregelen tegen Israël te overwegen, mocht de Europese Unie daar later deze maand geen overeenstemming over bereiken. Dat heeft demissionair minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp (NSC) woensdag gezegd in een commissiedebat in de Tweede Kamer. Ook als er tegen die tijd geen staakt-het-vuren is tussen Hamas en Israël, zegt Veldkamp bereid te zijn te willen „kijken” naar stappen.

Hoewel Veldkamp woensdag terughoudend taalgebruik koos, toont hij met deze uitspraken wel opnieuw dat de Nederlandse opstelling richting Israël langzaam verschuift. Eerder nam hij namens Nederland het initiatief om in Europees verband te laten onderzoeken of Israël de voorwaarden van het EU-associatieverdrag negeert.

Volgens Veldkamp zelf schendt Israël het humanitair recht door de grens naar Gaza af te sluiten, zodat voedsel, water en medicijnen het gebied niet in kunnen. Onlangs sloot Veldkamp zich eveneens aan bij een rijtje landen dat sancties wil opleggen aan twee extreemrechtse ministers uit het Israëlische oorlogskabinet.

Europese top

15 juli komen Veldkamp en zijn Europese collega’s samen. Kaja Kallas, de buitenlandchef van de Europese Unie, komt dan mogelijk met een voorstel voor maatregelen tegen Israël. Aanleiding hiervoor is het door Veldkamp geïnitieerde onderzoek naar het associatieverdrag tussen de Europese Unie en Israël. Dat onderzoek stelde vast dat er inderdaad „indicaties” zijn dat Israël het associatieverdrag schendt. Over welke consequenties hieraan verbonden moeten worden, is Europa echter sterk verdeeld.

Desondanks zei Veldkamp tijdens het debat maatregelen in EU-verband te prefereren boven eenzijdige maatregelen. Volgens Veldkamp zullen nationale maatregelen „niet heel veel effect hebben”, maar als meer landen eenzijdig stappen nemen kan het wel in iets resulteren, zei hij. Hij wilde, tot frustratie van oppositiepartijen, niet vooruitlopen op wat voor maatregelen dit zouden kunnen zijn.

Lees ook

EU schuift sancties tegen Israël om schending mensenrechten voor zich uit

Palestijnen maandag bij een voedseldistributiepunt in Nuseirat, in de Gazastrook. Foto Eyad Baba/AFP


Deze twee Afghanen werkten voor de Nederlandse krijgsmacht: nu leven ze ondergedoken

Vroeg in de ochtend op een decemberdag gebeurde waarvoor een 41-jarige Afghaan [naam bekend bij de redactie] al een tijd gevreesd had. De ochtendmist hing nog over de landerijen rondom het kleine dorp in het noordoosten van Afghanistan, waar de man en zijn gezin van negen de afgelopen drie jaar gevestigd waren. Buitenshuis had hij geprobeerd zijn identiteit zo goed mogelijk verborgen te houden: hij vertelde niemand over de jaren dat hij deel uitmaakte van de zogeheten Afghan Security Guards (ASG), de lokale bewakers die tussen 2006 en 2010 werden ingehuurd door de Nederlandse krijgsmacht in de centraal gelegen provincie Uruzgan. Hij werd in die jaren ingezet op de militare basis Deh Rawod in het zuidwesten van die provincie.

In gesprekken met zijn buren hield hij zich op de vlakte, hij hulde zich in grote sjaals – de door de Taliban voorgeschreven baard diende als een soort vermomming. Maar in een klein dorp kun je je niet blijven verstoppen, dacht de oud-bewaker al. „Uiteindelijk wisten veel mensen toch wel dat ik voor internationale troepen had gewerkt. En ik kon niet van alle dorpsgenoten nagaan wie wel of niet informatie aan de Taliban zou doorspelen.” En zo kwam het dat Taliban-leden eind vorig jaar zijn huis binnenkwamen en hem oppakten.

Toen de Taliban bijna vier jaar geleden de macht overnamen in Afghanistan, stelde het leiderschap dat zij een toleranter bewind zouden voeren dan het regime van de jaren negentig. Er zou bijvoorbeeld amnestie gelden voor de burgers die hadden samengewerkt met de buitenlandse troepen of met de Afghaanse republiek die met internationale steun was ingesteld en door de islamitische organisatie was verdreven. „Ik heb dat nooit geloofd van de Taliban”, zegt de oud-bewaker via een krakende WhatsApp-verbinding tegen NRC. „Sinds augustus 2021 had ik diep in mijn hart de angst dat ze achter me aan zouden komen.”

De 41-jarige kwam na zijn arrestatie terecht „in een donkere kamer, een cel, maar ik weet niet waar”. Hij zat daar zeven dagen vast, zegt zijn vertaler – een vriend die deelneemt aan de met NRC gevoerde gesprekken, omdat hij na enige jaren als arbeidsmigrant in India Engels en Hindi spreekt. Drie dagen deelde de oud-bewaker de celruimte met een 38-jarige oud-collega, die op dezelfde dag werd opgepakt door Taliban-leden. De 38-jarige nam ook deel aan de gesprekken met NRC.

In detentie werden de twee mannen fysiek mishandeld, zeggen ze: ze werden geslagen, hun haar werd uitgetrokken, in de winterse kou werd hun hoofd onder water gehouden. Een van de mannen zegt in het kruis te zijn geschopt. Bewijs van de mishandelingen hebben ze niet. De oudere bewaker overwoog na zijn vrijlating foto’s te nemen van zijn beurse handen en torso, maar was toch bang dat de beelden later zouden worden ontdekt op zijn telefoon of onderschept door de autoriteiten.

De mannen vertellen hoe de Taliban hen onder druk probeerden te zetten: „‘Jullie werkten met ongelovigen, en daarvoor moet je nu boeten.’ Ze zeiden dat we nog steeds wapens van de Nederlanders in bezit hebben.” Dat laatste ontkennen ze allebei aan de telefoon.

NRC had in februari en maart contact met de twee Afghaanse mannen na doorverwijzing door de organisatie Vluchtelingenwerk, die een groep oud-ASG’ers bijstaat die beschermingsverzoeken indienden bij de Nederlandse staat. Beide oud-bewakers willen hetzelfde; het verzoek van de 41-jarige Afghaan werd dit voorjaar afgewezen. Vorig jaar besloot het kabinet geen nieuwe evacuaties te organiseren van deze „afgebakende groep” van oud-medewerkers die door hun associatie met de internationale troepenmacht door de Taliban als vijand worden gezien.

Wraakacties

Volgens de Taliban is de amnestie voor voormalige medewerkers van buitenlandse troepen en oud-ambtenaren van de Afghaanse republiek nog steeds van kracht. Ook gevluchte Afghanen die willen terugkomen – of daartoe worden gedwongen, zoals vluchtelingen die Pakistan worden uitgezet – hebben volgens de machthebbers niets te vrezen. Als deze mensen zich vreedzaam gedragen en „geen politieke activiteiten ontplooien”. Analisten tekenen daarbij aan dat dat kan worden opgevat als een waarschuwing aan dissidenten.

De zorgen over mogelijke represailles zijn in de afgelopen jaren gebleven. De Zweedse Afghanistan-veteraan Björn Blanck, die zich hardmaakt voor het lot van Afghaanse oud-bewakers en oud-vertalers die voor Zweedse troepen werkten, hecht weinig waarde aan de amnestie. Hij onderhoudt contact met zo’n vijftig Afghanen die ‘achterbleven’. Blanck zocht deze week de Zweedse media op vanwege de moord op de Afghaanse vertaler Mohammed. Hij werd in juni doodgeschoten nabij de stad Sjeberghan, in de provincie Jowzjan waar Zweedse troepen gestationeerd waren. Blanck vermoedt dat Mohammed vermoord werd vanwege zijn werk voor de internationale troepenmacht.

Volgens politieke analisten is de reden voor arrestaties, mishandeling of andere wraakacties door autoriteiten of anderen moeilijk vast te stellen. Er kan ook sprake zijn van persoonlijke vendetta’s of familievetes. Burgers die nu schijnbaar willekeurig worden opgepakt, kunnen ook door de Taliban worden verdacht van pogingen tot verzet of sabotage tegen het huidige regime. Op papier lijkt de amnestie nog van kracht. „Tegelijkertijd wordt er van overheidswege niet ingegrepen als de amnestie geschonden wordt, lijkt het”, stelt Blanck tegen NRC.

De vaststelling of oud-medewerkers van de internationale troepen nu specifiek gevaar lopen, is vaak een cruciale stap in de evacuatiezaken. De twee oud-bewakers van Nederland dienden allebei verzoeken in bij de Nederlandse staat. Maar ze mailden pas in 2022, maanden na de val van Kabul en de machtsovername in Afghanistan, en vielen zo buiten de periode die werd gehanteerd door de Nederlandse overheid om in aanmerking te komen voor overbrenging.

Taliban-vechter op een markt in Kabul, Afghanistan, op 5 juni. Foto Ebrahim Noroozi/AP

Terugbetalen

De twee oud-ASG’ers kwamen vrij dankzij onderhandelingen door een imam. De Taliban eisen van beide mannen een maandelijkse betaling van driehonderd dollar, ter compensatie voor hun „betrokkenheid bij de strijd tegen de islamitische mujahideen [strijders] in het district Deh Rawood, provincie Uruzgan”, waarbij Taliban-strijders omkwamen. Dat staat te lezen in een handgeschreven document – gedateerd december 2024 – dat is ondertekend door de twee mannen, de imam en bij de onderhandelingen betrokken dorpsgenoten. NRC kreeg via WhatsApp een foto van dat document opgestuurd.

De oud-ASG’ers stellen in dat ‘vrijlatingsformulier’ dat zij „de regels en voorschriften van het Islamitisch Emiraat van Afghanistan accepteren en naleven”. Voor hun vrijlating erkennen zij dat ze „in goede gezondheid zijn en hebben bekend, een voorwaarde van onze vrijlating”. Ze ondertekenden het document – er staan ook vingerafdrukken bij – om aan verdere mishandeling te ontkomen, vertellen ze.

Maar ze kunnen niet aan de voorwaarden voldoen. De driehonderd dollar per maand zijn een onmogelijke opgave; de economie in Afghanistan staat er slecht voor. De 41-jarige oud-bewaker verdient tegenwoordig, zo anoniem mogelijk, als fruitverkoper met een handkar misschien net 70 dollar per maand. Hij verliet het dorp waar hij werd opgepakt en zit nu ondergedoken in een middelgrote stad nabij Kabul. Terug naar zijn dorp durft hij niet, bang voor de Taliban die hem opnieuw zouden kunnen oppakken omdat hij niet kan betalen. „Ik heb al mijn contactgegevens veranderd. De imam is een belangrijke man, maar ik vertrouw niemand meer in mijn oude woonplaats”, zegt hij. Het land waarop zijn huis stond, zou inmiddels zijn overgenomen door een Talibanlid. „Ik zit er helemaal doorheen.”


VN-rapporteur: ook Nederlandse bedrijven medeplichtig aan Israëlische ‘economie van genocide’

Speciaal VN-rapporteur Francesca Albanese heeft dinsdag een rapport gepubliceerd waarin ze oproept tot internationale strafrechtelijke vervolging van bedrijven en stichtingen die zouden investeren in de Israëlische bezetting, „apartheid” en „genocide” in de Palestijnse gebieden. Het rapport beschrijft hoe tientallen „invloedrijke” bedrijven over de hele wereld de Israëlische „genocidale bezettingseconomie” financieel in stand hebben gehouden, en daarvan hebben geprofiteerd. Dat maakt de bedrijven medeplichtig aan „mensenrechtenschendingen en internationale misdaden tegen het Palestijnse volk”, aldus de VN-rapporteur.

Het rapport stelt dat bedrijven verplicht zijn om mensenrechtenschendingen van hun hand te voorkomen als zij zakendoen in gebieden waar dat kan gebeuren. De genoemde bedrijven zouden de wetten die hen daartoe verplichten niet genoeg hebben nageleefd.

Grote namen in het rapport zijn Microsoft, Google’s moederbedrijf Alphabet, IBM, Amazon, Allianz, Airbnb, Hyundai en Volvo. Deze bedrijven dragen volgens speciaal VN-rapporteur Albanese bij aan het „legitimeren en normaliseren van Israëlische daden” door geld te investeren en technologie te leveren waardoor de „Israëlische koloniale bezetting kan voortbestaan”.

Het rapport spreekt van een koloniale bezetting omdat de Westelijke Jordaanoever sinds 1967 wordt bezet door Israël. Israëlische nederzettingen zijn daar illegaal volgens het internationaal recht en worden bewoond door zo’n 600.000 kolonisten.

Oproep

Het is de eerste keer dat de speciaal rapporteur van de VN nadrukkelijk oproept tot strafrechtelijke vervolging voor de ondernemingen en hun leidinggevenden. Bovendien dringt Albanese aan tot boycotts, desinvesteringen en sancties tegen de bedrijven – een oproep die tot nu toe was voorbehouden aan activisten voor de Palestijnse zaak.

Voor het VN-onderzoek werd een database van meer dan duizend bedrijven samengesteld. De conclusies in het rapport zijn gebaseerd op onderzoeken van maatschappelijke organisaties, media en de VN Werkgroep voor Bedrijven en Mensenrechten.

Ook werd een andere database van de VN geraadpleegd, waar de organisatie sinds 2020 publiekelijk bijhoudt welke bedrijven zakendoen in Israëlische nederzettingen. Nonprofitorganisaties zoals BDS (Boycott, Divestment, Sanctions) roepen op basis van die lijst al jaren op tot het vermijden van bedrijven en producten die verbonden zijn met Israëlische nederzettingen. VN-rapporteur Albanese sluit zich nu openlijk aan bij deze oproep.

Nederland

Ook het in Nederland gevestigde Booking.com en de Nederlandse stichting Christenen voor Israël worden genoemd. Booking.com ligt al enkele jaren onder vuur vanwege het aanbieden van overnachtingen in illegale Israëlische nederzettingen, en is daar vorig jaar voor aangeklaagd door vier ngo’s. Het OM onderzoekt de zaak.

Religieuze liefdadigheidsinstellingen zijn volgens het rapport „belangrijke financiële facilitators voor illegale projecten” in de bezette Palestijnse gebieden. Gezamenlijk zouden zij meer dan 12,25 miljoen Amerikaanse dollar (ruim 10 miljoen euro) naar kolonistische projecten hebben overgemaakt.

De Nederlandse stichting Christenen voor Israël zou 300.000 euro hebben geïnvesteerd in een nieuwe wijk in een illegale Israëlische nederzetting op de bezette Westelijke Jordaanoever, bleek afgelopen maart uit onderzoek van Investico, BOOS, het Nederlands Dagblad en De Groene Amsterdammer. Mogelijk werd ook geld van de organisatie gebruikt om wapens voor kolonisten aan te schaffen.

Het VN-rapport stelt op basis van dit onderzoek dat de stichting daarom strafrechtelijk vervolgd kan worden voor hun rol bij de illegale Israëlische bezetting.

Volgens Christenen voor Israël kloppen de conclusies van Albanese en de Nederlandse media niet. De stichting ontkent de beschuldigingen en spreekt van een lastercampagne. Albanese zou de stichting afgelopen april per brief gewaarschuwd hebben voor de publicatie van het rapport en de strafrechtelijke gevolgen ervan voor de stichting en leidinggevenden. De stichting schrijft Albanese te hebben verzocht om meer bewijs te leveren voor de conclusies, maar geen reactie te hebben ontvangen.

Zeker 45 organisaties die in het rapport worden genoemd zijn „naar behoren ingelicht over de feiten” waarop de beschuldigingen zijn gebaseerd. 15 daarvan zouden geantwoord hebben.

Albanese wordt door pro-Israëlische groeperingen en bondgenoten van Israël regelmatig bekritiseerd op haar inzet voor de Palestijnse zaak. De Amerikaanse regering verwijt haar bijvoorbeeld gebruik te maken van „opruiende, juridisch twijfelachtige en antisemitische praktijken”.

Donderdag presenteert Albanese het rapport in de VN Mensenrechtenraad in Genève.

Correctie (2-7-2025 21.08): in een eerdere versie van dit artikel werd de suggestie gewekt dat speciaal rapporteur Albanese namens de Verenigde Naties spreekt. Dat is hierboven aangepast.

Lees ook

Francesca Albanese: ‘Ik ben teleurgesteld dat Kamerleden ontkennen wat er in Palestina gebeurt en Israël geen verantwoording laten afleggen’

Francesca Albanese, de VN-rapporteur voor mensenrechten in de bezette Palestijnse gebieden, in Den Haag.


Carbon credits spelen een cruciale rol in de nieuwe klimaatdoelen van de EU. Hoe werken ze en waarom zijn ze controversieel?

Na ruim drie maanden vertraging kwam daar het verlossende woord: de uitstoot van broeikasgassen moet in 2040 met 90 procent zijn teruggedrongen ten opzichte van 1990. Dat gaat gepaard met de nodige flexibiliteit, om zo landen aan boord te houden waar de groene wind is afgezwakt.

De vergroeningsagenda staat onder druk door „het huidige economische, veiligheids- en geopolitieke landschap”, aldus de Commissie. „Het is belangrijk om niet dogmatisch te zijn over hoe we tot succes komen”, stelde Eurocommissaris Wopke Hoekstra woensdag tijdens de presentatie van het nieuwe klimaatdoel.

„We moeten ambitieus maar pragmatisch zijn”, vervolgde hij. En dus wordt de manier waarop lidstaten zich aan de afspraak moeten houden versoepeld. Zij kunnen vanaf 2036 via internationale ‘carbon credits’ 3 procent van hun CO2-reductie afkopen in landen buiten de EU.

De Europese Commissie ziet in dit internationale ruilmiddel „potentieel” om de economische en duurzaamheidsrelatie met het „mondiale zuiden” te versterken. Hoekstra: „En laten we eerlijk zijn: de planeet maakt geen onderscheid waar emissies in de lucht terechtkomen”.

De koolstofkredieten zijn controversieel, gaan tegen het advies van de Europese wetenschappelijke raad in en zijn fraudegevoelig.

We moeten ambitieus maar pragmatisch zijn

Wopke Hoekstra
Eurocommissaris

1
Wat houden de Europese Klimaatwet en de huidige Europese klimaatdoelen precies in?

De Europese Klimaatwet, die in juli 2021 van kracht ging, stelt dat de EU in 2050 klimaatneutraal moet zijn. Het gaat hierbij om een ‘netto nul’ uitstoot: het totaal van de CO2-emissies minus dat wat er lokaal wordt gecompenseerd, door bijvoorbeeld opname via bomen of CO2-opslag.

Om de decarbonisatiedoelstelling te halen, zijn er tussentijdse doelstellingen opgesteld. Zo moet de uitstoot van broeikasgassen in 2030 met ten minste 55 procent worden teruggebracht ten opzichte van 1990. Om dat te behalen nam de EU het wetgevingspakket ‘Fit for 55’ aan.

Onder Commissie Von der Leyen-1 stond vergroening van de economie hoog op de agenda. PvdA’ers Frans Timmermans en Diederik Samsom stonden aan het roer van het Brusselse klimaatbeleid en waren grotendeels verantwoordelijk voor de ‘Green Deal’. Maar de huidige politieke tendensen laten klimaatmoeheid zien.

2
Het nieuwe credo is ‘meer flexibiliteit’. Wat zijn de grote veranderingen voor 2040?

De Europese Commissie stelt: „We blijven op koers door vast te houden aan de emissiereductie van 90 procent”. Europarlementariër Mohammed Chahim (GroenLinks-PvdA): „Hier hebben we jarenlang voor gestreden. Het is echt een belangrijke stap”.

Maar de EU komt daarbij landen – die moeite hebben met het behalen van hun klimaatdoelen, of deze niet ten koste van de binnenlandse industrie willen laten gaan – tegemoet door regels te versoepelen. Zo moet emissiehandel onder het zogeheten Emission Trading System (ETS) aantrekkelijker worden gemaakt en moet er meer flexibiliteit komen tussen sectoren. Zo kan een land de uitstootproblemen in een specifieke sector (bijvoorbeeld landgebruik) compenseren door betere prestaties op het gebied van emissiereducties in een andere sector (bijvoorbeeld transport of de afvalsector).

De grootste verandering ten opzichte van de eerdere klimaatvisie: lidstaten mogen investeringen buiten de EU doen en die mee laten wegen in hun klimaatdoel.

3
Wat zijn carbon credits, en hoe wil de EU die toepassen?

Een carbon credit, of koolstofkrediet, is een verhandelbaar certificaat (emissievergunning) dat staat voor de vermindering of verwijdering van broeikasgassen. Hiermee wordt de eigen uitstoot elders, in dit geval buiten de EU, gecompenseerd. In het Klimaatakkoord van Parijs zijn er vorig jaar regels over ingevoerd. Een carbon credit staat gelijk aan één ton koolstofdioxide of de equivalente hoeveelheid van een ander broeikasgas dat is verminderd of verwijderd. Er bestaat geen vaste prijs per eenheid.

De EU wil „high-quality” internationale carbon credits invoeren vanaf 2036, waarbij landen tot 3 procent van hun uitstoot kunnen verminderen in het buitenland. De kredieten moeten volgens Hoekstra „een verifieerbaar, certificeerbaar en additioneel vangnet” zijn om de klimaatdoelen te behalen. Aankoopregels over de oorsprong, kwaliteitscriteria, timing en het gebruik van de carbon credits moeten nog worden vastgesteld.

De Commissie berekende dat er met de carbon credits jaarlijks ongeveer 150 miljoen ton CO2 meer kan worden uitgestoten op het eigen continent (vergelijkbaar met de jaarlijkse Nederlandse uitstoot). Critici stellen dat die berekening achterhaald is: de werkelijke hoeveelheid CO2 die met carbon credits kan worden afgekocht zou neerkomen op maximaal 750 miljoen ton.

We kopen hiermee voor veel geld onze verantwoordelijkheid voor klimaatactie af in het buitenland

Mohammed Chahim
Europarlementariër GroenLinks-PvdA

4
Is CO2-uitstootvermindering ‘afkopen’ in het buitenland een duurzaam toekomstmodel?

Het is een „onnodig en duur geitenpaadje”, vindt Europarlementariër Chahim. „We kopen hiermee voor veel geld onze verantwoordelijkheid voor klimaatactie af in het buitenland. In plaats van het geld te geven aan elektrolysers bij staalfabrieken in Marokko, zouden we moeten zorgen dat Tata Steel in Nederland verduurzaamt.”

Carbon credits zijn controversieel vanwege de fraudegevoeligheid. Ook gaat het gebruik in tégen de aanbevelingen van de (onafhankelijke) Europese Wetenschappelijke Adviesraad voor Klimaatverandering. Die pleitte begin juni voor een CO2-reductie van 90 tot 95 procent op eigen grondgebied. „90 procent is een absolute ondergrens”, zegt Detlef van Vuuren, hoogleraar mondiale milieuveranderingen aan de Universiteit Utrecht. „Voor het klimaat geldt simpelweg dat elke ton CO2 die we uitstoten, meetelt in de badkuip die steeds verder volloopt…”

Gerben-Jan Gerbrandy, Europarlementariër voor D66 en vicevoorzitter van de Europese liberalen, betreurt het dat „Europa, dat altijd ambitieus is geweest op het vlak van klimaatbeleid, nu het wetenschappelijke pad voor het eerst verlaat”. Gerbrandy wijst daarnaast op een reactie die hij recent kreeg vanuit de Afrikaanse Unie: „Met een strekking van ‘mooi is dat, dan komen ze onze goedkope reducties wegnemen en blijven de moeilijkere reducties voor ons over’”.

Chahim besluit met zorg: „Het geitenpad mag geen olifantenpad worden. We moeten de wetgeving in Europa blijven richten op het halen van 90 procent”.

5
Hoe staat de EU er nu voor?

Bij een recente analyse van het 2030-doel bleek dat Europa ‘collectief aardig op weg’ is om het aanstaande 55-procentdoel te behalen. Maar de weerstand tegen klimaatbeleid groeit. Verschillende lidstaten – waaronder Frankrijk, Polen en Hongarije – rebelleren tegen een ‘strenge Brusselse aanpak’, bang voor economische schade in de binnenlandse industrieën.

6
Wat zijn de volgende stappen?

Zowel de Europese Raad (de regeringsleiders) en het Europees Parlement moeten nog akkoord gaan met het voorstel van de Commissie. De verwachting is dat dat een proces van maanden gaat zijn. EU-voorzitter Denemarken hoopt in september koppen met munten te slaan, als ook de klimaatdoelstelling voor 2035 moet worden bepaald, in aanloop naar de Klimaattop eind dit jaar in Brazilië (COP30).


Neanderthalers hadden een ‘vetfabriek’ om botten uit te koken. Het vet aten ze op

Neanderthalers kookten op grote schaal botten uit om het vet eruit te verzamelen en op te eten. In Duitsland, ten zuiden van Halle, is zo’n ‘vetfabriek’ gevonden, zoals de archeologen het noemen, van onverwacht hoge ouderdom: 125.000 jaar oud.

Neanderthalers verzamelden daar in korte tijd grote hoeveelheden botten van minstens 172 grote dieren (paarden, oerrunderen, herten en zelfs een enkele leeuw). Die botten sloegen ze vervolgens met hamerstenen in meer dan honderdduizend fragmenten. Die fragmenten kookten ze vervolgens boven een laag vuurtje, mogelijk in ‘containers’ (potjes) van berkenschors, zo schrijft een team van archeologen, onder leiding van Lutz Kindler (Johannes Gutenberg-Universität Mainz) en Wil Roebroeks (Universiteit Leiden) deze week in Science Advances.

Het breken van botten om daaruit het vette beenmerg te kunnen eten is een gewoonte van mensachtigen die al miljoenen jaren oud is. Maar onder moderne jagers-verzamelaars is ook het uitkoken van botten een algemeen verspreide praktijk, om daarna het losgekomen vet van het wateroppervlak te scheppen. De oudst bekende aanwijzing daarvoor in de prehistorie was tot nu toe slechts 28.000 jaar oud, uit het Portugese Vale Boi (in de Algarve), toen alleen nog moderne mensen, Homo sapiens, in Europa leefden. Dat de Duitse gereedschap- en bottenvondsten nu wijzen op hetzelfde gedrag bij neanderthalers, voegt opnieuw een duidelijk bewijs van flexibele maar ook arbeidsintensieve voedselverwerking toe aan het repertoire van de vroeger zo vaak onderschatte neanderthalers. Onderzoeken uit heel Europa toonden eerder al neanderthalers die planten, vis, zeevruchten en zelfs granen aten. De grote schaal van de ‘grease rendering site’ bij de Duitse vindplaats Neumark Nord wijst ook op efficiënte planning en voorbereiding. Gezien hun flexibiliteit in voedselkeuze zullen de neanderthalers in Neumark hun calorieën ongetwijfeld niet alleen uit de vetfabriek hebben gehaald maar ook uit allerlei soorten plantaardig voedsel. Neanderthalers stierven ongeveer 35.000 jaar geleden uit. Ze zijn nauwe verwanten van de moderne mens, met een gemeenschappelijke voorouder die 600.000 jaar geleden leefde. Er is ook daarna nog veel genenuitwisseling geweest.

Enorme hoeveelheden

De belangrijkste aanwijzing voor de vetfabriek in Neumark is de combinatie van de enorme hoeveelheden door mensen gebroken botfragmenten van minstens 172 individuele dieren, hamerstenen én de vele resten van vuur op een kleine plek van 50 vierkante meter vlak bij een van de toenmalige meertjes op Neumark Nord. Het zijn resten die al die millennia ook bijzonder goed bewaard zijn gebleven in een sedimentlaag, zonder verstoring. „Het is een constellatie die in vorm en inhoud als twee druppels water lijkt op wat we weten van vetproductie-plaatsen uit de etnografie”, zegt archeoloog Wil Roebroeks in een toelichting.

En verder is al langer bekend dat sommige neanderthalers hun voedsel kookten. „Maar hoe ze hier de botten kookten, weten we gewoonweg niet precies”, erkent Roebroeks. „Wat we wel weten is dat neanderthalers toen al minstens 100.000 jaar berkenpek gebruikten om lijm te maken, een best ingewikkeld proces. Berkenschors was voor hen zeker een bekend materiaal. En uit experimenten is duidelijk geworden dat je daarvan goed een waterdichte container kunt maken die je, gevuld met water, boven een open vuur kunt opwarmen. Het water hoeft niet eens te koken, je laat de botfragmenten gewoon lang sudderen. Dat is hier de simpelste en dus vooralsnog waarschijnlijkste optie.”

Aan de botresten is helaas niet te zien of ze gekookt waren. De veranderingen die daardoor ontstaan, zijn nog niet te onderscheiden van veranderingen die veroorzaakt worden door langdurig verblijf in de grond.

Konijnenuithongering

Vet was extreem belangrijk voor prehistorische jagers-verzamelaars. Toch is bij het onderzoek van prehistorische diëten heel lang de nadruk blijven liggen op het belang van dierlijk eiwit dat bij de jacht verworven werd. En nog altijd is dat ‘protein-first-idee’ stevig gevestigd in de nog altijd bestaande sociale beweging van ‘oerdiëten’.

In werkelijkheid was – en is – eiwit geen geschikt ‘bulkvoedsel’ om aan voldoende calorieën te komen omdat het bij grote hoeveelheden giftig kan worden. Bij de vertering van eiwit komt ammoniak vrij en de lever kan die voor mensen giftige stof niet onbeperkt afbreken. De bovengrens voor dagelijkse consumptie ligt voor volwassenen ongeveer op 300 gram eiwit per dag, hetgeen slechts 1.200 kcal oplevert. Daarboven ontstaat een langzame vergiftiging die in de literatuur ‘konijnenuithongering’ heet, genoemd naar een historisch verschijnsel in Noord-Amerika, waar ooit indianengroepen en nog vaker westerse kolonisten die door omstandigheden gedwongen waren lange tijd alleen konijnenvlees te eten, dat bijzonder weinig vet bevat. Ze werden al na een week misselijk en beroerd. Op sommige poolexpeditie kwam hetzelfde voor.

Zo belangrijk is vet vlees bij jagers dat het in huidige tijden zo geliefde rood vlees, dat weinig vet bevat, door traditionele jagers-verzamelaars vaak aan hun honden werd gegeven, of gewoon bij de slacht achtergelaten. De vetrijke weefsels om de ingewanden, de vettige hersenen en borststukken en natuurlijk de botten zijn veel belangrijker.

De opgravingssite van Neumark Nord is bijzonder omdat al uit eerder onderzoek bleek dat daar neanderthalers duizenden jaar lang vrijwel permanent woonden op een relatief klein oppervlak en ook het landschap aan hun behoeften aanpasten (onder andere door de vegetatie rond meertjes regelmatig af te branden). En niet alleen op de plek de vetfabriek worden grote hoeveelheden botten gevonden, ook elders in het wijdere gebied liggen grote verzamelingen uit dezelfde tijd, ook van olifanten en neushoorns. Roebroeks: „Ik denk dat we hier naar het topje van de spreekwoordelijke ijsberg kijken. Bejaging door neanderthalers zou weleens een heel grote invloed kunnen hebben gehad op de populaties van hun prooidieren, zeker als het gaat om dieren met een langzame voortplanting, zoals olifanten en neushoorns.”

Lees ook

Nederland ligt vol met sporen van neanderthalers (maar de kenners ervan gaan met pensioen)

Reconstructie van het gezicht van een neanderthaler die 50.000 jaar geleden leefde in Doggerland, nu de Noordzee. Een botfragment dat als basis ervoor diende werd gevonden in Zeeland.


Illegaal verblijf kan strafbaar worden. Net als de hulp van het Leger des Heils, Vluchtelingenwerk en honderden kerken in Nederland

Als lid van de oppositie vastgezet in een politieke gevangenis. Na marteling voor dood gehouden en op een stapel lijken gegooid aan de rand van het complex. Ontsnapt, naar Europa, naar Nederland, en toen ze dacht dat de ellende voorbij was alsnog bijna teruggestuurd, omdat ze bij de IND de tijdlijn van haar vlucht niet op een rij kreeg.

Alice Beldman, manager medische opvang ongedocumenteerden bij het Amsterdams Solidariteits Komitee Vluchtelingen (ASKV), moest deze week terugdenken aan de Oegandese vrouw die nu in Nederland een huis heeft en een verblijfsvergunning kreeg, dankzij de moeite die hulpverleners staken in de herhaalde asielaanvraag die werd toegewezen. „Deze vrouw was zwaar getraumatiseerd en dan worden herinneringen soms flarden die je niet goed meer in de tijd kunt zetten.”

Stel dat de asielwetten worden aangenomen waarover de Tweede Kamer donderdag stemt. En stel dat – want dat staat erin – illegaal verblijf in Nederland strafbaar wordt gesteld, net als de hulp aan mensen die illegaal hier zijn. De gevolgen, zegt Beldman, zijn niet te overzien. „Dan mogen we zo’n herhaalde asielaanvraag, waarin we zaken kunnen repareren, niet eens meer voeren. Dan zou zelfs al het werk dat wij doen strafbaar zijn.”

Alle problemen worden nu op deze groep afgeschoven

Alice Beldman
Amsterdams Solidariteits Komitee Vluchtelingen

En niet alleen het werk van het ASKV, dat met zo’n vijftig medewerkers en drie opvanglocaties juridische en medische ondersteuning biedt aan ongedocumenteerden. Ook Vluchtelingenwerk Nederland zou strafbaar zijn. Het Leger des Heils. Stichting LOS in Rotterdam. Huize Agnes in Utrecht. Stichting GAST in Nijmegen. Vluchteling Onder Dak in Wageningen. VidK in Eindhoven. INLIA in Groningen. En al die honderden kerken en ngo’s – in zowat elke gemeente wel één – die vluchtelingen zonder papieren helpen. Net als de gemeenten zelf, die na versobering van het landelijk beleid nu eigenhandig pogen deze mensen van de straat te houden.

Lees ook

Strafbaarstelling van illegaliteit is voor het CDA een brug te ver. Met het intrekken van steun voor asielwetten loopt de partij een electoraal risico

Henri Bontenbal (CDA) en Dilan Yesilgöz (VVD) bij aankomst van de wekelijkse stemmingen in de Tweede Kamer. Foto Remko de Waal/ANP

Politieke toon

En ja, Nederland verrechtst. Dat begon eigenlijk al toen Beldman (62) begin jaren negentig bij het ASKV startte, vlak nadat de vreemdelingenwet was aangescherpt. Ongedocumenteerden zijn de kwetsbaarste groep en dan heb je, vindt ze, de morele plicht om je daarvoor in te zetten. „Juist in een land waar we het met z’n allen heel erg goed hebben.” Zo’n één cliënt in de week meldde zich destijds bij de hulporganisatie, soms afgezet door de vreemdelingendienst zelf, die ze liever ook niet zomaar op straat zette. Maar door de afbouw van voorzieningen zijn het er nu gemiddeld tien per week, vijfhonderd per jaar. En ook de politieke toon is veranderd. „Alle problemen worden nu op deze groep afgeschoven.”

Maar dat er nu een gerede kans is dat de Tweede Kamer zulke strenge asielwetgeving gaat aannemen, had Beldman toch niet verwacht. Want de aanvankelijke vrees dat het PVV-kabinet op dit dossier nog wat zou klaarspelen, was weggeëbd. „We hebben allemaal gezien dat minister Faber niet veel voor elkaar kreeg. En toen het kabinet viel dacht ik: dan verklaren ze het asieldossier controversieel.”

Het tegenovergestelde zag Beldman gebeuren. Om Wilders in aanloop naar de verkiezingen de wind uit de zeilen te nemen halen partijen elkaar nu rechts in. „Ze overtoepen elkaar. Zonder te kijken naar de praktische gevolgen en juridische mogelijkheden.” En zo kon het dat dinsdag in een hoofdelijke telling een wijzigingsvoorstel van de PVV werd aangenomen dat illegaal verblijf – en hulp aan illegalen – strafbaar stelt. Met dank aan een misrekening van de linkse oppositiepartijen die vanwege Keti Koti, de slavernijherdenking in Amsterdam, niet hadden meegestemd zoals vooraf besproken.

Lees ook

Onverwachtse aanscherping asielwetten maakt dat Wilders ze nu lijkt te kunnen steunen

De fractie van de PVV tijdens de wekelijkse stemmingen in de Tweede Kamer. Foto Remko de Waal

„Een donderslag bij heldere hemel”, noemt Beldman de uitkomst. Al vertrouwt ze erop dat – na terugtrekking van het CDA – de wetsvoorstellen sowieso geen meerderheid zullen behalen in de Eerste Kamer. En zelfs dán…

Beldman: „Het is zo makkelijk roepen: ‘laten we illegaliteit strafbaar stellen’. Maar deze groep mensen is straks heus niet zomaar verdwenen. Wat doen we dan met al die ernstig zieke vluchtelingen, sommigen zwaar getraumatiseerd? Dan maar niet naar de dokter? Laten we die zomaar creperen op straat?”

Lees ook

Afschaffen bed-bad-brood betekent voor veel uitgeprocedeerde asielzoekers: terug de illegaliteit in

In jui 2022 werd in Groningen het Inlia gasthuis geopend, een bed-bad-brood locatie met plaats voor zo’n 270 uitgeprocedeerde asielzoekers. Foto Kees van de Veen / ANP


‘Drugsbaron’ die Netflix-serie inspireerde aangehouden op verdenking van drugshandel

Zijn leven is de basis voor een Netflix-script, althans dat vindt hij zelf. Volgens Janus van Wesenbeeck zijn de populaire Netflix-series Undercover en Ferry, met in de hoofdrol Frank Lammers als Ferry Bouman, gebaseerd op zijn leven.

Aan dat script is deze week een nieuw hoofdstuk toegevoegd. Van Wesenbeeck is afgelopen maandag aangehouden op verdenking van betrokkenheid bij handel in crystal meth en cocaïne.

De verdenking is gebaseerd op berichten die zijn verstuurd met speciale cryptofoons. Woensdag is een tweede verdachte aangehouden, zo meldt de politie in een persbericht.

Daarin worden geen namen genoemd. Misdaadjournalist Vico Olling bevestigt op X echter dat het om Van Wesenbeeck gaat. Hij is schrijver van de geautoriseerde biografie Drugsbaron, over het leven van Van Wesenbeeck. Die werd in 1961 geboren op een woonwagenkamp bij Eindhoven.

Klacht tegen Netflix

Eind mei werd bekend dat Janus van Wesenbeeck tientallen miljoenen van Netflix eist. Hij herkent zoveel verhaallijnen in het leven van de Ferry Bouman dat dit fictieve karakter wel op hem gebaseerd moet zijn.

En juist daarom heeft Van Wesenbeeck naar eigen zeggen „emotionele en reputationele schade” opgelopen. Hij herkent zich namelijk niet in het gewelddadige karakter van de door Lammers gespeelde Ferry Bouman in de Netflix-series Undercover en Ferry. Netflix stelt dat Ferry Bouman een fictief karakter is.

De ironie wil dat in het criminele milieu al enige tijd verhalen gaan dat Van Wesenbeeck op zwart zaad zit en bij verschillende oud-compagnons op dreigende toon geld probeert te innen dat ze nog aan Van Wesenbeeck verschuldigd zouden zijn. Een groot aantal bronnen die deze krant heeft gesproken, bevestigen dat.

Bomaanslagen

In sommige gevallen zou er sprake zijn van afpersing. Zo is bij een van die mannen sinds oktober vorig jaar een aantal bomaanslagen gepleegd. Zijn woning in de Brabantse gemeente Heeze-Leende is onlangs op last van de burgemeester gesloten.

Hoewel er geen concreet bewijs is gevonden dat Van Wesenbeeck iets te maken heeft met de bomaanslagen, meldt een bron binnen de opsporing dat het verhaal over het conflict bekend is. Van Wesenbeeck zou in een persoonlijk gesprek ook gewaarschuwd zijn om zich te onthouden van geweld.

Van Wesenbeeck en zijn medeverdachte zitten op dit moment in beperkingen. Dat betekent dat zij alleen contact mogen hebben met hun advocaat.

Lees ook

Met zwarte stift worden undercoveragenten onherkenbaar gemaakt in de volledige oplage van ‘Drugsbaron’

Auteur Vico Olling censureert met zwarte stift zijn eigen boek Drugsbaron.


Tijdens de eerste zitting in de zaak tegen Roman D., die in Amsterdam vijf mensen neerstak, blijven veel vragen onbeantwoord

Waarom was Roman D. op 27 maart dit jaar in Amsterdam? Waarom kocht hij daar twee messen en stak hij op klaarlichte dag vijf ogenschijnlijk willekeurige voorbijgangers neer? Wilde hij angst zaaien? Heeft hij geestelijke problemen?

Tijdens de eerste, niet inhoudelijke behandeling van de zaak tegen Roman D., woensdagmiddag in de rechtbank van Amsterdam, blijven veel vragen onbeantwoord. De dertigjarige Oekraïner weigert tot nu toe iets te zeggen over zijn motief en is bovendien afwezig. Hij brak zijn been bij zijn aanhouding – een burgerarrest uitgevoerd door een Britse toerist – en is nog niet hersteld.

Het Openbaar Ministerie verdenkt D. van vijf pogingen tot moord of doodslag met een terroristisch oogmerk. Hij wilde, denkt het OM, de samenleving ontwrichten met zijn daad. Dat zou blijken uit feit dat hij „midden op de dag, in hartje Amsterdam” mensen aanviel en uit een serie notities in zijn telefoon die „doen denken aan een plan van aanpak”. Zo stond onder meer geschreven: ‘naar een plek met veel mensen’, ‘achter twee bejaarden aanlopen, waarna beiden met een mes in elke long steken’ en ‘wegrennen van de moordplaats zodat de politie mij niet doodt’.

D.’s advocaat zegt dat haar cliënt geen ideologisch, religieus of politiek motief heeft. Zij noemt zijn daad „tragisch ontspoord individueel handelen” en wijst op het hersenletsel dat hij opliep als militair. Roman D., zo maakte Nieuwsuur enkele weken geleden bekend, komt uit de regio Donetsk – die grotendeels door Rusland bezet is – en diende zo’n tien jaar in het Oekraïense leger. Hij deserteerde begin dit jaar tijdens zijn verlof.

Lees ook

Nieuwsuur: verdachte van steekpartij bij de Dam is Oekraïense deserteur

De steekpartij vond plaats op meerdere locaties rond de St. Nicolaasstraat, nabij het Centraal Station.

Motief

Tegen oud-collega’s zou hij gezegd hebben dat hij in Europa naar de gevangenis wilde zodat hij „de rest van zijn leven verzorgd kon worden”. Uit het politieonderzoek blijkt, net als eerder uit een reconstructie van de Volkskrant dat D. sinds 2023 aan gehoorbeschadiging en evenwichtsproblemen lijdt vanwege explosies.

Hoewel D.’s motief dus onbekend blijft, is vrij duidelijk wat er op 27 maart en in de weken daarvoor gebeurde. Nadat Roman D. verlof kreeg voor een bezoek aan zijn moeder in Tsjechië, reisde hij op 4 maart vanuit het zuiden van Oekraïne via Lviv naar Polen en vervolgens naar Duitsland. Op 6 maart meldde hij zich bij een aanmeldcentrum voor asielzoekers in Berlijn. Daar bleef hij tot 26 maart, in een opvanglocatie voor Oekraïense vluchtelingen. Die dag nam hij de trein naar Amsterdam, waar hij onder zijn eigen naam incheckte in een hotel in het centrum.

De volgende ochtend rond 10.16 uur kocht hij in een messenwinkel twee outdoormessen. Toen hij in de winkel stond, voerde hij op zijn telefoon een zoekopdracht in die vertaald kan worden als: ‘welk mes is nodig om de longen door te steken’. Rond 15.18 uur stak de verdachte een 67-jarige Amerikaanse vrouw en haar 69-jarige partner neer, en in de minuten die volgen nog vier anderen: een 26-jarige Pool, een 73-jarige Belgische vrouw en een 19-jarige vrouw uit Amsterdam.

Zij mogen van geluk spreken, aldus de officier, dat ze het er levend vanaf brachten. Een van hen zou op het randje van de dood hebben gebalanceerd, een ander mist gevoel in haar benen en verblijft nog in een revalidatiecentrum.

Lees ook

Als de vrouw zich voorover buigt, zien omstanders dat er een groot mes uit haar rug steekt

Politie en een traumahelikopter  op de Dam in Amsterdam, nadat vijf mensen gewond raakten bij een steekpartij.Foto Sonny Lensen

Terreur

Omdat de steekpartij de „uiterlijke verschijningsvorm” heeft van een terreurdaad, gaat de rechter woensdag niet mee met het verzoek van de advocaat van de verdachte om de tenlastenlegging te wijzigen. Ook het verzoek om een neurologisch onderzoek omdat het „aannemelijk is dat er iets in het brein van verdachte aan de hand is” wijst de rechter af, omdat de verdachte al wordt onderzocht door een psycholoog en een psychiater van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP). „Zij kunnen dit voorleggen aan de neuropoli, we zien geen reden om dat op voorhand te doen.”

Dus, wat bezielde Roman D.? Zou Russische inmenging nog een rol kunnen spelen? Het blijft de vraag, wat het OM betreft liggen alle scenario’s nog open. „Variërend van een combinatie van psychosociale factoren en oorlogsinvloeden tot aan aansturing door een criminele of statelijke actor.” De volgende voorbereidende zitting staat op 26 augustus gepland.


Strafbaarstelling van illegaliteit is voor het CDA een brug te ver. Met het intrekken van steun voor asielwetten loopt de partij een electoraal risico

Het CDA is voorstander van strenger asielbeleid, maar stemt donderdag tegen twee wetten die dit mogelijk moeten maken. „Ze hebben het ons onmogelijk gemaakt om voor beide wetten te stemmen”, zei CDA-leider Henri Bontenbal woensdag tijdens een persmoment in de Tweede Kamer. Hij doelt hiermee op een voorstel van de PVV dat dinsdag werd aangenomen waarmee illegaliteit, en ook mensen die illegaal verblijvende vreemdelingen helpen, strafbaar worden.

Steun van het CDA voor de ‘asielnoodmaatregelenwet’ en het wetsvoorstel tweestatusstelsel lijkt cruciaal voor hun definitieve invoering. In de Eerste Kamer komen de voormalige coalitiepartijen (PVV, VVD, NSC en BBB) tien zetels tekort voor een meerderheid. Het CDA heeft er zes. Zonder deze zetels is een meerderheid alleen nog mogelijk als alle kleinere fracties voor stemmen, een onwaarschijnlijk scenario.

Deze politiek laat zich al veel te lang gijzelen door één persoon

Henri Bontenbal

Onder Bontenbal toonde het CDA zich de afgelopen jaren voorstander van een strenger asielbeleid, maar niet zonder voorwaarden. Zo wilde de CDA-leider niet blind zijn voor zorgen vanuit de uitvoering en de rechtspraak, waar gevreesd wordt voor onuitvoerbare maatregelen en een nog hogere werkdruk.

Het CDA steunde wel maatregelen als het afschaffen van de permanente verblijfsvergunning en het verkorten van de tijdelijke vergunning van vijf naar drie jaar. Tot dinsdag was het CDA van plan om „zeker voor de asielnoodmaatregelen te stemmen”, zei Bontenbal woensdag. Dat is opvallend omdat het CDA het afgelopen jaar in asieldebatten steeds heeft gehamerd op inhoudelijke verbeteringen die er niet zijn gekomen.

Lees ook

Een verdeelde Kamer wil de asielwetten afzwakken én aanscherpen, en daarom blijft het spannend of de PVV nog voor zal stemmen

Demissionair minister David van Weel (Asiel en Migratie) tijdens het debat in de Tweede Kamer over asielwetten van voormalig minister Faber. Foto Lina Selg

Criminalisering

Kort nadat dinsdag in de fractievergadering was besloten dat de ‘asielnoodmaatregelenwet’ op CDA-steun kon rekenen, stemde een nipte Kamermeerderheid voor een PVV-amendement waarmee illegaal verblijf in Nederland strafbaar wordt gesteld. Het amendement rept óók van criminalisering van mensen en organisaties die illegaal verblijvende vreemdelingen „helpen onder te duiken”. Specifiek het strafbaar stellen van mensen die anderen helpen, die daarvoor mogelijk zelfs in de gevangenis kunnen komen, gaat het CDA veel te ver. Bontenbal noemde het Leger des Heils als voorbeeld van een organisatie die gecriminaliseerd dreigt te worden.

In de Tweede Kamer bestaat eigenlijk geen meerderheid voor de strafbaarstelling van illegaal verblijf, maar door afwezigheid van een aantal linkse Kamerleden en fouten rond het zogenoemde ‘pairing’-systeem – waarbij voor- en tegenstanders bij iemands afwezigheid afspraken maken om een ongebalanceerde stemmingsuitslag te voorkomen – ontstond er toch een nipte meerderheid voor het amendement.

Lees ook

Onverwachtse aanscherping asielwetten maakt dat Wilders ze nu lijkt te kunnen steunen

De fractie van de PVV tijdens de wekelijkse stemmingen in de Tweede Kamer. Foto Remko de Waal

Bontenbal neemt het vooral de VVD kwalijk voor het PVV-amendement te hebben gestemd. Die partij weet, zo stelde hij, dat strafbaarstelling van illegaliteit zwaar weegt voor het CDA. „Als je dan voor dat amendement stemt, breng je dus zelf ook die asielnoodmaatregelenwet in gevaar.” Nu het CDA tegen stemt, is de stem van NSC cruciaal voor de meerderheid in de Tweede Kamer. Deze partij wilde de wet graag steunen, maar is ook tegen de strafbaarstelling van illegaliteit. Een woordvoerder van NSC laat weten dat de fractie pas donderdag kort voor de stemmingen het definitieve standpunt kenbaar maakt.

Hoewel het CDA principieel voorstander is van het tweestatusstelsel, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen politieke vluchtelingen en mensen die voor oorlog en geweld vluchten, stemt de partij donderdag ook tegen die wet. Dit komt omdat een voorstel om de wet gelijktijdig met het Europese migratiepact in te laten gaan, niet werd aangenomen. Minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting/Asiel, BBB) kwam het CDA eerder deze week nog wel tegemoet. Zij zegde toe bereid te zijn de stelselwijziging gefaseerd in te voeren, en zei dat de timing hiervan afhangt van een uitvoeringstoets die in september naar buiten moet komen. Bontenbal vindt het „vrij absurd” dat het kabinet de uitvoeringstoets niet voor het indienen van de wet heeft laten maken.

Lees ook

Minister Keijzer doet geste naar het CDA in hoop op steun voor asielwet: IND mag deel van tweestatusstelsel later invoeren

Keijzer in debat met de Kamer.

Wilders

Bontenbal betichtte de voormalige coalitie en het demissionaire kabinet woensdag meermaals van „amateurisme” en verwijt hen de constructieve opstelling van zijn partij „steeds niet beloond” te hebben.

Het meest boos is Bontenbal op de VVD en NSC die zich „al anderhalf jaar laten gijzelen door de politiek van Geert Wilders”. Het is zeer waarschijnlijk dat vooral Wilders de tegenstem van het CDA in de komende verkiezingscampagne maximaal zal uitspelen. De PVV-leider plaatste woensdag al een reeks berichten op X waarin hij de christen-democraten frontaal aanvalt. „CDA maakt Nederland kapot. Meer asiel. Meer geweld. Meer ellende. Meer azc’s. Meer illegalen. Bedankt Bontenbal (boze emoji)”.

Het besluit van het CDA om als voorstander van strenger asielbeleid tégen de strengere asielwetten te stemmen is electoraal zo vlak voor de verkiezingscampagne een gok. Bij Bontenbal en de rest van de fractie bestaat daar enige nervositeit over, zeggen bronnen rond de fractie. Toch zegt de CDA-leider zich niet meer te laten leiden door peilingen. „Ik ga me niet laten leiden door angst voor de PVV bijvoorbeeld. Of angst voor thema’s. Deze politiek laat zich al veel te lang gijzelen door één persoon. En ik ga daar niet aan meedoen.”


Demissionaire kabinet trekt voorstel over aanpassing transgenderwet definitief in

Het demissionaire kabinet trekt het voorstel voor een aanpassing op de transgenderwet definitief in. Demissionair staatssecretaris Teun Struycken (Rechtsbescherming, NSC) schrijft woensdagmiddag in een brief aan de Tweede Kamer dat hij de wet naar verwachting kort na het zomerreces zal intrekken. Hij zegt daarmee de wens van de Tweede Kamer te volgen; in april vorig jaar stemde een meerderheid voor een motie van NSC en SGP die het kabinet daartoe opriep.

De nieuwe transgenderwet kent een lange geschiedenis. Drie jaar geleden diende toenmalig VVD-minister Sander Dekker het wetsvoorstel in, met toen nog een meerderheid voor de aanpassing. Die maakte het eenvoudiger om officieel het geslacht te wijzigen. Een verklaring van een deskundige voor een geslachtsverandering op de geboorteakte, zou volgens de wet niet langer nodig zijn. Zo’n verklaring, van een arts of psycholoog, werd in de trans gemeenschap al langer als onnodig beoordeeld.

Ook mensenrechtenorganisaties spraken zich uit tegen de verklaring, en voor de wetswijziging. De wet maakte het daarnaast mogelijk voor trans personen onder de zestien jaar om hun geslachtsregistratie te laten veranderen, als een rechter dat goedkeurt.

Lees ook

Rechtsere, behoudender Kamer ziet niets meer in nieuwe Transgenderwet

Deelnemers lopen de TransPride Walk tijdens de eerste Queer & Pride week die in het  teken staat van het bevorderen van gelijkheid voor de lhbtiq-gemeenschap.

Conservatieve kritiek

Steeds meer conservatieve stemmen roerde zich ondertussen in het publieke debat na Dekkers’ voorgestelde aanpassing. Zij vonden bijvoorbeeld dat de wet ertoe leidt dat mannen te eenvoudig van geslacht kunnen veranderen en daardoor te makkelijk toegang krijgen tot publieke vrouwenruimtes, zoals kleedkamers. Die claims zijn echter nooit bewezen.

De kritiek bereikte desondanks de Kamer, waar de steun dan inmiddels was afgebrokkeld. VVD en CDA, eerst nog voorstanders, twijfelen over het verwijderen van een deskundigenverklaring. Andere conservatieve partijen als NSC en SGP willen dat het wetsvoorstel helemaal van tafel gaat.

Uiteindelijk stemde in april vorig jaar een krappe meerderheid (73 voor en 70 tegen) voor de motie om de aanpassing aan de transgenderwet tegen te houden. Toenmalig minister Franc Weerwind (D66) reageerde dat hij de motie vanwege „procedurele bezwaren” niet wilde uitvoeren. Weerwind liet het destijds aan een nieuw kabinet om op de motie te reageren.