‘AI-pulp’ maakt het internet nog smoezeliger

Zoek bij Google op afbeeldingen van een ‘beautiful girl’, en de eerste vrouwen die je te zien krijgt zijn door AI gegenereerd. Scroll door Facebook en je komt vroeg of laat bevreemdende beelden tegen van dieren bestaand uit croissants of een vrouw die een twaalfling heeft gekregen. En op TikTok kun je huiveren bij AI-filmpjes waarin ‘misvormde’ mensen worden tentoongesteld.

In het Engels staat dit fenomeen bekend als AI slop, vrij vertaald: AI-pulp. Waar kunst en media die op een verantwoorde en transparante manier met AI gemaakt zijn waardevol kunnen zijn, is AI-pulp in principe onwenselijk. Het misleidt, irriteert of wekt weerzin op.

En kan bovendien schadelijk zijn, zegt Siri Beerends, AI-onderzoeker bij de Universiteit van Twente en het technologie-kritische collectief Setup. Zo zijn de AI-vrouwen die je aantreft op Google puntgaaf afgestemd op klassieke schoonheidsidealen: lichte huid, slank, grote ogen. AI-tools als Midjourney en ChatGPT zijn getraind met (westerse) trainingsdata en maken daar sociaal wenselijke „eenheidsworst” van, zegt Beerends. „De gepolijste esthetiek die generatieve AI typeert, vormt je blik op de werkelijkheid. Vergelijk het met hoe jongeren die veel porno hebben gezien, niet meer weten hoe normale geslachtsdelen eruitzien.”

Vervorming

Vervorming van de werkelijkheid is een rode draad bij AI-pulp. Zo ging een foto van een kleurrijk, glanzend pauwenkuiken viraal, terwijl die in het echt heel gewoontjes grijsbruin zijn. Een fictief restaurant dat door AI gegenereerde gerechten post – een schoen van croissantdeeg, iemand? – verzamelde 113.000 Instagram-volgers. Nog surrealistischer zijn de uit garnalen bestaande Jezus-figuren die vorig jaar viraal gingen op Facebook. Pagina’s die met AI-pulp de aandacht trekken verdienen geld door bezoekers door te sturen naar clickbaitsites vol advertenties, of naar schimmige webshops waarin de afbeeldingen van de aangeboden producten met AI gegenereerd zijn, en het dus maar de vraag is of je iets ontvangt en hoe dat er dan uitziet.

Behalve om er aan te verdienen, wordt AI-pulp ook gebruikt om de gebruiker te beïnvloeden, zegt Felienne Hermans, hoogleraar Vakdidactiek van de informatica aan de Vrije Universiteit. Denk aan door AI gegenereerde, stereotyperende beelden van asielzoekers. „Bij ieder verhaal dat we willen vertellen, kunnen we nu een plaatje maken dat dit verhaal ondersteunt. Als je het ziet in plaats van alleen leest wordt iets gelijk ‘echter’.” Dat maakt internetgebruik vermoeiend, zegt Hermans. „Het feit dat je overal aan moet twijfelen is een grote last.”

Anders dan spam

Is het niet van alle tijden dat het internet geplaagd wordt door ongewenste of lage-kwaliteit inhoud, van met photoshop getructe foto’s tot kitscherige homepages vol glitters knipperende gifjes? „Het nieuwe van AI is de schaal en het gemak waarmee je het kan maken. Niet iedereen kan photoshoppen en áls je het kan, kun je geen duizenden beelden op een dag maken”, zegt Hermans. Daarentegen kan iedereen uit de voeten met eenvoudige en gratis te gebruiken programma’s als ChatGPT.

„Vroeger was er natuurlijk ook veel internetrommel”, vult Beerends aan. „Denk aan mensen die heel lange, saaie blogs schreven over wat ze wat ze beleefden.” Maar het was wel door mensen gemaakt, en liet iets van menselijke diversiteit zien, iets van ons. Het was van lage kwaliteit, maar met generatieve AI krijgt alles dezelfde sóórt lage kwaliteit.”

Pulp met aantrekkingskracht

Wat voor de een pulp is, hangt bij de ander boven de bank. Op de Marktplaats-achtige website Etsy verkoopt iemand posters met door AI-gegenereerde dieren op pocketformaat: van een olifantje dat in een handpalm past tot een axolotl die een parasolletje vasthoudt. Unheimisch in al zijn onrealistische schattigheid – toch werden er al zo’n tweeduizend posters verkocht.

AI-gegenereerde beelden

Beeld: Faithful op Facebook

En AI-vrouwen mogen dan fata morgana’s zijn, voor sommige gebruikers lijkt dat juist de aantrekkingskracht. Op ledenplatforms als OnlyFans onthullen AI-naaktmodellen voor een paar euro per maand hun door de computer gegenereerde lijven met rondingen waar zelfs pornosterren niet aan kunnen tippen.

Zo bezien houdt generatieve AI ons als mensen een spiegel voor, zegt Beerends. „Hoe AI-beelden eruitzien reflecteert onze dominante cultuur, waarin we het fijn vinden om de imperfecties te retoucheren.”

Big Tech

Op sociale media als Facebook en Instagram krijgt AI-pulp ruim baan. Ceo Mark Zuckerberg streeft met zijn platformen naar een „hele nieuwe categorie van content, die door AI is gegenereerd of samengevat”. Zuckerberg is groot fan van AI en likete onlangs een van broden gemaakt paard op een Facebookpagina die in AI-pulp is gespecialiseerd. Techwebsite 404media ontdekte dat deze pagina met ruim een miljoen volgers ook beelden van gemutileerde kinderen verspreidde. Uit wetenschappelijk onderzoek bleek dat Facebooks algoritmes dit soort pagina’s actief ‘aanraden’ aan gebruikers. Op TikTok gaan AI-beelden rond van misvormde mensen die als attractie worden tentoongesteld. De filmpjes krijgen duizenden likes – al is de vraag in hoeverre die van door AI gegenereerde profielen afkomstig zijn.

Het verbaast hoogleraar Hermans niet dat AI-pulp gedijt op sociale media. „Facebook wil geen goed product maken – Facebook wil iets maken waar jij verslaafd aan raakt. Hun enige parameter is hoeveel tijd je er doorbrengt.” Of AI-pulp nou gestileerd en schattig is of juist afstotelijk: zolang het de gebruiker gebiologeerd aan zijn scherm kluistert, kunnen techplatforms diegene meer advertenties tonen. AI-pulp moet dan ook begrepen worden door een economische lens, zegt Hermans. „Het is deel van de aandachtseconomie. Als je tien weblogs door ChatGPT laat schrijven, krijg je meer clicks dan wanneer je drie maanden aan een diepgravend artikel werkt.”

Lees ook

Protest tegen eerste grote Christie’s-veiling van AI-kunst

Holly Herndon en Mat Dryhurst, Embedding Study 1 en Embedding Study 2. Deze werken zijn deel van de veiling met een verwachte opbrengst van 70.000 tot 90.000 dollar.

Kentering

Siri Beerends denkt dat de ergernis over AI-pulp een kentering kan veroorzaken in het denken over AI. „Ik zag laatst een reclamebureau adverteren met: wij gebruiken geen AI. En iemand die boven zijn LinkedIn-bijdrage schreef: ‘Ik heb deze tekst zelf geschreven.’ Er is een bepaalde irritatie.”

Die irritatie kan toenemen als de output van AI-modellen slechter wordt. Deze modellen worden getraind met openbare data. Als daar steeds meer pulp tussen zit, wordt de kwaliteit van de output ook weer lager: een vicieuze cirkel.

Hoe wij over technologie denken, verandert voortdurend, zegt Beerends. „Voorheen was je een gekkie als je niet op sociale media zat. Nu gaat het over sociale media in termen van polarisatie, verslaving, dat het ‘toxisch’ is. Ik ben benieuwd of we over generatieve AI ook steeds negatiever gaan denken.”


Minister Bruins in gesprek met toezichthouder NPO over werkcultuur onder voorzitter Leeflang

Minister Eppo Bruins van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (NSC) gaat in gesprek met de raad van toezicht van de NPO naar aanleiding van klachten over vermeend grensoverschrijdend gedrag door NPO-voorzitter Frederieke Leeflang. Dit bevestigt een woordvoerder van het ministerie aan NRC. De minister zegt in een verklaring bezorgd te zijn over de meldingen. „Het is belangrijk dat duidelijk wordt wat hier aan de hand is.”

Aanleiding is een verhaal over de werkcultuur bij de NPO dat het AD en Investico vorige week publiceerden. Daarin doen tientallen (oud-)medewerkers hun beklag over de volgens hen harde bestuursstijl van Leeflang, die voorzitter is van het centrale bestuur van de publieke omroep. Ze spreken van intimidatie, verbaal geweld en onvoorspelbaar gedrag, die zouden leiden tot een onveilig werkklimaat. De raad van toezicht zou via de ondernemingsraad en een externe vertrouwenspersoon meerdere klachten over Leeflang hebben ontvangen.

Een opmerkelijk detail in het artikel is een brandbrief van Paul Doop, die als lid van de raad van bestuur van de NPO (2019-2024) jarenlang samenwerkte met Leeflang. In een brief aan de raad van toezicht houdt hij Leeflang verantwoordelijk voor een „angstcultuur” bij de NPO. Tegenspraak zou door haar niet gewaardeerd worden, en haar opstelling zou de sfeer van achterdocht en wantrouwen voeden. Hij verwijst in zijn brief naar de klachten bij de ondernemingsraad. Tjibbe Joustra, voorzitter van de raad van toezicht, besprak de klachten met Leeflang maar ondernam geen actie.

Volgens Leeflang zijn de klachten over haar bestuursstijl ongegrond en komen ze voort uit het feit dat ze de bezem door de organisatie haalt en een eind probeert te maken aan de onveilige werkcultuur. Ze werd op 1 januari 2022 benoemd tot voorzitter van de NPO. Twee jaar later publiceerde de commissie Van Rijn haar kritische rapport over grensoverschrijdend gedrag bij de publieke omroep. Daarin viel de NPO op omdat medewerkers relatief lage cijfers gaven aan hun ervaring met de directie. Vijf van de zeven directeuren zijn tijdens Leeflangs voorzitterschap vervangen.

In het AD verdedigde Leeflang zich tegen de aantijgingen. Volgens haar zijn er geen officiële klachten ingediend, en heeft de raad van toezicht de brandbrief van Doop ook niet met haar besproken. „We krijgen allemaal signalen”, zegt ze. „Het zou raar zijn als mij dat, in deze positie, niet zou overkomen. Dit is professioneel. Dit is volwassen worden. Bovendien is het vandaag de dag wel zo dat als je mensen aanspreekt op hun functioneren, heel snel de veiligheidskaart wordt getrokken. Dat is ook niet de kant die we op moeten.”

Leeflangs bestuursstijl heeft onmiskenbaar tot wrevel geleid op het Mediapark. Een van haar grootste critici is Omroep MAX-baas Jan Slagter , die in reactie op het rapport-Van Rijn de omvang en ernst van het gemelde gedrag leek te minimaliseren. Hij benadrukt nu het belang van de sociale veiligheid. „Ik krijg heel veel appjes van mensen die bang ook nare ervaringen met haar hebben gehad en die dit niet op camera durven te zeggen”, zei Slagter tegen RTL Boulevard. Hij pleit voor een extern onderzoek naar Leeflang. „Als we deze meldingen niet serieus nemen, dan is het hek van de dam en wordt Hilversum alleen maar onveiliger.”


Publieke omroepen kiezen meer voor eigen producties

Joop van den Ende sloeg vorige week alarm. In een paginagrote advertentie in diverse kranten waarschuwde de tv-producent tegen de macht van Amerikaanse techbedrijven zoals Meta, Amazon, en X van Elon Musk. Volgens hem doet de Nederlandse politiek te weinig om de Nederlandse mediasector te beschermen. Hij noemde de komende bezuinigingen van ruim 160 miljoen euro op de publieke omroep en de voorgenomen fusie tussen de commerciële omroep RTL en de krantenuitgever DPG. Die bezuiniging moet van tafel, en die fusie moet doorgaan, vindt Van den Ende.

De advertentie weerspiegelt de grote zorgen die leven onder de pakweg zestig commerciële productiebedrijven die tv-programma’s maken voor de omroepen – de zogenoemde buitenproducenten. Zij vrezen kind van de rekening te worden bij de komende bezuinigingsronde. De publieke omroepen moeten voor 1 april een lijst inleveren met programma’s die moeten verdwijnen. En productiebedrijven vermoeden dat dit vooral programma’s zullen zijn die de omroepen niet zelf maken. Irene van den Brekel van Human Factor TV: „De producenten staat enorm onder druk. De publieke omroepen moeten drastisch bezuinigen én ze moeten veel freelancers in vaste dienst nemen, dus de angst is dat ze de bezuinigingen op de buitenproducenten gaan afwentelen.”

Sommigen merken al dat omroepen terughoudender zijn in het bestellen van nieuwe programma’s: „Sinds een maand of twee staat alles on hold omdat niemand weet wat er gaat gebeuren”, zegt Iris Lammertsma, eigenaar van productiebedrijf Witfilm (Hokwerda’s Kind, Dance or Die) en voorzitter van de NAPA, een belangenclub van audiovisuele producenten. „Veel buitenproducenten hebben het altijd al moeilijk gehad, maar nu nemen de omroepen echt weinig tot geen nieuwe projecten meer aan. Dit komt bovenop de bredere trend dat producenten voor meer artistieke documentaires en speelfilms bijna niet meer bij de omroepen terecht kunnen. Er is steeds minder ruimte voor kunst en meer artistieke projecten.”

Heel Holland Bakt

Wie is de Mol, Heel Holland Bakt, Even tot hier: volgens belangenclub de Vereniging van Nederlandse Content Producenten (NCP) worden de populairste tv-programma’s in Hilversum gemaakt door externe productiebedrijven. Sinds de opkomst van de commerciële zenders eind jaren tachtig is het gebruikelijk dat omroepen veel programma’s niet zelf maken, maar dit uitbesteden. Joop van den Ende was in de jaren zeventig de eerste buitenproducent. Hij is nu op de achtergrond aanwezig in het bedrijf van zijn dochter, Medialane (Even tot hier, Eva). John de Mol en Joop van den Ende zijn de bekendste buitenproducenten. Samen schiepen de twee het internationale productiebedrijf Endemol, bekend van onder andere Big Brother.

Deelnemers van ‘Heel Holland Bakt’. Beeld Beeld MAX/Elvin Boer

„Het zou onverstandig zijn om de rekening bij de producenten neer te leggen, want die zijn een belangrijke creatieve pijler onder het bestel”, zegt Nelsje Musch-Elzinga, directeur van de NCP. Volgens de NPO, het centrale bestuur van de publieke omroep, wordt maar liefst 40 procent van het programmabudget van de publieke omroep door buitenproducenten gemaakt. Zijzelf schatten dat nog hoger. Musch-Elzinga: „In 2023 ontvingen buitenproducenten maar een kwart van het totale programmabudget van de NPO, terwijl ze daarvoor 60 tot 80 procent marktaandeel leverden. Acht van de tien best bekeken programma’s werden door buitenproducenten gemaakt – los van nieuws, sport en evenementen.”

De productiebedrijven vinden dat er sprake is van een ongelijk speelveld tussen henzelf en de omroepen omdat ze in feite met hun opdrachtgevers concurreren. Die maken immers zelf ook programma’s. „Dit maakt de situatie voor producenten erg complex”, zegt Musch-Elzinga. „En het ongelijke speelveld wordt versterkt doordat de omroepen wegens de bezuinigingen vrezen voor hun toekomst. Hierdoor kiezen ze meer en meer voor eigen producties. Ik hoor van alle producenten dat de deur van omroepen vaker dicht is wat betreft nieuwe programma’s.”

Lees ook

Publieke omroepen gaan voor 2026 al ruim 20 miljoen euro bezuinigen

Presentatoren Eva Jinek, Herman van der Zandt en Carrie ten Napel in 2024 tijdens de seizoensopening van de NPO.

Kleine producenten

Volgens Musch-Elzinga zullen alle producenten in meer of mindere mate door de bezuinigingen worden geraakt, zowel kleine producenten als Human Factor (Lubach, Plakshot) als grote spelers zoals Endemol Shine (All You Need is Love, Miljoenenjacht). „Het voeren van een gezonde bedrijfsvoering wordt op deze manier erg lastig en in sommige gevallen wellicht zelfs onmogelijk”, zegt Musch-Elzinga. „Ik ken geen bedrijven bij wie het water al aan de lippen staat. Maar het zou me niks verbazen dat als de bezuinigingen worden doorgezet, sommige producenten het erg moeilijk gaan krijgen.”

Wat bijdraagt aan de nijpende situatie van kleine producenten is dat het NPO-fonds, waarmee de publieke omroep fictie, documentaires en talentontwikkeling stimuleert, anders is ingericht, waardoor grofweg nog maar de helft van het aantal documentaires gefinancierd kan worden. „Er werden ongeveer vierentwintig documentaires per jaar gefinancierd door het fonds, en dat zijn er nu nog maar twaalf”, vertelt Lammertsma. „Want de productiekosten zijn hoger geworden door inflatie en andere factoren, terwijl het totale budget van het fonds hetzelfde is gebleven. Dus ze kunnen met hetzelfde geld gewoon minder films financieren. En dat heeft grote invloed op de kleinere documentaireproducenten, die afhankelijk zijn van het fonds.”

Waarom maken omroepen niet zelf hun programma’s? „Buitenproducenten zijn creatiever, efficiënter en flexibeler”, zegt Musch-Elzinga van NCP. „Dit is de kern van wie en wat ze zijn.” Vincent ter Voert van Vincent TV (Chateau Meiland, Mr. Frank Visser, Vriendenloterij Miljonairs) wijst erop dat buitenproducenten vaak een specialisatie hebben die de omroepen niet hebben. In zijn geval is dat reality: „Producenten komen met ideeën die omroepen niet hebben. Bij reality moet je veel tijd en aandacht investeren in het casten en onderhouden van talenten. Dit kan een omroep niet altijd zelf.”

Rik van de Westelaken in ‘Wie is de Mol?’ Beeld Joy Hansson / AvroTros

Verplichte Nederlandse producties

Los van deze beweegredenen zijn omroepen ook wettelijk verplicht om minstens een kwart van hun programma’s bij productiebedrijven te bestellen. Zo wil de regering „het creatieve, diverse en innovatieve potentieel van deze sector” beter benutten. Daar is vorig jaar een wet bijgekomen die streamingdiensten als Netflix verplicht om 5 procent van hun omzet in Nederlandse producten te steken. Daarmee zouden de buitenproducenten 45 miljoen euro meer omzet moeten krijgen.

Hier staat een rapport van de Algemene Rekenkamer uit 2019 tegenover. Daarin staat dat programma’s van buitenproducenten duurder zijn dan wat de omroepen zelf maken – iets wat zij zelf fel bestrijden. Wat buitenproducenten werkelijk kosten, houden ze liever voor zichzelf, zo bleek uit een artikel in Vrij Nederland uit 2022. Dat doen ze mede omdat de omroepen ook hun concurrenten zijn. Uitgaande van de 40 procent van het NPO-programmabudget zou er 330 miljoen euro per jaar naar de buitenproducenten gaan – alleen van de publieke omroep. Argumenten tegen die financiële geheimhouding zijn dat het om publiek geld gaat, waarvan je de correcte besteding moet kunnen controleren, en dat bijvoorbeeld ster-presentatoren zich aan controle op hun salaris kunnen onttrekken door zich via buitenproducenten te laten uitbetalen – de zogenoemde U-bochtconstructie.

Bij deze wettelijke regelingen om de Nederlandse audiovisuele sector te ondersteunen, zoals de verplichte 5 procent Nederlandse producties op Netflix, moet worden aangetekend dat de grote Nederlandse productiebedrijven na diverse fusies veelal in buitenlandse handen zijn. Tim Vloothuis van Every Media (Anne Frank Video Diary, Het verhaal van Floor): „In zo’n competitieve markt is consolidatie logisch.” Zo is het Franse Banijay eigenaar van onder meer Endemol Shine en NL Film (Penoza, Costa). Het Britse Fremantle heeft Blue Circle (Heel Holland Bakt, B&B Vol Liefde). Daarnaast heb je de Britse ITV Studios (Oogappels) en het Amerikaanse Warner Bros ITVP (First Dates).

Musch-Elzinga van de NCP betreurt het dat er door de bezuinigingen meer frictie dreigt te ontstaan tussen omroepen en buitenproducenten: „We moeten het toch samen doen.”


Jelle Brandt Corstius in Oekraïne en sterk MeToo-drama: dit zijn de mediatips van het weekend

Partizanen en deserteurs

Toen Poetin in 2022 zijn leger opdracht gaf Oekraïne binnen te vallen, nam correspondent en Ruslandkenner Jelle Brandt Corstius afscheid van Rusland. Zijn nieuwe liefde werd Oekraïne, een uitgestrekt gebied met een bevolking van 44 miljoen mensen. Toch kennen velen het land en haar inwoners nauwelijks. In de reeks Van Moskou tot Maidan verkent hij het land tijdens het derde jaar van de oorlog. In de eerste aflevering (‘Vechten of vluchten’) gaat Brandt Corstius op onderzoek uit in Oekraïne, waar het steeds lastiger wordt om mannen te vinden voor het leger. Hij loopt mee op patrouille langs de grens met Roemenië, op zoek naar deserteurs. In de Karpaten spreekt hij verstokte partizanen die bereid zijn tot de laatste man door te vechten.

Andre Waardenburg

MeToo-drama op de Zuidas

Net op het moment dat advocaat Anouk op haar Zuidas-kantoor wordt bevorderd tot de jongste kandidaat-partner ooit, stuurt haar oud-hoogleraar Hartkamp een dubbelzinnig cadeautje wat ondubbelzinnig aan iedereen duidelijk moet maken: zij is van mij. Anouk had als studente een relatie met Hartman. Ze dacht dat ze dat achter zich had gelaten, maar nu Hartman onder vuur komt te liggen wegens seksueel overschrijdend gedrag, begint het verleden haar in te halen. Sterk aan De F*ckulteit is dat ze genuanceerd inzicht geeft in een MeToo-zaak zonder moreel ambigu te worden. Julia Akkermans draagt de serie – je ziet haar langzaam instorten achter de façade van de harde advocaat. Fedja van Huêt pakt iedereen in: doorgaans charmant flamboyant, maar op uitkiende momenten ook keihard en meedogenloos.

Wilfred Takken

Genuanceerd fantasyspel

De afgezant van een keizer reist naar een afgelegen en ongetemd hoekje van de wereld, om onderzoek te doen naar een verschrikkelijke plaag. Maar de inwoners zitten helemaal niet te wachten op inmenging van een ver staatshoofd. Wat doe je? Dat is de centrale vraag van fantasygame Avowed, een actierollenspel van de hand van de geroemde rollenspelstudio Obsidian. Het centrale dilemma komt terug in kleine en grote verhalen, terwijl je met zwaard, strijdknots of toverstaf in de hand de onherbergzame Living Lands tegemoet gaat. Jammer genoeg is de game soms te sturend: er liggen teveel barrières op de weg voor wie te snel probeert het centrale mysterie te ontrafelen. Maar wie zoekt naar een rollenspel dat intelligent en genuanceerd met zijn materie omgaat, kan zijn hart ophalen bij Avowed.

Len Maessen

Van pop tot klassiek

Cream is een nieuw radiostation, opgezet door het Amsterdamse echtpaar Leon en Renny Ramakers. Het noemt zichzelf „zeer eclectisch”. Cream draait non-stop pop, jazz, muziek uit verre windstreken en klassiek, dwars door elkaar heen. Zo kun je van Pianoconcert nr. 23 van Mozart via Grace Jones, Warhaus, Joshua Redman & Brad Mehldau en Mongo Santamaría bij Nena terechtkomen. Je maakt een muzikale tijd- en wereldreis tegelijk, niet gehinderd door het hokjesdenken dat de Nederlandse radio zo kenmerkt. Je bent weer terug bij de oerfunctie van radio: je wordt verrast, je muzikale horizon wordt verbreed. Cream belooft nog eclectischer te zijn dan het Franse Fip, dat een soortgelijke formule heeft. Bachs Vioolconcert No 2 en dan The Weeknd? Ja, ze zijn goed op weg.

Vincent Bijlo


Netflix-serie ‘Zero Day’ heeft een ronkende sterrencast maar is nodeloos ingewikkeld

Wie de eerste aflevering van Zero Day kijkt, waant zich even in een typische Amerikaanse blockbuster uit de jaren negentig. Amerika is aangevallen en de voormalige president, gespeeld door Robert De Niro, treft bij een van de rampplekken een groep boze landgenoten aan. Ze roepen woedende dingen over de in hun ogen falende overheid, en hij besluit ze spontaan toe te spreken. „Dit gedrag is niet patriottisch”, vertelt hij de menigte die direct braaf stilvalt. „Dit gaat niet over de overheid, het gaat over iets of iemand die ons haat en alles waar wij voor staan”, vervolgt hij. De muziek zwelt aan. En de even daarvoor nog vuurspuwende menigte luistert met open mond en applaudisseert goedkeurend zodra zijn spontane speech klaar is.

Nu speelt Zero Day, ondanks de haast heroïsche president van weleer in de hoofdrol, wel degelijk in het heden. Dus komt de dreiging waarover De Niro’s president Mullen spreekt niet in de vorm van aliens of een op de aarde afstevenende meteoriet, maar van een cyberaanval die een minuut lang alle communicatie in het land platlegde. Overal in Amerika vlogen treinen en metro’s van de rails, vielen vliegtuigen uit de lucht en gingen stoplichten op zwart, met meer dan drieduizend doden tot gevolg.

En omdat de overheid geen enkel idee heeft wie er achter de aanval zit, en de dader met een onheilspellende boodschap heeft aangegeven het nog een keer te willen doen, schakelt de huidige president (gespeeld door Angela Bassett) haar geliefde voorganger in om een onderzoekscommissie te leiden. „Het enige wat belangrijker is dan een snel resultaat, is een resultaat waarop iedereen kan vertrouwen”, zegt ze.

Nieuwe Netflix-serie ‘Zero Day’, met onder anderen Robert De Niro, Jesse Plemons en Connie Britton.
Foto Netflix

Veel te vaag

Tot zover de popcornblockbuster, want de rest van Zero Day is eerder onnodig ingewikkeld dan rechttoe rechtaan vermakelijk.

Netflix wordt er de laatste tijd weleens van beticht scenaristen te vragen of ze hun series dommer willen maken, dit zodat een afwezige kijker – iemand die bijvoorbeeld meerdere schermen tegelijk open heeft staan – het ook kan volgen (iets wat de streamer uiteraard ontkent). Bij deze miniserie lijkt men een tegenovergestelde strategie te hanteren om de kijker bij de les te houden. Want wie één tel verslapt, heeft al het gevoel de draad van het verhaal kwijt te zijn. En zelfs als je wel oplet, kan het soms lijken alsof je een hele scène of onthulling hebt gemist.

Het ene complot volgt het andere in rap tempo op. En ieder personage draagt minstens één geheim met zich mee, dat vaak veel te vaag blijft voor de kijker. Zelfs Mullen, de persoon aan wie alles wordt opgehangen, is een onbetrouwbare verteller: op de momenten waarop hij belangrijke informatie krijgt, laat de serie de kijker vaak niet meeluisteren of wordt het geluid zo verwrongen dat er slechts enkele flarden verstaanbaar zijn.

Dat de makers bewust zo min mogelijk uitleggen, komt waarschijnlijk vanuit de hoop dat de kijker zelf actief de puzzel zal proberen op te lossen. Maar een puzzelserie werkt alleen als alle losse draadjes uiteindelijk ergens toe leiden. Deze serie laat daarentegen zelfs grote vraagstukken onopgelost. En dat werkt niet prikkelend maar frustrerend.

Wie één tel verslapt, heeft al het gevoel de draad van het verhaal kwijt te zijn

Enorm talent

Terwijl er enorm talent betrokken is bij Zero Day, voor en achter de camera. De makers werkten eerder aan series als Narcos, Homeland en The West Wing. En naast De Niro en Bassett zijn er rollen voor Lizzy Caplan, Jesse Plemons, Connie Britton en Bill Camp. Stuk voor stuk geliefde acteurs die vaak geweldige rollen neerzetten, maar in dit geval bijzonder weinig te doen krijgen. Met name Camp, die meestal briljant is, hoeft in deze reeks afleveringen geen enkele keer van toonhoogte of gezichtsuitdrukking te veranderen.

Daarbij is het opvallend dat de serie niet urgent voelt. Nu kun je het de makers amper kwalijk nemen dat de schreeuwende televisiepersoonlijkheid (gespeeld door Dan Stevens), die het over dingen heeft als „lamestream media”, en de techmiljardair met een baseballpetje (Gaby Hoffman) die meent het allemaal beter te weten, inmiddels achterhaald voelen. Niemand had, toen deze serie vorig jaar werd gemaakt, kunnen voorzien wat er de afgelopen weken in Amerika is gebeurd. Maar het is wel degelijk een gemis dat de serie helemaal niet geïnteresseerd lijkt in die toch behoorlijk reële dreiging van een cyberaanval en in wat er werkelijk zou gebeuren als onze maatschappij volledig platgelegd wordt.

Zero Day is een clichématige en overvolle complotthriller. Daar kan zelfs een opzwepende speech van een klassieke jarennegentig-filmpresident niets beters van maken.


Twee Nederlandse zussen en hun strijd tegen een celstraf in Turkije

Wat doen twee Nederlandse zussen in een Turkse gevangenis? Zelf zeggen Betül en Bergün Varan dat ze dat niet weten. Ze reisden naar Istanbul om in de Turkse band Grup Yorum te zingen over hun idealen, meer niet. En ze gaan in hongerstaking tot ze worden vrijgelaten. Volgens de Turkse staat zijn de twee gevaarlijk vanwege de vermeende banden die hun band zou hebben met een extreem-linkse terroristische organisatie. Journalisten Emmie Kollau en Catrien Spijkerman volgen de zussen in hun strijd tegen een mogelijk tien jaar lange celstraf. Ze willen weten hoe het komt dat deze zussen zo ver gaan voor hun idealen. Vooral hun moeder fascineert, als zij zegt trots te zijn op de beslissing van haar kinderen om te verhongeren. „Ik vertrouw erop dat zij een weloverwogen keuze maken. En als zij sterven, dat is dat niet voor niets.”

Lees ook

Podcast over twee Nederlandse zussen in Turkse gevangenis: ‘Ik dacht meteen: wat een gek verhaal’

Emmie Kollau (rechtsonder) op het hoofdkwartier van de Turkse band Grup Yorum


Een Nederlandse stem reist door de kosmos

Het is een van de oudste, en ook een van de grootste vragen van de mens: zijn we alleen in het universum? Of is er nóg ergens in de ruimte leven te vinden? Presentator Ewout Lowie duikt samen met wetenschappers van het Origin Center diep in de kennis die gebruikt wordt om deze ‘oervragen’ over het heelal te beantwoorden. Hij doet dat in humoristische spreektaal, waardoor de onderzoeksrichtingen in al hun grootsheid behapbaar voelen en voorkennis nauwelijks nodig is, en met goed geschreven intermezzo’s, die de talkshow een verhalend karakter geven. Favoriet is aflevering 2 van het eerste seizoen, waarin Lowie op zoek gaat naar een Nederlandse vrouw, van wie de stem te horen is op een grammofoonplaat die al sinds de jaren zeventig aan boord van een ruimteschip door de kosmos reist.


Met regelmaat vallen er bommen op Vlieland

Met enige regelmaat vallen er bommen op Vlieland. Nederlandse bommen, die omwille van een militaire oefening landen in beschermd natuurgebied, waar vogels als de grutto aansterken na een lange tocht uit het zuiden. De oefeningen zijn legaal; Defensie kreeg er een vergunning voor nadat een ecologisch adviesbureau had aangetoond dat ze ‘geen significante schade’ aanrichten. Hoe kan dat, vraagt journalist Esmée Koeleman zich af. Hoe is dat bewijs opgebouwd? En wat zegt het over de totstandkoming van andere vergunningen die in strijd lijken met natuurbeleid, zoals die voor garnalenvissers in de Noordzee, of van de vakantievluchten vanaf Lelystad Airport? Koeleman spreekt met wetenschappers, activisten én garnalenvissers en vraagt door. Dat spannende gesprekken ontstaan over het behoud van vrede, vakantie, tradities én natuur. Wel jammer dat de adviesbureaus en het betreffende ministerie weigerden te reflecteren.


Julia Akkermans over ‘De F*ckulteit’: ‘Zo’n intense serie gaat je niet in de koude kleren zitten’

Net als Anouk Boone kandidaat-partner wordt bij haar advocatenkantoor op de Amsterdamse Zuidas – de jongste ooit – begint het verleden haar in te halen. Als rechtenstudent had zij een relatie met haar hoogleraar Hartman – een flamboyante vrouwenjager man die vaker verhoudingen had met studentes. Hij werd altijd gedekt door bevriende collega’s, maar komt nu onder vuur te liggen.

Actrice Julia Akkermans speelt Anouk in de nieuwe Videoland-serie De F*ckulteit. De jonge advocaat die zij speelt, wil niet terugblikken, ze stort zich liever in haar werk. Drank moet de resterende scherpe randjes er vanaf halen. Deze overlevingstactiek blijkt niet houdbaar als haar eigen stagiaire ook in de handen van Hartman valt. Akkermans: „Ik kan me voorstellen dat er heftige dingen zijn waarmee je niet geconfronteerd wil worden. Het beste wat je dan kan doen is jezelf daarvoor afsluiten.”

Waarom spreekt Anouk zich in de dramaserie lange tijd niet uit tegen Hartman, zelfs als de MeToo-zaak tegen hem al loopt? Akkermans: „Voor vrouwen die hier mee te maken krijgen, is de drempel zo gigantisch hoog. De hele wereld kantelt wanneer je dat wel doet. Zodra je het seksueel geweld wel in de ogen kijkt, is niets meer hetzelfde. Er staat veel op het spel. En de schaamte overheerst. Ook omdat de omgeving zegt: Als je dit niet wou, dan zeg je toch nee? Waarom ben je dronken geworden? Waarom had je een kort rokje aan? Het schuldgevoel wordt bij het slachtoffer neergelegd.”

Ziarah Janssen en Julia Akkermans.
Foto Elmer van der Marel

Akkermans noemt de grote Franse strafzaak tegen de man van Gisèle Pélicot, die zijn echtgenote liet verkrachten door tientallen mannen. „Pélicot wil dat de schaamte niet langer bij het slachtoffer ligt, maar bij de dader. Ik hoop dat een serie als deze helpt het perspectief te veranderen. En dat hopelijk de drempel voor vrouwen iets kleiner wordt.”

Niet alleen Anouk, ook haar hele omgeving is erop gericht om alles zoveel mogelijk af te dekken. Niet over praten. Akkemans: „Op het moment dat ze niet keihard voor zichzelf is, en zachtheid toelaat, komt de pijn boven. Dat wil ze niet. Bij die keiharde houding is een heftige werkomgeving als de Zuidas een supergoede match. Dan kan zij zich blind in storten.”

De gebeurtenissen in de serie vertonen opvallende gelijkenis met een artikel in NRC uit 2019 over een hoogleraar arbeidsrecht van de Universiteit van Amsterdam die moest vertrekken na een onderzoek naar seksueel grensoverschrijdend gedrag. Fedja van Huêt speelt de hoogleraar in De F*ckulteit. Zijn personage is niet alleen een gevaarlijk roofdier, hij is ook een aantrekkelijke, charismatische gangmaker, zodat je begrijpt waarom de studenten voor hem vallen.

Flashbacks

Anouk laat haar pantser van Zuidas-advocaat zakken zodra Hartman in de buurt is. Dan wordt ze weer weerloos. Wat gebeurt er met haar? Waarom is zij nog in zijn macht? Akkermans: „Haar lichaam herinnert zich iets wat haar hoofd zich niet meer kan herinneren. Het blijft ergens opgeslagen in haar lijf.” In flashbacks zie je Anouk als student. Een heel andere vrouw; vrolijk, open. Akkermans: „Ik vond het belangrijk om te laten zien dat zij echt verliefd was op hem. En dat het ook echt leuk was. De aantrekkingskracht blijft bestaan. En zij is niet de enige. De meisjes lopen weg met hem. Het is iemand die buiten de lijntjes durft te kleuren, die een fles wijn meeneemt naar een werkgroepvergadering.”

Hartman gaat duidelijk over de schreef. Maar vallen de relaties die hij heeft met Anouk en andere studenten, met wederzijdse instemming, ook onder #MeToo? „Het zijn per definitie scheve verhoudingen. De docent is degene die een veilige ruimte moet creëren voor de studenten. Hij moet zich bewust zijn van het enorme machtsverschil.”

Fedja van Huêt speelt hoogleraar Patrick Hartman.
Foto Elmer van der Marel

Akkermans vond de rol van Anouk ook zwaar: „Zo’n intense serie gaat je niet in de koude kleren zitten. Je hoofd weet wel dat je een rol speelt, maar je lichaam heeft niet altijd door dat het fictie is.” Ter voorbereiding sprak ze met een jonge vrouw die op de Zuidas werkt. „Ik stelde de naïeve vraag of mensen daar werken uit passie voor het recht. Die vrouw moest lachen. Natuurlijk niet. Het gaat om winnen en verliezen. Het gaat om geld binnen halen. Zij schetste ook de cultuur: je moet heel sociaal zijn, je moet een sociaal leven hebben, anders ben je een loser, maar niet te veel want het werk gaat voor alles. En ze zijn heel ambitieus, je moet presteren, ook in je hobby’s. Als je hardloopt moet je meteen de marathon lopen. Doelgericht zijn, zakelijk, kil. Als je een rechtszaak ingaat, doe je dat dus niet om het recht te laten zegevieren, maar om te winnen. Ik kan me goed voorstellen dat zulk werk je een kick geeft.”

Opgebrand

De actrice vermoedt vermoed dat er best veel weggestopt wordt op de Zuidas, dat er daardoor veel burn-outs zijn. „Ik ken het zelf. De opnames van De F*ckulteit hebben twee jaar stilgelegen omdat ik in 2022 een burn-out kreeg. Tijdens het draaien van deze serie, die gaat over grensoverschrijdend gedrag, kwam ik mijn eigen grenzen tegen. Er gebeurde dat jaar veel tegelijkertijd; ik draaide meerdere projecten, de film Pink Moon werd geselecteerd voor het Tribeca-festival in New York, ik werd genomineerd voor twee kalveren. Mijn lichaam zei: stop. Ik denk dat het wegstoppen en doordraven sowieso kenmerkend is voor deze maatschappij. Als we onze schaduwen meer onder ogen zouden durven komen, en zouden overwinnen, zouden we meer vrede kennen.”

Toen ze na twee jaar de opnames weer oppakten, was dat best wel een gekke gewaarwording, zegt Akkermans: „We draaiden weer op precies dezelfde plek als waar ik was gestopt, hetzelfde kostuum, dezelfde crew. Tegelijk was alles anders omdat ik me gewoon weer goed voelde.”

De F*ckulteit, 6 afleveringen van ongeveer 39 min. Vanaf vrijdag 21 februari, Videoland.


Tv-recensie | Kelder-overdosis aan de praattafels, maar niemand is verplicht om te kijken

Om het laatste geopolitieke nieuws te duiden, zaten maandagavond aan Eva Jineks avocadotafel drie gasten met kennis van zaken. Onder hun namen verschenen een paar woorden die die expertise benadrukten, als een verklaring voor hun aanwezigheid in de studio. Je had Suse van Kleef. Onder haar naam stond: Voormalig correspondent Verenigd Koninkrijk. Je had Ron Keller. Onder zijn naam stond: Voormalig ambassadeur. En je had Jort Kelder. Onder zijn naam stond: niks.

Misschien komt dat doordat de kijker inmiddels gewend is geraakt aan de aanwezigheid van Kelder bij Eva (AvroTros) als het aankomt op geopolitieke thema’s. Amerikaanse verkiezingen? Kelder zit tussen Amerikanisten en correspondenten. Een spoedoverleg van Europese leiders over de veiligheid van ons continent, na een week vol harde woorden vanuit de Verenigde Staten? Kelder zit tussen correspondenten en diplomaten, om dingen tegen ze te zeggen als: „Jij zegt: het gaat niet om geld. Maar het gaat natuurlijk wel om geld.” Of: „Nee, joh.” Of: „Dat weten we natuurlijk niet.” Daarna legt hij dan uit hoe het wél in elkaar zit.

Terugkerend begrip in die duiding was deze keer ‘huilen’ (afgewisseld met ‘janken’), want dat doen ‘we’ te veel. „Het slachtofferschap, het gehuil, het gezeur over die rechtse speeches – jongens, waar gáát het over. Work together! Doe gewoon je huiswerk!”, zei Kelder. Dat ‘we’ onze veiligheidssituatie niet op orde hebben, hebben ‘we’ aan onszelf te danken. Ook in Nederland. „Op de SGP na zijn alle partijen ermee akkoord gegaan dat we het leger hebben afgeschaft. Dan is dit dus de consequentie.” En dat de voorzitter van de veiligheidstop een traan had gelaten in zijn slotspeech, vatte de hele situatie mooi samen. „Dit is dus Europa”, zei Kelder. „Huilen als een peuter dat we onze zin niet hebben gekregen.”

IPA

Nu kan ik natuurlijk ook weer huilie-huilie gaan zitten doen over de Kelder-overdosis die ik krijg door elke dag naar praatprogramma’s te kijken en luisteren, maar misschien is het tijd dat ook ik mijn verantwoordelijkheid erken (niemand verplicht mij om al die talkshows te kijken) en eindelijk eens met een oplossing kom in plaats van enkel te klagen. Daar was ik mijn hoofd nog over aan het breken toen ’s avonds Keuringsdienst van waarde begon – ook een AvroTros-programma. Het team van de keuringsdienst had het deze aflevering druk met het keuren van een populair type bier: de IPA (door sommigen volhardend uitgesproken als ‘iepaa’). Daar circuleren er tegenwoordig een heleboel van.

Wat is er nou zo lekker aan een IPA? „Gewoon”, legde een bebaarde man met een IPA’tje in zijn hand uit aan een van de verslaggevers. „Bier, maar dan lekkerder.” De vrouw naast hem vulde hem aan: „Het is gewoon lekker bier.” Verder was het bier „lekker hoppig”. Daar draaide het uiteindelijk om: dat er in dit bier meer hop zit, een ingrediënt dat oorspronkelijk werd toegevoegd om het bier langer goed te houden, maar ook zorgt voor een kenmerkende bittere smaak. Al zijn er geen regels verbonden aan hoeveel hop er in bier moet zitten om er het label IPA op te mogen plakken.

De verslaggever die het het meest naar zijn zin leek te hebben met dit item was Stefan Stasse, die van de gelegenheid gebruikmaakte om met biersommelier Derek Wals heel veel IPA’s te proeven. Stasse bracht net als Wals het glas naar zijn neus. „Citrus”, mompelde Wals. Stasse knikte: „Citrus.” Wals draaide het glas. „Beetje fruit.” Stasse draaide mee: „Beetje fruit.” Ze namen allebei een slok. „Echt grapefruit, hè”, zei Wals. „Grapefruit, ja”, zei Stasse. Tegen het eind van het item leken ze beste vrienden. Dat lijkt sowieso een van de gaves van Stasse: onmiddellijk met mensen bevriend raken.

En ineens zag ik het. Trek hem bretels aan, doe hem een strikje om… ja, dit kan zomaar lukken. Hier is mijn oplossing: we vervangen Jort Kelder stiekem door Stefan Stasse.