Net toen zelfs de meest toegewijde fans zich zorgen begonnen te maken over Doctor Who, nam het nieuwe seizoen zaterdag een veelbelovende wending. De zesde aflevering tilde de reeks naar een nieuw niveau, dicht bij de gevierde dystopische serie Black Mirror.
De Britse sciencefictionserie over een eigenzinnige Time Lord die in zijn ruimteschip Tardis door tijd en ruimte reist om mensen te redden, loopt al vanaf 1963 en behoort tot de kroonjuwelen van de BBC. In het verhaal zit verwerkt dat de Doctor op gezette tijden een nieuw lichaam krijgt, wat de seriemakers de gelegenheid geeft om een nieuwe hoofdrolspeler te introduceren en de serie een frisse start te geven.
De vorige reeks, waarin de Doctor voor het eerst door een vrouw werd gespeeld, wordt over het algemeen als zwak beschouwd. Des te meer werd er uitgekeken naar de nieuwe Doctor die Kerstmis 2023 aantrad. De 31-jarige acteur Ncuti Gatwa werd bekend als de levendige, excentrieke Eric in de Netflix-serie Sex Education, dus dat zag er veelbelovend uit.
Maar ondanks Gatwa’s schwung waren de eerste drie afleveringen kinderachtig en stom. Gremlins op een vliegend piratenschip, baby’s die een ruimteschip besturen en Beatles die een muziekloze wereld redden. De fans, de Whovianen, vreesden dat de opgeruimde vrolijkheid was ingegeven door nieuwe partner Disney+ die een nieuw, jonger publiek zou zoeken voor de serie. Het nieuwe seizoen is immers ook ‘Season One’ gedoopt, alsof Disney niet met de last van de 874 eerdere afleveringen wil rondsjouwen.
Landmijn
Maar toen kwam de uitstekende aflevering ‘Boom’ waarin een leger tegen zichzelf blijkt te vechten – de vijand is imaginair. De van oudsher pacifistische Doctor spreekt zich hierin fel uit tegen de snel groeiende oorlogsindustrie. ‘Boom’ heeft een bijzondere vorm: de Doctor staat de hele aflevering op een landmijn die dreigt te ontploffen. Daarna volgde de esoterische ‘73 Yards’ waarin de Doctor helemaal verdwenen is. Zijn nieuwe metgezel Ruby Sunday (Millie Gibson) wordt haar leven lang achtervolgd door een oude vrouw, die ervoor zorgt dat iedereen zich van haar afkeert. Ruby is geadopteerd, dit is de verbeelding van haar grootste angst, verlatingsangst. Deze aflevering laat veel vragen open die vermoedelijk later in de serie worden beantwoord. De mysterieuze afkomst van Ruby is een van de rode draden door dit seizoen.
De nieuwste aflevering ‘Dot and Bubble’ lijkt nog het meest op Black Mirror. Het uitgangspunt lijkt ietwat belegen: in een gated community die aan Barbie en The Truman Show doet denken, leven de jonge, mooie inwoners met een bubbel rond hun hoofd, waarin ze contact hebben met hun vrienden op sociale media. Van een kritiek op sociale media wordt de serie echter al snel een kritiek op het wegkijken van wereldleed door de westerse elite: door de bubbel kan en wil de happy few de buitenwereld nauwelijks meer zien, zodat ze te laat merken dat monsters de bewoners aan het opeten zijn.
De aangrijpende tournure komt op het eind: de Doctor redt een groepje bewoners maar die willen niet gered worden. Althans, niet door hem. Hij is immers niet één van hun. Hooghartig slaan ze zijn aanbod af om met zijn Tardis naar een veilige plek te vliegen. Onder hun elitaire houding ligt subtiel maar onmiskenbaar racisme. Ze gaan liever dood dan dat ze met een Zwarte man in een ruimteschip stappen. Dit blijft onuitgesproken en is daarom des te krachtiger.
Acteur Ncuti Gatwa maakt de slotscène helemaal af door een hartverscheurende achtbaan van emoties te tonen: van ongeloof, machteloosheid en woede naar een diep verdriet over het racisme en de zelfgekozen ondergang van de witte bovenlaag.
Het begin van Animal Well is één groot mysterie. Je wordt wakker in een kamer, zonder dat meteen duidelijk is wat je moet doen. Je omgeving is donker en gemaakt van pixels en geeft je het gevoel dat je naar een oude televisie zit te kijken. Je moet verkennen om te ontdekken waar je bent.
Wat je vindt is een surrealistische spelwereld, een soort donkere put vol dieren die op allerlei manieren de weg blokkeren. Achter ieder dier schuilt een puzzel. Honden achtervolgen je bijvoorbeeld, maar zijn af te leiden als je ze een frisbee toegooit.
Het is een game waarin je steeds weer nieuwe hoekjes bereikt omdat je nieuwe krachten en voorwerpen krijgt. Waar de meeste games binnen dat genre vanzelfsprekend zijn, zit Animal Well vol verrassingen. Je leert bijvoorbeeld vrij vroeg om bellen te blazen, die je ook kunt gebruiken als platformen om hoger mee te springen.
De game verwondert continu. Je voelt je het ene moment buitengewoon slim omdat je een puzzel wist op te lossen, waarna je op een drielaagse puzzel stuit die je buitengewoon onnozel laat lijken. Een game vol geheimen, die van begin tot eind fascineert.
Animal Well. Voor Nintendo Switch, pc, PlayStation 5.
Manor Lords
Manor Lords is een middeleeuwse stadsbouwer, een passieproject van een enkele ontwikkelaar, Greg Styczen, die al bijna zeven jaar zoekt naar de perfecte balans tussen historisch realisme en een leuke game. Een nichegame voor liefhebbers, zou je zeggen, maar in de eerste drie weken werden er al twee miljoen exemplaren verkocht.
Je moet een middeleeuws dorp van de grond af opbouwen, beginnend met een tentenkamp en een enkele os. Er moet hout gekapt worden, huizen gebouwd, bessen geplukt en brood gebakken. Tot dusver de gebruikelijke handelingen van het genre.
Manor Lords integreert echter intelligent middeleeuwse gebruiken die we niet vaak in dit soort games zien. Na een eerste hongersnood vraag je je af: wat doe ik verkeerd? Nou ja, landbouw is intensief, je dorp is klein. Waarom heb je je bewoners niet gevraagd om groentetuintjes te planten en kippenhokken neer te zetten? Deze kwinkslagen prikkelen – en bieden nieuwe diepgang aan het genre.
Manor Lords. Voor: pc, Xbox One en Series.
Balatro
Balatro ziet er uit als een pokergame. Onder andere Nintendo haalde hem in eerste instantie uit de roulatie omdat gokgames streng worden gereguleerd. Zonde, want in werkelijkheid is dit een heel ander soort spel. Balatro gebruikt poker om iets unieks neer te zetten.
In Balatro speel je rondes waarbij je een zo hoog mogelijke score moet neerzetten. Daarbij gelden pokerregels – je kunt bijvoorbeeld een paar, full house of een flush spelen. Lukt het je de benodigde score te halen, dan ga je door naar een volgende ronde – tot je het einde van de game haalt.
De kans dat je in je eerste potje het einde bereikt is nihil. In plaats daarvan spaar je met ieder potje punten op waarmee je upgrades koopt, om latere potjes te vergemakkelijken. Zo kom je langzaam maar zeker een beetje verder en leer je steeds meer nuances kennen.
Het is in de kern een simpel spel en dat maakt het ook makkelijk Balatro voor een paar minuutjes te spelen. Maar het is wel heel verleidelijk om nog uren door te gaan.
Balatro. Voor: Xbox One en Series, PlayStation 4 en 5, pc en mac.
Lorelei and the Laser Eyes
Een donker bos, een bijna verlaten landhuis bewoond door een excentrieke goochelaar (of filmmaker?), een hond met een brief in de bek. Met zijn expres primitieve 3D-tekenstijl zet Lorelei and the Laser Eyes meteen een bizarre film noir-sfeer neer, die het de hele game lang vasthoudt.
De goochelaar heeft vragen, en die zijn alleen te beantwoorden als je het hele huis doorzoekt, boeken, magazines en knipsels leest, doolhoven doorkruist en spreekt met ondoorgrondelijke spoken. Om dat te doen, zul je vele sloten moeten openmaken. Je gereedschap? Pijltjestoetsen, spatiebalk, en (een echt) notitieblok.
Hou je van de dagelijkse sudoku, dan zal je waarschijnlijk van Lorelei houden. Vanaf het begin waarschuwt het spel dat je altijd iets om te schrijven bij je moet hebben – achter de meeste sloten liggen kennisvragen of wiskundige logicapuzzels die daadwerkelijk aantekeningen en denkkracht vereisen. Soms frustrerend – maar je voelt je heerlijk slim als het wél lukt.
Lorelei and the Laser Eyes. Voor: Nintendo Switch, pc.
Niet vaak kreeg een Nederlandstalige podcast zoveel media-aandacht. Toen JFK: The Secret Archives (AvroTros/NPO Luister) van journalisten Babs Assink en Lammert de Bruin verscheen, schoof De Bruin aan bij Tijd voor Max en Goedemorgen Nederland (‘Schokkende ontdekking over moord op JFK’) en kopte De Telegraaf: ‘Lossen twee Nederlandse journalisten moord op Kennedy op?’
Dat zou een stunt van formaat zijn, gezien het leger onderzoekers en journalisten dat zich de afgelopen halve eeuw op de moord op de Amerikaanse president John F. Kennedy stortte. Kennedy werd in 1963 doodgeschoten door de 24-jarige lone wolf Lee Harvey Oswald, zo werd vastgesteld – maar door een aantal (ogenschijnlijke) ongerijmdheden rond de moord geloven nog altijd veel mensen dat niet. Uit miljoenen officiële en minder officiële documenten en andere bronnen werden talloze complottheorieën gesmeed.
JFK: The Secret Archives is een vervolg op JFK: The Missing Link uit november, waarin Assink en De Bruin diverse theorieën aftastten, maar geen al te boude conclusies trokken. In The Secret Archives schakelen ze naar een hogere versnelling. Kickstart is een archief dat De Bruin koopt van een privédetective. Hij en Assink raken in de ban van een naam op een document in dat archief: Judyth Vary Baker.
Dagen lopen door New Orleans
Baker (nu 81) was naar eigen zeggen Oswalds minnares en zou aan zijn zijde aan een project hebben gewerkt om Fidel Castro te besmetten met ‘turbokanker’. Het virusproject zou zijn opgezet door de CIA, de maffia, anticommunistische Cubanen en de wapenindustrie, groepen die in veel JFK-complottheorieën figureren. (Al hadden ze in feite weinig belang bij het vermoorden van Kennedy, zo legde Amerika-historicus Dominic Sandbrook onlangs uit in de podcast The Rest is History.) Toen het niet lukte om Castro te elimineren, werd overgeschakeld op plan B: JFK uitschakelen. Daarvoor frameden ze Oswald volgens Baker, die zich decennialang stilhield, maar sinds 1998 haar verhaal vertelt.
De Bruin en Assink lopen dagen met Baker door New Orleans, waar zij en Oswald woonden, en horen haar uit. Waar in het eerste seizoen nog volop deskundigen zaten die Oswald als de dader beschouwen, ook wanneer zij heus vraagtekens bij het ‘officiële verhaal’ hebben, komen die nu niet meer terug. Eén onderzoeker zegt dat als je Bakers boek leest, of haar helemaal uitvraagt, je zult zien dat haar verhaal „realiteit bevat”. Maar de luisteraar heeft dat boek niet, en kan Baker niet uitvragen. De podcastmakers wel, maar die stellen Judyth niet de vragen die toch voor de hand liggen, zoals hoe ze het bewijs tegen Oswald verklaart. Of waarom hij Castro weg zou willen hebben terwijl hij overtuigd marxist was. Of is dat allemaal gelogen en in scène gezet? De Bruin geloofde nooit in de „officiële overheidsversie”, zei hij tegen De Telegraaf, en „wilde weten wat er echt gebeurd was”.
Minnares van Lee Harvey OswaldJudyth Vary Baker Oswald was door de CIA getraind om Japanse vrouwen te verleiden.
Baker biedt een alternatief, gedetailleerd verhaal, dat ze kan onderbouwen met bewijzen, aldus de makers. Maar welke bewijzen dan, vraag je je als luisteraar steeds meer af. Het concreetste zijn prikklokkaartjes en salarisstrookjes die ze voor Oswald tekende toen ze met hem werkte bij een koffiehandel die als „dekmantel” voor het virusproject diende. Oswald werkte daar inderdaad enige tijd, maar die kaartjes bewijzen niet dat er iets onoorbaars gebeurde. Op veel punten in Bakers relaas hadden de makers de afleveringen met Baker kunnen onderbreken om dingen te factchecken. In plaats daarvan laten ze haar meestal doorvertellen en opmerkelijke zijpaden inslaan (Oswald „was door de CIA getraind om Japanse vrouwen te verleiden”).
Op haar X is Baker nog ongefilterder. Ze schrijft dat Amerika geregeerd wordt door een cabal (geheime schaduwelite) en dat ze weet hoe kanker te genezen is. Hoewel dat niet betekent dat ze alles wat ze over Oswald zegt heeft verzonnen, heeft de luisteraar er wel baat bij om dit te weten, om haar geloofwaardigheid te kunnen inschatten.
Niks nieuws
Bakers verhaal is overigens al geruime tijd bekend. Het staat in haar boek uit 2011 en diverse media (ook Nederlandse) berichtten erover. De Bruin en Assink verhullen enerzijds niet dat ze niet de eerste zijn die Baker spreken, maar stellen tegelijkertijd wel dat het „ware verhaal” door hen „eindelijk” is blootgelegd, nadat ze Baker op het spoor kwamen dankzij het privé-archief.
Aan het einde van seizoen 1 parafraseerde De Bruin de curator van een JFK-museum, die zegt dat „iedereen een verhaal in zijn of haar hoofd [heeft] om de moord op Kennedy te kunnen begrijpen”, en dat verhaal in de overvloed aan informatie bevestigd ziet. In het tweede seizoen vinden hij en Assink hun eigen ‘verhaal’. Gedachtelijnen die ze in de eerste reeks nog grondig onderzochten, zoals dat Oswald wel schoot maar beïnvloed was door een hooggeplaatste vriend, verdwijnen naar de achtergrond. De vraag die open blijft staan, is wat er nu precies zo onthullend is aan het herintroduceren van een bekende complottheorie, en waarom de AvroTros en NPO Luister dat ruim baan gaven.
Nu de afbeelding van een tentenkamp met de tekst „All Eyes on Rafah” bijna 47 miljoen keer is gedeeld op sociale media, komt er ook kritiek. Is dit niet een te schoon gepoetste en gemakzuchtige manier om vanuit je luie stoel te protesteren tegen de oorlog in Gaza?
Op het beeld zie je vanuit de lucht een keurig, uitgestrekt vluchtelingenkamp in een pittoresk bergdal, waar witte tenten de Engelse tekst „Alle ogen op Rafah” vormen. Het virtuele protestbord reageert op het Israëlische bombardement maandag van een vluchtelingenkamp bij Rafah. Het Internationaal Gerechtshof (ICJ) had Israël vrijdag geboden het offensief in Rafah onmiddellijk te stoppen. De Israëlische regering gaf daar geen gehoor aan.
Het online protestbord, gemaakt met kunstmatige intelligentie (AI), werd op maandag voor het eerst op Instagram gezet door het Maleisische account @shahv4012. Vermoedelijk heeft de persoon achter het account het ook gemaakt – met AI. Al snel werd het opgepikt door miljoenen andere gebruikers – vele malen meer dan andere posts over Gaza – onder wie Britse zangeres Dua Lipa, het Palestijns-Nederlandse model Bella Hadid, en bekende acteurs Aaron Paul (Breaking Bad), Nicola Coughlan (Bridgerton), Jameela Jamil (The Good Place) en Tom Waes (Undercover).
De oproep „All eyes on Rafah”, die al langer in zwang is, wordt toegeschreven aan Rik Peeperkorn, de vertegenwoordiger van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) in de Palestijnse gebieden, die in februari zei dat de wereldgemeenschap de penibele situatie van de vluchtelingen in Rafah goed in de gaten moest houden.
Kritiek
Maar niet iedereen vindt het protestbord een succes. Al Jazeera schreef dat het pittoreske vluchtelingenkamp op de afbeelding in schril contrast staat met de werkelijkheid: „Rafah ziet er helemaal niet zo uit. De lucht is grijs van de rook van Israëlische bommen en er zijn geen ordelijke rijen tenten – veel tenten smeulen nadat ze zijn gebombardeerd met de inzittenden er nog in, en er ligt puin tussen hen in. Rafah is ook veel drukker – met naar schatting 1,4 miljoen mensen die daar hun toevlucht zoeken tegen de Israëlische bombardementen.”
De Australische journalist Cameron Wilson stelde op X: „Alle ogen op Rafah, ja. Maar dit is een AI-foto waardoor jouw ogen juist niet naar Rafah hoeven te kijken en je geprivilegieerde rust niet wordt verstoord”. Volgens hem kunnen influencers beter echte foto’s uit Gaza verspreiden: „Palestijnse journalisten riskeren al maanden hun leven om elk bloedbad te documenteren en in plaats daarvan posten mensen door AI gegenereerde ‘kunst’ die ons niets vertelt over wat daar werkelijk gebeurt.” De Palestijns-Amerikaanse ‘Palidox’ uit Chicago schreef op X: „Deel een echte foto uit Rafah! Waarom genoegen nemen met een gesuikerde nepfoto?”
Maar juist het virtuele, schone van het AI-beeld verklaart het succes, zegt mediawetenschapper Mark Deuze van de Universiteit van Amsterdam: „Het beeld toont nadrukkelijk geen ellende, anders kwam het niet door de filters.” Volgens hem worden bloedige foto’s onderdrukt door de geautomatiseerde moderatie van Instagram, Facebook, Tiktok. Kritische uitingen over Gaza worden daarnaast extra onderdrukt met zogeheten shadow bans. Zo’n AI-beeld kan er juist wel doorheen glippen.
Deuze over het succes van de post: „Dit beeld getuigt van grote digitale geletterdheid. Anders dan in de journalistiek zijn sociale media niet gericht op originaliteit maar op knip-en-plakwerk; hergebruik van afbeeldingen die eerder succesrijk waren. Dit is een generiek plaatje en de frase ‘all eyes on…’ is al vaak gebruikt, dus het is snel te herkennen en te reposten.”
Jongeren bereiken
Een andere reden voor het succes van dit soort posts over Gaza: „Ze worden gedeeld door tieners, een groep die in de reguliere verslaggeving niet aan het woord komt en zich politiek machteloos en genegeerd voelt. Terwijl die groep sterk politiek betrokken is. Bijna de hele bevolking van Gaza bestaat uit jongeren – de gebruikers herkennen zich in hen.” De reguliere verslaggeving over Gaza spreekt tieners sowieso niet aan, stelt Deuze, omdat die niet op hen is gericht, en een zekere afstandelijkheid bewaart jegens Gaza: „Ze willen juist emoties. Ze zien een jongen voor een kapotgeschoten gebouw staan die zegt: hieronder ligt mijn zus. Dan willen ze roepen: ‘Dit is verschrikkelijk, dit moet stoppen!’”
Heeft online activisme zin? Of is zo’n post meer onderdeel van de identiteitsvorming van gebruikers van sociale media? Deuze: „Die vraag suggereert een onderscheid tussen de online en offline wereld die voor jongeren allang niet meer bestaat. Dit is hun wereld. En natuurlijk heeft zo’n post permanente gevolgen. Niemand is zo naïef om te denken dat je hiermee de bommen op Gaza stopt. Maar ik durf te wedden dat veel jongeren die de post deelden de volgende dag aan Google vroegen: ‘Waar is Gaza? Wat gebeurt er in Gaza?’. Zo kweek je bewustwording.”
Als Google vragen voortaan op een heel andere manier gaat beantwoorden, zoals het bedrijf eerder deze maand aankondigde, dan heeft dat gevolgen voor de honderden miljoenen gebruikers over de hele wereld die de zoekmachine regelmatig gebruiken. En niet alleen voor hen.
Het raakt ook de vele bedrijven die voor de toestroom van bezoekers naar hun websites, en daarmee voor hun inkomsten, van Google afhankelijk zijn. Als zij door de nieuwe opzet van de zoekmachine minder bezoek krijgen van kopers, lezers en kijkers naar hun site, dan kan dat de bodem onder hun verdienmodel wegslaan.
Amerikaanse commentatoren voorzien zelfs dat de nieuwe aanpak van Google – dat met zijn zoekmachine wereldwijd een marktaandeel van meer dan 80 procent heeft – de toekomst van het internet fundamenteel zal veranderen. Maar voorlopig heerst er vooral veel onzekerheid, en roept Google veel vragen op.
1 Wat verandert er?
Het is een ingrijpende vernieuwing die de populaire zoekmachine doorvoert, voorlopig alleen in de VS. Wie een vraag stelt in het zoekvenster van Google, krijgt niet meer meteen de bekende lijst met blauwe linkjes naar websites en artikelen te zien. In plaats daarvan levert de zoekmachine, aangedreven door kunstmatige intelligentie (AI), in enkele samenhangende zinnen of alinea’s een uitgeschreven antwoord op de gestelde vraag. Bijvoorbeeld wat bij onweer het verband is tussen bliksem en donder.
Zo hoeft de gebruiker niet meer zélf de informatie bij elkaar te sprokkelen met behulp van de aangeboden linkjes. Want dat doet de AI van Google, die het vervolgens ook nog in een goedlopende tekst voor je heeft samengevat. In de woorden van het bedrijf zelf: Let Google do the googling for you – laat Google jou het googelen uit handen nemen.
Onder het uitgeschreven antwoord van Google zullen overigens nog steeds linkjes verschijnen. En bij sommige vragen blijft de zoekmachine louter op de oude manier antwoorden. Wie bijvoorbeeld de naam van een groot winkelbedrijf intikt zal alleen op zoek zijn naar de website van dat bedrijf, meent Google, en krijgt dan ook geen tekstje, maar alleen een link gepresenteerd.
De nieuwe opzet borduurt voort op de kleine, al bestaande tekstboxjes die Google soms nu al bovenaan of rechts van de lijst met blauwe links presenteert. Deze zogenoemde Google Knowledge Panels zijn vaak gebaseerd op Wikipedia. Ze zijn veel simpeler dan AI Overview, zoals het nieuwe systeem heet.
Nog dit jaar zal Google beginnen om AI Overview ook buiten de VS beschikbaar te stellen. Tegen de jaarwisseling moeten meer dan een miljard mensen het kunnen gebruiken.
2 Wat heeft dit alles met spaghetti te maken?
Al snel na de lancering van AI Overview kwamen er problemen aan het licht. Net zoals chatbots als ChatGPT blijkt ook dit systeem soms onjuiste en zelfs absurde antwoorden te geven. Tot grote hilariteit op sociale media. Op de vraag of je spaghetti sneller kan koken met benzine, zou het antwoord zijn gekomen: ‘nee, dat kan niet, maar benzine kan spaghetti wel pittiger maken’. Op de vraag ‘hoeveel stenen moet ik eten’ antwoordde AI Overview dat geologen ten minste één kleine steen per dag aanbevelen.
Het was niet het soort publiciteit waarop Google had gehoopt. Het bedrijf, dat het moet hebben van betrouwbaarheid, verzekerde dat er snel aan gewerkt wordt om dit soort blunders uit te bannen. Maar het techbedrijf wees er ook op dat het wel erg ongebruikelijke vragen waren die tot sommige van de vreemde antwoorden hadden geleid.
Het blijkt dat het gebruikte AI-model zich bij het afgrazen van het internet onder meer heeft gebaseerd op stukken van de satirische krant The Onion, vergelijkbaar in Nederland met De Speld. Opnieuw blijkt dat cruciaal is, dat AI-modellen gevoed worden met betrouwbare informatie.
3 Wie is er bang voor het nieuwe Google?
Veel websites zijn eraan gewend geraakt dat een belangrijk deel van hun bezoekers hen vindt via de links die Google presenteert. Wie iets vraagt over een gebeurtenis in het nieuws, komt zo terecht bij de website van een krant of ander nieuwsmedium. Wie op zoek is naar een recept voor een feestelijk vegetarisch diner, komt via Google bij een site die in dat soort maaltijden is gespecialiseerd.
Lees ook De chatbot is nu bijna een mens. Giechelend zegt de vrouwenstem: ‘O, dat is zo lief van je’
Maar als de AI van Google het zoeken voor jou heeft gedaan, en meteen een helder geschreven samenvatting (overview) levert van wat er bij verschillende bronnen op het internet over te vinden is, klik je dan nog door naar de websites met door mensen geschreven artikelen of recepten? Het Amerikaanse onderzoeksbureau Gartner voorspelt dat het bezoek aan websites met 25 procent zal dalen.
Uitgevers van websites bereiden zich voor op „een bloedbad”, schrijft The Washington Post. Want minder bezoek betekent niet alleen minder mogelijkheden om je product aan de man te brengen. Het bedreigt ook een andere bron van inkomsten: je site wordt minder aantrekkelijk voor adverteerders om hun boodschap op uit te dragen.
4 Wordt Google concurrent van nieuws- en informatiesites?
Google verzekert dat het ervoor zal zorgen dat gebruikers websites zullen blijven bezoeken. Dat is ook in het belang van Google, want het verdient veel geld met zijn advertentienetwerk, dat veel websites gebruiken om advertenties te plaatsen.
Maar het is begrijpelijk dat uitgevers van kranten en nieuwssites zich bedreigd voelen door AI, die deels op basis van hún auteursrechtelijk beschermde, en door mensen verzamelde, geschreven en gepubliceerde informatie zijn handige samenvattingen en overzichten publiceert. Dat doen chatbots als ChatGPT, en dat doet AI Overview nu ook.
Enkele grote nieuwsondernemingen (AxelSpringer, News Corp, de Financial Times, Le Monde, Associated Press) hebben contracten gesloten met OpenAI, maker van ChatGPT, zodat die voortaan tegen betaling hun artikelen mag gebruiken. Maar andere nieuwsbedrijven kiezen voor de confrontatie. Zo is The New York Timesnaar de rechter gestapt, om van OpenAI een vergoeding af te dwingen voor het tot nu toe zonder toestemming gebruiken van artikelen van de krant.
Nog afgezien van de vraag of Google en de andere AI-ondernemingen moeten betalen voor de journalistiek die ze samenvatten en doorgeven, is er de vraag of Google met zijn overviews op den duur niet de plaats van de nieuwssites gaat innemen, of op z’n minst een stevige concurrent wordt. Dat zou kunnen, zonder zelf ook maar één journalist, fotograaf of illustrator in dienst te hoeven nemen. Inmiddels heeft Google aangekondigd ook advertenties bij de overviews te gaan plaatsen.
5 Wie is aansprakelijk voor fouten in ‘overviews’?
Door de bizarre antwoorden over benzine met spaghetti, en het eten van stenen, dringt nóg een vraag zich op: wie is eigenlijk juridisch aansprakelijk voor schade die veroorzaakt wordt door het opvolgen van een advies van AI Overview? Tot nu toe is Google, net als socialemediabedrijven als Meta en X, grotendeels gevrijwaard van juridische procedures en schadeclaims vanwege informatie van anderen, die zij alleen maar doorgeven. Maar door de samenvattingen en ‘synthetische teksten’ die Google met behulp van AI samenstelt, is het bedrijf duidelijk meer dan een doorgeefluik. Naar verwachting zal een lange juridische strijd gevoerd moeten worden voor duidelijk is of Google al dan niet aansprakelijk gesteld kan worden voor wat zijn AI-model voor tekst heeft gebrouwen.
6 Ontmoedigt Google nieuwsgierigheid?
Volgens de invloedrijke technologie-journalist Casey Newton zorgt AI Overview ervoor dat gebruikers steeds minder redenen hebben om zich op internet buiten de ‘ommuurde tuin’ van Google te begeven. Daar kun je immers antwoorden op al je vragen vinden, dus waarom zou je nog verder zoeken?
technologie journalistCasey Newton Eén bedrijf kan in grote mate bepalen wanneer en hoe mensen nog een website bezoeken.
Zo belandt het internet zoals we dat kennen in een fase van ‘georganiseerde neergang’, schrijft Newton in zijn nieuwsbrief Platformer: „Eén bedrijf kan in grote mate bepalen wanneer en hoe mensen nog een website bezoeken.” Het AI-model kiest welke bron belangrijk genoeg is voor het antwoord op vragen, en welke bron niet. „Het web dat bloeide doordat het open was en gedecentraliseerd, begint nu te verdorren.”
Demerara, 1816. De jonge Kwasiba is haar moeder kwijt. Niemand op plantage Zeldenrust weet waar ze is gebleven. Verhalen zijn er wel. Dat ze op de vlucht is geslagen en gedood. Of dat ze zich in de bossen heeft aangesloten bij de gevaarlijke Marrons. Kwasiba gelooft er niks van, en trekt haar eigen plan. Welke wereld ligt er buiten de plantage? In deze meeslepende fictiepodcast neemt Kwasiba, die later Dientje zal gaan heten, de luisteraar mee langs de verschillende denkbeelden uit de tijd van de slavernij. Wees niet verrast ineen te krimpen bij de zweepslagen die ze te verduren krijgt of zelf boos te worden op het meisje dat haar pest. Of dat je het uitzicht vanaf de bootreis die ze twee keer zal maken haast lijkt te kunnen aanraken (‘kijk daar, in die bocht, waar de zee overgaat in de rivier’).
En ze noemden me… Dientje! is eigenlijk gemaakt voor kinderen, maar is door de slimme dialogen ook voor volwassenen. Educatief en vermakelijk, op hoog niveau, dat niet had misstaan in het vroegere VPRO-programma Villa Achterwerk. Misschien, denkt deze luisteraar, ligt de toekomst van audio wel in dit genre: kinderpodcasts.
Daarmee is meteen duidelijk dat de vertelling van journaliste Beth Schwartzapfel niet gaat over wie het gedaan heeft, zelfs niet over waarom hij het deed (al wordt ook die vraag uitvoerig bestudeerd) – de échte reden voor dit verhaal zijn Widemans kansen op voorwaardelijke vrijlating. Net als in Nederland bestaat in de VS de mogelijkheid om maar een deel uit te zitten van een hoge straf, als een dader kan aantonen geen gevaar meer te vormen voor de samenleving. Zodra Wideman ontdekt wat hem dreef tot de moord (een combinatie van psychische factoren die hij onder controle krijgt), gelooft hij dat dit nooit meer kan gebeuren. Maar hoe bewijs je dat? En aan wie?
Schwartzapfel vermoedt een willekeur in de toewijzingen van de zogeheten parole boards die in de VS deze beslissingen nemen. Kennis en ervaring zijn immers nauwelijks vereist om te beslissen over iemands leven. Officiële richtlijnen bij het maken van zo’n beslissing vindt ze ook niet. Verder onderzoek onthult dat de hoorzittingen over een verzoek tot vrijlating niet altijd serieus genomen worden. Van sommigen zaken blijkt zelfs een spel gemaakt, waarbij juryleden punten verdienen als ze de verdachte een bepaald woord laten zeggen. Zal het Wideman op deze manier ooit lukken om vrij te komen? Verdient hij dat? Oordeel zelf.
Poppenspeler Vincent Anderson is het type ‘creatief genie’ van de ergste soort: arrogant, schofterig, vaker dronken dan nuchter. Een bullebak waar mensen toch bewondering voor voelen. Als bedenker van het Sesamstraat-achtige Good Day Sunshine heeft hij namelijk een groot wapenfeit: een hoopgevend tv-programma uit de jaren tachtig met vrolijke poppen, gemaakt voor de kinderen van New York. Zijn eigen kind behandelt hij trouwens niet veel beter dan de collega-poppenspelers die hij steeds afblaft.
Aan het begin van de dramaserie Eric staan zowel de stad, het programma en Vincent zelf op instorten. Als zijn negenjarige zoontje op een dag verdwijnt tijdens een wandeling naar school, is de ellende niet te overzien. Vincent lijkt door te draaien en hij begint een reusachtige pop genaamd Eric te zien. Hij denkt dat die pop (harig, met hoorns en slagtanden, doet denken aan het Muppetfiguur Sweetums) hem kan helpen bij het vinden van zijn zoontje. Dit is het begin van een bizarre zoektocht waarbij de pop voornamelijk commentaar op de levenskeuzes van Vincent maakt. ‘Je bent een mislukking, je hebt het verkloot’, dat soort dingen.
De Britse acteur Benedict Cumberbatch (Sherlock, Doctor Strange) weet wel raad met zo’n rol en hij zet effectief een schreeuwerige zak neer. Vast iets waar hij als acteur veel plezier mee gehad heeft, maar het maakt het wel moeilijk om iets om hem te geven. Het personage blijft gedurende het zesdelige seizoen eendimensionaal. Op geen enkel moment zie je waarom zijn vrouw Cassie (Gaby Hoffmann) ooit voor hem viel.
Volgepropt
Het idee van getroebleerde man op zoektocht met een grote Muppetpop zou in principe genoeg moeten zijn voor een intrigerende serie, maar schrijfster Abi Morgan heeft nog veel meer in het script gepropt. Ze verwerkt er allerlei maatschappelijke thema’s in die destijds speelden in New York, denk aan corruptie, daklozenproblematiek, racisme en de aidscrisis. Deze onderwerpen komen het meest naar voren in de tweede grote lijn van de serie: het onderzoek van rechercheur Michael Ledroit (McKinley Belcher III) die de vermissingszaak probeert op te lossen. Michael zit als homoseksuele man in de kast en zorgt in het geheim voor een zieke partner.
Soms voelt het alsof de hoofdrolspelers in verschillende series spelen. Cumberbatch komt terecht in een overdreven nachtmerriewereld. Op een gegeven moment staat hij met de pop op de dansvloer van een nachtclub en snuiven ze samen coke op de wc. Aan de andere kant zit Belcher meer in een rauw politiedrama. Hij speelt knap ingetogen, sterk in contrast met het schreeuwerige acteergeweld van Cumberbatch. Hoffmann schippert best knap tussen die twee uitersten, maar krijgt als radeloze moeder niet genoeg te doen. Ook andere elementen krijgen te weinig aandacht: de perikelen op de set van het poppenprogramma voelen weinig urgent, terwijl daar juist ruimte zou zijn voor iets meer lucht en humor. De aankleding van de sets is wel geslaagd. Het groezelige New York van de jaren tachtig, voordat de stad werd schoongeveegd, komt authentiek over. Individueel zitten er een paar mooie en krachtige scènes in de serie. Als geheel voelt het echter minder dan de som der delen.
In andere handen was de miniserie The Sixth Commandment waarschijnlijk een stuk sensationeler geweest. Het Britse drama vertelt immers het waargebeurde verhaal van een twintiger die twee gepensioneerde Britten – de een 69 jaar, de ander 83 – verleidde en misleidde en, nadat ze hem hun enige erfgenaam hadden gemaakt, probeerde te vermoorden. Iets dat hem bij een van hen ook lukte.
De krantenkoppen in Engeland waren dan ook vetgedrukt schreeuwend toen de dader in 2019 door een rechtbank tot levenslang werd veroordeeld. Toch is The Sixth Commandment, de miniserie geschreven door scenarist Sarah Phelps over de gruwelijke misdaad, op geen enkele manier sensationeel. Het drama is eerder ingetogen. En daarmee ontzettend effectief.
Want waar veel titels in het nog steeds populaire true crime-genre geneigd zijn de focus op de misdaad en de dader te leggen – waardoor de laatste niet zelden de ‘ster’ van het verhaal wordt – kijkt deze serie in vier afleveringen juist naar de slachtoffers, hun familie en de mensen die hard werkten om de dader te vervolgen voor zijn daden. Hierdoor blijf je als kijker achter met veel genegenheid voor de oudere slachtoffers – en met een flinke hoeveelheid gepaste woede voor de man die hen iets heeft aangedaan.
De eerste aflevering focust op Peter Farquhar, het eerste slachtoffer (van 69). Farquhar, die prachtig wordt gespeeld door Timothy Spall, is een bevlogen leraar Engels op een jongensschool die in de openingsminuten van de aflevering met pensioen gaat. „Hij heeft ook een speech. En ik weet dat deze veel beter gaat zijn dan de mijne”, zegt het hoofd van de school die hem afzwaait met zichtbare genegenheid tegen een volle zaal glimlachende mensen. Farquhar is geliefd en succesvol. Maar, zo leren we direct daarna, ook eenzaam. Hij is een diepgelovige man in een klein typisch Engels plaatsje, en heeft daarom nooit gehandeld naar zijn seksuele geaardheid. „Ik denk niet dat het mogelijk is dat iemand van mij zou kunnen houden. Op die manier”, zegt hij tegen een kerkelijke vriend in de stad. Hij meent ieder woord.
Toch nog liefde
Wanneer hij vervolgens – het bloed kruipt waar het niet gaan kan – een gastcollege geeft aan een universiteit, stapt Ben Field (Éanna Hardwicke) zijn lokaal binnen. Field, met zijn gespierde armen en kuiten, vriendelijke voorkomen en intelligentie, trekt meteen Farquhars aandacht. De twee raken aan de praat en een vriendschap bloeit op. Wanneer Field na een tijdje verklaart verliefd te zijn geworden op de oudere man, durft Farquhar voor het eerst in zijn leven te geloven dat iemand oprecht geïnteresseerd in hem kan zijn.
Maar niet lang nadat Farquhar en Field in het geheim een verbintenisceremonie zijn aangegaan, begint Field zijn nieuwe partner beetje bij beetje te drogeren. De kopjes thee op bed in de ochtend vertroebelen Farquhars ooit zo scherpe geest, en maken hem totaal afhankelijk van Field. Precies zoals die laatste het wil.
Als Farquhar uiteindelijk sterft aan alcoholvergiftiging is er niemand, zelfs zijn naaste familie niet, die vermoedt dat er opzet in het spel is. Ook al was Farquhar nooit een grote drinker. Hierdoor kan Field zonder argwaan te wekken zijn aandacht verleggen naar Ann Moore-Martin, een vrouw die een paar deuren van Farquhar in dezelfde straat in het rustige plaatsje woont. Opnieuw weet de twintiger feilloos in te spelen op de eenzaamheid van zijn nieuwe slachtoffer. Moore-Martin (een innemende Anne Reid) is een scherpe en grappige tachtigplusser die wegens omstandigheden – passie voor haar werk, oudere familieleden om voor te zorgen – altijd alleen is gebleven. Ondanks een innige band met haar nichtje Ann-Marie Blake (Annabel Scholey), is er voldoende ruimte voor Field om haar leven binnen te wurmen. Ook dit keer manipuleert en drogeert Field zijn slachtoffer. Iets dat pas stopt wanneer Moore-Martins nichtje argwaan krijgt en de politie waarschuwt.
Goed gedocumenteerde research
Scenarist Phelps baseerde zich voor de serie naar eigen zeggen op een stapel research die tot haar schouders kwam. Ze verdiepte zich niet alleen in de politierapporten en sprak met de nabestaanden, maar had ook de dagboeken waarin Farquhar nauwkeurig zijn leven bijhield tot haar beschikking, alsmede het aantekeningenboek van Field, waarin hij zelfs bijhield welke doses hij gebruikte om zijn slachtoffers te drogeren.
Dat er hierdoor maar weinig momenten waren die de scenarist zelf moest invullen, draagt ongetwijfeld bij aan de ingetogen manier waarop het verhaal wordt verteld. Al is het ook een bewuste keuze om de toch al afschuwelijke geschiedenis op geen enkele manier aan te zetten of ‘spannender’ te maken. Zo laat de serie de moord op Farquhar niet echt zien. En ook Field lijkt nergens op een karikaturale dader die we vaker op tv zien. Field, zoals acteur Hardwick hem neerzet, is zowel geloofwaardig als een man die charmant genoeg is om twee intelligente mensen volledig om de tuin te leiden en de sadistische persoon die tijdens de rechtszaak toegeeft dat hij ervan genoot Farquhar te zien lijden.
Maar zelfs deze akelige details zorgen er niet voor dat Field de persoon is die je na de vier afleveringen bijblijft. Het zijn Farquhar en Moore-Martin, de echte mensen die schuilgingen achter de schreeuwende krantenkoppen, die dankzij deze indrukwekkende miniserie een gezicht hebben gekregen.
Het is tekenend voor het politieke klimaat dat er op het Mediapark in Hilversum met opluchting is gereageerd op het hoofdlijnenakkoord dat de beoogde coalitiepartijen deze maand presenteerden. Er hoeft ‘slechts’ 100 miljoen euro te worden bezuinigd op de publieke omroep: een stuk minder dan de bedragen die tijdens de formatie rondzongen in Den Haag. De VVD wilde 400 miljoen bezuinigen, de PVV wilde het liefst helemaal van de ‘NPO66’ af. „Door alle geruchten was ik heel bezorgd wat er in dat akkoord zou staan”, zegt Arjan Lock, voorzitter van de EO en van het College van Omroepen, een samenwerkingsverband.
Niet alleen de omvang van de bezuinigingen bleek mee te vallen, in het akkoord stond ook een paragraaf waarin het belang werd benadrukt van een sterke publieke omroep, onder het kopje ‘goed bestuur en rechtstaat’. Betrouwbare informatievoorziening, kwalitatieve journalistieke programma’s, en een veelzijdig aanbod zijn volgens de beoogde coalitie van maatschappelijk belang. Daar waren de NPO en alle omroepen ontzettend blij mee, zo bleek uit een gezamenlijke verklaring. „Dit geeft de burger moed”, zegt Lock, „moed om verder te werken aan de modernisering van het omroepbestel.”
voorzitter NPOFrederieke Leeflang Alle partijen, ook de PVV, zien dat we een belangrijke rol vervullen in de samenleving. Maar ze staan wel kritisch tegenover de manier waarop het bestel door de jaren heen is vormgegeven.
NPO-voorzitter Frederieke Leeflang heeft zich achter de schermen, in gesprek met politieke partijen, hard gemaakt voor het belang van een sterke publieke omroep. „Ik heb daar veel over gesproken met de formerende partijen, maar ook met de partijen die in de oppositie zitten”, zegt ze. „Alle partijen, ook de PVV, zien dat we een belangrijke rol vervullen in de samenleving. Maar ze staan wel kritisch tegenover de manier waarop het bestel door de jaren heen is vormgegeven. Ze vragen zich af of wij in staat zijn om te anticiperen op een snel veranderende samenleving, en het nieuwe mediagebruik.”
Flinke aderlating
Hoe goedbedoeld die paragraaf ook is, 100 miljoen euro is een flinke hap uit een omroepbegroting van 900 miljoen. De laatste grote bezuiniging op de publieke omroep was in 2012, toen er 200 miljoen werd gekort. Het kabinet wilde destijds een einde maken aan de „versnippering”: er was nog maar plaats voor 8 omroepen in plaats van 21. Dit leidde tot fusies tussen diverse omroepen, zoals AVROTROS, BNNVARA en KRONCRV. De NPO kreeg een steeds grotere rol in de programmering, ten koste van de herkenbaarheid van omroepen. Maar daarna er kwamen er toch weer omroepen bij, wat de bestuurbaarheid van het bestel opnieuw onder druk zette. De programmering is nu een traag en ondoorzichtig proces.
Dit moet anders, daarover is iedereen in Hilversum het wel eens. Dit geldt ook voor de beoogde coalitiepartijen. „De NPO wordt hervormd zodat de journalistiek – inclusief het veelzijdige aanbod – kwalitatief hoogwaardig vormgegeven en gewaarborgd wordt”, staat in het hoofdlijnenakkoord. „Toekomstbestendigheid en transparantie van kosten staan daarbij voorop. Het besluitvormingsproces wordt gestroomlijnd.”
Die 100 miljoen aan bezuinigingen komt dus bovenop een herziening van het omroepbestel, waar de NPO en de omroepen de afgelopen maanden al over hebben gesproken. Dit gebeurde naar aanleiding van het rapport dat de commissie-Van Geel vorig jaar presenteerde. Op verzoek van het kabinet deed de commissie voorstellen voor toetredings- en verantwoordingscriteria voor publieke omroepen, en voor de modernisering van het bestel. Want er was in Den Haag en Hilversum ongemak over de toetreding van Ongehoord Nederland in 2022, een omroep die ronduit racistische video’s uitzendt en complottheorieën verspreidt.
Na het rapport en de aangekondigde bezuinigingen willen de omroepen nu zelf de regie houden over het vervolg. „Ik vind dat er een zware verantwoordelijkheid ligt bij ons in Hilversum om hier invulling aan te geven”, zegt Lock. „Dat gebeurt in samenspraak met het ministerie. Daar werken ze aan een notitie voor het debat dat na de zomer door de nieuwe bewindspersoon gevoerd zal worden in de Tweede Kamer. Dat gaat over de toekomst van het publieke bestel. Over dat onderwerp zullen we dus snel verder moeten praten. Gelukkig zijn we daar de afgelopen maanden al mee bezig geweest.”
Die gesprekken tussen de omroepen verlopen volgens Lock volgens drie hoofdlijnen: de digitale transitie, een duidelijkere rolverdeling tussen de NPO en de omroepen, en het borgen van het veelzijdige aanbod. Misschien wel de moeilijkste kwestie die op tafel ligt, is de beperking van het aantal omroepen. Momenteel zijn er naast de taakomroepen NOS en NTR negen omroepen, ondergebracht in zes samenwerkingsverbanden. Daarbij zijn er twee nieuwe omroepen met een voorlopige erkenning: Ongehoord Nederland en Omroep Zwart. Van Geel pleit ervoor om het aantal omroepen terug te brengen naar zes.
Behoud van diversiteit
Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Want alle omroepen vinden hun geluid onmisbaar voor een veelzijdig aanbod, en zullen vechten voor hun bestaansrecht. Ze voelen zich ook gesteund door Van Geel, die pleit voor behoud van de pluriformiteit en versterking van de positie van omroepen in het bestel. „Het belangrijkste is dat er een beter bestuurbaar bestel komt, met minder omroepen”, zegt PowNed-voorzitter Dominique Weesie. „Want het zijn er nu dertien, dat moet echt terug naar zes. Ik denk dat iedereen over zijn eigen schaduw heen zal moeten springen. Maar het zijn allemaal egootjes.”
In de praktijk zal het waarschijnlijk neerkomen op nauwere samenwerking tussen omroepen. Daar is na de bezuinigingsronde in 2012 immers al een begin mee gemaakt. „Als dat betekent dat ik me straks door iemand anders moet laten vertegenwoordigen bij bestuurlijke vergaderingen, dan zij het zo”, zegt Weesie. „Als het merk maar blijft bestaan. Wij werken nu samen met AVROTROS. Dat betekent dat er een stichting boven ons zit met een uitzendlicentie. Dat gaat bestuurlijk gezien heel goed. Maar het verkopen van onze programma’s kan AVROTROS niet. Want zij hebben een ander dna dan wij.”
„Bezuinigen vraagt om hervormingen waarbij de rolverdeling tussen de NPO en omroepen weer helder wordt, met een coördinerende NPO en omroepen die over de inhoud gaan”, zegt Lonneke van der Zee, algemeen directeur van BNNVARA. „Daarbij zullen de omroepen zelf ook stappen moeten zetten om het bestel beheersbaar te maken. Daarvoor is intensievere samenwerking tussen omroepen nodig, die ook tot een kostenbesparing zal leiden. BNNVARA is daar een groot voorstander van, getuige ook de samenwerking tussen BNN en de VARA, en onze ondersteuning aan Omroep Zwart.”
De omroepen willen voorkomen dat de bezuinigingen ten koste gaan van hun programmering. Ze denken dat er de meeste winst te behalen valt met het afslanken van de managementlagen. Daar gaat ongeveer een kwart van de totale begroting van de publieke omroep aan op: 150 miljoen voor de koepelorganisatie NPO en nog eens 100 miljoen voor de organisatiekosten van de omroepen. „Daar moeten we goed naar kijken”, zegt Weesie. „De NPO voorop. Want volgens mij is dat de grootste werkgever op het Mediapark. Maar achthonderd medewerkers vind ik erg veel voor een uitvoeringsorganisatie.”
Die suggestie leidt tot enige wrevel bij NPO-voorzitter Leeflang. „Er zijn 510 fte’s bij de NPO en er zit ook een grote managementlaag bij omroepen”, zegt ze. „En het is niet alleen management, we hebben als NPO ook een belangrijke taak op het gebied van techniek en distributie, vergeet dat niet. Daar moeten wij natuurlijk net zo goed naar kijken. Maar het is niet zo dat de NPO uit zijn voegen is gegroeid, en dat je daar dus makkelijk in kan snijden. Ik denk dat je moet kijken naar alle taken die omroepen nu zelfstandig vervullen, zoals sociale veiligheid. Alles wat niet eigenzinnig hoeft te zijn, kan ook gezamenlijk.”
algemeen directeur BNNVARA.Lonneke van der Zee De BBC heeft spijt als haren op het hoofd van een soortgelijke zet.
Toch lijken moeilijke keuzes onvermijdelijk. Moet de publieke omroep stoppen met amusement, en zich alleen nog richten op nieuws, cultuur, en sport, zoals de VVD het liefst ziet? Of moet er een publieke zender worden geschrapt, zoals NSC in zijn verkiezingsprogramma had staan? Nu de omvang van de bezuinigingen meevalt, lijken die keuzes voorlopig van tafel te zijn. „Er wordt veel te makkelijk geroepen dat NPO3 wel geschrapt kan worden”, meent Van der Zee van BNNVARA. „Dat levert amper besparingen op, terwijl het risico om ons jongste publiek te verliezen enorm is. De BBC heeft spijt als haren op het hoofd van een soortgelijke zet.”
NPO3 is juist de zender die jongeren zou moeten bereiken. Maar die kijken vooral online, geen lineaire televisie. De NPO heeft vorig jaar een digitale strategie gelanceerd, waaronder een nieuwe app voor streamingsdienst NPO Start, die in het begin de nodige kinderziektes vertoonde. „We moeten ons minder blindstaren op de traditionele platforms”, zegt Lock. „En vooral zorgen dat onze content terechtkomt bij de doelgroepen waarvoor we het maken. Dan blijft lineaire programmering voor sommige doelgroepen belangrijk. Maar als we jongeren willen bereiken, moeten we beter nadenken hoe we onze content via apps, socials en platforms van derden kunnen aanbieden.”
Als snijden in de managementlagen niet genoeg besparingen oplevert, dan zal er elders moeten worden bezuinigd. Want 100 miljoen is veel geld. Jan Slagter van Omroep MAX ziet wel mogelijkheden. „Je zal het in de kleinere dingen moeten vinden”, zegt hij, „ook hele kleine dingen. Zoals het afschaffen van BVN (Beste Van NPO, red.), de zender waardoor de NPO over de hele wereld via satelliet te zien is. Nou, ik ben vaak in het buitenland, daar heb ik BVN niet nodig. Dat scheelt toch weer 1,5 miljoen euro. Maar de programma’s moeten overeind blijven.”
Overigens kan een deel van de bezuinigingen mogelijk worden opgevangen door de Ster meer ruimte te geven om reclametijd te verkopen. „De Ster mag online en on-demand geen reclame verkopen”, zegt Leeflang. „Dat is natuurlijk een beetje raar als je in een digitale wereld leeft, en de Ster op andere kanalen van publieke omroep wel reclame mag verkopen. Daar zit dus nog enige ruimte. De 24 miljoen aan bezuinigingen die Rutte IV had ingeboekt vanaf 2025, zijn eveneens op deze manier gecompenseerd. Maar goed, uiteindelijk zal dit nooit 100 miljoen euro opleveren.”
Lees ook De formerende partijen willen fors bezuinigen op de NPO, maar hoe duur is de publieke omroep nu écht?