Geen officiële condoleances uit Nederland na overlijden Bouterse

Minister-president Dick Schoof en zijn kabinet zien af van een officiële condoleance aan de nabestaanden van Desi Bouterse, de woensdag overleden oud-president van Suriname. Dat meldt persbureau ANP.

Zulke condoleances zijn gebruikelijk wanneer een voormalig hoogwaardigheidsbekleder van een ander land overlijdt, maar de verhouding tussen Bouterse en de Nederlandse overheid was al jaren zeer slecht. De oud-president van Suriname, dat tot 1975 een kolonie van Nederland was, zette zich graag af tegen de regering in Den Haag.

Wel plaatste Schoof een bericht op X waarin hij stilstaat bij de slachtoffers en nabestaanden van de Decembermoorden. Bij die gebeurtenis werden in 1982 vijftien tegenstanders van Bouterses regime gemarteld en vermoord in Fort Zeelandia.

Straf niet uitgezeten

Eind vorig jaar veroordeelde het Surinaamse Hof van Justitie Bouterse definitief tot een gevangenisstraf van twintig jaar wegens zijn betrokkenheid bij de moordpartij.

Met zijn overlijden heeft Bouterse zijn straf nooit uitgezeten, schrijft Schoof op X. Hij wenst „alle Surinamers rust en waardigheid” toe.

Daarmee verwijst de Nederlandse premier naar de woorden van de huidige Surinaamse president Chan Santokhi. Die bracht wel zijn condoleances over aan de nabestaanden van Bouterse, maar riep in een officiële verklaring ook op om „waardig te blijven en kalmte te bewaren, rust en orde te handhaven”.

Ook huidige vicepresident Ronnie Brunswijk heeft zijn condoleances overgebracht aan de nabestaanden van Bouterse. „Zijn leven heeft een blijvende impact gehad op ons land en zijn inzet zal niet vergeten worden”, schrijft Brunswijk. „Moge zijn nalatenschap een inspiratie blijven voor velen en zijn ziel in vrede rusten.”

De huidig vicepresident vocht van 1986 tot 1992 als leider van het zogeheten Jungle Commando een bloedige burgeroorlog uit met Bouterse en zijn regeringstroepen. Later verzoende Brunswijk zich met zijn oude rivaal, en van 2010 tot 2015 vormden de twee samen een regering.

Cocaïnehandel

Naast de Decembermoorden is Bouterse ook in Nederland veroordeeld. Het gerechtshof in Den Haag legde hem in 2001 bij verstek een gevangenisstraf van elf jaar op voor internationale cocaïnehandel.

Volgens oud-advocaat Inez Weski, die de Surinaamse oud-president vanaf 2005 verdedigde in zijn pogingen de uitspraak van tafel te krijgen, kan de persoon Bouterse „niet los worden gezien van Suriname als eeuwenlange prooi van koloniaal verdeel-en-heersbeleid, met bijbehorend onrecht”.

De zogeheten Copa-zaak leek op „een koloniale wraakactie”, zegt Weski, „omdat Bouterse politiek en militair niet weg te krijgen was”. De advocaat verwijst daarbij naar emeritus hoogleraar rechtspsychologie Peter van Koppen, die de veroordeling van Bouterse in 2022 een gerechtelijke dwaling noemde. Weski wenst Suriname een „vrije toekomst” toe.

Lees ook

Op de vlucht overleden Bouterse had een held van de natie kunnen zijn, maar droeg altijd zijn besmette verleden met zich mee

In mei 1996 is Desi Bouterse op verkiezingscampagne voor zijn partij NDP.


Justitie neemt stoffelijk overschot Desi Bouterse in beslag

Het lichaam van de overleden Desi Bouterse is door de Surinaamse justitie in beslag genomen voor onderzoek. Naar verwachting zal het Openbaar Ministerie later op de dag meer helderheid verschaffen over de doodsoorzaak van Bouterse, melden Surinaamse media dinsdagmiddag. Of het onderzoek zich ook toespitst op de mogelijke plek waar Bouterse is overleden, is niet duidelijk.

Volgens justitie kwam de dood van Bouterse voor de familie geheel onverwachts. ,,Er was tot voor kort ook nog geen enkele indicatie dat er iets mis was met hem”, zei Ramon Abrahams, een invloedrijk politicus binnen de partij van Bouterse, en jarenlang zijn rechterhand, tegen Surinaamse media.

Eerder op de dag kon de arts van Bouterse nog geen uitsluitsel geven of het om een natuurlijke dood ging of niet. Het is onduidelijk hoe en wanneer Bouterse naar zijn huis aan de Surinamerivier is gebracht. Hij was al jaren op de vlucht. Dit weekend zou door justitie nog verschillende huiszoekingen zijn uitgevoerd. Ook bij zijn woonhuis waren invallen.

Desi Bouterse werd een jaar geleden veroordeeld tot een celstraf van twintig jaar voor zijn rol bij de Decembermoorden. Dat proces ging over de moord op vijftien oppositiepolitici van het toenmalige bewind van Bouterse in 1982. Omdat hij op de vlucht sloeg, is hij nooit gearresteerd. Bouterse speelde ruim veertig jaar een cruciale rol in de Surinaamse politiek. In Nederland is hij eerder veroordeeld voor drugshandel.

Lees ook

Verdriet, ongeloof en veel vragen bij huis Bouterse na zijn dood

Bij het huis van de overleden voortvluchtige en omstreden oud-president van Suriname, Desi Bouterse, hebben aanhangers en pers zich verzameld.


Verdriet, ongeloof en veel vragen bij huis Bouterse na zijn dood

„We gaan ervoor zorgen dat zijn nalatenschap blijft bestaan. En dat we als Surinamers een eenheid behouden binnen alle bevolkingsgroepen, want dat is wat hij wilde”, zegt Kleber Drenthe, van de jongerenafdeling van de Nationaal Democratische Partij (NDP). Samen met een groepje aanhangers en partijgenoten van de overleden ex-president Desi Bouterse staat hij in alle vroegte op Eerste Kerstdag bij het woonhuis van Bouterse in de wijk Leonsberg, aan de Surinamerivier. Er hangt een droevige sfeer, mensen troosten elkaar.

Als er één politicus is die Suriname al decennialang tot op het bot verdeelt, dan is het Desi Bouterse: gehaat door velen, geliefd door velen. Sommige aanhangers trokken midden in de nacht al naar het huis, nadat op sociale media berichten verschenen dat Bouterse zou zijn overleden. In het weekend waren er nog op diverse plekken huiszoekingen gedaan door justitie. Bouterse werd een jaar geleden in hoger beroep veroordeeld tot twintig jaar celstraf voor zijn rol bij de Decembermoorden, maar was op de vlucht geslagen. Ook bij zijn woonhuis waren invallen.

Zouden de geruchten wel waar zijn, vroegen velen zich op sociale media af, of werden ze opzettelijk verspreid als antwoord op de invallen? Uiteindelijk werd in de vroege ochtend van deze woensdag het overlijden van Bouterse officieel bevestigd door Albert Ramdin, minister van Buitenlandse Zaken van Suriname.

Lees ook

de necrologie van Bouterse

In mei 1996 is Desi Bouterse op verkiezingscampagne voor zijn partij NDP.

Tegen die tijd was het rondom zijn huis al drukker geworden. Drenthe toont trots zijn tatoeage. Met grote letters staat er DDB, de afkorting voor Desiré Delano Bouterse, de volledige naam van de oud-president. „Hij blijft voor altijd in mijn hart. En wat mij betreft is het de schuld van zijn tegenstanders, ook van Nederland, dat hij nu dood is. Het hele 8-decemberproces was een politiek proces. Maar iedereen mag weten: de NDP gaat door, de ideologie van Bouterse gaat door”, zegt Drenthe stellig.

Het proces draaide om de moord op vijftien opposanten van het toemalige militaire regime onder leiding van Bouterse in 1982. Op 8 december van jaar vonden de moorden plaats in het militaire hoofdkwartier Fort Zeelandia. Bouterse heeft altijd zijn rol ontkend.

Lijkschouwing

De doodsoorzaak van Bouterse is nog niet bekend woensdagochtend. Bouterses arts Rabindranath Khoen komt voor de lijkschouwing en stelt het overlijden vast, maar wil tegenover journalisten niet bevestigen of het om een natuurlijke dood gaat of niet. „Dat laat ik aan de justitie over. Mijn werk is om te bepalen: is hij overleden of niet? Verder kan ik er niets over zeggen”, zegt hij. Later in de ochtend arriveert een politiewagen en wordt het stoffelijk overschot in beslag genomen.

Een officiële doodsoorzaak is nog niet bekend

Hoe en wanneer zijn lichaam naar Bouterses huis is gebracht is ook niet bekend. Er gaan geruchten dat Bouterse zich op het laatst schuilhield in Commewijne, een district dicht bij Paramaribo, op een locatie die per boot of vliegtuig bereikbaar zou zijn. Het stoffelijk overschot zou mogelijk per boot via de rivier naar het huis zijn gebracht – Bouterses woonhuis ligt aan de Surinamerivier. Officiële mededelingen daarover zijn nog niet gedaan.

Pas als het lichaam van Bouterse weer wordt vrijgegeven door de autoriteiten „kunnen we nadenken welke verdere stappen we gaan ondernemen”, zegt Ramon Abrahams zichtbaar aangeslagen. Abrahams is een van de meest invloedrijke partijleden binnen de NDP en was jarenlang de rechterhand van Bouterse.

Het stoffelijk overschot van de overleden Bouterse is opgehaald vanaf zijn huis en overgebracht naar het mortuarium. Bouterse was een jaar lang voortvluchtig en is op een schuiladres overleden. Het is nog niet bekend hoe en wanneer het lichaam in zijn huis werd gebracht.
Foto Ranu Abhelakh/ANP

Een dochter van Bouterse moet nog vanuit het buitenland naar Suriname komen om de begrafenis bij te kunnen wonen, voegt hij eraan toe. Inmiddels zijn er zo’n honderd aanhangers bij het huis, ook partijgenoten zoals voormalig vicepresident van Bouterse, Ashwin Adhin. „Suriname zal nooit meer hetzelfde zijn. Hij vormde een groot deel van onze identiteit, vooral voor een jongere generatie waartoe ik ook behoor”, zegt hij.

Suriname zal nooit meer hetzelfde zijn

Ashwin Adhin
voormalig vicepresident van Bouterse

In een verklaring condoleert president Chan Santokhi de nabestaanden van ex-president Bouterse. Ook roept hij „een ieder op om waardig te blijven en kalmte te bewaren en rust en orde te handhaven”.

Eerder op de ochtend sprak vicepresident Ronnie Brunswijk op sociale media zijn deelneming uit aan de familie. „Zijn leven heeft een blijvende impact gehad op ons land, en zijn inzet zal niet vergeten worden”, aldus Brunswijk. Tijdens de Binnenlandse Oorlog (1986-1992) was Brunswijk Bouterses aartsvijand, later gingen beide leiders samenwerken.

Laurens Neede, een oud-militair en vertrouweling van Bouterse staat de pers te woord bij het huis van de overleden voortvluchtige oud-president Bouterse.
Foto Ranu Abhelakh/ANP

Nabestaanden van slachtoffers van Bouterse in Suriname hadden tot halverwege woensdagochtend lokale tijd nog niet gereageerd.

Met medewerking van Jason Pinas in Paramaribo.


Op de vlucht overleden Bouterse had een held van de natie kunnen zijn, maar droeg altijd zijn besmette verleden met zich mee

Waren het tranen van berouw of zelfmedelijden? Een bevriende jurist had, onder vier ogen, tegen Desi Bouterse gezegd dat hij de held van de natie had kunnen zijn als hij niet verantwoordelijk was geweest voor de Decembermoorden van 1982. Het was de dag nadat Bouterse op 12 augustus 2010 was beëdigd als president: een moordverdachte en drugscrimineel – Bouterse werd in Nederland bij verstek veroordeeld voor drugshandel – was staatshoofd van de Republiek Suriname geworden.

Desi Bouterse werd vorig jaar op 20 december in hoger beroep in Paramaribo als hoofdverdachte van de Decembermoorden tot twintig jaar veroordeeld. Hij vluchtte vervolgens om arrestatie te voorkomen. Op een schuiladres is Bouterse op 79-jarige leeftijd overleden, zo werd deze woensdag bekend.

Bouterse is wel vergeleken met de spin Anansi uit de Afrikaans-Caribische vertellingen, die iedereen steeds te slim af is. Zeker bij het armere Creoolse volksdeel wekte dat ontzag, bewondering zelfs. Dat Bouterse ex-kolonisator Nederland trotseerde, hielp daarbij.

Bouterse koesterde als jongeman bewondering voor de legendarische Creoolse politicus Jopie Pengel – in de jaren zestig de eerste donkergekleurde premier van Suriname. Hij had vooral respect voor hoe Pengel zich als echte volksleider manifesteerde – Bouterses vader was een propagandist van Pengel. Zo’n leider wilde hij ook zijn.

Desiré Delano Bouterse, geboren op 13 oktober 1945 in Domburg (district Suriname), is een moksi: een Surinamer van gemengde komaf, met Inheems, Creools en ook Zeeuws bloed. Het verklaart deels zijn electorale aantrekkingskracht: Bouterse wordt in het multiculturele, maar verdeelde Suriname niet direct door een etnische groep afgewezen.

Opgevoed als ‘kweekje’ door een tante gaat hij na de lagere school naar het jongensinternaat van de Tilburgse fraters in Paramaribo. De kantooropleiding aan de Handelsschool maakt hij niet af.

Basketballer in Meppel

In 1968 vertrekt Bouterse naar Nederland, zijn vriendin achterna. In Dordrecht werkt hij korte tijd bij slotenfabriek LIPS. Na zijn dienstplicht meldt hij zich bij de Koninklijke Militaire School in Weert. Hij wordt sportinstructeur. Later verdient hij bij met verkoop van auto’s en porno. In Steenwijk, waar in 1972 zoon Dino wordt geboren, dient Bouterse bij het 47ste pantserinfanteriebataljon. Later is hij in het Duitse Seedorf gelegerd.

‘Charmant’ en ‘gezellig’, zeggen mensen die hem in Nederland meemaakten over Bouterse. Eigenlijk een doorsnee burgerman. Buren in Steenwijk leert hij Surinaams koken. Maar hij is ook naar binnen gekeerd. Niemand ziet in hem een echte leidersfiguur. Al is hij een heel goede pelotonscommandant, een perfectionist die voor zijn manschappen alles tot in de puntjes regelt. Mogelijk droegen diezelfde eigenschappen bij aan zijn latere ontsporing. Zijn grote geldingsdrang, en wantrouwen, schrijven mensen die hem goed kennen toe aan gebrek aan liefde in zijn jeugd.

Bouterse keek altijd met plezier terug op zijn Nederlandse tijd. Hij vertelde er jaren later op een receptie in Paramaribo eens over. Met een perfecte imitatie van Theo Koomens commentaar bij schaatskampioenschappen: „Rondje 32, wereldkampioen……!!!”. Omstanders gierden het uit. Typisch Desi.

Hij doet in Nederland mee aan het sociale leven. Zo is Bouterse initiatiefnemer van een estafetteloop van Seedorf naar Den Haag om geld in te zamelen voor de jeugdkankerbestrijding bij de tv-actie ‘Geven voor leven’. Als getraind atleet neemt hij zelf de grootste afstand voor zijn rekening. De bevelhebber der Nederlandse strijdkrachten bedankt hem in een brief. In Meppel wordt Bouterse een sportheld door de basketbalclub naar het regionale kampioenschap te leiden. De Meppeler Courant prijst hem als ‘basketbalmaniak’.

En politiek? „Eigenlijk was ik politiek-ideologisch niet zo geïnteresseerd”, zei Bouterse kort na zijn coup in 1980. Al kocht hij volgens eigen zeggen in Nederland enkele boeken van de Socialistische Uitgeverij Nijmegen (SUN) over derdewereldlanden.

Terug naar Suriname

Kort voor de onafhankelijkheid in 1975 keerde Bouterse met zijn gezin terug naar Suriname. Financieel was dat aantrekkelijk omdat militairen van Surinaamse afkomst een royale aanvulling vanuit Nederland kregen bovenop hun salaris. „Zuiver idealistisch”, noemde Bouterse zijn motieven zelf.

De coupplegers krijgen in 1980 aanvankelijk veel steun. Directe aanleiding voor de coup van zestien sergeanten is een vakbondsconflict: de arrestatie van leiders van de niet erkende militaire bond – opgericht naar Nederlands voorbeeld. Minstens zo belangrijk is onvrede over economische malaise en vriendjespolitiek onder regeringen van de ‘oude’ etnische partijen. „Niemand hoeft mij te komen vertellen wat pinaren [armoede lijden] is”, zegt Bouterse een jaar na de coup, wanneer hij vertelt over zijn administratieve baan als jongeman op suikerplantage Mariënburg waar hij nog met koloniale verhoudingen kennismaakt.

Den Haag geeft de coupplegers het voordeel van de twijfel. De door militairen geïnstalleerde burgerregering krijgt een half miljard gulden (227 miljoen euro) ontwikkelingshulp. Het kabinet komt ernstig in verlegenheid als blijkt dat de Nederlandse militaire attaché contacten met de coupleiders onderhield.

‘Contant’ terugbetalen

Maar de legertop ontpopt zich tot een junta. Bouterse laat zich souffleren door een handjevol links-radicalen, vaak opgeleid aan Nederlandse universiteiten. De couppleger is ook steeds meer in zijn rol gaan geloven. Hij verkeert met leiders als Fidel Castro, maar in een land waar etnische afkomst belangrijker is dan sociale klasse, slaat zijn revolutionaire retoriek niet aan.

Door perscensuur en avondklok groeit de onvrede. Een tegencoup in maart 1982, die op veel sympathie kan rekenen, mislukt maar net. Eind 1982 staat Bouterse tegenover een massale volksbeweging van alle belangrijke maatschappelijke organisaties. Zij eisen verkiezingen, zoals was beloofd. Groot is de vernedering wanneer hij door een politieke staking bij het elektriciteitsbedrijf de premier van Grenada, zijn vriend Maurice Bishop, bij kaarslicht moet ontvangen. Op een bijeenkomst met revolutionairen, onder wie Bishop zelf, waarschuwt een hysterische Bouterse dat hij de leider van vakcentrale Moederbond, Cyrill Daal, ‘contant’ zal terugbetalen.

Lees ook

Suma no sutu o k’ba (Wie niet schiet wordt afgemaakt)

Suma no sutu o k'ba  (Wie niet schiet wordt afgemaakt)

Ruim een maand later is Daal een van de slachtoffers van de Decembermoorden. Onder de vijftien prominente opposanten die op 8 december in Fort Zeelandia worden mishandeld en vermoord, zijn ook advocaten, universiteitsdocenten en journalisten. Op tv verklaart Bouterse dat de vijftien een coup beraamden en bij een ontsnappingspoging zijn omgekomen. Niemand gelooft hem. Een video waarin journalist en ex-minister André Kamperveen vlak voor zijn executie aan de naast hem gezeten Bouterse een coupcomplot ‘bekent’, wordt niet op tv vertoond omdat het slachtoffer te zichtbaar is toegetakeld. In het Decembermoordenproces, decennia later, is de video een van de bewijsstukken.

In overheidsgebouwen hangt voortaan het stralende portret van de ‘Leider van de Revolutie’. „Mijn rol ligt op dit moment historisch vast”, zegt Bouterse in 1984 tegen journalist Willem Oltmans.

Na de verkiezingen in 1987 – onvermijdelijk door de economische ineenstorting, en verpletterend gewonnen door de ‘oude’ partijen – blijft Bouterse met z’n legertop de belangrijkste machtsfactor. Hij heeft zich met politieke en zakelijke vrienden dan al op grote schaal verrijkt door cocaïnehandel en corruptie. De dictatoriale macht wordt ook omgezet in economische macht.

Pablo Escobar

Bouterse is dan de onbetwiste leider van het Surikartel. Doel: doorvoer van cocaïne uit Colombia, via Nederland naar Europa, en naar de VS. Rechterhand Etienne Boereveen, tweede man in het leger, wordt in 1986 in Miami voor drugshandel veroordeeld.

Op Kerstavond 1990 is een telefoontje vanuit het militaire hoofdkwartier naar het presidentieel paleis voldoende om de burgerregering opnieuw weg te sturen. Volgens Nederlandse justitierapporten beschikten Braziliaanse autoriteiten over inlichtingen dat de coup is georkestreerd vanwege Colombiaans-Surinaamse drugsbelangen – ’s werelds grootste drugsbaron Pablo Escobar was enkele maanden eerder in Paramaribo gesignaleerd. Bouterse en Escobar hadden elkaar volgens politie-informatie en een later opgedoken ooggetuige al in 1983 persoonlijk in Paramaribo ontmoet om afspraken te maken over de cokehandel.

Drugsbelangen spelen ook een rol in de bloedige Binnenlandse Oorlog (1986-1992) met het Junglecommando van Marronleider Ronnie Brunswijk. Eind 1986 overweegt Den Haag – Ruud Lubbers is premier – militair ingrijpen, na een verzoek van de Surinaamse burgerpremier. De Binnenlandse Oorlog, die veel burgerslachtoffers eist, en de drugshandel hebben het land volkomen ontwricht. Velen vermoedden de hand van Bouterse achter verdwijningen en liquidaties, waaronder die van een belangrijke narcotica-inspecteur.

Slimme indiaan

„Deze slimme indiaan krijgen ze nooit te pakken”, zegt Bouterse in 1994. Maar achter het masker van bravoure en machismo gaan angst en gekwetste trots schuil. De Nederlandse justitie heeft dan net een gerechtelijk vooronderzoek naar Bouterses drugshandel aangekondigd. Drie jaar later kost die kwestie de ministers Hans van Mierlo (Buitenlandse Zaken, D66) en Winnie Sorgdrager (Justitie, D66) bijna de kop. Ze hadden ondanks een internationaal opsporingsbevel geweigerd Bouterse te laten aanhouden toen hij in Brazilië opdook.

Bouterse heeft intussen zijn eigen politieke organisatie opgericht: de Nationaal Democratische Partij (NDP). Vooral jongeren voelen zich aangetrokken door het multi-etnische karakter van de partij. Het maakt Bouterse in zekere zin tot een politiek vernieuwer. De partijleiding blijft echter vast in handen van de groep getrouwen – ex-militairen, politici en zakenlieden – die Bouterse al sinds de militaire periode omringen.

Voor deze nieuwe elite is de NDP – deels met crimineel geld gefinancierd – een lucratief vehikel naar het machtscentrum. In 1996 is het zover. Er zijn sterke aanwijzingen dat het presidentschap wordt ‘gekocht’ met smeergeld voor lokale afgevaardigden in de Verenigde Volksvergadering, waar het staatshoofd wordt gekozen. Politicus Bouterse en drugsbaron Bouterse, ze zijn niet meer los van elkaar te zien. Wegens zijn omstreden antecedenten acht Bouterse de tijd dan nog niet rijp zichzelf te kandideren: hij schuift vertrouweling Jules Wijdenbosch, een voormalige Amsterdamse gemeenteambtenaar, naar voren. Die wordt na een paar jaar door massaal protest tegen corruptie en wanbeleid gedwongen vervroegde verkiezingen uit te schrijven.

Een politieke wederopstanding van Bouterse houdt niemand dan nog voor mogelijk. Maar voor de oud-couppleger is herovering van de macht een noodzaak: het Openbaar Ministerie heeft, op verzoek van nabestaanden, een strafrechtelijk onderzoek naar de Decembermoorden geopend – net voor de verjaring in 2000.

Populisme à la Chávez

Bouterse bezit dan het charisma om de massa in beweging te krijgen. Dat heeft hij jarenlang kunnen cultiveren in het half-open theater van het NDP-partijcentrum, grappen makend, meeswingend op tropische ritmes, zijn tegenstanders ridiculiserend, soms intimiderend. In die typisch Surinaamse sfeer gedijt hij. Tot zijn zichtbare plezier klinkt er geregeld Bob Marley’s I shot the sheriff – een nauwelijks verhuld dreigement aan minister van Justitie Chandrikapersad Santokhi (‘Sheriff’), zijn grote politieke opponent, de man die het Decembermoordenproces voorbereidde en eerder als narcotica-inspecteur de drugsjacht op Bouterse leidde.

Bouterses bekering eind jaren negentig tot de ‘volkskerk’ Gods Bazuin wordt door menigeen gezien als een slimme zet: Suriname is een religieus land. Overal laat Bouterse zich zien. Zijn vriend Hugo Chávez, dan president van Venezuela en ook oud-couppleger, inspireert hem als populistisch leider.

Bouterse ziet zijn leidersrol nu in een populistische Latijns-Amerikaanse traditie. Voor het armere volksdeel telt zijn omstreden verleden nauwelijks. Zijn machismo past in de Surinaamse leiderschapscultuur, deels erfenis van een koloniaal verleden.

Bovendien is Bouterse, intussen opnieuw getrouwd, bereid iedere prijs voor het presidentschap te betalen. Na de parlementsverkiezingen in 2010 sluit hij een pact met zijn vroegere aartsvijand, Marron-politicus Ronnie Brunswijk. Zo weet hij zich bij de presidentsverkiezing in het parlement verzekerd van de benodigde tweederde meerderheid. Hij toont zich dan weer de opportunistische wakaman (hosselaar), steun vergarend door vriendjespolitiek en cliëntelisme.

Gevangene van verleden

Bouterse bleef echter de gevangene van zijn besmette verleden. Hij omringde zich nog steeds met vertrouwelingen van vroeger: lotgenoten die elkaar niet afvallen omdat ze teveel weten van elkaars (niet zelden criminele) verleden. Loyaliteit wordt gekocht, met drugs- en goudconcessies, lucratieve functies en overheidsopdrachten.

Lees ook

Suriname: een regering van dieven

Desi Bouterse (rechts)  en CEO van Newmont Gary J. Goldberg (links) verklaren de goudmijn in het oosten van Suriname voor geopend.

Van de beloofde „kruistocht tegen corruptie” kon nooit sprake zijn. Corruptie is juist onderdeel van Bouterses overlevingsstrategie. Als de minister van Openbare Werken, vertrouweling sinds de militaire periode, na gedetailleerde mediaberichten over smeergelden niet anders kan dan aftreden, benoemt Bouterse hem meteen tot zijn raadsadviseur en campagneleider. „Bouterse werkte alleen met mensen van wie hij honderd procent zeker was”, aldus een oud-minister uit zijn kabinet. Onder hen dochter Peggy en zoon Dino. De laatste wordt in 2013 op last van de VS in Panama gearresteerd wegens drugshandel en terrorisme.

Dat Bouterse in 2015 wordt herkozen, is vooral te danken aan een kostbaar sociaal programma, waarvoor de financiële middelen door scherp gedaalde goud- en olieprijzen ontbreken. De verkiezingszege is in feite ‘gekocht’ door de man die door zijn partij wordt aangeprezen als „door God uitgekozen om het land te leiden”. Pas na de verkiezingen erkent Bouterse dat de economie er slecht voorstaat, na eerst het tegenovergestelde te hebben beweerd. De bevolking betaalt de prijs voor de instorting van de economie. Bouterses naar het buitenland gevluchte minister van Financiën krijgt later bij verstek twaalf jaar cel wegens corruptie en lidmaatschap van een criminele organisatie.

Onder de Surinamers is dan weinig meer over van de steun voor de man die had gezegd een ‘volkspresident’ te willen zijn. Dezelfde man die in een speech op het Onafhankelijkheidsplein tegenstanders van de omstreden amnestiewet in 2012 – die hem moest vrijwaren van vervolging voor de Decembermoorden – toeschreeuwt dat ze „vijanden van het volk” zijn.

In 2017 eist de openbare aanklager twintig jaar cel tegen Bouterse, die zich „na kalm beraad en rustig overleg” met anderen „de hoedanigheid van rechter en beul” had aangemeten. In november 2019 vonnist de Krijgsraad conform de eis.

Bouterse heeft tijdens zijn loopbaan zijn droom gerealiseerd: de verkiezing tot president van de Republiek Suriname. Maar het streven om een volksleider à la Pengel te worden moest wel op een desillusie uitlopen voor de man die ook voor zijn omgeving altijd iets ondoorgrondelijks en raadselachtigs heeft gehouden. Op sociale media wordt door een deel van de jongeren de spot gedreven met de ex-coupleider als een anachronisme uit de vorige eeuw. In 2020 volgt de verkiezingsnederlaag tegen zijn eeuwige rivaal Chan Santokhi.

De mythe van Bouterse als de spin Anansi, die bij een deel van de bevolking ooit bewondering oogstte, was bij verreweg de meeste Surinamers uitgewerkt. Niet bij zijn partij. Dit jaar benoemde de NDP hem tot erevoorzitter.

Dit is een geactualiseerde en aangepaste versie van een eerder gepubliceerd profiel over Desi Bouterse dat op van 20 december 2023 werd gepubliceerd.