Een eigenzinnige liberaal en een game over een jongen die zijn schaduw verliest: dit zijn de mediatips van dit weekend

Rolmodellen en leiders

VVD Tweede Kamerlid en oud-staatssecretaris van Justitie en Veiligheid Eric van der Burg (Amsterdam, 1965) is de eerste Zomergast. Peter van Ingen, de eerste Zomergasten-presentator, interviewt Van der Burg over zijn favoriete televisieavond. De ‘linkse eigenzinnige’ VVD’er moest deze zomer zijn asielportefeuille opgeven en neemt weer plaats in de Tweede Kamer. Op de website van Zomergasten zegt Van den Burg het volgende over zijn avond: „Zomergasten stond op mijn bucketlist. Deze zomer is een goed moment; ik wil praten over verantwoordelijkheid nemen, leiderschap en positief naar de toekomst kijken. Dat is wat we nu nodig hebben. Daarom wil ik rolmodellen en leiders laten zien die daartoe inspireren. Ook films en musicals inspireren mij: Les Misérables is het belangrijkste verhaal van mijn leven.”

Van der Burgs keuzefilm, Les Misérables (Tom Hooper, 2012; drie ballen in NRC), is vanaf 23.25u. te zien.

André Waardenburg

Nog meer keukenstress

Hoe gaat het verder met het toprestaurant van Carmy (Jeremy Allen White) en Sydney (Ayo Edebiri) in Chicago? In het derde seizoen van The Bear, een van de meest geprezen series van de afgelopen jaren, zien we wederom chaotische taferelen in de keuken. Na de openingsavond aan het einde van het tweede seizoen is het restaurant nu echt geopend. Carmy heeft besloten om zichzelf en iedereen uit te dagen. Hij stelt regels op waar niet over gediscussieerd mag worden. Een regel waar alle andere personeelsleden over vallen: het menu moet elke dag anders. Met zijn keuzes maakt hij weinig vrienden. Net als eerdere seizoen is The Bear ook nu weer een combinatie van stressvolle keuzechaos en mooie, menselijke momenten. De acteurs zijn ook weer in topvorm.

Thijs Schrik

Hollandse schim wil naar huis

Veel Nederlandse games verdwijnen een beetje in het internationale aanbod: je herkent ze niet zomaar als Nederlands. Dat geldt niet voor SCHiM, dat plaatsvindt in de straten van een doodnormale Nederlandse stad, vol slootjes, fietsen, en kliko’s. De game draait om een jongen die op een moment van pure ellende zijn schaduw verliest – of, eigenlijk, een schaduw die zijn jongen verliest. Om de jongen terug te vinden, moet jij van schaduw naar schaduw springen. Je wordt tijdelijk onderdeel van het voorwerp dat die schaduw werpt; zo kun je als schaduw van een lantaarnpaal het licht aan en uit zetten. Een simpel concept, nog nooit eerder geprobeerd, dat schattige, eenvoudige, puzzels oplevert die je achterlaten met een glimlach.

Len Maessen

Zomeravondconcert

Van 1 juli t/m 1 september is elke avond de mooiste klassieke muziek te horen, afkomstig van concertpodia in binnen- en buitenland. de opnames komen van festivals als Wonderfeel, Festival Oude Muziek Utrecht, de BBC Proms, de Salzburger Festspiele en het Bachfestival Leipzig. Deze week oa: Maandag 22 juli: Wonderfeel. Wonderfeel is een driedaags buitenfestival voor klassieke muziek met de ongedwongen sfeer van een popfestival. Op het 25 hectare grote natuurgebied in ’s-Graveland liggen de zeven Wonderfeelpodia een miniwandeling van elkaar verwijderd. De NTR geeft op 22 juli een samenvatting van al het moois dat er het afgelopen weekend te horen was. 23 juli: Bachfestival in Leipzig: Werken van J.s. Bach door het ST Thomas Choir Leipzig en Leipzig Gewandhaus Orchestra olv Thomaskantor Andreas Reize

24 juli: Klaus Mäkelä dirigeert Petroesjka.

Het overzicht van alle concerten staat op www.npoklassiek.nl

Vincent Bijlo

Lees ook

Op zoek naar iets anders? Kijk hier voor alle cultuurtips


Tv-recensie | Een uurtje vluchten in de heerlijke wereld van de disco

Na een verijdelde aanslag op de Amerikaanse president nam Homelander donderdag de macht over in een land op de rand van een burgeroorlog en kondigde aan al zijn tegenstanders in kampen te stoppen. De anti-superheldenserie The Boys had de finale van het vierde seizoen niet beter kunnen plannen. De rauwe anti-superheldenserie op Amazon Prime Video was altijd al politiek geladen en dit seizoen doen de makers er nog een schepje bovenop.

De blonde Homelander is voor de helft van de bevolking een superheld en voor de andere helft een superschurk die gestopt moet worden met alle noodzakelijke middelen. Dat is lastig want Homelander is onkwetsbaar. Je kunt The Boys nog net dystopische sci-fi noemen, maar de werkelijkheid zit de serie dicht op de hielen. Bij de Republikeinse Conventie kreeg het publiek donderdag bordjes uitgedeeld met „Mass Deportation Now”. Mijn mond viel toch weer open van verbijstering. Dit gebeurt echt.

Wat te doen? Een uurtje vluchten in de heerlijke wereld van de disco dan maar. Daar is de muzieksoort immers voor bedoeld: escapisme. „When life is hard, you party harder” zegt kunsthistoricus Lisa Farrington in de driedelige BBC-documentaire Disco – Soundtrack of a Revolution. Omroep Zwart zond donderdag het tweede deel uit.

Er zijn wel meer documentaires over disco, maar die richten zich doorgaans op de laatste periode, toen de hele wereld de danscultuur omarmde. Deze reeks diept juist de beginperiode uit, toen disco nog een obscure New Yorkse subcultuur was van zwarte mensen, queers en latino’s. De serie legt het beginpunt bij de feesten die David Mancuso in 1970 gaf in een leegstaand pakhuis in SoHo. De dj was opgeroeid in weeshuizen dus „hij had geleerd om zijn eigen familie te maken”. De politie kon geen invallen doen, zoals ze gewoon waren, want dit waren officieel privéfeestjes in Mancuso’s woonhuis.

Zwarte discodiva”s

Drummer Earl Young uit Philadelphia mag nog eens uitleggen hoe hij het kenmerkende four-to-the-floor-drumpatroon uitvond, maar verder gaat de documentaire eigenlijk niet over de muziek. In het begin bestond er ook nog geen discomuziek, de clubbers dansten op „dansbare r&b”. Daarna kwam de Philly soul waaruit het nieuwe genre ontstond, dat eerst nog „discotheek-rock” werd genoemd. De documentaire richt zich op het maatschappelijke fenomeen: de danscultuur als uiting van emancipatie van gemarginaliseerde groepen. Voor hen was verloederd New York in de jaren zeventig „not a happy place’’. In de clubs vonden ze een veilige haven om onder gelijkgestemden hun zorgen weg te dansen.

Het tweede deel zet de zwarte discodiva’s in het zonnetje: Donna Summer, Gloria Gaynor, Candi Staton. Zij betogen dat disco ook een bevrijding voor vrouwen betekende, die voor het eerst over vrouwenproblemen konden zingen, maar ook over de kracht om die te overwinnen: „Oh no, not I! I will survive!” Voor het eerst, zo gaat het betoog, wisten zwarte zangeressen een groot publiek te bereiken. Nou ja, de Supremes, Aretha Franklin, Ella Fitzgerald en andere zwarte zangeressen lukte dat al eerder. Op dit soort momenten zie je dat de documentaire zijn uitgangspunt van een „revolutie” een beetje te goed wil verkopen.

Met de film Saturday Night Fever namen de commercie en de witte hetero’s het genre over en verdween de oorsprong uit het zicht. Eind jaren zeventig werd disco gekruisigd door de anti-discobeweging en stond na drie dagen weer op. De invloed op de huidige popmuziek en op de clubcultuur is groot. Maar dat zien we vermoedelijk allemaal volgende week in de slotaflevering van Disco, een documentaire waarbij gedanst mag worden.


Zo wil NPO-baas Frederieke Leeflang bezuinigen: ‘Wat gezamenlijk kan, moet gezamenlijk’

Het staat allemaal op een kamerbreed whiteboard waar Frederieke Leeflang af en toe op spiekt. De bestuursvoorzitter van de NPO spreekt plechtige woorden over publieke waarden en de rol van de omroep als „vierde hoeksteen van de rechtsstaat”. Betrouwbare journalistiek als „backbone” en daaromheen sport en cultuur, educatie, jeugd, drama en „onderscheidend amusement”, met een Nederlandse oriëntatie, waarbij Nederlandse makers leidend zijn. Bij de apps NPO Start en Luister staat een hartje.

Ze laat weinig van wat ze op het bord heeft opgeschreven onbenoemd in het uur waarin ze aan NRC toelicht hoe de publieke omroep het met 100 miljoen euro minder denkt te gaan doen. Dat bedrag hebben PVV, NSC, BBB en VVD afgesproken in het Hoofdlijnenakkoord. Zwaardere ingrepen, die PVV en VVD voorstonden, bleven uit.

„Iedereen realiseert zich dat het anders moet”, zegt Leeflang. Met minder omroepen, zoals voorgesteld door de adviescommissie-Van Geel afgelopen september. Met gecombineerde ‘omroephuizen’, waar producties voor meerdere omroepen intern gemaakt kunnen worden. Maar niets ligt nog vast. Op het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) wordt druk gewerkt deze zomer aan een „bouwstenenbrief”, zegt ze, over de toekomst van het omroepbestel.

Maar wat de NPO zelf kan doen, dat staat dus op het whiteboard in haar kantoor. Veel winst denkt Leeflang te halen uit het bundelen van organisatie en techniek in Hilversum. Ook moet de wildgroei aan apps binnen de publieke omroep stoppen. „Maar natuurlijk zal dit ook de lineaire programmering raken”, ofwel wat er op tv te zien is. Het initiatief voor dit interview kwam van de NPO. „Iedereen vraagt me de hele tijd: wat vind je er nou van?”

Nou, wat vindt u ervan?

„We zijn van ‘nutteloos ding’ [dixit PVV-Kamerlid Martine van der Velde tijdens een recent Kamerdebat] gegaan naar ‘van wezenlijk belang voor de betrouwbare informatievoorziening’ in het Hoofdlijnenakkoord. Onder het kopje Rechtsstaat. Dat is toch wel oké. Vind je niet? We hebben druk gelobbyd.”

Wel dwingt het kabinet een bezuiniging van 100 miljoen af per 2027, op een begroting van nu een miljard. „Eigenlijk zeggen wij: 100 miljoen plus. Want we moeten ook een digitale transitie doorzetten, die vraagt aanzienlijke investeringen.” Het is nogal wat, wat ze wil. Ze heeft het over relevant, impactvol, herkenbaar en vindbaar zijn in de digitale wereld. De on-demand-videodienst NPO Start moet zich nestelen in de top-3 streamingdiensten, na Netflix en Videoland (RTL), wat met nog geen 800.000 betalende abonnees nog niet het geval is. Er komt een ‘single-sign on’, zeg maar een passe partout voor alle applicaties van de NPO. Dat is de strategie die al ingezet was. Voor ict-vacatures zijn afgelopen jaar tientallen mensen aangetrokken.

Wat gaat u dan níet meer doen?

„Dat wat gezamenlijk kan, moet ook echt gezamenlijk. Dat doen we nu veel te weinig. Dan heb ik het over de technische infrastructuur, over gezamenlijk geëxploiteerde studio’s. Zoals we hier nu al het Radiohuis hebben, waar alle radiozenders zitten. Op het gebied van sociale veiligheid en HR moet je natuurlijk samenwerken, hetzelfde geldt voor marketing. Eigenlijk alles wat niet aan de pluriforme output raakt van de omroepen, daar kan je op samenwerken. En dat zal moeten.”

U zegt eigenlijk: 100 miljoen kunnen we grotendeels bereiken met efficiency. Dat zegt iets over de huidige inefficiency.

„De inefficiency die nu in het systeem zit moet eruit. Wij zullen heel strak naar onze organisatie kijken [de NPO zelf, die fungeert als koepelorganisatie boven de omroepen, heeft ruim 500 fte en kost 170 miljoen]. Dat mag je van ons verwachten. Maar dat geldt ook voor de omroepen. We hebben dertien omroepen en één NPO. Als iedereen inlevert, kom je al best ver. Al die efficiencymaatregelen tellen op. Maar je gaat uiteindelijk ook aan de lineaire programmering komen. Als je minder programmering gaat doen, komen hier ook weer minder mensen te werken. Dat zijn nogal offers, met personele consequenties. Daar moet je heel zorgvuldig mee omgaan.”

U zegt niet: we stoppen met NPO3. Of we doen geen amusement of drama meer

„NPO3 is de kraamkamer, ook voor NPO Start. We zien natuurlijk veranderd mediagebruik, maar we hebben ook een samenleving waar mensen heel graag lineaire tv kijken. Ik zeg wel dat de digitale wending gevolgen gaat hebben voor de lineaire programmering en voor netten. We vragen nu al om drama primair voor NPO Start te maken, niet voor NPO 1.”

„Drama en fictie zijn ontzettend duur, maar zó belangrijk. De Joodse Raad [EO-serie en Nipkowschijf-winnaar] is heel duur, maar daar doen we ook van alles mee. Er zijn lespakketten aan verbonden, daarmee vervul je weer die publieke taak. Ik kom uit de private sector, een commerciële partij kijkt naar wat iets oplevert. Wij maken keuzes die irrationeel zijn. Er is niet altijd een business rationale. Dat is niet erg, want dat is onze publieke taak. Neem radiozender FunX, die bedient doelgroepen die niemand anders bedient” – jonge mensen in grote steden.

Inkrimping van het aantal omroepen is volgens Leeflang onafwendbaar in een nieuw bestel, al gaat niet zij maar het kabinet daar over. De huidige concessieperiode, de contracttermijn tussen het ministerie en de NPO waarin niet aan het omroepstelsel gemorreld kan worden, loopt in 2026 af. Om de verbouwing van het stelsel in wetgeving te gieten, acht een Kamermeerderheid één jaar uitstel nodig. Maar dat betekent dat er dan één jaar is, 2027, waarin het al met 100 miljoen minder moet met dertien omroepen. „Dat is heel serieus.”

Leeflang ziet daarbij een rol voor de STER en dringt bij het ministerie aan op bredere vrijstelling van online-reclameruimte. Momenteel is die alleen bestemd voor maatschappelijke organisaties en algemeen nut. Openstelling voor commerciële adverteerders zal niet direct tientallen miljoenen opleveren, denkt ze, maar kan helpen de klap op te vangen.

Studio Jinek

Onlangs onthulde het AD dat de nieuwe talkshow van Eva Jinek zal worden opgenomen in De Hallen in Amsterdam, met een prijskaartje dat door omroepbronnen werd geschat op 2 miljoen euro per jaar extra in het eerste seizoen. De hoogte van dat bedrag werd weersproken door de NPO. „Het past wel binnen de huidige kaders, maar dit gaat vanaf 2027 niet meer gebeuren”, zegt Leeflang. „Wij toetsen op doelmatigheid maar hebben op dit moment niet de bevoegdheid om te zeggen: maak gebruik van een bepaalde studio. Het is beter dat wij als NPO een studio gezamenlijk laten exploiteren en kunnen zeggen: maak daar gebruik van. Carrie ten Napel [Omroep MAX] komt op de vrijdagavond vanuit de kantine van IJsselmeervogels in Spakenburg. Want we moeten ook in de regio zijn. Dus uitzonderingen houd je.”

Omroepen zullen dit blijven proberen.

„Zo is het bestel nu georganiseerd. Groot onderdeel van een nieuw bestel zou zijn: wat gezamenlijk kan, móet gezamenlijk.”

Volgens het Commissariaat voor de Media heeft de NPO onvoldoende zicht op naleving van het Beloningskader Presentatoren Publieke Omroep (BPPO). Is dat al verbeterd?

„We zien steeds meer. Er waren situaties bij presentatoren die voor meerdere omroepen werkten waarbij niet goed werd opgeteld. Dat gaat de laatste jaren goed. Belangrijk is dat een omroep een presentator in dienst heeft bij het inschakelen van een buitenproducent. Er ligt een verantwoordelijkheid bij presentatoren en omroepen [die rapporteren aan de NPO], die voelen ze ook. Maar een voordeel van gezamenlijk georganiseerde HR kan zijn dat we hier nog beter inzage in hebben.”

Eva Jinek verliet RTL4 om terug te keren naar de NPO, waar ze fors minder kan verdienen. U weet zeker dat zij niet bijverdient via een externe producent?

„Dat is uitgesloten. Wij hebben gezien dat Eva gewoon een overeenkomst met AVROTROS heeft, onder de WNT [Wet Normering Topinkomens, de Balkenendenorm van 233.000 euro]. Ik ben heel blij dat Eva daar wat over gezegd heeft, want dit blijft toch als mythe boven de markt hangen. Ik heb het ook meermaals gezegd, maar gelukkig weegt het zwaarder als Eva het zelf zegt.”

Keert Matthijs van Nieuwkerk ooit terug?

„Volgens mij gaat Matthijs helemaal niets doen.” Ze wil het er niet over hebben. Maar feit is dat RTL deze maand bekend maakte toch geen programma’s met hem te maken. Aanleiding was de publiciteit rond de presentatie van het rapport-Van Rijn, waarna hij door BNNVARA-directeur Suzanne Kunzeler in verband werd gebracht met fysiek grensoverschrijdend gedrag. Hij ontkent.

Lees ook

Wetenschappers van de commissie-Van Rijn: ‘Bepalen wie gelijk heeft is niet onze taak’

Wetenschappers van de commissie-Van Rijn: ‘Bepalen wie gelijk heeft is niet onze taak’

Omroep MAX-directeur Jan Slagter zei over Van Nieuwkerk dat hij ‘in principe geen nee’ zegt.

„Iedereen mag alles proberen. Ik zeg ook bijna nooit nee, behalve als ik echt vind dat iets niet kan. Er hangen hier heel veel dingen omheen, maar dit is nu een non-discussie. Want ik heb Jan niet gesproken.”

U zei eerder: we wachten de commissie-Van Rijn af. Dat onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag bij de publieke omroep bevatte nieuwe verklaringen over misdragingen bij DWDD. Belet dat een terugkeer?

„Wij staan voor de integriteit van bestel. En ik sta voor de sociale veiligheid. Dus er zijn heel veel gesprekken die wij op de achtergrond voeren met elkaar over dit soort vragen, en met omroepbestuurders. Ik heb ook gesprekken met de NOS gehad over Tom Egbers [de in opspraak geraakte presentator gaat alleen nog documentaires maken]. Daar willen ze uiteindelijk ook weten wat er mogelijk is. En het gaat ook niet alleen over: komt er nou iemand terug? Het gaat ook over: wat is onze taak als publieke omroep, en denken wij dat dit programma of een bepaalde presentator daaraan bijdraagt? Wat is dan het programma? Wat is dan het budget? Het gaat uiteindelijk om het totaalpakket en welke programmering je aanbiedt.”

Lees ook

Publieke omroepen en NPO zoeken 100 miljoen: ‘er wordt veel te makkelijk geroepen dat NPO3 wel geschrapt kan worden’

Het gebouw van BNNVARA, NTR, HUMAN en VPRO op het Mediapark.


Lak aan hokjes: mooie gesprekken met mezzosopraan Jard van Nes

Van Nes spreekt in vijf afleveringen van ongeveer een kwartier met NPO Klassiek-presentator Hans Haffmans over haar jeugd, het bouwen aan een eigen stem, haar samenwerking met grote dirigenten en over componist Gustav Mahler. Ze brak als zangeres door in zijn tweede symfonie tijdens de Kerstmatinee in 1984, gedirigeerd door Bernard Haitink.

Over zingen vertelt ze: „Mensen denken, het is een kwestie van je mond opendoen en dan komt er wel wat uit. Maar dan heb je gewoon – aaaah – een toon, zit geen ademsteun onder, niks. Maar de achterste rij heeft ook betaald, die wil ook wat horen.”

Aan muzikale hokjes had ze als zangeres en docent lak. Voelt het goed, dan is het goed, is haar motto.

Deze podcast voelt goed. Van Nes spreekt levendig, doordacht en eigengereid en haar prachtige zangstem, die sinds 2002 al niet meer live op het toneel te horen is, is het waard te herontdekken, via de vele beschikbare opnames.


Deze podcast vertelt wat je zelf kunt doen voor bloemen, bijen en vlinders in de tuin

Focus, een podcast waarin we wetenschapsverhalen horen die aansluiten op het gelijknamige tv-programma, heeft in juli een vierdelige serie: Iedere Tuin Telt.

Wij hebben in Nederland viereneenhalf miljoen tuinen met een gezamenlijke oppervlakte van tien keer Nationaal Park De Hoge Veluwe. Dat maakt ons allen tot natuurbeheerders. Wat kunnen wij in dit grootste natuurgebied van Nederland doen voor de soortenrijkdom aan planten en dieren?

Heel veel. We krijgen onder leiding van host Lara Billie Rense tips en aansporingen, want het is de bedoeling dat we aan het eind van de maand vijfduizend dier- en plantensoorten in onze tuinen kunnen tellen.

De serie is gebaseerd op de documentaire My Garden of a Thousand Bees van de wildlifefilmer Martin Dohrn uit Bristol. Tijdens de lockdowns in coronatijd, toen hij niet kon werken, wendde hij zijn opnameapparatuur aan om de bijen in zijn achtertuin te bestuderen. Dat leverde een fascinerende documentaire op die in augustus te zien is op de kanalen van de NPO.


Tv-recensie | Snakken naar een achtergebleven snippertje van de mensen die verdwenen zijn

Na de aanslag op vlucht MH17 kwamen de nabestaanden ook voor praktische klussen te staan, zoals het leeghalen van de huizen van de overledenen. De huizen zagen er van binnen niet uit als woningen van overleden mensen. Ze zagen eruit als huizen van mensen die net op vakantie waren gegaan. Mensen die vlak voor vertrek nog net even een wasje eruit hadden gehaald, het dekbed over de slaapkamerdeur hadden gehangen. Herkenbaar voor iedereen die wel eens in een huis van mensen op vakantie is geweest. En herkenbaar voor iedereen die plotseling een dierbare heeft verloren.

Deze woensdag is het tien jaar geleden dat een passagiersvliegtuig boven Oekraïne werd neergehaald door een pro-Russische militie. Daarbij werden 298 mensen „per ongeluk vermoord”. Bij het monument in Vijfhuizen is woensdagmiddag de nationale herdenking met de koning en premier Schoof. Hoe zinvol dit herdenken is, blijkt duidelijk uit De echo van MH17, een vierdelige documentaire die KRO-NCRV deze week uitzendt. Daarbij hoort ook een podcastserie van Herman van der Zandt.

In De echo van MH17 richt regisseur Ines ten Berge zich niet op het politieke of het juridische verhaal, ze brengt het verhaal terug naar het persoonlijke, het menselijke. In intieme interviews gaan nabestaanden en andere betrokkenen, onder wie oud-premier Rutte, minutieus langs veelbetekenende momenten: de laatste keer dat ze de passagiers zagen, de laatste appjes uit het vliegtuig. Dan de onheilstijding, de terugkeer van de stoffelijke resten – soms een handvol botjes, soms helemaal niets – de begrafenissen. „Ik hoorde mijn moeder huilen zoals ik niemand wil horen huilen.”

Steeds weer zie je de nabestaanden snakken naar een achtergebleven snippertje van de verdwenen mensen. Indringend is het moment dat ze beelden te zien krijgen van bewakingscamera’s op Schiphol op de ochtend voor het vliegtuig vertrok. Ineens zien ze de overledenen weer rondlopen door de hal van het vliegveld. „René heb haast, loop altijd meters vooruit.” Daar gaan de passagiers richting het vliegtuig, karretje vol koffers, door de gate, linksaf, en weg. Een van de familieleden zegt dat ze steeds weer terugspoelde, in de hoop dat de passagiers een keer zouden omkijken.

Wat opvalt is hoeveel waarde de nabestaanden hechten aan de rituelen: de militaire plechtigheid bij de aankomst van de stoffelijke overschotten in Eindhoven, de herdenkingen, de rechtszaak. Al die formele stappen helpen hen bij het verwerken van het verlies, omdat dit wordt opgenomen in een groter geheel. Opeens is er ruimte voor positieve woorden als „mooi” en „trots”. Een man die zijn zeventienjarige dochter verloor zegt: „Ik dacht: wat is dit allemaal mooi voor de nabestaanden… Verrek, ik ben er ook een.”

De echo van MH17 is vooral zo’n mooie, aangrijpende documentaire omdat je op deze manier goed kunt meeleven, ook als je niet persoonlijk bij de ramp bent betrokken. Ja, dit is hoe het voelt om een naaste te moeten missen, op de dag erna, en tien jaar later. Om een bekende uitspraak van schrijver Abel Herzberg te parafraseren: er zijn bij de MH17 geen 298 mensen vermoord, maar er is één mens vermoord en dat 298 keer.


Een mooi én lastig seizoen van ‘The Bear’

Waarom doen we onszelf dit aan? In The Bear komt die vraag regelmatig ter sprake. Het runnen van een toprestaurant, zoals de hoofdpersonages in deze serie doen, is namelijk geen pretje. De werkdruk is gigantisch, de winstmarges zijn laag. Dus ook in het derde seizoen wordt er geschreeuwd, gescholden en gehuild. Waarom dan toch dag in dag uit weer die keuken in? Chef-kok Carmy doet het in ieder geval niet omdat hij er plezier of vreugde uit haalt. Ook zijn compagnon Sydney, met wie Carmy een simpele broodjeszaak in Chicago ombouwde tot potentiële sterrentent, worstelt met haar rol. Kan ze dit wel aan? Wil ze eigenlijk wel elke dag met deze moeilijke man werken?

De volgende doelen voor het restaurant zijn duidelijk: een lovende recensie van een culinair recensent krijgen en het halen van een begeerde Michelinster. Carmy heeft daarom besloten zichzelf en iedereen uit te dagen. Hij stelt regels op waar niet over gediscussieerd mag worden (non-negotiables genoemd). Zo moet het menu elke dag anders. Een regel waar bijna alle andere personeelsleden over vallen. Soms lijken de keuzes van Carmy pure zelfsabotage, zoals in het einde van seizoen 2: hij sloot zichzelf tijdens de openingsavond van zijn restaurant per ongeluk op in de koelcel, om van daaruit belangrijke mensen in zijn leven schreeuwend te schofferen.

Ook in de nieuwe afleveringen maakt hij weinig vrienden. De band met neef Richie, die de leiding heeft over de bediening, is een stuk giftiger geworden – in de tweede aflevering zijn de keren waarop ‘fuck you’ wordt gezegd niet bij te houden.

The Bear was eerder dit jaar een grote winnaar bij de Emmy Awards, de belangrijkste Amerikaanse tv-prijzen. De serie groeide zeker na het fenomenale tweede seizoen uit tot een grote publiekslieveling. Hoofdrolspelers Jeremy Allen White (Carmy), Ayo Edebiri (Sydney) en Ebon Moss-Bachrach (Richie) werden sterren en bedenker Christopher Storer kreeg de kans om naast een derde ook meteen een vierde, en waarschijnlijk laatste, seizoen te maken.

Rem erop

Er gingen verhalen dat beide seizoenen meteen achter elkaar gefilmd zouden worden omdat de acteurs anders te druk met andere projecten zouden zijn. Dat is niet het geval, vertelden de acteurs tijdens hun publiciteitsronde. Wel lijkt het erop dat Storer, die veel van de afleveringen schrijft en regisseert, in dit derde seizoen bewust op de rem heeft getrapt omdat er hierna nog een seizoen komt. Plot- en karakterontwikkelingen volgden elkaar in de eerste twee seizoenen in razend tempo op, deze keer gaat het een stuk trager. Het seizoen bevat veel flashbacks, diept thema’s uit en laat personages lang hangen in dezelfde fases, kampend met uitstelgedrag. Echt erg is dat niet: het maakt de personages menselijk en authentiek. Verder blijf het heerlijk om tijd door te brengen met de fantastische acteurs.

Jeremy Allen White en Abby Elliott in het derde seizoen van The Bear.
Beeld FX

Net als in het vorige seizoen neemt de serie ook weer een hele aflevering de tijd om iemand uit het geweldige ensemble in de spotlight te zetten. In ‘Napkins’, onder regie van Ayo Edebiri, zien we hoe de ervaren medewerker Tina (Liza Colón-Zayas) lang geleden een baan vond bij de oorspronkelijke broodjeszaak van Mikey, Carmy’s grote broer. De dood van Mikey, die zelfmoord pleegde, hangt nog altijd als groot onverwerkt trauma over de serie. Door te laten zien hoe Tina en Mikey elkaar leerden kennen, krijgt de serie weer een diepere, menselijkere laag. Dat Edebiri met deze aflevering haar debuut maakt als regisseur maakt het nog indrukwekkender.

Gentrificatie

De blik op de oude broodjeszaak zorgt er wel voor dat je gaat denken aan een thema dat bijna niet ter sprake komt in deze serie – gentrificatie. De keuze om een volkse en betaalbare zaak om te bouwen tot sterrenzaak kan flinke gevolgen hebben voor een buurt en voor de klanten die een bezoek aan zo’n duur restaurant niet kunnen betalen. Ja, de broodjes zijn nog te krijgen via een raampje aan de zijkant van het gebouw, maar niemand lijkt daar veel om te geven. Was het misschien beter geweest om die broodjes te perfectioneren en er voor iedereen te zijn? Een interessante kwestie waar niet echt iets mee gedaan wordt.

Storer daagt zichzelf en de kijkers ondertussen wel op andere vlakken uit. Zeker de eerste aflevering, die een dromerige sfeer en een niet-lineaire structuur heeft, kan frustrerend zijn voor kijkers die zo snel mogelijk willen weten hoe het verhaal verdergaat. Tegelijkertijd is het een intrigerende aflevering die het verleden van Carmy verder invult door te tonen met welke chefs hij eerder heeft gewerkt en waar zijn culinaire visie vandaan komt. Veel van de chefs bestaan echt en spelen zichzelf. Zij brengen de liefde voor gastronomie over.

Ook latere afleveringen hebben dit soort gastrolletjes. Onder meer Daniel Boulud, Thomas Keller en Grant Achatz zijn te zien. Zelfs René Redzepi van het zeer invloedrijke (en inmiddels gesloten) Noma verschijnt even in beeld. Al die cameo’s voelen als een soort keurmerk: ook de allerbeste chefs houden van deze serie, we krijgen een realistisch kijkje in de keuken.

Je kunt je wel afvragen of The Bear iets té verliefd op de culinaire wereld is geworden: soms blijft de serie iets te lang hangen in de cameo’s en details over fine dining. Toch dragen ze wel bij aan het vinden van het antwoord op die ene vraag: waarom doen we onszelf dit aan? Misschien omdat het een zinvolle baan is. „Ik weet dat mensen mij een chef-kok noemen, maar koken is ons vak”, zegt de echte Thomas Keller, eigenaar van meerdere sterrenzaken, tegen Carmy. „Het is een beroep met diepgang omdat we op belangrijke manieren deel uitmaken van mensenlevens. Vergeet dat dus nooit.”

In het derde seizoen heeft Carmy die les nog niet geleerd. Hij lijkt enkel bezig met presteren en niet met de mensen. En dat terwijl hij zich omringd heeft met geweldige mensen. Hopelijk gaat hij dat op tijd zien.


Het bloed, de vuist, de vlag. Hoe gaat de foto van Trump de geschiedenis in?

Donald Trump spreekt voor duizenden fans. Ineens een knal. En nog een. Hij grijpt naar zijn oor. Duikt omlaag. Paniek. Gegil. Mensen die uiteenstuiven. En dan ineens staat de oud-president er weer, omringd door zijn beveiligers. Vlak voordat hij onder begeleiding het podium verlaat, balt hij, met een bebloed gezicht, heel even zijn vuist en roept „Vecht, vecht, vecht!” Het publiek juicht, de camera’s klikken.

Een chaotische situatie, die werd vastgelegd door tal van fotografen, waaronder Evan Vucci van Associated Press. Zijn foto, van een strijdvaardige bebloede presidentskandidaat, vanonder gefotografeerd, tegen de achtergrond van een helblauwe lucht met de wapperende Amerikaanse vlag, ging dit weekend de hele wereld over. De New York Post plaatste de foto zondag op de voorpagina met als kop „bebloed maar ongebogen”. Time Magazine zette het beeld eveneens op de cover en The Atlantic noemde de afbeelding „een legendarische Amerikaanse foto”. Wereldwijd verscheen het beeld op voorpagina’s van kranten en inmiddels is het beeld van Vucci al geprint op T-shirts en verwerkt als spotprent en gedeeld in memes op sociale media.

Zo snel kan het gaan. En is dit, wat men noemt, een ‘iconisch beeld’? En zo ja, wanneer wordt een foto zo genoemd? „Het is bijna een filmscène, zo perfect is het beeld van Vucci”, zegt Martijn Beekman, jarenlang politiek fotograaf in Den Haag. „Die gebalde vuist, die twee banen bloed die over zijn gezicht lopen, en dan de wapperende vlag op de achtergrond, echt totaal heroïsch.” Beekman is alleen niet snel geneigd om een beeld ‘iconisch’ te noemen. „Misschien was het moment wel iconischer dan de foto. Maar het is absoluut een perfect beeld: de compositie is geweldig, de manier waarop die lichamen rondom Trump staan en dan die vlag, dat doet aan die beroemde foto van de Amerikaanse mariniers op Iwo Jima.” Beekman doelt op de historische foto die Joe Rosenthal in 1945 maakte tijdens de Tweede Wereldoorlog van Amerikaanse mariniers die, na de landing op het Japanse eilandje Iwo Jima, de Amerikaanse vlag op de top van de vulkaan Suribachi planten.

Mariniers planten de Amerikaanse vlag op de top van de vulkaan Suribachi op Iwo Jima.
Foto Joe Rosenthal via Getty Images

Dat de foto inderdaad doet denken aan andere heroïsche beelden is begrijpelijk, aldus cultuurcriticus Jason Farago in een achtergrondartikel in The New York Times. Het bebloede gezicht van Trump met op de achtergrond die wapperende vlag maakt deel uit van een romantische traditie: neem een nationale held zoals Marianne, de vrouw die de revolutionairen aanvoert en zo de vrijheid verbeeldt in het schilderij La Liberté guidant le peuple (1830) van de Franse schilder Eugène Delacroix of het schilderij The Death of Major Peirson (1783) van John Singleton Copley waarop de majoor onder een wapperende vlag tijdens de Amerikaanse burgeroorlog stervende is.

Maar is het dit soort visuele analogie wat een foto ‘iconisch’ maakt? Of heeft het met andere factoren te maken? Een voorwaarde voor een nieuwsfoto om iconisch te worden, is dat het zich leent voor meerdere verhalen, het moet ook een symbolisch beeld zijn. „Je kunt in het geval van deze Trump-foto natuurlijk de Franse Revolutie erbij halen”, zegt Lars Boering, voormalig directeur van World Press Photo en tegenwoordig werkzaam bij het European Journalism Center (EJC), „maar dat zegt eigenlijk niet zo veel. Deze foto wordt nu zo ‘groot’ gemaakt omdat het ook eindeloos via de socialemediakanalen wordt gedeeld. Tuurlijk, het is een sterk beeld maar uiteindelijk bepaalt de tijd of een beeld ‘iconisch’ is of niet. Zo’n foto moet prijzen winnen, terugkomen in jaaroverzichten en uiteindelijk in de geschiedenisboeken terugkomen voordat je dit kan vaststellen.” Als voorbeeld noemt hij het beroemde beeld dat Nick Ut in 1972 maakte van het ‘napalm-meisje’ Kim Phuc terwijl ze naakt over een weg rent na een napalmaanval. Een indrukwekkend beeld dat in de jaren zeventig al een grote impact had op de publieke opinie en nog altijd wordt gezien als een bepalend beeld uit de Vietnam-oorlog. Maar over de foto van Trump kan dit nu niet worden geconcludeerd. „Het is een historisch moment en deze foto zal veel in de media terugkomen, dat is zeker, net als het beeld dat New York Times-fotograaf Doug Mills maakte van de kogel die langs het hoofd van Trump vliegt. Het zijn de beelden van dit moment, maar het is de vraag hoe lang ze relevant blijven.”

Heroïsche beeldtaal: Marianne voert de revolutionairen aan op het schilderij La Liberté guidant le peuple (1830) van Eugène Delacroix.

Wapperende vlag

Veel belangrijker is hoe de heroïsche foto van Trump op dit moment al wordt gebruikt. Met name de aanwezigheid van de Amerikaanse vlag maakt het beeld van de gewonde Trump tot een krachtig politiek beeld – iets wat gevoelig ligt sinds de toegenomen politisering van de stars and stripes na de aanslagen van 11 september. De Britse journalist Piers Morgan noemde op X de foto van Vucci niet alleen „een van de meest iconische foto’s uit de Amerikaanse geschiedenis” maar uitte zijn vermoeden dat deze foto „Donald Trump terug naar het Witte Huis zal voeren.” Dat de foto zo krachtig is, zorgde ervoor dat het in de media veel werd gebruikt, ook op de site van NRC was het beeld gedurende het weekend te zien. Maar dat het ook een diepere, politieke lading heeft speelde wel mee in de overweging van fotoredacteur Pauke van den Heuvel om een andere foto van Trump op de voorpagina van de maandageditie van NRC te plaatsen. Daarop is wel Trump met opgeheven vuist te zien, omringd door beveiligers, maar zonder de wapperende vlag op de achtergrond en ook niet van onderaf gefotografeerd. „Gedurende het weekend hadden we op de homepage van onze site al vaak die bewuste foto van Vucci geplaatst. Ik was er niet voor om dat in de papieren krant opnieuw te doen. Niet zozeer omdat het ook een opiniërend beeld is, belangrijker vond ik dat deze foto niet voldoende weergeeft wat er allemaal tijdens die bijeenkomst plaatsvond. Het moment dat Trump zijn vuist opstak was uiteindelijk maar heel kort, wat er verder gebeurde was een stuk chaotischer: hij lag een tijd op de grond, mensen waren in paniek, iemand overleed, er was algehele chaos, dat moet ook worden getoond, ook in de rest van de krant.”

Politiek fotograaf Bart Maat begrijpt hoe het beeld van Vucci nu gebruikt kan worden als de ultieme campagnefoto voor Trump. „Maar ik wil wel even benadrukken: dit is een kneitergoede nieuwsfoto. Vucci volgt Trump al acht jaar en heeft daar ter plekke goed gehandeld, hij volgde gewoon zijn journalistieke instinct.” Maat fotografeerde Trump twee keer in het Witte Huis en was vorig jaar mee tijdens het bezoek van voormalig premier Rutte aan president Joe Biden. Daar ontmoette hij ondermeer fotograaf Doug Mills, de leermeester van Vucci en maker van foto met de vliegende kogel richting Trump. „Vucci heeft als enige Trump van onderen gefotografeerd. Dat maakt hem zo heroïsch. Maar uiteindelijk kan iedere foto gebruikt worden door zowel voor- als tegenstanders. Fotografie bepaalt voor een groot deel hoe mensen naar de politiek kijken en ook andersom, hoe de politiek mensen beïnvloedt. Ik vind het lastig om nu te concluderen dat deze ene foto de politieke toekomst van Trump enorm zal beïnvloeden. Eerlijk gezegd denk ik dat alle beelden en filmpjes van die dag zijn campagne zullen helpen. Er zit geen foto bij waar de Trump-aanhangers tegen zullen zijn.”

Iedereen ziet toch in een beeld wat hij of zij erin wilt zien, stelt ook Boering. „Een foto is niet eenduidig, je kijkt ernaar met je ogen maar wat je dan vervolgens ziet: dat gebeurt in je hersenen. Dat is bij dit beeld van Trump zeker het geval, je ziet dit beeld en denkt: hij is een held of het is een gek die wil laten zien dat je hem niet klein krijgt.”

Belangrijker, zo stelt Beekman, is te begrijpen hoe de Trump-propaganda werkt. Via memes en andere merchandise wordt hij vaak voor gek gezet – bijna onmiddellijk waren er memes van Trump met een grote piercing door zijn oor of als Vincent van Gogh met zijn oor in het verband – maar juist ook afgebeeld als Superman of Hulk Hogan. En inmiddels staat zijn mug-shot op bekers gedrukt. Dit beeld van Trump als held, ver verwijderd van de realiteit, is niets nieuws. De presidentskandidaat weet dan ook als geen ander hoe beeldtaal werkt en maakt daar ook gebruik van. Iets wat hij ook bevestigde, aldus AP, in een interview met de Washington Examiner. Daarin zei Trump dat toen hij opkeek en zag dat de menigte niet was vertrokken, hij het gevoel had dat hij kracht moest uitstralen. „Ik wist dat de geschiedenis dit zou beoordelen en ik wist dat ik hen (het publiek, red.) moest laten weten dat het goed (..) gaat”, zei hij. „Wat is er in de twintig tot dertig seconden dat Trump op de grond lag door zijn hoofd geschoten?”, vraagt Beekman zich af. „Is dat de gedachte: ik ben beschoten, maar ik leef nog? Kan je op zo’n moment eigenlijk nog nadenken? Het is in ieder geval opvallend dat hij, tegen alle veiligheidsmaatregelen in, zich in één keer toch tussen alle beveiligers losmaakte, die vuist in de lucht hief en opriep tot strijd. Hij moet inderdaad wel gedacht hebben: dit is een goed moment voor de campagne.” Bart Maat is er stellig over. „Tuurlijk beïnvloeden die camera’s het gedrag van Trump. Als er geen camera’s waren geweest, was die vuist ook niet omhoog gegaan.”

Boering vindt het vooral interessant dat, door de snelle verspreiding en bewerking van foto’s via sociale media, er nauwelijks meer tijd is om een nieuwsfoto ook simpelweg ‘als nieuws’ te ervaren. „Vroeger vertelde het beeld dat een fotograaf maakte het verhaal. Nu lijkt het wel of we de journalistiek nodig hebben om achteraf nog eens te duiden wat de betekenis van een beeld is.”

<dmt-util-bar article="4859848" headline="Het bloed, de vuist, de vlag. Hoe gaat de foto van Trump de geschiedenis in?” url=”https://www.nrc.nl/nieuws/2024/07/16/het-bloed-de-vuist-de-vlag-hoe-gaat-de-foto-van-trump-de-geschiedenis-in-a4859848″>

‘Ze bleef ze opnames maken, tot de laatste adem van haar moeder aan toe’

Audio- en podcastmaker Lotte van Gaalen houdt van persoonlijke, echt gebeurde verhalen. Die hebben een enorme kracht, schrijft ze op haar website, vooral als ze verteld worden, dan reizen ze direct van je oren naar je hart. Haar nieuwste podcastserie vertelt misschien wel het meest persoonlijke verhaal tot nu toe. Het is niet haar verhaal, maar dat van Joy en haar moeder Tammy.

De Laatste zomer beslaat vier maanden. In vier afleveringen van ongeveer een half uur zijn we als luisteraars heel dicht bij moeder en dochter. We volgen ze vanaf het moment dat moeder Tammy te horen krijgt dat ze aan uitgezaaide dodelijke alvleesklierkanker lijdt tot aan haar dood, op haar 59e.

De podcast is veel meer geworden dan een afscheid, vertelt Van Gaalen. „Het is altijd wel mooi om in het openbaar afscheid te nemen, maar daar word ik niet zo enthousiast van, dat bestaat al. Het moest wel meer zijn dan dat en ik hoorde al snel dat dat het ook zou worden.”

Ze belde met een idee

Lotte kent Joy via een bedrijvenverzamelgebouw. „We deelden een werkplek en voerden tijdens de lunch of in het voorbijgaan leuke gesprekken en het viel me altijd al op dat ze zo eerlijk en open was, geen schijn op hield, ook niet als het om de moeilijke kanten van het leven ging. Joy verhuisde, maar we hebben contact gehouden. Op een dag belde ze met het treurige nieuws en met een idee. Een idee om iets te maken waar andere mensen misschien ook wat aan zouden kunnen hebben. Zij zou, gedurende de laatste zomer die ze met haar moeder beleefde (in 2022), geluidsopnames maken en ze vroeg aan mij of ik die wilde monteren. Ik vond het eervol dat ze dat aan mij vroeg, ik dacht, dat kan wel iets worden, met zo’n open meid als Joy, maar of het ook iets is voor het grote publiek? Laten we maar afwachten wat we tegenkomen.”

Tijdens het beluisteren van de opnames van de gesprekken raakte Van Gaalen steeds meer geïntrigeerd door de band tussen moeder en dochter. Ze waren ontzettend close en toch hoorde ze dat er onderhuids van alles speelde.

Podcastmaker Lotte van Gaalen.
Foto Roos Koole

„Ik hoorde in hun gesprekken dat ze een zeer complexe relatie hadden. Het was niet alleen maar koek en ei – mensen met een randje zijn altijd het leukste. Joy voelde zich ontzettend verantwoordelijk voor haar moeder. Toen ze ging studeren – daar spraken ze over in de opnames – wilde ze daar iets aan doen. Joy stelde haar eigen grenzen. Dat had een verwijdering tot gevolg. Haar moeder voelde zich zo afgewezen door haar dochter dat ze niet meer wist hoe ze zich moest gedragen. Ik vond dat heel apart. Ik identificeerde me met Joy. Zij draagt, dacht ik, een last die dochters eigenlijk niet zouden moeten dragen. Ik stelde me voor dat ik me zo verantwoordelijk voor mijn eigen moeder zou voelen. Ik zou me schuldig voelen door haar zo af te wijzen. Maar ik ben niks verplicht aan mijn moeder, ik voel die emotionele verantwoordelijkheid niet. Is dat eigenlijk normaal? Moet ik Joy en haar moeder eigenlijk wel langs mijn eigen moederdochtermeetlat leggen? Dat zijn interessante vragen. Maar, hoe kon ik die stellen? Er zijn veel makers die zeer prominent aanwezig zijn in hun eigen podcasts, dat wilde ik eigenlijk niet, maar ik moest wel de confrontatie aangaan. Dat heb ik gedaan door ze allebei te interviewen. Ondertussen bleef Joy mij opnames sturen. Die beluisterde en overpeinsde ik thuis en daar kwamen weer nieuwe vragen uit voort.”

‘Voelde me soms een voyeur’

„Het is verbazend hoe veel Joy heeft opgenomen, ik kan me voorstellen dat je hoofd er niet naar staat in zo’n situatie, maar ze bleef het doen, tot de laatste adem van haar moeder aan toe. Ik voelde me soms een voyeur, maar zij was het zelf die alles opnam. Naarmate de dood van moeder Tammy dichterbij kwam kon ik steeds beter de vinger op de zere plek leggen. Dat was voor Joy even slikken, maar ze wilde ermee doorgaan. Tammy’s houding van het gekwetste kind die ze nog altijd met zich meedroeg en die enorm gevoelige antenne voor afwijzing die ze had, die kwam voort uit het tekort aan liefde dat ze zelf in haar eigen jeugd gehad had. Maar zij gaf die liefde wel aan Joy.

„Maar oh, wat hadden ze ook een lol samen, dat hoor je ook in de podcast. Moeder had een hippie-achtige levensinstelling, ze danste door het leven en dat bleef ze doen. Moeilijke, pittige momenten duurden nooit heel erg lang. He, zei ze dan, waarom moet dat leven nou altijd zo zwaar zijn? Nou ja, er zaten toch ook veel goudklompjes tussen. In wat voor ellende ik ook ben beland, het is toch ook wel weer interessant.

„Het is nu twee jaar geleden dat moeder Tammy overleed. Toen ik Joy de montage liet horen zei ze dat ze tijdens die vier maanden tussen diagnose en sterven zo dicht bij de kern van het leven was gekomen dat ze zich gewoon niet kon voorstellen dat ze wakker zou liggen van kleine probleempjes op haar werk.”

De laatste Zomer is een ode aan het echte leven in al zijn complexiteit en een pleidooi om, voor het te laat is, alles, maar dan ook alles met elkaar te bespreken, opdat je rustig kunt heengaan.


Voor- en tegenstanders van Trump komen online met wilde aantijgingen en vingerwijzingen

Zoals vaker bij grote, onverwachte nieuwsgebeurtenissen was ook in de eerste uren na de moordaanslag op oud-president Trump nog veel onduidelijk over de precieze toedracht. Toch werden op sociale media meteen al met grote stelligheid onjuistheden, speculaties, ongefundeerde aantijgingen en samenzweringstheorieën verspreid en gedeeld.

Politieke motivatie leek in veel gevallen de drijvende kracht daarachter. Ook dat is bij dramatisch nieuws op sociale media, zeker als het over politici gaat, langzamerhand gebruikelijk.

Ondertussen hadden journalisten die ter plekke aanwezig waren om feitelijk verslag te doen, het zwaar te verduren. Een verslaggever van de Boston Globe schreef dat de aanwezigen bij de campagnebijeenkomst na de aanslag op Trump hun woede op de pers richtten: „De menigte keerde zich tegen de media”, schreef hij. „Overal opgestoken middelvingers. Journalisten werd gevraagd of ze nu tevreden waren, de schuld werd op de media geschoven. ‘Jullie hebben dit gedaan’ , zeiden ze.”

Een ander account met 1,3 miljoen volgers stelde zonder bewijs dat „een linkse activist” achter de aanslag zat

Op het X, het voormalige Twitter, was het voor sommige linkse twitteraars moeilijk te accepteren dat de aanslag werkelijk de daad was van een tegenstander van Trump – die het immers had overleefd en nu op extra populariteit zou kunnen rekenen. Het woord ‘staged’ was al snel trending: de aanslag zou een toneelstukje zijn geweest. Uit rechtse hoek werd met de beschuldigende vinger gewezen naar de Israëlische geheime dienst, George Soros, Obama en Hillary Clinton.

Ondertussen meldde het account US Civil Defense News (met meer dan 98.000 volgers) dat Trump in de borst geschoten was, maar op advies van zijn beveiligers een kogelvrij vest droeg. „Het heeft zijn leven gered!!”

Donker stipje

Als ‘bewijs’ was een foto bijgevoegd met een donker stipje, dat een kogelgaatje in de blazer van Trump zou zijn. De tweet was na een half etmaal door 3,8 miljoen mensen bekeken, en bleef staan, ook toen Trump zelf al had laten weten dat hij aan zijn rechteroor was geraakt, zonder iets te melden over een kogel in zijn borst of kogelvrije vest. Wel verscheen onder het bericht op X zogenoemde ‘context’ van andere gebruikers, dat het stipje geen gaatje was, maar een plooi in de blazer van een beveiliger die Trump beschermde.

Hetzelfde account suggereerde dat Oekraïne achter de aanslag zat, door een foto te delen van de Oekraïense president Zelensky die naar zijn hoofd grijpt, met daarbij de tekst: „We missed…” Een ander account (@wallstreetsilv, met 1,3 miljoen volgers en een gouden vinkje ten teken dat het volgens X een officiële organisatie is), stelde zonder bewijs dat „een linkse activist” achter de aanslag zat.

Voordat de FBI de naam van de schutter bekendmaakte, beweerde sommigen op sociale media zelfs al dat ze precies wisten wie het was. Maar noch de naam die werd gedeeld, noch de foto van de man bleek te kloppen. Onder meer het team van de BBC dat desinformatie bestrijdt meldde dat de foto van de vermeende schutter niet een „antifa-extremist” met de naam Mark Violets was, zoals werd beweerd, maar een Italiaanse voetbalvlogger, Marco Violi, die niets met de zaak te maken heeft.

Ook Alex Jones, de veroordeelde verspreider van samenzweringtheorieën (2,4 miljoen volgers op X), meldde na de aanslag zonder enig bewijs dat „een aanval van globalisten op Amerika” aan de gang is, dat meer moordaanslagen op stapel staan, dat Elon Musk maar beter onmiddellijk zijn toevlucht kan nemen tot zijn bunker omdat er een staatsgreep gaande is.