Tv-recensie | Het fascinerende ongemak van Joris Luyendijk in gesprek met Zomergast Sakir Khader

„Wat wij eerder hadden, ik denk dat we dat echt beter op papier hadden kunnen doen”, zei Joris Luyendijk. Het interview was tweeënhalf uur gaande. „Beeld blijft meer zeggen dan vijftigduizend woorden”, antwoordde zomergast Sakir Khader. Maar Luyendijks schoolmeestermodus was alweer geactiveerd. Zijn gast verviel in geduldig zwijgen toen hij zijn uitleg vervolgde: „Beeld genereert emoties. Maar het is soms ook goed om gedachtes uit te spinnen, en dat doe je denk ik beter met woorden op papier.”

De aflevering van Zomergasten zou zondagavond geen makkelijke zit worden. Dat was al duidelijk vanaf de eerste minuten, waarin de 33-jarige Khader uitlegde waarom hij zo jong al ‘ja’ had gezegd op deelname aan het programma: „Ik weet niet of ik er over een paar jaar nog ben, met het tempo waarmee mijn collega’s worden afgemaakt.” Het hoofdthema in het werk van de Palestijns-Nederlandse documentaire-fotograaf en filmmaker is de relatie tussen leven en dood, die hij met zijn camera vastlegt in met name Midden-Oosterse conflictgebieden.

Nee, geen makkelijke zit – maar wel een belangrijke. En Khader had duidelijk verhalen te vertellen: hij sprak openhartig over verloren vrienden en collega’s; over hoe hij anderen wilde inspireren om de camera op te pakken en de geschiedenis vast te leggen; over zijn schuldgevoel jegens zijn moeder, die zich zo veel zorgen om hem maakte. Over zijn innige band met Palestina, waar de bommenregen geen einde kent.

Dan was het toch spijtig dat zelfbenoemd zevenvinker Luyendijk veelal meer bezig leek met het volgen van zijn vooraf bedachte lijnen dan met het zich mee laten meevoeren in Khaders verhalen; dan met het stellen van vervolg- en verdiepingsvragen. Hij werkte zich mompelend door het interview heen, meed oogcontact op moeilijke momenten en gooide nu en dan een net te joviaal „man” in de strijd („Sakir, man!”) – het maakte de niet-makkelijke zit er bepaald niet makkelijker op.

Bang

Na ruim een uur werd duidelijk waar zijn zenuwen vandaan kwamen. Khader had een fragment meegenomen uit God Forbid with Richard Carleton, waarin de Palestijnse schrijver en politicus Ghassan Kanafani werd gevraagd waarom vredesbesprekingen met Israël waren uitgesloten. Na het bekijken van het fragment was het Khader die Luyendijk tot spreken moest aanmoedigen, met een uitnodigend „Tell me”. „Ik zie hier echt tegenop”, zei die laatste. Voor aanvang van de aflevering had hij bemoedigende appjes gekregen van zowel zijn Joodse collega’s en kennissen als zijn moslimcollega’s en -kennissen, vertelde hij; en nu was hij bang iemand teleur te stellen.

Het was een moment van kwetsbaarheid. Misschien was het ook een poging om heelhuids uit het gesprek te komen: om het publiek te laten zien hoe moeilijk en eng het is om over Israël en Palestina te praten op nationale televisie. Maar wanneer je interviewgast die angst allang voorbij is, vestig je met die aanpak wel erg veel aandacht op jezelf.

En in plaats van tijdig bij te sturen, bleef Luyendijk stug dezelfde koers varen. Zijn anekdotes over zijn eigen correspondententijd in het Midden-Oosten werden steeds langer, zijn neiging om eigen gevoelens op Khader te projecteren steeds groter. „Moeilijk hè”, glimlachte Khader soms geruststellend. „Joh”, zei Luyendijk. „Ik heb er een boek over geschreven.”

Ook deze avond had Luyendijk liever op papier gezet dan in beeld gebracht. Toch was juist het unieke ongemak fascinerend, dat alleen op live tv had kunnen plaatsvinden: de worsteling van de presentator tegenover de kalmte van de geïnterviewde. Khaders laatste gekozen fragment eindigde met een poëtische zin over kersen. „Ik hoop dat je nog lang de smaak van kersen mag proeven, Sakir”, zei Luyendijk. En Khader grijnste. „Ik vind kersen niet lekker.”

Lees ook

Fotograaf Sakir Khader: ‘Duizend keer ben ik al doodgegaan’

Fotograaf Sakir Khader: ‘Duizend keer ben ik al doodgegaan’


Medewerkers zeggen: de koers van de op non-actief gestelde Arnold Karskens bedreigt het voortbestaan van Ongehoord Nederland

Eén ding is zeker in het ernstige, interne conflict bij omroep Ongehoord Nederland dat dit weekend aan het licht kwam: van de door beide partijen nadrukkelijk bepleite vertrouwelijkheid is geen sprake.

De bekendmaking dat voorzitter en mede-oprichter Arnold Karskens op non-actief is gesteld, ging zaterdag op X, het voormalige Twitter, gepaard met bittere, persoonlijke verwijten en beschuldigingen over en weer. „Het voortbestaan van ON! hangt aan een zijden draadje”, aldus Karskens.

Ook een brandbrief waarin anonieme medewerkers van ON zich bij de ledenraad en de raad van toezicht van de omroep beklaagden over Karskens, kwam op straat te liggen. Zowel de „huidige ideologische koers als de bestuursstijl” zouden het voortbestaan van de omroep bedreigen.

Zaterdagmiddag maakte Ongehoord Nederland bekend dat Karskens, behalve voorzitter ook boegbeeld van de omroep, op non-actief is gesteld. Hij moet met onmiddellijke ingang zijn werk neerleggen, mag het pand niet meer in en mag geen contact opnemen met werknemers van Ongehoord Nederland. De maatregel volgt op „serieuze klachten vanuit de eigen organisatie over zijn functioneren”. De klachten worden nog onderzocht, maar de raad van toezicht vond snel ingrijpen gewenst.

Een half uur eerder had Karskens zelf de openbaarheid gezocht, eveneens op X, met de publicatie van zijn „voorlopige officiële concept reactie” van acht pagina’s op de maatregel, gericht aan de ledenraad („Graag met de grootste vertrouwelijkheid behandelen”.) Karskens spreekt van „karaktermoord” en „stuitende leugens”. Hij ontkent alle aantijgingen en schrijft dat de raad van toezicht en twee overige bestuursleden een „coup” tegen hem plegen. Karskens: „De coupplegers tolereren bagatellisering van de Holocaust en staan racistische uitingen binnen de omroep toe. Uiteraard kan ik mij hier niet mee verenigen.”

Alternatief

Ongehoord Nederland (ON) is opgericht om een stem te geven aan stemmen van rechts Nederland die onvoldoende gehoord zouden worden bij de publieke omroep. Nieuwsrubriek Ongehoord Nieuws, die twee keer per week rond lunchtijd wordt uitgezonden, wil een alternatief bieden voor de vermeend links-liberale en politiek correcte berichtgeving die dominant zou zijn bij de NPO. De omroep spreekt zich graag uit tegen de Europese Unie, klimaatmaatregelen en migratie en bepleit „het behoud van Nederlandse tradities en cultuur” – en bood ruimte aan het verkondigen van de racistische ‘omvolkingstheorie’.

Lees ook

Hoe Arnold Karskens de NPO tot het uiterste dreef

Arnold Karskens, voorzitter van Ongehoord Nederland.

Naast de inhoudelijke kritiek hekelen de klagers de „giftige afreken- en angstcultuur”

De korte geschiedenis van de omroep – de eerste tv-uitzending was op 22 februari 2022 – is rijk aan conflicten. Vorig jaar stond in het teken van ‘Het gevecht met de NPO’, zoals een hoofdstuk in het jaarverslag heet. In april 2023 vroeg de NPO aan toenmalig staatssecretaris Gunay Uslu (D66) om de licentie van ON in te trekken, vanwege het schenden van de journalistieke code van de publieke omroep en falende samenwerking met andere omroepen. In november wees Uslu dat verzoek voorlopig af, wat een maand later werd bevestigd door haar opvolger. ON kon door.

Bij de interne kwesties speelt vaak het verwijt van antisemitisme. Dat begon al met het vertrek van mede-oprichter en ‘chef humor’ Haye van de Heyden eind 2019, omdat hij vond dat ook Holocaust-ontkenners mochten aanschuiven bij ON (toen nog omroep in oprichting). Later moest Taco Dankers, voorzitter van de raad van toezicht, opstappen vanwege banden met een antisemitische denktank. Ook bij het huidige conflict speelt volgens Karskens antisemitisme een rol. Een van de redacteuren zou „zich op de redactie met regelmaat te buiten [gaan] aan antisemitische uitlatingen”.

Aanleiding

De brandbrief van medewerkers was de aanleiding voor Gertjan Mulder en Rob Legeland , respectievelijk voorzitter en lid van de raad van toezicht, om Karskens op non-actief te stellen. In de negentien pagina’s tellende brief, zondag gepubliceerd door website GeenStijl, geeft ‘een collectief bezorgde medewerkers’ een gedetailleerd overzicht van wat er volgens hen allemaal mis is bij ON. Oorzaak van alle problemen is volgens de briefschrijvers de dominante houding van Karskens. Hun oplossing: Karskens moet weg.

Volgens de werknemers – ON heeft circa tien mensen in dienst, en maakt daarnaast gebruik van tientallen freelancers – heeft Karskens vanaf januari dit jaar een inhoudelijke koerswijziging doorgevoerd. Het rechtse kabinet in wording moest worden geprezen. Kritiek op PVV-leider Wilders – ON-medewerkers hadden moeite met zijn ‘vermildering’ – en later op Dick Schoof was taboe. Volgens de medewerkers schond Karskens daarmee de onafhankelijkheid van de redactie en werd ON een „schoothondje van de macht”.

Naast de inhoudelijke kritiek hekelen de klagers de „giftige afreken- en angstcultuur” op de redactie. Ze noemen 24 voorbeelden waarbij werknemers onheus zouden zijn bejegend, variërend van slechte arbeidsvoorwaarden tot commentaar over hun uiterlijk. Opvallend is de beschuldiging dat Karskens geen bescherming wilde regelen voor verslaggevers bij demonstraties met kans op geweld tegen de pers. „Het wekt de suggestie dat hij bewust aanstuurde op escalatie en dat medewerkers door Karskens als boksbal werden gebruikt om publicitaire waarde te genereren.”

Lees ook

Presentatrice Raisa Blommestijn vertrekt bij Ongehoord Nederland

Ongehoord Nederland laat maandag weten dat de omroep Raisa Blommestijn meermaals had verzocht om „zorgvuldig om te gaan” met haar online uitspraken.

Op de achtergrond van het conflict speelt volgens de medewerkers dat zowel de kijkcijfers van ON als het ledenaantal sterk teruglopen. Grote onvrede zou er ook op de redactie zijn over het vertrek in januari van presentatrice Raisa Blommestijn na een conflict met Karskens. Zelf maakte zij op X zaterdag bekend weer terug te keren bij de omroep. In mei werd bekend dat zij door het OM wordt vervolgd voor groepsbelediging. In een uitzending had ze onder meer over zwarte mensen gesproken als „negroïde primaten”. Volgens de briefschrijvers heeft Reinette Klever, destijds bestuurslid van ON en nu minister van Buitenlandse Handel, tegen de raad van toezicht gelogen over het vertrek van Blommestijn.


Een grappig tijdreisavontuur en de virtuele vakantiebus: dit zijn de mediatips van dit weekend

Opgroeien in de buurtbios

De Italiaanse film Nuovo Cinema Paradiso (1988), met mooie muziek van Ennio Morricone, is nostalgisch in hart en nieren. Sommigen vinden de film van Giuseppe Tornatore bitterzoet, anderen vinden hem (te) sentimenteel. Het is een geromantiseerd verslag van een jeugd in een Siciliaans dorp dat op aanstekelijke wijze de charmes van de ouderwetse buurtbioscoop en gepassioneerde filmliefde idealiseert. Het schattige jochie Salvatore (bijnaam Totò) groeit op in de projectiecabine van filmoperateur Alfredo (Philippe Noiret). Alfredo debiteert levenswijsheden in citaten van John Wayne en bewaart de zoenscènes die door de katholieke censuur uit films geknipt worden. Het autobiografische Nuovo Cinema Paradiso is de keuzefilm van de derde Zomergast, fotograaf/filmmaker Sakir Khader (1990), die zondag door Joris Luyendijk ondervraagd wordt over zijn werk en leven. Khader koos de film „vanwege het jochie dat ervan overtuigd is dat hij grote dingen zal gaan doen”.

André Waardenburg

Een grappig tijdreisavontuur

De tv-serie Time Bandits is gebaseerd op de gelijknamige film van Terry Gilliam uit 1981. De basis van het verhaal is hetzelfde. Op een dag komt de elfjarige Kevin (Kal-El Tuck) via zijn kledingkast in een portaal terecht. Een groep tijdreizende dieven neemt hem daarna mee op avontuur door de tijd: van de middeleeuwen tot New York ten tijde van de drooglegging. De leider van de groep wordt gespeeld door Lisa Kudrow (Phoebe in de sitcom Friends). Serie-bedenkers Jemaine Clement en Taika Waititi ontwikkelden eerder What We Do in the Shadows, een hilarische serie over een groepje samenwonende vampiers die elkaar na eeuwen samenleven flink zat zijn. Die serie was gebaseerd op hun eigen film met hetzelfde uitgangspunt. Clement en Taika Waititi, die ook als acteurs meedoen, hebben hun scherpe gevoel voor humor ook in deze serie gestopt.

Thijs Schrik

Kleurrijk en rustig vliegen

Soms wil je gewoon even de wind in je haren voelen. Zien hoe het gras wiegt. Luisteren naar de beestjes die in de bosjes zitten te tjilpen. Flock is geen moeilijke game, perfect voor wie rust zoekt in de lange zomermaanden. Je speelt een beestjestemmer, die op de rug van een vogel over glooiende heuvels vliegt op zoek naar diens gestolen fluitjes. De vele visachtige beestjes die in de omgeving rondvliegen en kruipen reageren namelijk alléén op de juiste liedjes. Schapen maaien het gras desgevraagd voor je weg. De wereld is kleurrijk, de personages zijn lief; dit spel ademt in alle toonaarden schattigheid. Verwacht geen enorme diepgang, maar geniet vooral van deze warme omhelzing – alleen of samen met een vriend(in).

Len Maessen

Route Du Soleil

We stappen in de virtuele vakantiebus van Peter van Bruggen. Hij is onze gids tijdens onze reis door Europa. We zijn op weg, of misschien ook wel niet, naar de Route Du Soleil. Eigenlijk maakt het helemaal niet uit waar we zijn, we zijn in het hoofd van Van Bruggen, een beeldende radiomaker die als geen ander in staat is om werelden voor ons geestesoor te laten opdoemen. We rijden via het drielandenpunt België binnen onder begeleiding van muziek van Raymond van ’t Groenewoud. We stoppen te Antwerpen, we ontmoeten Stef Bos, die er jaren heeft gewoond. Dan geeft Van Bruggen ons de keus. Winkelen met medereisleider Platina, of naar de kathedraal. Iedereen kiest winkelen, waarop hij twee Bulgaarse vluchtelingen van straat plukt die in ruil voor vijf euro met hem mee gaan om zijn verhalen beleefd aan te horen. Route Du Soleil is een oase op de Nederlandse radio, waarin verhalen en muziek volledig samenvallen.

Vincent Bijlo

Lees ook

Op zoek naar iets anders? Kijk hier voor alle cultuurtips


Even niet in de minderheid, queer-jongeren vinden elkaar op zomerkamp

In de week van Pride Amsterdam (27 juli-4 augustus) is bij HUMAN de nieuwe documentaire Queerkamp te zien, die een mooi aanvullend perspectief biedt bij de manifestatie van lesbiënes, homoseksuelen, biseksuelen, non-binaire personen en transgenders. Want er kan heel wat aan vooraf gaan voordat je als een trotse homo of trans op een boot staat te dansen. De jongeren in Queerkamp („een zomerkamp voor queer-jongeren”) worstelen nog volop met hun seksualiteit of genderidentiteit. Het meerdaagse kamp op een kampeerboerderij op het platteland is bedoeld om bij elkaar te komen en om ervaringen uit te wisselen.

„Ik wist ’t stiekem in mijn achterhoofd wel, dat ik homo was”, vertelt een van de jongeren in het kamp. „Alleen ik wilde het niet van mezelf accepteren. Want waarom moest ik anders zijn?” Dan vertelt hij hoe zijn coming out begon. Om aan zijn moeder te vertellen dat hij homo was maakte hij een papieren vliegtuigje met de tekst ‘haha ik ben homo’. Dat gooide hij in de woonkamer en toen rende hij naar boven.

Alle jongeren die meedoen aan het kamp zijn queer, in de brede betekenis die Wikipedia ervan geeft, namelijk als ‘overkoepelend begrip voor onder andere homoseksuele, biseksuele, panseksuele, transgender, intersekse en non-binaire/genderqueer mensen.’ Of ze nu homo zijn of trans, inderdaad blijken ze vaak vergelijkbare ervaringen te hebben.

De jongeren staan in een zaaltje met een streep op de vloer en moeten naar de andere kant van de ruimte lopen als ze zich in een uitspraak herkennen. Een van de organisatoren zegt: „Ga over de streep als je weleens gepest, uitgescholden, uitgelachen bent om je uiterlijk, seksualiteit of genderidentiteit.” Iedereen die in beeld is loopt naar de andere kant. En dan: „Als je jezelf weleens bewust pijn hebt gedaan.” Ook nu loopt een groot aantal naar de andere kant van de zaal.

Een grote crisis

Een transjongen (iemand die zich jongen voelt maar in een meisjeslichaam geboren is) vertelt over zijn basisschooltijd. „Ik was toen gewoon zoals ik was. Altijd jongenskleren, kort haar.” Mensen vroegen zijn ouders: „Hoe oud is jullie zoon?” Toen kwam de middelbare school en moest hij beslissen hoe hij daarheen zou gaan: als jongen of als meisje? Hij besloot zich als meisje te presenteren. „Dat heb ik drie jaar volgehouden.” Maar toen, tussen de derde en de vierde klas, kwam een grote crisis. „Het was kantje boord”, zegt de jongen, die in die periode ook last had van een eetstoornis. „Toen ben ik bij iedereen uit de kast gekomen.”

Het verhaal blijkt herkenbaar voor een andere transjongen. Ook hij had een eetstoornis en een „heel erge depressie”, omdat hij zichzelf niet accepteerde. „Nu gelukkig is dat allemaal beter en ben ik ook gewoon weer gezond en zo. Nu ben ik gewoon wie ik ben.”

Maar als je eenmaal begonnen bent jezelf te accepteren, betekent dat nog niet dat mensen in je omgeving dat ook doen. Een jongen vertelt: „Mijn vader zei dat het was alsof hij al zijn hele leven naar een schilderij keek en alsof je dan dat schilderij ondersteboven ophangt en dan zegt: je moet er zó naar kijken.”

Sommigen hebben een piercing of oranje haar en bij de meesten is er een verlegenheid in hun manier van praten en bewegen. Een paar jongeren zeggen niet graag in de spiegel te kijken. Tijdens een oefening moeten ze hardop voor de spiegel een goede eigenschap van zichzelf noemen, iets waar ze trots op zijn. „Ik heb heel veel zelfvertrouwen”, zegt de jongen van het papieren vliegtuigje. „Niemand kan me tegenhouden om mezelf te zijn.”

In een bubbel

De transgenders vertellen over stappen die ze nog van plan zijn te nemen, zoals een operatie of hormonen. Soms gaat het over woorden. „Ik ben homo maar die term vind ik nog steeds een beetje…. Ik ben gewoon Jeroen en ik val op mannen.”

De jongeren troosten elkaar, geven elkaar een compliment. „Jij hebt echt coole dingen op je trui en T-shirt staan.” Even zijn ze in een bubbel waarin ze geen minderheid vormen. „Meer queers is altijd fijn”, zegt iemand. En: het is mooi te zien dat iemand anders die rap van Eminem, The Real Slim Shady, ook helemaal uit haar hoofd kent.

Juist voor mensen die niet queer zijn is Queerkamp van filmmakers Lucas van der Rhee en Chris Westendorp een leerzame kijkervaring – zo ziet de kijker de wereld eens een uurtje door de ogen van een queer. Niet alles wordt uitgekauwd, er is geen voice over, zelfs de namen van de jongeren worden weggelaten. Een goede keuze, want het gaat hier niet primair om informatie, maar om de empathie die de deelnemers voelen met elkaar, en de kijker met hen.

„Ga over de streep”, zegt de organisator, „als je een ontzettend leuk iemand hebt ontmoet op het kamp.” Iedereen in beeld loopt naar de andere kant van de zaal.

Lees ook

Opinie: Mijn queer zijn neemt anderen niets af

Deelnemers aan de Pride Walk lopen door het centrum van Amsterdam.


Diepgravende audiodocumentaires over trends en achtergronden in de filmindustrie

Het zijn diepgravende audiodocumentaires over trends en achtergronden in de filmindustrie. De vele verschillende manieren waarop muziek gebruikt wordt in film, hoe filmproductie in Zanzibar de filmindustrie veranderde, of: hoe Paul Verhoeven met Turks Fruit Nederlands’ grootste hit maakte. Dit soort achtergrondgesprekken verklappen niks, maar versieren en complementeren je kijkervaring. Ook verfrissend is dat afleveringen meestal draaien om níét-Angelsaksische filmindustrieën.

Zo leer je over Nollywood – de grotendeels informele Nigeriaanse filmindustrie die naar schatting de op twee na grootste in de wereld is, na Bollywood en Hollywood. Of over de eerste blockbuster van China; The Dream Factory een megafilm van „de Chinese Spielberg”, die de steunbeer van een hele industrie werd. Helaas is die internationale focus schaars in de door Hollywood-geobsedeerde filmwereld.


Een podcast die precies laat horen waarom we zo van film houden

En dat is precies de reden dat je blijft luisteren. Elke aflevering bespreekt Bill Simmons (hoofd podcastinnovatie bij Spotify) met filmjournalisten een film die hij maar opnieuw blijft kijken. De achtergrond, de sterren, de aantrekkingskracht. Af en toe schuift er regisseurs of filmmakers aan: Quentin Tarantino, Michael Mann. In anderhalf uur (en soms nog véél langer) ontleden ze geliefde Hollywood-films middels categorieën: beste quote, beste muziekmoment, beste moment voor een plaspauze, wie zou de Oscar moeten krijgen?

Het gaat om klassiekers als Pulp Fiction of Heat (waar zelfs drie afleveringen over zijn). Maar ook om door critici als lepra gemeden hits, zoals American Pie. Het is interessant om een serieuze analyse te horen over iets dat nooit serieus genomen wordt. De podcast heeft wel veel tekortkomingen. Het is vaak té Amerikaans, plat, mannelijk. Maar nergens anders hoor je dit enthousiasme, deze obsessie, of: waarom we zo van film houden.


Tv-recensie | Papi Mikey Dinero legt bloot hoe oppervlakkig en oneerlijk e-pimp lifestyle is

Wil je kasten vol cognac? En een Porsche in je garage? Trainen in je rooftop gym, mooie vrouwen aan je zwembad, nieuwe Rolex om je pols? Dan heeft Thierry uitstekend nieuws: het kán allemaal van jou zijn. Zolang je de mindset van een businessman hebt – en een paar duizend euro op je bankrekening. Maak die over aan Thierry, volg een cursusje of drie en ontpop je tot OnlyFans-manager. Welkom: dit is de E-Pimp Academy.

Artiest Papi Mikey Dinero is wel benieuwd wat de 27-jarige Thierry zijn pupillen leert. En Thierry is de beroerdste niet. Voor een whiteboard in zijn Bangkokse mansion, gekleed in een zwarte polo waarvan de mouwen amper ruimte bieden aan zijn bonkige bovenarmen, geeft hij Mikey een gratis voorproefje. ‘MODEL’, schrijft Thierry op. ‘TRAFFIC’. ‘CHATTEN’. Hij ziet niet dat zijn gast dieper fronst met elke holle blokletter die op het whiteboard verschijnt. Mikey heeft allang geroken hoe de dure flessen Hennessy gevuld zijn met appelsap: de façade doet zijn werk niet. Maar Thierry ratelt voort.

In de tweedelige docureeks Papi & Pimps (BNNVARA) toont Papi Mikey Dinero zich de perfecte persoon om de wereld van digitale pooiers te ontrafelen. De vertelvorm is creatief aangepast aan de snelle praatjes en strakke looks van de e-pimps: mensen (vaak jongemannen) die geld verdienen aan modellen die online seksuele content maken, door de modellen te verhandelen of tot wel 70 procent van hun inkomsten te innen.

Met zijn voorliefde voor bling en het gemak waarmee hij met woordjes als ‘papi’ strooit, pakt Mikey iemand als Thierry moeiteloos in en wordt hij meegenomen op tours door clubs en mansions die Alberto Stegeman waarschijnlijk minder gauw gegund waren geweest. Zo weet Mikey effectief bloot te leggen hoe oppervlakkig en oneerlijk de door sommigen begeerde e-pimp lifestyle werkelijk is.

Daarin wordt hij bijgestaan door onder meer data-analist Michelle, die maandenlang onderzoek deed naar internationale Telegram-groepen – soms bestaand uit tienduizenden leden – waarin e-pimps samenkomen en zakendoen. Hier worden modellen gereduceerd tot handelswaar, met teksten als ‘very low budget Latina models: many response, but low-quality girls as well’, en worden tips uitgewisseld over hoe je modellen kunt ‘motiveren’ om content te blijven maken, ook wanneer ze dat niet langer willen doen. En wanneer druk en dwang om de hoek komen kijken, begeef je je gauw in het gebied van mensenhandel.

Maar Thierry rekent het zichzelf niet aan als cursisten slecht met de vrouwen omgaan, laat hij Mickey desgevraagd weten. Verantwoordelijkheid wordt alleen genomen voor vermeende successen; niet voor fouten en misstanden. Daarvoor hebben e-pimps als Thierry het te druk met het bouwen van nieuwe lagen in een piramidespel. Wie zelf weinig verdient aan het e-pimpen, kan – net als Thierry – tot de conclusie komen dat het geven van cursussen meer geld oplevert (of dinero’s, om met Mickey te spreken). Daartoe moet je potentiële cursisten er wel van overtuigen dat de e-pimp lifestyle net zo glamorous is als je zelf ooit had gehoopt. Dus huur je huizen in Bangkok en vul je cognacflessen met appelsap – en haal je cursisten binnen die zelf weer cursussen organiseren, over de rug van modellen die als product worden behandeld.

Advertenties voor dit type cursussen kunnen zomaar in je feed verschijnen. Klik je erop, dan zie je hoever de oppervlakkigheid reikt: op de site van de E-Pimp Academy pronkt nu een screenshot van Thierry’s uitleg aan Mikey. Niemand zal de moeite doen het programma daadwerkelijk te bekijken, zal de hoop zijn. Net zoals gehoopt wordt dat niemand daadwerkelijk die dure fles Hennessy opentrekt. Als het plaatje maar klopt.


Voor de tweede week op rij forse stijging van het blauwtongvirus

Het blauwtongvirus blijft op steeds meer plekken in Nederland opduiken. Afgelopen weken is het virus al op 1.094 locaties vastgesteld, zo liet de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) maandag in een update weten. Dat betekent voor de tweede week op rij een forse stijging. Vorige week was het aantal bevestigde gevallen vervijfvoudigd, van 94 plekken naar 503 plaatsen waar het virus werd vastgesteld. Het ministerie van Landbouw houdt de situatie vooralsnog nauwlettend in de gaten.

Eerder vroeg minister van Landbouw, Femke Marije Wiersma (BBB), aan de Gezondheidsdienst voor Dieren om nader onderzoek te doen naar de gevolgen van infecties bij herkauwers. Een woordvoerder van het ministerie laat weten telefonisch weten dat de eerste bevindingen daarvan later deze week komen. Het definitieve rapport kan over twee weken worden verwacht.

Hoewel de blauwtongbesmettingen onder dieren blijven toenemen, zijn volgens de woordvoerder de eerste signalen over de ernst van het huidige virus bij ingeënte dieren geruststellend. De dieren zouden minder ziek worden dan vorig jaar het geval was en uiteindelijk weer opknappen. Er zijn dan ook minder sterfgevallen dan vorig jaar. Toen stierven zo’n 61.000 schapen aan de ziekte, 8,4 procent van de Nederlandse schapenpopulatie.

Met eerdere vaccinatierondes in het voorjaar werd gehoopt de ernst van de ziekte te verminderen, niet om infectie te voorkomen. Het vaccin tegen het virus werkt op dezelfde manier als dat tegen het coronavirus. Vaccintoezichthouder CBG riep eerder dierenartsen en boeren op om te melden wanneer zij vermoeden dat een vaccin niet goed heeft gewerkt.

De woordvoerder van het ministerie benadrukt dat voor het blauwtongvirus, een type C-ziekte, andere principes gelden dan bijvoorbeeld vogelgriep, een type A-virus, waarbij de overheid vanuit de EU wordt verplicht maatregelen te nemen, zoals het ruimen van dieren. In Nederland geldt voor blauwtong slechts een meldplicht.

Volgens haar is de verspreiding van het virus een „logisch gevolg” van het warme weer in de lente. Ook in België lijkt de ziekte, waarvan de symptomen een blauwe tong, hoge koorts en zwellingen zijn, in opmars te zijn.

Blauwtong is een ziekte die voornamelijk schapen treft, maar ook geiten, runderen, herten en sommige dierentuindieren kunnen besmet raken. Het virus verspreidt zich via kleine steekvliegjes, zogeheten knutten. Met name voor schapen kan de ziekte dodelijk zijn. Mensen zijn niet vatbaar voor infectie met het blauwtongvirus. Daardoor levert de ziekte geen direct gevaar op, ook niet bij de consumptie van dierlijke producten zoals melk.

Vorige week stelden onderzoekers van de Wageningen University vast dat het huidige blauwtongvirus genetisch identiek is aan het virus dat vorig jaar rondging, waardoor het uitgesloten is dat het om een nieuwe variant gaat. Mocht het vaccin tegen blauwtong minder effectief blijken, dan zou het niet liggen aan veranderingen in het virus.

Blauwtong is in Nederland lange tijd goed beheersbaar geweest door een combinatie van natuurlijke immuniteit en vaccinatie, die in 2008 beschikbaar kwam. Sinds september vorig jaar is het blauwtongvirus weer actief in Nederland. De laatste keer daarvoor was in 2009.


Waarom we niet genoeg kunnen krijgen van true crime-podcasts

Waargebeurde misdaadverhalen zijn altijd populair – als films en series, maar ook steeds meer als podcasts. Mensen luisteren op weg naar hun werk, tijdens het sporten of gewoon thuis op de bank, aangetrokken door de gedetailleerde beschrijvingen van misdaden, de zoektocht naar de waarheid en de vaak onverwachte wendingen. Waarom zijn mensen zo geboeid door verhalen over moord, bedrog en tragedie?

De helft van de Amerikaanse volwassenen luistert volgens een onderzoek uit 2022 naar waargebeurde misdaadverhalen – voor dertien procent van hen is het zelfs het favoriete genre. Eén op de drie Amerikanen ‘kijkt, leest of luistert minstens één keer per week ‘true crime-gerelateerde content’, zoals documentaires, series en boeken. Binnen de podcastmarkt is waargebeurde misdaad het meest voorkomende genre, blijkt uit een onderzoek van Pew Research. Bijna een kwart van de best beoordeelde titels in de Verenigde Staten richt zich op dit thema.

In Nederland is een soortgelijke trend te zien. Op de streamingdienst Spotify staan in de top-10 van de Nederlandse podcasts meerdere titels (deze week vier) over waargebeurde misdaad, zoals Het Habbo-mysterie en Veroordeeld. Hetzelfde geldt voor het podcastplatform Podimo. Uit cijfers blijkt dat de helft van de luisteraars in juni minstens één aflevering van een true crime-podcast heeft beluisterd. Met Moordcast als meest beluisterde podcast, die verreweg het grootste aantal volgers heeft: meer dan 140.000.

Moordcast is de meest beluisterde podcast op Podimo.
Foto Podimo

‘Ver-van-mijn-bedshow’

Podcast-luisteraar Simone Teijgeman (34) heeft bijna alle afleveringen gehoord. „Ik begon in de auto, onderweg naar mijn werk. Ik was meteen verkocht. Nu luister ik elke keer dat ik de kans krijg, tijdens het uitlaten van de hond of het koken.” Kelly Hak (37), ook een groot fan van true crime: „Waarom de verhalen me zo aanspreken, weet ik niet goed. Misschien omdat het een ver-van-mijn-bedshow is.”

Tim de Gier, hoofd content bij Podimo, heeft true crime-podcasts steeds populairder zien worden. De lancering van het Amerikaanse Serial in 2014 speelde daarbij een belangrijke rol. „Het succes van deze serie zorgde voor een groei van het genre true crime én van de podcast als medium. Mensen raakten er verslaafd aan.” Serial bereikte als eerste podcast vijf miljoen downloads. „Sindsdien zijn er meer van zulke hits verschenen, ook in Nederland, zoals De brand in het landhuis. Dit soort podcastseries kun je goed bingen, net als een Netflix-serie.”

De brand in het landhuis was één van de eerste Nederlandse podcasthits.
Foto NTR

Waarom juist podcasts zich zo goed lenen voor het vertellen van dit soort verhalen? Mediapsycholoog Mischa Coster zegt: „Ze bieden vaak gemakkelijk te consumeren informatie en zijn ideaal voor momenten zoals een autorit of treinreis. Wat true crime-podcasts zo uniek maakt, is dat ze niet alleen de nieuwsgierigheid bevredigen, maar ook de verbeeldingskracht aanspreken. In tegenstelling tot televisie, die veel visuele details geeft, moet je zelf een bepaalde invulling te geven.”

Volgens mediawetenschapper Willemien Sanders (Universiteit Utrecht) is de fascinatie voor waargebeurde misdaadverhalen er altijd geweest, maar heeft het door de eeuwen heen verschillende vormen aangenomen. „Ook het combineren van feiten met fictie – wat we dramatisering noemen – is een tijdloze praktijk. Jaren geleden spraken we bijvoorbeeld over docudrama’s. Dit waren gedramatiseerde documentaires die niet uitsluitend over moord en doodslag gingen, maar wel fictie en documentaire-elementen mengden. Binnen de populaire cultuur is iets zelden volledig nieuw; veel vormen hebben ‘voorgangers’.”

Morbide nieuwsgierigheid

De wortels van true crime gaan honderden jaren terug, tenminste tot 16e-eeuwse pamfletten over sensationele misdrijven. Nadat het waargebeurde misdaadboek In Cold Blood van Truman Capote was verschenen (1966), nam de populariteit van het genre alleen maar toe. De opkomst van digitale media heeft true crime-verhalen toegankelijker gemaakt; talloze documentaires, tv-shows en podcasts zijn met één druk op de knop beschikbaar.

Maar waarom voelen veel mensen zich zo aangetrokken tot waargebeurde misdaad? Een recente studie van de Universiteit van Graz onderzoekt de psychologische achtergronden. De onderzoekers benadrukken dat ‘morbide nieuwsgierigheid’ – een nieuwsgierigheid naar negatieve en vaak schokkende informatie – een belangrijke drijfveer is. Mensen zijn geïnteresseerd in verhalen over misdaad en geweld, omdat het hen helpt een realistischer beeld van de wereld te vormen en ze willen begrijpen wat er gebeurt in gevaarlijke situaties.

„True crime-series bieden een kijkje in een soort subcultuur die normaal verborgen blijft”, zegt Coster. „Mensen willen begrijpen hoe het brein van een crimineel werkt en hoe misdaden worden gepleegd.” Sanders beaamt dit: „Je krijgt de mogelijkheid vanuit het perspectief van de dader naar de wereld te kijken. Dat vinden velen aantrekkelijk, zelfs spannend misschien. Mensen zijn altijd gefascineerd geweest door ‘het kwaad’.” Volgens De Gier draagt ook het mysterie-element bij aan de aantrekkingskracht. „Podcasts vereisen vaak een tijdsinvestering en wanneer er een mysterie is dat opgelost moet worden, motiveert dat om door te luisteren.”

Een andere belangrijke factor in de populariteit van true crime is de manier waarop het genre wordt gepromoot en gedeeld. „Tijdens vakanties en reizen vragen mensen elkaar regelmatig om podcasttips. Vaak worden dan true crime-series aanbevolen”, zegt De Gier. Coster: „Als je herhaaldelijk hoort over een bepaalde titel, wordt de kans groter dat je deze zelf ook gaat beluisteren.”

De Gier zegt: „Mensen zullen altijd zin hebben in een true crime-podcast, of ze nu op reis gaan, gaan hardlopen of iets anders leuks gaan doen.” Tegelijkertijd breidt het genre zich verder uit. „De verhalen draaien niet langer alleen om moord, maar omvatten nu allerlei soorten mysteries. Terwijl een paar jaar geleden de focus nog voornamelijk lag op de vraag ‘wie heeft deze moord gepleegd?’”

Lees ook

Hier vind je alle podcasts van NRC


Een verrukkelijke nieuwe versie van ‘Decamerone’ op Netflix

Seks, builenpest, komedie, meeslepende avonturen – Decamerone van Giovanni Boccaccio heeft het allemaal. Anders dan andere laat-middeleeuwse klassiekers is de verhalenbundel uit 1353 zeer vermakelijk en makkelijk leesbaar, ook zonder honderden voetnoten. Niet voor niets is het boek tientallen malen verfilmd, met als bekendste versie die van de Italiaanse regisseur Pier Paolo Pasolini uit 1971. Netflix heeft het boek nu bewerkt tot een verrukkelijke achtdelige serie. Naar het voorbeeld van het succesrijke Bridgerton draait de zwarte komedie om broeierige erotiek, adellijke intriges en sterke vrouwen in uitzinnige jurken. Net als Bridgerton is het een kostuumdrama met een cast van gemengde afkomst.

Decamerone is het schoolvoorbeeld van escapistische literatuur: in de eerste bladzijden beschrijft Boccaccio in geuren en kleuren de pestepidemie van 1348 die minstens de halve bevolking van Florence wegvaagde. De stad werd volkomen ontwricht en de moraal ging het raam uit. Lijken werden in diepe kuilen gestapeld met laagjes modder ertussen, „zoals men lagen kaas op lasagne legt”, zo meldde de Cronaca Fiorentina. Om aan de Zwarte Dood te ontkomen vlucht in Decamerone (‘De tiendaagse’) een groepje jonge edelen naar een villa op het platteland. In dit vakantieoord geven ze zich over aan luieren, dansen en verhalen vertellen. Die honderd korte verhalen, verdeeld in tien dagen, vormen het boek.

Bijna de helft van de verhalen gaat over seks – vrijwel altijd buitenechtelijk. Vooral de derde, de zevende en de achtste dag zijn ermee gevuld. Een op de drie verhalen gaat over overspel, doorgaans door de vrouw. Boccaccio schrijft voor het vermaak, de verhalen zijn verfrissend vrij van christelijk moralisme. De bedrogen man wordt hartelijk uitgelachen, de sluwe vrouw die aan haar gerief komt wordt toegejuicht. Bij Boccaccio hoeft seks voor vrouwen niet samen te gaan met liefde. In een van zijn verhalen moet een doofstomme tuinman een heel nonnenklooster bedienen. Ze houden hem voor achterlijk, hij zal in ieder geval zijn mond niet voorbij praten. De man raakt uitgeput waarna moeder overste een dek-rooster voor hem opstelt. De God van de christenen is in Decamerone ver weg. Vrouwe Fortuna (het Lot) en Vrouwe Venus zijn de heersende godinnen voor wie je beter zo snel mogelijk kunt buigen.

Door gender veroordeeld

Vrouwen zijn bij Boccaccio vrijwel altijd de meerdere van mannen. Als de man een keertje wint, is dat doorgaans door vals spel. In zijn voorwoord vertelt de schrijver dat zijn verhalen voor vrouwen bedoeld zijn omdat die door hun gender veroordeeld zijn tot een leven binnenshuis waar ze zich stierlijk vervelen. De alfabetisering onder vrouwen nam in de wake van de Rennaissance flink toe, tot grote schrik van de mannen die bang waren dat hun echtgenotes in de bibliotheek hun vieze boekjes zouden gaan lezen. Daar speelde Boccaccio op in.

Klinkt feministisch, maar Boccacio geeft zijn vrouwelijke personage maar één bezigheid. De mannen gaan op handelsreis, trekken ten strijde, mogen de hele dag buiten spelen. De vrouwen zijn alleen maar bezig met seks en liefde, of met het maken van plannen om seks en liefde te krijgen, of om onder de consequenties uit te komen. Wanneer mannen hen begeren gaan ze er vrijwel altijd onmiddellijk op in. Dit sluit aan bij het middeleeuwse idee dat vrouwen van nature seksueel passief maar onverzadigbaar waren. Verzet tegen de natuur is volgens Boccaccio zinloos.

In de ‘Rampzalige Veertiende eeuw’ werd Europa dramatisch ontvolkt, niet alleen door de pest maar ook door oorlogen, opstanden en klimaatverandering. Het continent ging door een kleine ijstijd, met veel overstromingen. Tegelijk was het een bloeitijd waarin de steden met zijn welvarende handelaren de functie van culturele centra overnamen van de kerk. Dat gold zeker voor de machtige, steenrijke stadsstaat Florence.

Boccaccio was kind van een handelsman en bestuurder, zelf was hij onder meer ambassadeur voor de Florentijnse Republiek. Hij verloor zijn ouders en veel vrienden aan de pest. In zijn latere leven leidde hij, samen met zijn vriend en humanistische leermeester Petrarca, zijn stad de Renaissance in.

Alleen het raamwerk

Bovenstaande kunt u trouwens allemaal weer vergeten, want de Netflixserie The Decameron heeft vrijwel niets met het boek te maken. Serieleider Kathleen Jordan gebruikte alleen het raamwerk – groepje jongeren gaat in quarantaine in villa – en verzint verder haar eigen verhaal. De adellijke personages zijn verwende egoïstische Prinsesjes Nooitgenoeg die hun huisbediendes als vuil behandelen. Ieder heeft zijn eigen geheimen en geheime agenda. De dienster doet zich voor als de jonkvrouw en vice versa. Een jonkheer en een dienstmeid zitten in de kast. De huismeester probeert te verhullen waarom de gastheer en beoogde bruidegom niet komen opdagen.

De dynamiek tussen de hogere en lagere klasse speelt een belangrijke rol in de serie. Kathleen Jordan kreeg het idee voor de serie tijdens de covid-pandemie. In The New York Times zei ze: „Terwijl mensen stierven en eerstelijnshulpverleners het moeilijk hadden, klaagden beroemdheden dat ze het gevoel hadden alsof ze in de gevangenis zaten in hun herenhuizen van miljoenen dollars.” Als inspiratiebron noemt ze de postapocalyptische klassieker Lord of the Flies en de realityserie Survivor.

De serie heeft een sterke cast die zich er met zichtbaar plezier in heeft gestort. Tanya Reynolds (Lily in Sex Education) speelt de straatwijze huissloof Licisca die als jonkvrouw poseert. Zosia Mamet (Shoshanna in Girls) speelt de manipulatieve bruid Pampinea die over lijken gaat om de villa te verkrijgen. De relatief nieuwe Franse actrice Lou Gala speelt het vrome kindvrouwtje Neifile die spiritualiteit met wellust vermengt, net zoals mystici uit die tijd. Lustobject van de serie is de zwartmanige Amar Chadha-Patel die als lijfarts Dioneo te pas en te onpas zijn indrukwekkende torso mag tonen.

The Decameron is een zwarte komedie die licht en luchtig begint, waardoor de lengte van bijna een uur per aflevering aanvankelijk wat lang aanvoelt. Eerst gaat het om de paleisintriges en de seks, zowel gay als straight, maar allengs wordt de serie duisterder en serieuzer. De edelen kunnen hun glamoureuze vakantieoord niet langer beschermen tegen de oprukkende, post-apocalyptische ommelanden die Monty Pythonesk gevaarlijk en goor zijn neergezet. Door alle rampspoed veranderen de bedorven edelkinderen in empathische mensen die begrijpen dat het leven kort en smerig is en dat het niet draait om geld en aanzien, maar om liefde, vriendschap, vrijheid.

In de slotscène zitten de gehavende overlevenden, verenigd in rouw, in een kring elkaar verhalen te vertellen – waarmee we toch nog een paar zinnen meekrijgen uit het oorspronkelijke Decamerone.

Lees ook

Kijk hier voor een overzicht van de beste series van het moment

The Bear, House of the Dragon en meer - dit zijn de beste series van het moment