Wil Rusland groter deel van Oostzee?

In Europese landen is woensdag verontrust gereageerd nadat op de website van het Russische ministerie van Defensie een resolutie werd gepubliceerd om eenzijdig de zeegrenzen in de Oostzee aan te passen. Rusland zou zich volgens die resolutie meer territoriale wateren toe-eigenen door de afstand vanaf waar die gelden tot de kust te ‘updaten’.

De coördinaten vanaf waar de territoriale wateren op dit moment zijn vastgelegd, zijn in 1985 overeengekomen. Het ministerie van Defensie schreef dat dit gebeurde op basis van gegevens uit het midden van de twintigste eeuw, en dat die data „niet volledig overeenkomen met de moderne geografische situatie”.

Zweden vreest dat Rusland zijn oog heeft laten vallen op het eiland Gotland. „Wie Gotland beheerst, controleert de Oostzee”, zei Micael Bydén, de opperbevelhebber van de Zweedse strijdkrachten, „Dit zou het einde betekenen van de vrede en stabiliteit.”

Het Kremlin liet woensdagochtend tegenover Reuters nog weten dat het voorstel „niet politiek” is, maar dat „de spanning toeneemt” in het gebied en „relevante stappen” genomen moeten worden om de „veiligheid te garanderen”. Gelijktijdig lekte via ‘anonieme bronnen’ op Russische staatspersbureaus uit dat het Kremlin níet van plan was de maritieme grenzen te verleggen. De verwarring was compleet toen enkele uren nadat het nieuws bekend werd, de resolutie weer offline werd gehaald.

In de Oostzee grenzen de territoriale wateren van NAVO-lidstaten Zweden, Finland, Litouwen en Estland aan die van Rusland. Zeegrenzen zijn vastgelegd in het VN-Zeerechtverdrag, benadrukte de Finse minister van Buitenlandse Zaken Elina Valtonen. Die organisatie is ook belast met het eventuele herzien van zeegrenzen, wat alleen gebeurt wanneer hierover consensus bestaat onder de betreffende landen.

„Het is de moeite waard in herinnering te brengen dat het creëren van verwarring ook een element is van hybride beïnvloeding”, schreef Valtonen op sociale media. „Finland is niet verrast.” Het Litouwse ministerie van Buitenlandse Zaken noemde het voorstel een „opzettelijke, gerichte provocatie met als doel het intimideren van de buurlanden en hun samenlevingen.” De regering in Berlijn stelde de situatie „nauwgezet in de gaten” te houden, maar zei ook dat de precieze implicaties nog onduidelijk zijn.

Ruimtewapen

Rusland laat zich flink gelden deze week. In het grensgebied boven de Oekraïense stad Charkiv zijn de Russische strijdkrachten bezig aan een verwoestende opmars die de bevolking op de vlucht doet slaan. Dinsdag heeft het land bovendien een simulatie uitgevoerd van de inzet van tactische nucleaire wapens, in het zogeheten Zuidelijke Militaire District van Rusland, het gebied rondom Krasnodar.

Woensdag beschuldigde het Pentagon Moskou ook van het lanceren van een ‘ruimtewapen’ – een satelliet die in staat zou zijn andere satellieten aan te vallen en zich in dezelfde baan om de aarde zou bevinden als een Amerikaanse overheidssatelliet. Rusland heeft niet op de aantijging gereageerd. Wel beschuldigen de twee grootmachten elkaar in de VN al weken van het ‘militariseren van de ruimte’.


Geen water, stroom of veiligheid – in township Inanda in Zuid-Afrika is het geduld met het ANC op

Hij schreeuwt, zwaait woest met zijn armen. „Wacht, wacht, nog niet gaan!” De grote witte tankwagen was net in beweging gekomen, maar komt nu piepend en krakend weer tot stilstand. Uit alle zandweggetjes die naar de geasfalteerde verkeersader leiden komen mensen gerend, emmers in de hand. In de tankwagen zit water. Met een dikke witte slang die onder de wagen hangt, vult Siyabonga Mwgadi (44) zijn emmers. Boos, nog steeds. „Het is al erg genoeg dat we op deze manier ons water krijgen”, zegt hij gehurkt, vanonder de wagen. Vrouwen met kleine kinderen op de arm die in dezelfde benarde positie water tappen, grommen instemmend. „Maar geef ons dan wel de tijd.”

Dit is Inanda, een grote township bij de Zuid-Afrikaanse havenstad Durban. Hier wonen naar schatting zo’n 160.000 mensen. Verkiezing na verkiezing stemden de inwoners van Inanda in grote meerderheid op het African National Congress, de partij die Zuid-Afrika deze maand precies dertig jaar leidt. Het was hier waar ANC-leider Nelson Mandela op 27 april 1994 bij de eerste democratische verkiezingen zijn stem uitbracht. Dat deed hij in de school die in 1901 gesticht is door de eerste voorzitter van de latere bevrijdingsbeweging ANC, John Dube. Na het uitbrengen van zijn stem liep Mandela naar het graf van Dube, net achter het schoolgebouwtje. „Ik ben hier gekomen om u te melden, meneer de voorzitter, dat Zuid-Afrika nu vrij is”, sprak hij gedragen. Het waren de symbolische jaren, de hoopvolle jaren ook. Mandela werd na de verkiezingen de eerste zwarte president van Zuid-Afrika.

Nu is de stemming omgeslagen. Het geduld is op, zeggen veel bewoners van Inanda. Voor het eerst zou het ANC bij de parlementsverkiezingen van 29 mei onder de 50 procent uit kunnen komen en dus in een coalitie moeten regeren. De uitslag van de provincie rond Durban, KwaZulu-Natal, zal door de opkomst van de hier populaire MK-partij van oud-president Jacob Zuma bepalend zijn. Net als vijf en tien jaar geleden is ‘service delivery’, de levering van basisdiensten als water, stroom en veiligheid het grote thema.

„Dertig jaar heeft het ANC de tijd gehad om onze levens te verbeteren”, zegt de nogal magere Ayanda Dludla (32). „En kijk nou!” Ze wijst naar de krotten langs de straat, naar de mensen met de emmers. Mwgadi: „Dit is geen waardig leven.”

Het officiële werkloosheidscijfer in Zuid-Afrika ligt op 33 procent, meldde statistiekbureau StatsSA afgelopen week. Daarin zijn de mensen die opgehouden zijn met werk zoeken niet meegerekend – anders komt het cijfer nog veel hoger uit.

In Inanda draaien ze de uitleg van de statistieken sowieso om: slechts 30 procent van de mensen heeft hier wél werk. De rest zit thuis, zoals Siyabonga Mwgadi. Tot Covid werkte hij in de bouw, vertelt hij. Daarna stortte de lokale economie helemaal in. Nu werkt hij nog slechts aan zijn eigen huisje. Op goede dagen, zegt hij, bakt hij zo’n tien bakstenen. Een paar keer per week rent hij naar de weg als de watertruck langskomt. Sinds oktober, zegt hij, komt er geen druppel water meer uit de kraan. „Ik zou niet eens tijd hebben voor een echte baan”, lacht hij. „Dan mis ik het watermoment.”

Inanda is „een microkosmos die symbool staat voor het hele land”, meent democratie-activist Mbali Ntuli. Een aantal jaren geleden probeerde ze hier een eerste afdeling van de grote centrum-rechtse oppositiepartij Democratic Alliance op te zetten. Maar dat bleek iets te vroeg. De steun voor het ANC bleef groot. Nu werkt ze met haar organisatie Ground Work Collective aan de mobilisatie van kiezers en verkiezingswaarnemers.

„Het ANC heeft veel mensen teleurgesteld. Ze dachten dat ze er al die jaren na de apartheid beter voor zouden staan. Mensen zitten thuis: ouders en kinderen zitten elkaar werkloos aan te staren.” Wat opvalt, zegt ze: veel jongeren geven nu niet meer de driehonderd jaar kolonialisme of bijna vijftig jaar geïnstitutionaliseerde apartheid de schuld. „Ze zijn gedesillusioneerd geraakt en haken af. Ze haten politieke partijen en politici. Democratie is voor hen iets abstracts geworden.” Uit recent onderzoek van AfroBarometer blijkt dat 67 procent van de jonge Zuid-Afrikanen bereid is democratie in te ruilen voor een ongekozen regering die voor werkgelegenheid zorgt. „Dat is extreem zorgelijk”, vindt Ntuli.

Siyabonga Mwgadi bij de vervuilde Ngoqokazi-rivier achter zijn huis. De rivier doet bij gebrek aan leidingwater ook dienst als toilet.
Foto Peter Vermaas

Eigen initiatief

Een zware wolk sleept zich over de groene maar dichtbebouwde heuvels van KwaZulu-Natal. Duizenden huisjes, meest krotten, zijn in nevelen gehuld. Het miezert. „Je kunt niet zeggen dat hier geen water is”, zegt Si-yabonga Mwgadi gevat. „Het valt uit de lucht, het stroomt door de rivier. Maar het komt niet meer uit de kraan.” De door achterstallig onderhoud toch al onbetrouwbare waterinfrastructuur stortte helemaal in na overstromingen in de regio in september.

Met twee volle emmers kruipt hij onder de tankwagen vandaan. In draf loopt hij naar zijn huis-in-aanbouw, een paar honderd meter verderop. Trots wijst hij op het deels verharde pad. „Als de overheid de weg niet verhardt, dan doe ik het zelf wel.” Mwgadi inde 100 rand per huishouden (nu ongeveer 5 euro) en kocht zakken cement waarmee hij het modderweggetje een stabielere toplaag gaf. Dat loopt net iets beter, en geeft minder viezigheid. Eigen initiatief, zegt hij, om de regering te omzeilen: „Je kunt de dingen soms beter zelf doen.”

Demonstratief draait hij een kraan open in het collectieve toiletgebouw dat in het straatje staat. Het ziet er netjes uit: er zijn ook douches en wc’s, zoals op de camping. Maar uit de kraan ontsnapt alleen wat lucht. „We hebben het gemeenteraadslid dat onze wijk vertegenwoordigt meermaals gebeld, maar hij doet niets”, zegt de buurvrouw. Dat gemeenteraadslid is van het ANC. Hij wil ondanks herhaalde pogingen NRC niet te woord staan.

De situatie hier is verre van uniek. Door een fatale mix van verouderde infrastructuur, corruptie en wanbeleid stort in Zuid-Afrika de dienstverlening van soms hele gemeentes in. De watercrisis treft vrijwel iedereen. Veel meer Zuid-Afrikanen dan in 1994 hebben nu toegang tot schoon drinkwater: het percentage steeg volgens de Verenigde Naties van 60 naar meer dan 90 procent – een getal dat het ANC in verkiezingstijd graag onder de aandacht brengt. Maar dat is de theorie. Want zowel armere als rijkere wijken zitten geregeld langere tijd zonder water.

Door de lekkende infrastructuur gaat veel verloren: nationaal meer dan de helft van het gezuiverde water, bleek uit recent overheidsonderzoek. In Durban, waar Inanda onder valt, is het probleem het grootst: 58 procent van het drinkwater bereikt geen enkele betalende klant. En zoals altijd in Zuid-Afrika zijn er dan handige jongens die profiteren. Hier in KwaZulu-Natal is volgens waterwetenschapper Anthony Turton, hoogleraar aan de Universiteit van de Vrijstaat, een „watertank-maffia” actief: bedrijven die bewust het waternet saboteren om hun contracten voor het leveren van noodwater met gemeenten te kunnen verlengen.

De watercrisis komt bovenop de stroomcrisis. Elektriciteit was in Zuid-Afrika de laatste drie jaar op rantsoen. Alleen omdat de verkiezingen eraan komen, zeggen mensen hier in Inanda, is het licht al langer dan een maand niet uit geweest. Daarin praten ze de populistische oppositiepoliticus Julius Malema na. Die herhaalt, toespraak na toespraak, dat op „30 mei, 12 uur ’s nachts”, daags na de verkiezingen, de zogenoemde ‘load shedding’, het per wijk georganiseerd uitschakelen van de stroom, weer terug zal zijn. De regering van president Cyril Ramaphosa ontkent dat en zegt dat een herstelprogramma bij het onder zijn voorganger Jacob Zuma (2009-2018) leeggeplunderde nationale elektriciteitsbedrijf Eskom vruchten begint af te werpen.

Wat ook helpt is dat veel bedrijven en vermogende Zuid-Afrikanen het stroomtekort hebben aangegrepen om in no-time over te stappen op zelf gegenereerde zonne-energie. Opnieuw eigen initiatief. Wie het kan betalen koos eerder al voor privaat onderwijs, voor private gezondheidszorg of voor private beveiliging. Op het platteland en in townships vormen bewoners burgerpatrouilles, omdat de politie de veiligheid niet kan garanderen. Daar komen de nutsdiensten nu bij: alles om minder afhankelijk te worden van de op vele fronten falende overheid. Zuid-Afrikanen regelen het zelf wel.

Inwoner Siyabonga Mwgadi (44): „Dit is geen waardig leven”.

Foto’s: Peter Vermaas

‘Red Zuid-Afrika’

Maar het is verkiezingstijd en aan alle stroommasten en lantarenpalen langs de wegen hangen kleurrijke posters van de vele politieke partijen die het allemaal anders willen doen. „Laten we meer doen, samen”, staat op de dominante gele ANC-poster met Ramaphosa erop. Er zijn posters van de vooral in deze provincie populaire Inkatha Freedom Party. Partijleider Mangosuthu Buthelezi overleed vorig jaar, maar de Zulu-prins staat nog wel op de affiches – officieel als eerbetoon. Ook de grootste oppositiepartij van Zuid-Afrika, de overwegend witte Democratic Alliance, probeert hier kiezers te trekken: „Red Zuid-Afrika” staat op de posters.

Vraag je het de mensen, dan komt geen van deze partijen in aanmerking. Juist hier in KwaZulu-Natal, waar Zuma zijn roots heeft, verwacht de nieuwe door hem opgerichte partij uMkhonto we Sizwe (MK) veel stemmen te halen. Zuma werd in 2018 door zijn eigen partij afgezet na jaren van duizelingwekkende corruptie die de staat verder uitholde. Met zijn nieuwe populistische partij, die de naam draagt van wat de gewapende tak van het ANC was, wil hij revanche. En veel mensen hier, Zulu’s zoals hij, steunen hem. „Toen hij president was kwam er tenminste water uit de kraan”, zegt ook Siyabonga Mwgadi. „Hij is iemand die echt geeft om mensen.”

Dat beaamt Mbali Nyawose (27), die in het winkelcentrumpje even verderop een kruidenwinkel bestiert. „Spices for Africa”, staat er op de gevel. Achter de toonbank grote zakken curry en kruidenmixen voor alle mogelijke vleesvarianten. „Niemand is perfect, ook Zuma niet”, zegt ze giechelend. „Maar hij is wel iemand in wie ik me herken. Hij is een mens, hij toont menselijkheid.” Anders dan Cyril Ramaphosa, benadrukt ze. Die ex-zakenman „denkt alleen maar aan geld”. De meeste mensen hier, zegt ze, steunen Zuma en gaan voor hem door het vuur. „Ze willen vooruitgang zien.”

Dat bleek in juli 2021, toen Zuma naar de gevangenis moest. Zijn aanhangers gingen plunderend door de straten. Van de Dube Village Mall, waar Nyawose haar kruiden verkoopt, was weinig meer over. Het geweld sloeg over op andere steden. Zeker 354 mensen kwamen om het leven. „Mensen waren boos omdat ze achter Zuma aan zaten. En criminelen profiteerden daarvan”, analyseert Nyawose. „Ze dachten niet na over de consequenties.” Want de winkels waren twee jaar gesloten, honderden banen gingen verloren, het schaarse brood werd duurder. „Veel mensen lijden nog steeds”, zegt ze.

Volgens haar hebben de mensen ervan geleerd. „Nee, er zal hier niet meer geplunderd worden”, zegt ze. Maar kopstukken van Zuma’s partij hebben wel weer gedreigd met geweld. Als het ANC en de kiescommissie blijven proberen om MK uitgesloten te krijgen van verkiezingsdeelname, komen er „rellen zoals dit land ze nog nooit gezien heeft”, zei Visvin Reddy, nummer 9 op Zuma’s kandidatenlijst, begin april. „Geen Zuid-Afrikaan zal naar de stembus gaan als MK niet op het stembiljet staat.”

De man die ervan verdacht wordt de rellen in 2021 aangesticht te hebben, Bonginkosi Khanyile, was tot vorige maand de jongerenleider van Zuma’s MK. Hij is inmiddels uit de partij gezet. In een provincie waar rond politiek de vlam vaker in de pan slaat, is de vrees voor nieuw politiek geweld daarom groot.

Erfenis van Mbeki

Zuma’s partij wil de grondwet afschaffen en een groot deel van de economie nationaliseren teneinde, naar eigen zeggen, de nog altijd zo ongelijk en grotendeels langs raciale lijnen verdeelde rijkdom eerlijker te spreiden: de werkloosheid onder zwarte Zuid-Afrikanen is veel hoger dan onder Indiërs, zogenoemde coloureds (van gemengde afkomst) of witte Zuid-Afrikanen.

Dat sommige mensen in Inanda, ondanks de overduidelijke afbraak van de overheid denken dat het onder Zuma beter was dan nu onder Ramaphosa, is voor Mbali Ntuli, van Ground Work Collective wel te verklaren. „Zuma erfde van president Thabo Mbeki een tamelijk stabiel land, terwijl Ramaphosa nu nog met alle ellende van de afbraakjaren onder Zuma kampt. Zuma is bovendien een geweldige verhalenverteller. Zelfs ik word betoverd als hij praat. Hij klinkt heel geloofwaardig als hij vertelt wat er allemaal mis is gegaan en hoe het ANC hem het werken onmogelijk heeft gemaakt.” Hij is bovendien aanraakbaar. „Anders dan Ramaphosa en andere ANC-leiders gaat Zuma nog steeds naar de mensen toe.”

Politiek moet over machtsrelaties gaan, maar in Zuid-Afrika gaat politiek slechts om overlevenXolani Dube politiek analist

Maar ook voor Zuma geldt dat hij tot de elite behoort, zegt politiek analist Xolani Dube. De herverdeling die Zuma voorstelt is volgens hem een voorwendsel; in werkelijkheid wil Zuma vooral zichzelf verder verrijken. „We hebben het slecht getroffen met onze politici: ze zijn zelden geworteld in de samenleving, hebben nooit een andere baan gehad dan politiek.” Dat verklaart voor een deel, zegt hij, dat zoveel overheidsdiensten instorten. „Ze hebben geen vak geleerd, ze hebben geen idee hoe ze dingen moeten organiseren.” Hij maakt een vergelijking die je in dit land gewaagd zou kunnen noemen. „Toen de Afrikaners [nakomelingen van vooral West-Europese kolonisten] in 1948 aan de macht kwamen, hadden ze dertig jaar nodig om van Zuid-Afrika een volledig geïndustrialiseerde samenleving te maken. Ze hadden een plan. Waar is het plan van de native Zuid-Afrikaan?”

Dube wilde afspreken bij een sjieke koffietent in een glimmend winkelcentrum in een villawijk van Durban. Een safe space zegt hij zelf, ver van de krotten van Inanda. „Er is een witte wereld en een zwarte wereld. Er is een wereld van de gedoemden en van de verlosten.” Hij neemt een slok van zijn cappuccino. „In Inanda wonen de gedoemden. En die trappen er steeds weer in.” Want verkiezingen, zegt hij, zouden niet over basisvoorzieningen als water, stroom en veiligheid moeten gaan. „Dat zijn mensenrechten, die zelfs in een VN-verdrag zijn opgenomen. Mensen hebben er gewoon recht op. Politiek moet over machtsrelaties gaan, maar in Zuid-Afrika gaat politiek slechts om overleven.”

Nelson Mandela brengt in 1994 zijn stem uit in Ohlange High School in Inanda.
Foto John Parkin/AP

Een vrij land

Terug naar de township. Het is nog vroeg in de ochtend als grote groepen leerlingen in blauwe spencertjes naar Ohlange High School sjokken. Er hangt een frituurlucht, de lunch wordt alvast klaargemaakt. De middelbare school waar Nelson Mandela in 1994 voor het eerst van zijn leven mocht stemmen is nog steeds in gebruik, er zitten zo’n 1.500 leerlingen op. Soms zitten er in één klaslokaal wel tachtig. Maar het is ook een museum – een van de vele die het wonder van de geweldloze machtsovername na de apartheid memoreren. Aan een elektriciteitsmast pal voor de school hangt een ANC-poster.

Gids Kaya Nzamba (49) leidt bezoekers rond. Hier staat de stembus uit 1994. Dáár, voor zijn voormalige huis, zit in brons de stichter van de school: schrijver, krantenuitgever en ANC-oprichter John Langalibalele Dube (1871-1946).

Je kunt nu echt alles zeggen hier. Ook dat je geen ANC meer wil stemmenKaya Nzamba gids

Het was de eerste school voor zwarte Zuid-Afrikanen die door zwarte Zuid-Afrikanen zelf opgericht is en bestuurd werd, vertelt Nzamba. De Zulu Christian Industrial School, was de naam toen nog. „Als je een school wilde, dan kon je het beter zelf regelen”, zegt hij naast een korrelige zwartwit-foto van een strak in het pak zittende Dube. „Hij deed dat.”

Bij een manshoge foto van Mandela staat opnieuw die beroemde tekst, over hoe hij hier in 1994 bij het graf van Dube kwam vertellen dat Zuid-Afrika nu vrij was. „Ja, dit is echt een vrij land”, beaamt Nzamba. Hij somt de successen van het ANC op: de huizen voor de allerarmsten, gratis onderwijs voor iedereen. En dan: „Je kunt nu echt alles zeggen hier. Ook dat je geen ANC meer wil stemmen.”


Nieuwe coalitie wil alleen het Europese beleid waar zij zin in heeft, maar kan dat wel?

De laatste keer dat het in Brussel over nieuwe ‘opt-outs’ ging, herinnert iedereen zich nog goed: dat was in aanloop naar Brexit. Voorafgaand aan een referendum over EU-lidmaatschap wilde toenmalig premier David Cameron nieuwe uitzonderingen op EU-regelgeving voor zijn land bedingen.

Na moeizame onderhandelingen kregen de Britten begin 2016 uiteindelijk een nieuwe ‘noodrem’, waarmee ze in een crisissituatie arbeidsmigranten sociale rechten konden ontzeggen. Het kon niet verhinderen dat een meerderheid van de Britse bevolking later dat jaar vóór EU-uittreding stemde.

Het verklaart: met ‘opt-outs’ heeft de Europese Unie geen beste ervaringen. „Je kúnt niet zomaar ‘opt-outen’ van EU-wetgeving”, legde een woordvoerder van de Commissie donderdag met nauwelijks verholen irritatie aan journalisten uit, gevraagd naar een wens uit het coalitie-akkoord in Den Haag. In aanloop naar Brexit kreeg de Britse regering al jaren felle kritiek van andere lidstaten, dat ze onrealistische verwachtingen wekte van wat ze aan concessies kon afdwingen, aan cherry picking deed en een ‘Europa à la carte’ nastreefde.

Wil de nieuwe Nederlandse coalitie ook zo’n ‘Europa à la carte’? In het woensdag gepresenteerde ‘hoofdlijnenakkoord’ benadrukken PVV, VVD, NSC en BBB binnen de EU een „constructieve partner” te willen blijven. Maar kijk je naar de wensen, dan lijken ze vooral flink te rekenen op constructiviteit van ánderen in Europa. En de wensen zouden zomaar net zo onrealistisch kunnen zijn als die van de Britten.

Lees ook
Na zes maanden formeren: de plannen van de nieuwe coalitie

Na zes maanden formeren: de plannen van de nieuwe coalitie

Naast een ‘opt-out’ op migratiebeleid wil Nederland onder meer ook uitzonderingen op mestregels, beschermde Europese natuur afstoten, het pulsvisverbod terugdraaien en minder gaan betalen aan de Europese begroting. Voor een coalitie van partijen met een sterke eurosceptische ondertoon verwacht men zo eigenlijk opvallend veel van Brussel.

Europa inzetten

Een flinke dosis eigen belang is geen land in de EU vreemd en natuurlijk is elke lidstaat in Brussel ook vooral bezig zijn eigen belang veilig te stellen. Maar de manier waarop de nieuwe coalitie Europa instrumentaliseert, valt wel op. Het kabinet-Rutte I, gedoogd door de PVV van Geert Wilders, was ook uitgesproken eurosceptisch, maar uitte dat in de wens zo weinig mogelijk met Brussel te maken te hebben. Nu rekent een nieuw kabinet er juist op dat Brussel bij allerlei wensen gaat helpen.

Het laat zien dat de oude tegenstelling ‘voor’ of ‘tegen’ Europa niet zomaar opgaat. Eerder liet de Italiaanse premier Giorgia Meloni al zien hoe je Brussel goed kunt gebruiken om een eigen rechts-radicale agenda, in haar geval op migratie, uit te rollen. Ze kon invloedrijk worden in Europa omdat ze zich hield aan bepaalde randvoorwaarden: pro-Oekraïne en anti-Kremlin, pro-NAVO en pro-Amerika en slechts mild kritisch over de EU.

Zal het nieuwe Nederlandse kabinet het ook zo vergaan? De steun voor Oekraïne en NAVO staan onvoorwaardelijk in het coalitieakkoord en nergens wordt een ramkoers met Brussel voorgesteld. Op bepaalde punten is het Europese beleid de afgelopen maanden bovendien al flink naar rechts opgeschoven: met een streng nieuw migratiepact, het schrappen van natuurregels en het versterken van de defensieindustrie.

Daarbij kan Europees radicaal-rechts de komende tijd ook buiten Nederland aan invloed winnen. Bijvoorbeeld bij de verkiezingen voor het Europees Parlement begin juni, en tijdens aanstaande verkiezingen in België en Oostenrijk. Met het akkoord laten de vier partijen nu ook zien: met dit Europa voor ogen gaan wij de EU-verkiezingen in. En je kunt je afvragen: past een nieuw Nederlands kabinet niet juist uitstekend binnen dat nieuwe Europa?

Dat is niet uitgesloten. Maar voor invloed in Europa is tegelijk méér nodig dan meesurfen op een rechts-radicale golf. Daarvoor is een duidelijk idee over de richting van Europa en de thema’s die Europa bezighouden ook van belang.

Dat blijkt nog niet erg uit het woensdag gepresenteerde akkoord. In een tijd waarin er oorlog woedt op het Europese continent, de dreiging van Poetin toeneemt, de risico’s in de verhouding tot China groeien en de kans op een openlijk vijandige nieuwe Amerikaanse president niet gering is, hebben de partijen het zelfs uitgesproken weinig over de wereld buiten Nederland. Terwijl overal in de EU wordt nagedacht over het versterken van Europa, wordt dat nergens in dit akkoord genoemd: louter het versterken van de eigen grenzen.

Lees ook
Russen, rechtsstaat, radicaal-rechts. Alles over de Europese verkiezingen

Russen, rechtsstaat, radicaal-rechts. Alles over de Europese verkiezingen

Is het desinteresse? Juristen wezen er donderdag al snel op dat in elk geval de manier waarop de partijen de ‘opt-out’ over migratie willen regelen, niet klopt. En wil je invloed hebben op de Europese migratiekoers, dan helpt een dreigement je te gaan onttrekken aan nét overeengekomen nieuw beleid niet bijzonder veel. Temeer omdat bij dat migratieakkoord juist de langlopende tegenstellingen tussen zuid en noord waren overbrugd over wie de zwaarste lasten draagt. In de Duitse krant Bild noemt Bondsdaglid van de rechtse CSU Andrea Lindholz (53) het alvast „niet oké” dat de „regering-Wilders” maatregelen neemt „ten koste van de andere EU-staten”, vooral omdat Duitsland vorig jaar „bijna twee keer zoveel asielaanvragen” had per hoofd van de bevolking. De opmerking van Wilders, na afloop van de presentatie donderdag, dat hij hoopt dat door de harde Nederlandse maatregelen asielzoekers „maar naar Duitsland of nog een ander land gaan”, zal daar ook niet goed gevallen zijn.

De nieuwe coalitie stelt zich ook direct geharnast op in twee discussies die elders in Europa als zéér belangrijk worden gezien: die over EU-uitbreiding en het vergroten van de Europese financiële capaciteit. Tegenover dat eerste staan de partijen „zeer kritisch”, aan dat laatste willen ze fors minder gaan bijdragen.

Verliezersstrategie

Beiden zijn weliswaar geen nieuwe stellingnames van Nederland. Maar je direct zo weinig flexibel opstellen, geeft je ook niet erg veel krediet in de nieuwe onderhandelingen. En zeker als het om de Europese financiën gaat, zeggen analisten nu al: je daar zó hard tegen verzetten is een verliezersstrategie.

Het wensenlijstje waarmee Nederland straks naar Brussel komt, zal om al die redenen niet direct goed vallen. Voor de Commissie is het sowieso strategisch niet handig om een nukkige, radicaal-rechtse coalitie al te veel tegemoet te komen – om geen positief precedent te scheppen. En waar Nederlandse bewindspersonen, diplomaten en Europarlementariërs de afgelopen jaren relatief invloedrijk konden worden, is het de vraag hoe dat nu verder zal gaan.

Bijvoorbeeld omdat de liberale partijfamilie van de VVD donderdag al direct haar „totale afkeuring en diepe bezorgdheid” over het akkoord uitte. De Franse fractievoorzitter Valérie Hayer benadrukte op X dat „compromissen met extreemrechts nooit acceptabel zijn”. Net als andere liberale partijen vrezen de Franse liberalen van de partij van president Emmanuel Macron de associatie met radicaal rechts in eigen land, zeker in aanloop naar de EU-verkiezingen. Dat de nieuwe samenwerking de invloed van VVD’ers in die machtige partijfamilie zal schaden, is zeer waarschijnlijk.

Lees ook
Interview met Valérie Hayer: ‘Er kan geen samenwerking zijn met extreemrechts in Europa’

Valérie Hayer, lijsttrekker voor de liberale groep Renew in het Europees Parlement, op 23 april in Straatsburg.

Nog ingewikkelder krijgt straks de nieuwe premier het – of dat nu PvdA’er Ronald Plasterk wordt of iemand anders. „Zij of hij arriveert straks in Brussel mogelijk partijloos, of losjes verbonden aan de PVV en daarmee in elk geval zonder partijfamilie.” Bij zo’n familie kan een premier normaal gesproken voorafgaand aan EU-toppen terecht voor strategische overleggen en steun – zeker voor een nieuwe, onervaren premier van groot belang.

In de tweede helft van juni zijn er twee EU-toppen die over belangrijke zaken gaan: Europese topposities, de agenda voor de komende vijf jaar en de financiering van defensieplannen. Als de coalitiepartijen opschieten, zou dit de eerste test voor de nieuwe Europa-houding kunnen worden.


Lawrence Freedman: ‘Uit angst voor een kernoorlog was het Westen te voorzichtig in Oekraïne’

Na het einde van de Koude Oorlog verdween zijn voornaamste onderzoeksobject, de dreiging van nucleaire oorlogen, bijna drie decennia uit het publieke discours. Maar sinds de grootscheepse Russische invasie in Oekraïne in 2022 maken nieuwe generaties kennis met Sir Lawrence Freedman (75), historicus en emeritus hoogleraar War Studies aan King’s College in Londen.

Sinds Poetin zijn oorlog in het hart van Europa ontketende, zinspeelt hij regelmatig op nucleaire escalatie. Het heeft even geduurd, maar inmiddels zijn de VS, Europa en de NAVO in staat van paraatheid en begint een nieuwe westerse oorlogsindustrie op gang te komen. Terwijl propagandisten op de Russische staats-tv even open als nonchalant spreken over de vernietiging van Londen, Berlijn of Rotterdam worden in oost en west nucleaire doctrines herlezen en rijzen vragen over kernkoppen en de mogelijke verdediging daartegen.

Nucleaire afschrikking – deterrence – werkt, zegt Freedman via een Zoom-verbinding vanuit zijn met boeken gevulde werkkamer in Londen. „Poetin heeft er belang bij dat wij ons zorgen maken over de consequenties van directere betrokkenheid bij de oorlog, aan de zijde van Oekraïne. Hoe terughoudender we zijn met rechtstreekse steun aan Oekraïne, hoe beter voor hem. ”

Welke effect hebben zijn dreigementen gehad op westerse steun aan Oekraïne?

„Die waren zeker van belang. En begrijpelijk. De VS onder president Biden en de andere NAVO-landen willen geen kernoorlog riskeren. Maar dat risico is een zeer specifiek soort dreiging. Ik denk dat Poetin vrij consistent is geweest dat zijn kernwapens de NAVO afschrikken om rechtstreeks, schouder aan schouder, te vechten met de Oekraïners. Dat is niet gebeurd en het is nog steeds onwaarschijnlijk. Als er NAVO-militairen in Oekraïne komen zal het zijn voor trainingsdoeleinden of als adviseurs, niet om direct betrokken te raken in de strijd. Maar ik denk dat vooral de Amerikanen zichzelf hebben aangepraat dat als Amerikaanse wapens op Russisch grondgebied terechtkomen, ook al zouden die zijn afgevuurd door Oekraïners, er een gevaarlijke escalatie zou ontstaan. Zij zijn volgens mij uitgegaan van het ergste dat kon gebeuren, een kernoorlog, en hebben scenario’s bedacht die zo’n oorlog konden veroorzaken. In plaats van de huidige situatie te analyseren, en de mogelijkheden van Rusland en Oekraïne daarin, en verder zelf te bedenken wat het Westen kan doen om de oorlog zodanig te beïnvloeden dat de uitkomst in het voordeel van Oekraïne is. Dus ik denk dat we te voorzichtig zijn geweest – niet omdat ik het risico op een kernoorlog wil wegwuiven, maar omdat het alleen relevant is onder zeer specifieke omstandigheden.”

Welke omstandigheden zijn dat?

„Ik denk dat zelfs als de NAVO zou besluiten deel te nemen aan de oorlog aan Oekraïense kant, het nog steeds op geen enkele manier vaststaat dat dat zou leiden tot een kernoorlog, maar het zou iedereen zeker behoorlijk nerveus maken, omdat dan twee nucleaire machten in oorlog met elkaar zouden zijn. Dat Poetin geen NAVO-landen aanvalt, betekent óók dat nucleaire afschrikking werkt. Maar een kernoorlog ontstaat alleen onder de meest extreme voorwaarden. Niet omdat er iets onplezierigs gebeurt dat Poetin irriteert.”

Denkt u dat we sinds de inval in februari 2022 dichter bij een kernoorlog zijn gekomen?

„Ja, maar je moet het niet overdrijven. Er is een grote oorlog gaande in Europa, de situatie is gevaarlijker dan wanneer het allemaal kalm en vredig is. Het is duidelijk dat dingen zich op een onverwachte manier kunnen ontwikkelen. Het hangt af van één man.”

Lawrence Freedman in 2016.
Foto Getty

En is de kans op kernoorlog gedurende het conflict groter geworden?

„Ik denk dat er niet zo veel verschil is. Het belangrijkste doel van Poetin was voorkomen dat de NAVO rechtstreeks betrokken zou raken – daar is hij in geslaagd. Ik denk ook dat hij onder grote druk staat van bondgenoten als China om de nucleaire kwestie niet al te veel te overdrijven.

„De gedachte lijkt: hij heeft iets heel doms gedaan – Oekraïne binnenvallen – dus zou hij opnieuw iets heel doms kunnen doen, zoals een nucleaire oorlog beginnen. Maar in 2022 geloofde hij dat hij een weloverwogen risico nam. Die inschatting was fout. Maar het is heel helder wat de risico’s van een nucleaire oorlog zijn. Het is duidelijk wat de dreigementen hem opleveren, maar het is niet duidelijk hoe operationeel gebruik hem zou helpen.”

Is er een scenario denkbaar waarin Poetin een kleiner nucleair geladen wapen zou gebruiken, of een nucleair ‘ongeluk’ zou veroorzaken – zoals bij de reactor in Zaporizja – zonder dat dit tot een kernoorlog leidt?

„Dat kan. Er zijn allerlei manieren waarop dit niet tot een totale oorlog zou leiden, omdat iedereen nerveus zou zijn over de volgende stappen. Maar het zou een zinloze exercitie voor hem zijn. Het zou landen als China en India, die half sympathiseren met Rusland, heel erg alarmeren. Ook het Russische volk zou erg schrikken. Er zou iets mis kunnen gaan. Ik zie gewoon geen voordelen.

„Poetin heeft voldoende manieren om Oekraïne schade toe te brengen. De operationele voordelen van een nucleaire ontploffing zijn heel klein vergeleken met het politieke risico. Bovendien zou dan niets de NAVO er nog van weerhouden Oekraïne te steunen met eigen troepen. En als dat gebeurt, staat Rusland er slecht voor, want dan zou het verliezen.”

Welke speelruimte ziet u nog voor de NAVO-landen, als het gaat om levering van wapens?

„Op dit moment zie je de grootste terughoudendheid bij de inzet van langeafstandswapens tegen doelwitten op Russische bodem. Verder is er niet veel waarvan het Westen probeert Oekraïne af te houden. De Britten zeggen dat zij ook het gebruik van langeafstandswapens op Russisch grondgebied niet zo’n punt meer vinden. En trouwens, zelfs de Amerikanen zijn het erover eens dat de Krim geen Russisch grondgebied is, terwijl de Russen dat wel denken.

„Het meest urgente is dat Oekraïne voorzien wordt van de basisbehoeften: luchtverdediging, munitie, artilleriegranaten. Dat is op dit moment cruciaal voor het overleven van Oekraïne. De langeafstandswapens zijn er, ze maken een verschil. We zien regelmatig berichten over munitiedepots of olieraffinaderijen in Rusland die worden aangevallen. Dat helpt Oekraïne. Maar er is nog een lange weg te gaan.”

Lees ook
De NAVO wil klaar zijn voor de oorlog

Nederlandse eenheden steken de IJssel over op weg naar Litouwen.

Verwacht u dat het Westen nu wel gaat toestaan dat Oekraïne hun wapens gebruikt op Russisch grondgebied, nu Rusland Oekraïne in het noorden aanvalt vanaf eigen bodem?

„Als ze vanuit Belgorod de Oekraïense regio Charkiv aanvallen, dan verzamelen de troepen zich aan één kant van de grens. Is dat op een of andere manier taboe? Ik denk het niet. Het is een duidelijk militair doel. Een invasiemacht. Ik kan me voorstellen dat de Amerikanen nerveus worden als een woonwijk in Belgorod wordt aangevallen, maar niet over doelen die een complete invasie van Oekraïne ondersteunen.”

Er wordt wel gezegd dat het Westen Oekraïne laat vechten met één hand op de rug, vanwege de langzame wapenleveranties. Oekraïne krijgt niet de wapens die het nodig heeft om te winnen, of zijn grondgebied te heroveren tijdens het tegenoffensief. Deelt u die analyse?

„Ik denkt dat het complexer is. De NAVO is te traag geweest met het optuigen van zijn eigen industrie. En zoals altijd in westerse democratieën: uiteindelijk lukt het wel, maar het kost tijd. Dat heeft gevolgen gehad voor het vermogen van Oekraïne om zichzelf te verdedigen. Oekraïne heeft ook fouten gemaakt, dat heeft niet geholpen. Een deel is simpelweg capaciteitsbeperking. Je kunt verstrikt raken in een polemiek over wat nodig is om Rusland te stoppen, of wat er nodig is om Rusland daadwerkelijk te verslaan. Het is heel moeilijk om Rusland in deze oorlog direct te verslaan met een operationele doorbraak. Maar het is wel mogelijk om te voorkomen dat Rusland wint. Dat is duidelijk niet bevredigend voor Oekraïners, omdat Russen nog steeds Oekraïens grondgebied bezetten. En een deel daarvan, zelfs als Oekraïne het herovert, is verwoest en geruïneerd door de gevechten. Dat is heel frustrerend voor Oekraïne, dat uiteraard zo snel mogelijk van de oorlog af wil, op hun voorwaarden. Dat kost tijd. Maar ik denk niet dat we de schaal van de westerse steun moeten minimaliseren. Die is zeer substantieel. Veel mensen namen aan dat Europa nu al zou zijn afgehaakt vanwege Oekraïne-moeheid. Maar de bondgenoten houden vol. Ze vergroten hun bijdragen. Aan het eind van dit jaar hebben de Tsjechen hun enorme munitie-initiatief voor elkaar. De Europese productie wordt groter. Dus we hopen dat de Oekraïners kunnen volhouden en dat de zaken later dit jaar beginnen om te draaien.”

Sinds wanneer denkt u dat Rusland deze oorlog niet kan winnen?

„Dat schreef ik al op de eerste of tweede dag na de invasie. Rusland kan dat grondgebied, die bevolking, niet onderwerpen. Dat is te veel. Het zou al heel moeilijk zijn een eigen regering te installeren in Kyiv. Ik ben er zelfs niet zeker van dat de Russen dat zelf nog geloven. Maar ze zullen het proberen. Wat betreft Ruslands eigen doelen, die volgens mij afhangen van een marionettenregering in Kyiv, denk ik niet dat ze dat voor elkaar krijgen. Dus het probleem voor Poetin is dat, zelfs als er een staakt-het-vuren overeengekomen zou worden, er een instabiele situatie zou bestaan, waarschijnlijk voorgoed. Want de Oekraïners zullen geen Russische bezetting accepteren. Dat is een reden waarom zo’n overeenkomst heel moeilijk zal zijn. Geen van beide partijen is tevreden met de status quo. Rusland heeft niet zoveel als ze willen, Oekraïne heeft te veel verloren. En beide hebben het gevoel dat ze nog meedoen in de strijd. Voor de Oekraïners staat er het meeste op het spel; de Russen moeten op den duur misschien de futiliteit inzien van wat ze proberen te bereiken.”

Ziet u mogelijkheden voor een diplomatieke uitweg voor Poetin?

„Hij heeft daar geen interesse in getoond. Als hij er een wilde, zou hij daarom kunnen vragen. Ik ben al lange tijd van mening dat deze oorlog zal eindigen als er op de een of andere manier een rustpunt ontstaat. Als Rusland besluit dat het genoeg is en nergens toe leidt, dat het een pauze nodig heeft, dan kan er een staakt-het-vuren komen. Als Rusland dat zou aanbieden, zou Oekraïne van veel landen onder druk komen te staan om een voorstel te accepteren of op z’n minst te overwegen. Maar het wordt heel moeilijk te onderhandelen en wordt zeer onpopulair in Oekraïne als Rusland met belangrijke brokken van het land achterblijft. Op een zeker moment kan pure uitputting beide landen tot een staakt-het-vuren brengen. Maar zover is het nog niet.”


Een aanslag op de premier? In Handlová kunnen ze het nog steeds niet geloven. ‘Nooit was er hier haat.’

Met een trillende lip wijst ze naar de plek waar premier Robert Fico is neergeschoten. „Daar gebeurde het”, zegt de 79-jarige vrouw terwijl ze haar vinger richt op het plein in het voormalige mijnstadje Handlová.

Ze slaat haar ogen meteen af van de plek. „Ik zat verderop, dronk een biertje en lachte met bekenden. En opeens…” Vijf schoten. Geschreeuw. En overal beveiligers. „Ik was zo bang.”

Op het plein in Handlová spelen kinderen alsof er niks gebeurd is. Drie meisjes crossen met hun fietsjes joelend over het zonnige plein, oudjes zitten op bankjes ijsjes te eten. Als aan het einde van de middag de laatste cameraploeg vertrekt van het plein, doet niks meer denken aan het drama van afgelopen woensdag.

„Heel Slowakije houdt van hem”, zegt de 79-jarige vrouw over premier Fico. „Hij is een mensen-mens.” Met elke zin die ze uitspreekt tikt ze met haar wandelstok op de grond, om haar woorden kracht bij te zetten. Maar de woorden voor wat ze woensdag heeft gezien kan ze niet vinden. „Ik kan niet begrijpen wat er is gebeurd. Nooit was er hier haat. Ik werkte mijn hele leven in een kiosk. We discussieerden, hadden lol, dronken bier.”

Haar naam wil ze niet geven. „Want mijn kinderen hebben gezegd dat ik me er niet in moet mengen.”

Per helikopter werd Fico naar het ziekenhuis in de nabijgelegen stad Banská Bystrica gebracht, waar hij een urenlange operatie onderging. Het is zeker dat Fico is geraakt in zijn buik en arm, maar verder laten de Slowaakse autoriteiten weinig los. Sinds woensdagavond klinkt het dat zijn gezondheidssituatie „zeer kritiek, maar stabiel” is.

Handen schudden

De 77-jarige Anna stond naast de schutter toen het gebeurde, vertelt ze tijdens een ommetje rondom het plein donderdag. „We riepen Fico om ons de hand te komen schudden”, zegt ze.

Eén van de beloftes van Fico’s nieuwe kabinet, dat sinds het afgelopen najaar aan de macht is na een verrassende overwinning van Fico’s Smer-partij, was om vaker buiten Bratislava kabinetsvergaderingen te houden. Woensdag was zo’n vergadering – Handlová ligt op twee uur rijden van de hoofdstad vandaan. „Hij had beter meteen in zijn auto kunnen stappen”, verzucht Anna.

Ze zag hoe beveiligers de schutter naar de grond werkten. In een naderhand opgenomen filmpje vertelde de 71-jarige Juraj C. het „niet eens te zijn met het beleid van de regering”.

Meteen na de aanslag wezen enkele politici van Fico’s regeringscoalitie beschuldigend naar oppositie en journalisten. Zij zouden te kritisch zijn geweest over de omstreden Fico. Oud-parlementsvoorzitter en partijleider van de ultranationalistische coalitiepartij SNS, Andrej Danko, stelde een „politieke oorlog” in het vooruitzicht. Hij noemde journalisten „walgelijke zwijnen”.

De regering zelf spreekt van een daad door een „radicale eenling”.

Anna denkt dat de moordpoging verband houdt met de gespannen politieke situatie, waardoor de samenleving zwaar is gepolariseerd. „Politici maken continu ruzie in het parlement en hitsen elkaar op”, zegt de oude vrouw die niet kan geloven dat deze moordaanslag plaatsvond in het altijd zo rustige stadje Handlová. „Ik heb er de hele nacht niet van geslapen, ik rilde ervan.”

Lees ook
Politiek veteraan Fico begon net met het uitvoeren van zijn autoritaire agenda in Slowakije

Robert Fico komt aan op het hoofdkwartier van zijn partij na de verkiezingswinst in september 2023.

Na de aanslag hield het moddergooien niet op. Integendeel. „De hoeveelheid fake news van de afgelopen twee dagen is het hoogste dat ik ooit heb gezien”, zegt Pavel Valik (26), die als analist werkt bij de fact-checkorganisatie Demagog in Bratislava. Het meest gedeelde bericht is een foto van de schutter met Martin Simecka, de vader van een bekende oppositiepoliticus én een bekende journalist. Alleen is de man op de foto niet Simecka. „Sterker nog, hij lijkt er in de verste verte niet op.”

Pro-Russiche paramilitairen

De 71-jarige amateurschrijver Juraj C. zou een paar jaar geleden aangesloten zijn geweest bij een pro-Russische paramilitaire groep. Ook is bekend dat hij een politieke beweging wilde oprichten tegen geweld, nadat hij als bewaker van een supermarkt was aangevallen. De laatste maanden zou hij vooral boos zijn geweest over Fico’s omstreden hervormingsplannen met de publieke omroep. Maar Valik komt op internet vooral tegen dat Oekraïne, de NAVO, de media of aftredend president Zuzana Caputova achter de moordaanslag zouden zitten.

Complottheorieën zijn al heel lang populair in Slowakije, zegt Valik. „Onder het communistisch bewind was er één narratief en dat werd door iedereen geloofd, maar de komst van het internet en vrije media was een schok voor mensen. Ze wisten niet meer wat ze konden geloven.”

Dat heeft de afgelopen jaren een enorme vlucht genomen en heeft het land verdeeld, zegt Martin Sliz, politiek journalist van het onafhankelijke online medium Aktuality.SK. „Om in Slowakije aan de macht te komen moet je polariseren. Dat deed de oppositie in het verleden en doet Fico nu in extreme vorm.” Fico beloont complotverspreiders: de minister van Cultuur in het kabinet-Fico, Martina Simkovicova, was hiervoor presentatrice van een complotkanaal op Youtube.

Fico trad in 2018 af, tijdens zijn derde termijn als premier, als gevolg van de grote publieke verontwaardiging over de moord op onderzoeksjournalist Jan Kuciak. De jonge Kuciak had aangetoond dat er banden zijn tussen Fico’s regering en de Italiaanse maffia. Er was de afgelopen jaren vaker politiek geïnspireerd geweld. Zoals in 2022, toen twee mannen buiten een lhbti-café in Bratislava werden neergeschoten. De dader publiceerde vooraf een manifest vol racistisch, antisemitisch en homofoob gedachtengoed.

Anti-Slowaakse prostituees

Tweederde van de journalisten in Slowakije heeft te maken gehad met bedreigingen in de laatste jaren, blijkt uit een enquête van het Slowaakse platform Safe Journalism. Er zit een stijgende lijn in. Begin dit jaar vertelde de bekende tv-journalist Zuzana Kovacic-Hanzelová aan NRC dat ze was gestopt met tv-uitzendingen na openlijke bedreigingen vanuit de regering. Eerder noemde Fico Slowaakse journalisten „vieze anti-Slowaakse prostituees”.

Lees ook
Hoe Russische desinformatie Slowakije in haar greep kreeg (en hoe politici ervan profiteren)

De verkiezingsposter van oud-premier Robert Fico leest "Voor de mensen, voor Slowakije".

In het mijnstadje Handlová neemt niet iedereen de samenzwering tegen journalisten over. Op de vraag of de media schuldig zijn aan de aanval op Fico reageren oud-mijnwerker Ivan (69) – Pellegrini-stemmer – en zijn vrouw Zlatica (66) – niet-stemmer „want ik ben een echte oude communist” – afwijzend. Zlatica: „Journalisten openbaren taboes die in het verleden niet verteld werden en misschien is dat maar goed ook.”

Meteen na de aanslag woensdag namen journalisten niettemin volop voorzorgsmaatregelen. „Welke wil ik liever niet vertellen”, zegt journalist Sliz. Toch heeft Sliz hoop dat de aanslag op Fico een omslag teweeg kan brengen in de Slowaakse samenleving. „Donderdag hebben aftredend president Caputova en aantredend president Peter Pellegrini opgeroepen tot kalmte én elkaar de hand geschud.” Dat is volgens Sliz belangrijk, omdat Caputova het prodemocratische deel van de samenleving representeert en Pellegrini, wiens partij onderdeel is van de regering-Fico, het andere, meer nationalistische deel.

Zowel fact-checker Valik als journalist Sliz wijzen naar politici om een verandering in het land teweeg te brengen. „Het is aan de politici om na te denken over hun taal”, zegt Sliz. „Maar alsnog moeten we afwachten hoe Fico hieruit komt én welke reactie hij zal geven op de aanval.”


‘Spanning en ptss’ in Canada nu het natuurbrandenseizoen opnieuw in alle hevigheid is losgebarsten

Een fel oranje gloed met zware rook en as in de lucht. Evacuatiebevelen en waarschuwingen om daarop voor te bereiden. Brandweerploegen die op grote schaal worden opgetrommeld. Voor Canadezen in het westen van het land is het nieuwe natuurbrandenseizoen in alle hevigheid losgebarsten.

Duizenden mensen in de provincies Alberta en British Columbia hebben hun huizen moeten verlaten wegens grote naderende branden. De dreiging van het vuur in de regio, waar extreme droogte heerst en inmiddels 230 actieve branden woeden, wakkert de vrees aan voor een herhaling van het historische Canadese natuurbrandenseizoen van vorig jaar. Toen werd een recordoppervlakte van zo’n 185.000 vierkante kilometer bos in de as gelegd, een gebied meer dan vier maal zo groot als Nederland.

In het noorden van Alberta hebben ruim 6.600 mensen in Fort McMurray dinsdag het bevel gekregen hun woningen te verlaten wegens een grote brand die de stad tot op enkele kilometers is genaderd. Voor andere inwoners geldt een waarschuwing om zich voor te bereiden op een mogelijke evacuatie. Het roept voor velen trauma’s op uit 2016, toen een enorme natuurbrand grote delen van de plaats, het centrum van de olieproductie bij de Canadese teerzanden, verwoestte.

Posttraumatische stress

Meer dan 80.000 mensen moesten Fort McMurray toen ontvluchten voor een enorme brand die bekend stond als ‘The Beast’. Ongeveer 2.400 woningen gingen in vlammen op. De wederopbouw van de stad, een economische magneet die de afgelopen decennia hard is gegroeid door een instroom van werknemers van olieproducenten uit alle delen van Canada, heeft jaren geduurd. Olieproductie werd destijds met een miljoen vaten per dag verminderd.

„Ik ervaar een hoop spanning en posttraumatische stress”, zei Ashley Russell, een inwoner van Fort McMurray, tegen de Canadese krant The Globe and Mail. Zij heeft nog geen evacuatiebevel ontvangen, maar bereidt zich daar wel op voor. „Ik was hier in 2016 en mijn huis is toen afgebrand, dus ik maak dat een beetje opnieuw door.”

In 2023 werd in Canada een recordoppervlakte van zo’n 185.000 vierkante kilometer bos in de as gelegd, een gebied meer dan vier maal zo groot als Nederland

De aard van de huidige natuurbrand bij Fort McMurray is wel anders dan in 2016. Omdat het vuur zich verspreidt door bos dat destijds is afgebrand, kruipt het over de grond, in plaats van zich te verspreiden via de boomtoppen. Daardoor heeft het minder brandstof om te verslinden. Niettemin heeft de brand inmiddels meer dan 110 vierkante kilometer in de as gelegd. Brandweerploegen proberen met behulp van helikopters en blustoestellen de „actieve randen” onder controle te houden, verklaarde een woordvoerder van Alberta Wildfire, de provinciale brandbestrijdingsdienst.

Rookpluimen

In de aangrenzende kustprovincie British Columbia (‘B.C.’) bedreigt een grote natuurbrand Fort Nelson, een plaats van ongeveer 4.700 inwoners. Zij kregen vrijdag een evacuatiebevel, evenals een nabijgelegen inheemse gemeenschap. Gigantische rookpluimen stijgen nabij Fort Nelson op uit bebost gebied; de brand, bekend als de Parker Lake fire, is deze week in oppervlakte gegroeid van ongeveer 53 tot 84 vierkante kilometer. Zeventig brandweerlieden bestrijden het vuur. Inwoners hopen dat de wind zal helpen om hun woonplaats te sparen.

Ook in de provincie Manitoba, verder landinwaarts, woedt volgens de autoriteiten een „significant aantal actieve branden”, waaronder een monsterbrand van 316 vierkante kilometer. Honderden inwoners van kleinere plaatsen zijn daar verplicht geëvacueerd.

Vorig jaar werd ongeveer 5 procent van de bebossing in Canada getroffen door ongekende natuurbranden, in zo goed als alle delen van het land. In totaal moesten 235.000 mensen hun huizen verlaten en kwamen vier brandweerlieden om. Rook van de branden waaierde uit over grote delen van Noord-Amerika en zorgde voor een oranje waas in grote steden als Toronto en New York.


‘Ik speel geen vuile spelletjes, zoals mijn machtige tegenstanders’

Aanvankelijk wilde Pita Limjaroenrat (43) de geruchten niet geloven, vertelt hij aan NRC. Zijn partij Move Forward had 151 van de vijfhonderd parlementszetels veroverd, en ook oppositiepartij Pheu Thai van zakenman Thaksin Shinawatra beloofde democratische hervormingen. Maar Pheu Thai, waarmee hij een verbond had gesloten, liet hem halverwege de formatiebesprekingen keihard vallen. Pheu Thai-kandidaat Srettha Thavisin werd de nieuwe regeringsleider in een coalitie met juntagezinde partijen.

Twee maanden later kwam de aap uit de mouw. Pheu Thai-oprichter Shinawatra zelf keerde terug uit Dubai, waar hij verbleef om vervolging wegens fraude te ontlopen. Bij aankomst kreeg hij acht jaar cel, maar die straf werd bijna onmiddellijk ingekort naar een jaar. Inmiddels is hij op borgtocht vrij. Het heeft er alle schijn van dat Shinawatra een deal heeft gesloten met de junta: zijn eigen vrijheid en regeringsdeelname in ruil voor het uitsluiten van Move Forward.

In januari werd Limjaroenrat ook nog voor de rechter gedaagd. Hij werd vrijgesproken van het overtreden van de kieswet, maar kreeg wel een waarschuwing. De rechter eiste dat hij alle activiteiten staakt die de positie van het koningshuis zouden aantasten.

Natuurlijk ben ik bang. Maar als je je uitspreekt, moet je die angst in de ogen kijken

Hervorming van de monarchie is een belangrijk programmapunt van Move Forward. De koning in Thailand heeft absolute macht. Wie daaraan tornt, en zo de heersende elite uitdaagt, kan drie tot vijftien jaar celstraf krijgen voor majesteitsschennis.

Vorige maand nam het Constitutionele Hof een nieuwe zaak tegen Move Forward aan, die kan uitmonden in een verbod. De partij zou de monarchie willen omverwerpen en zou daardoor staatsgevaarlijk zijn.

NRC sprak Limjaroenrat via een videoverbinding vanuit zijn woonplaats Bangkok.

In januari suggereerde de rechter dat u staatsgevaarlijk bent. Nu hangt een nieuwe rechtszaak boven uw hoofd. Hoe gaat u daarmee om?

„De uitspraak van de rechter was buiten alle proportie. Landverraad is een heel zwaar vergrijp. Om mij daarvoor te veroordelen, moeten ze de aanklacht wel hard kunnen maken. Volgens mij is landverraad een militaire coup plegen, samenzwering met een buitenlandse natie om de macht te grijpen, de monarchie afschaffen. En daar is allemaal geen sprake van. Wat wij voorstaan is een aanpassing van een wetsartikel dat majesteitschennis strafbaar stelt.”

Bent u niet bang dat het de volgende keer wel tot een veroordeling komt?

„Natuurlijk ben ik bang. Ik heb een achtjarige dochter. Sommige collega’s zijn verbannen, anderen kregen celstraf. Maar dat zijn de risico’s van dit vak. Als je je uitspreekt, moet je angst in de ogen durven kijken. Wel weeg ik continu de risico’s tegen het lange termijndoel, namelijk via een parlementaire weg toewerken naar een beter, duurzamer Thailand.”

Maar het huidige systeem is niet democratisch. Is dat dan geen heilloze weg?

„Je zou kunnen oproepen tot een volksopstand. Maar dat is niet de weg van Move Forward. We staan achter vreedzame protesten, we roepen niet op tot geweld. Natuurlijk, de junta is onze vijand, handelsmonopolisten zijn onze vijand, de heersende elite is onze vijand. Wij willen het tegenovergestelde van wat zij willen. Het is een ideeënstrijd. We zitten in het parlement en zullen onze standpunten tot het uiterste verdedigen. We willen zoveel mogelijk mensen overtuigen, zodat het autocratische systeem van binnenuit instort.”

Hoe kijkt u terug op het formatieproces?

„Al voor de verkiezingen gingen er geruchten over een deal die Thaksin zou hebben gesloten met de top van het leger. Ik wilde het eerst niet geloven. Het leek mij erg onwaarschijnlijk dat Pheu Thai na al die jaren oppositie opeens de handen ineen zou slaan met de junta. Maar toen ik foto’s zag van enkele ontmoetingen, hield ik er in mijn achterhoofd rekening mee dat het waar kon zijn.”

En toen liet uw coalitiepartner u vallen en koos voor een alliantie met juntagezinde partijen.

„Ik kan vergeven, maar ik zal dit niet vergeten. De volgende keer zal ik de kiezers van Thailand herinneren aan het belang van politieke integriteit.”

U kent de familie Shinawatra uit het begin van uw politieke carrière. Heeft u hen erop aangesproken?

„Thaksin heb ik niet gesproken. Paetongtarn [dochter van Thaksin Shinawatra en partijleider van Pheu Thai] en Srettha heb ik alleen tijdens de formatie in vergaderingen gezien. Daarna heb ik hen niet meer gesproken.”

Voelt u zich verraden?

„Ik probeer het me niet aan te trekken. Toen ik in VS studeerde hoorde ik een advies van Hillary Clinton: ‘Als je een politicus wil zijn voor de lange termijn en je je ziel niet aan de duivel wilt verkopen, dan kun je persoonlijke aanvallen niet persoonlijk nemen.’ Dat advies heb ik ter harte genomen, ik speel geen vuile spelletjes, zoals mijn machtige tegenstanders. Ik ga uit van integriteit totdat het tegendeel is bewezen. Dat is een bewuste keuze, zodat ik mentaal gezond blijf. Maar ik maak eenzelfde fout niet twee keer.”

De militaire conservatieve elite zit ondanks de verkiezingsuitslag nog altijd stevig in het zadel. Wat betekent dat voor de hoop op een democratischer Thailand?

„Ik kijk niet naar wat er niet gelukt is, maar naar hoever we al zijn gekomen. Ik was de jongste democratische premierskandidaat ooit, als leider van een partij die nog maar drie jaar bestaat. Ik heb gewonnen in tijden van crises. We kwamen net uit de coronacrisis. Er is oorlog, in Oekraïne, Israël, Myanmar. Er is digitale manipulatie. En toch kozen mensen massaal voor een partij die progressieve oplossingen biedt. Hoopvol is ook dat we vervolgens een meerderheidscoalitie konden vormen”

Die coalitie werd geblokkeerd en u bent door de senaat op een zijspoor gezet.

„Als we de hoop verliezen, dan geven we de conservatieve elite hun zin. Dat is precies wat ze willen: Dat we opgeven en de politiek verlaten. Dan kan de corruptie doorgaan en kunnen zij wetten aannemen die in hun voordeel werken. We moeten doorgaan. Dit is geen sprint, maar een marathon. Vergeet niet dat Move Forward een continuering is van Future Forward, de partij die vier jaar geleden werd verboden. Ik ben slechts de designated survivor in een democratiseringsproces dat al langer bezig is.”

Nu hangt Move Forward hetzelfde lot boven het hoofd.

„En dat gaan we met hand en tand bevechten. Ik neem mijn recht om de zaak in de rechtszaal te bepleiten. Ik wil de honderd pagina’s lange aanklacht tegen mij en mijn partij punt voor punt verdedigen, zodat mensen hun eigen mening kunnen vormen over onze standpunten.”

Wat als u toch verbannen wordt of celstraf krijgt?

„Dat is tegen het internationale recht. Ik zal vechten zolang het kan, zo zichtbaar mogelijk, zodat een verbod op Move Forward voor de heersende elite nadeliger uitpakt dan Move Forward behouden als oppositiepartij. Dit is een mondiale strijd. Wereldwijd proberen autocratische regimes via de rechtszaal gekozen politici uit te schakelen. Vroeger had je militaire coups, maar extreemrechtse ideologieën hebben hun tactiek aangepast. Geen tanks meer in de straten, maar geweld in de rechtszaal. Het is aan democratische politici om daar een strategie tegen te ontwikkelen.”


John Vaillant schreef een boek over de Canadese brand die naaldbomen deed ontploffen. Nu waarschuwt hij voor een zomer vol bosbranden

Een stad verwoest op Hawaii. De grootste natuurbrand in de geschiedenis van Texas. Meer dan honderd doden bij bosbranden in Chili. Het zijn maar een paar van een reeks zeer felle en soms omvangrijke branden uit het recente verleden.

Een van de eerste van dergelijke felle branden is het belangrijkste onderwerp van het veelgeprezen boek Fire Weather van de Amerikaans-Canadese non-fictie-auteur John Vaillant. De Horse River Fire in Canada in 2016 werd een orkaan van vuur, die naaldbomen deed ontploffen, over brede rivieren sprong, huizen in vijf minuten reduceerde tot een hoopje schroot en puin. Negentigduizend mensen moesten evacueren uit de oliestad Fort McMurray in de westelijke provincie Alberta. Opmerkelijk genoeg waren er geen dodelijke slachtoffers. Het vuur brandde uiteindelijk langer dan een jaar.

Vaillants boek kwam in 2023 uit, het jaar waarin bosbranden in Canada een recordomvang bereikten en 16,5 miljoen hectare besloegen (ruim vier keer Nederland). Hij spreekt nog iedere dag over bosbranden, in interviews of bij andere gelegenheden. „Het is een heel urgent onderwerp. Alle tekenen wijzen erop dat deze vuurzomer heel erg zal lijken op die van 2023 en de VS zullen ook een heel, heel zware zomer hebben.” In beide landen waarschuwen de autoriteiten daar al voor. In Alberta werd al op 20 februari het bosbrandseizoen voor geopend verklaard, twee weken eerder dan het jaar daarvoor. Niet alleen bossen met licht ontvlambare naaldbomen, maar ook die met vooral loofbomen zijn nu zeer brandbaar, zegt Vaillant (61) via een telefoongesprek vanuit zijn woonplaats Vancouver.

Lees ook
‘Meedogenloze week’ in Canada na opnieuw massale evacuaties wegens natuurbranden

Brand bij Keremeos Village op 17 augustus, de dag dat de provincie British Columbia de noodtoestand afkondigt. Duizenden kregen het bevel de streek te verlaten.

De belangstelling is ook niet zo vreemd. Homo sapiens heeft zijn beschaving op vuur gebouwd, stelt hij. Het trekt de aandacht, zegt Vaillant. Volgens sommige critici is het vuur het eigenlijke hoofdonderwerp van zijn boek, bijna een levend wezen.

Amerikaans kapitalisme

Maar daar draaide het voor Vaillant niet alleen om. „De bosbranden zijn een symptoom van een veel groter probleem. Het gaat echt om de opwarming van het hele systeem.” Daarvan zijn de tekenen op tal van plekken zichtbaar, zegt Vaillant. „Of het nu de smeltende gletsjers in de Alpen zijn, de afname van zee-ijs op Antarctica, de hogere temperatuur van het zeewater bij Florida, het lijkt erop dat we in een periode van versnelling zitten.” In The New York Times schreef hij: „De wereld die we dachten te kennen, verandert waar we bij staan, omdat wij hem veranderd hebben.”

Hij legt in zijn boek en in het gesprek een rechtstreeks verband tussen deze opwarming en de Amerikaanse vorm van kapitalisme. „Daarin wordt iedere beperking van hoeveel je kunt kopen, bezitten en consumeren gezien als een aanval op de vrijheid. Ik heb het idee dat een groot deel van de wereld voor deze visie is gevallen.”

Recent schreef hij een opiniestuk in de Canadese krant The Globe and Mail, waarin hij uithaalde naar de oliebedrijven die volop investeren in oliewinning, „terwijl onze bossen branden”. Het sluit rechtstreeks aan bij zijn boek, waarin hij niet alleen die enorme brand beschreef, maar ook de rol van de olie-industrie. Fort McMurray is het centrum van de oliewinning uit teerzand, een zeer intensieve manier om fossiele brandstof te winnen. Uit tonnen teerzand wordt met behulp van enorme machines en veel energie een vrij matige kwaliteit olie gewonnen. Het stadje werd een boomtown, waar een vrachtwagenchauffeur twee ton kon verdienen.

Die achtergrond was voor Vaillant een reden om juist deze brand als belangrijkste onderwerp van zijn boek te nemen. De stad die had bijgedragen aan klimaatverandering werd slachtoffer van een van de meest destructieve vormen waarin die zich kan manifesteren. „Dat dit gebeurde in een oliestad, zegt veel over onze tijd.”

De brand, hoe overweldigend die ook was, heeft de stad niet wezenlijk veranderd, zegt Vaillant. Ja, de alertheid voor bosbranden is veel groter. Er zijn meer blusvliegtuigen, helikopters en brandweerlieden, vertelt Vaillant. Maar tegelijkertijd werd Fort McMurray herbouwd zonder ingrijpende wijzigingen en werd de export van olie opgevoerd.

Brandstichter

Weerstand is daar nauwelijks tegen, zegt Vaillant. „Canada is, sinds het een kolonie was, niet echt verder ontwikkeld. Vroeger draaide het om de bonthandel die werd gerund door de Britten. En nu worden we gerund door de teerhandel. De oliemaatschappijen hebben echt de touwtjes in handen. Wie daartegenin gaat wordt beschouwd als onpatriottisch.”

Lees ook
De bosbranden zijn een voorbode van meer onheil op Rhodos, dat drijft op toerisme

Bewoners blussen een van de natuurbranden bij het zeeresort Lindos, op Rhodos.

„En er zijn mensen die heel energiek verwarring en paranoia creëren. Er is in Canada een grote groep aan de rechterkant die het Trumpiaans conservatisme meer en meer imiteert. Ze geven op sociale media progressieve brandstichters de schuld van bosbranden. Brandstichter is echt een bliksemafleiderwoord geworden.”

Toch is Vaillant niet alleen pessimistisch. Hij vertelt over ontmoetingen met jongeren die zeggen dat de olie-industrie geen aantrekkelijke werkgever meer is voor hun generatie, over de daling van de CO2-uitstoot in het Verenigd Koninkrijk naar het niveau van 1879 en het razendsnelle succes van de smartphone. „In 2006 had niemand er een. Nu heeft iedereen een smartphone en ze veranderden alles.” Dat bewijst volgens hem dat veranderingen snel kunnen gaan. In zijn buurt is een tankstation al lastiger te vinden, mede door de opkomst van de elektrische auto.

Vooral vestigt hij zijn hoop op de veerkracht van de natuur. „Laten we niet vergeten wat de aarde doet als niemand haar probeert te doden. Dan produceert ze een ongelooflijke overvloed. Dat is de reden waarom zovelen van ons zo’n fantastisch leven hebben. Ik kijk nu naar buiten, naar mijn tuin. Het wemelt er van de bijen en bloemen. En dat is midden in de stad met 2,5 miljoen inwoners.”


Experiment Zhejiang: hoe China het platteland mee probeert te krijgen in de welvaartsgroei

De 38-jarige Zhang Ling zet haar telefoon tegen de boeken en loopt een paar stappen naar achter. Ze wil een selfie nemen die goed laat zien waar ze is: in een indrukwekkende ruimte met hoge roze wanden van natuursteen, waarin het daglicht van boven naar binnen sijpelt – een oude mijn die nu is omgebouwd tot een openbare bibliotheek, die voelt als een kathedraal.

Dat het bibliotheekboeken zijn in de kasten die op verschillende uit de rotsen gehouwen plateaus zijn neergezet, had Zhang nog niet gezien. Reisgidsen staan er naast populaire psychologie en klassiekers. „Volgens mij is dat niet echt waar mensen naar op zoek zijn in deze tijd”, zegt de hotelmedewerker, die als toerist uit een nabijgelegen stad het natuurpark bezoekt waarin de in 2022 geopende bieb staat. Hoewel er in een hoek een zelfservice-uitleenmachine staat, is de stroom van toeristen die hier langskomt op een maandagmiddag er vooral voor een bijzondere ervaring. „En voor de foto’s.”

Een van de verlaten steengroeves in Zhejiang. Om de regio nieuw leven in te blazen, geeft de Chinese architect Xu Tiantian de groeves een nieuwe bestemming. Hier is de bibliotheek te zien.
Foto Harry den Hartog

De bibliotheek is een voorbeeld van ‘architecturale acupunctuur’, zoals Chinese architect Xu Tiantian haar projecten in de regio noemt. Gerichte interventies – zoals een mooi ontworpen theater, brug of bibliotheek – die kunnen helpen bij het revitaliseren van een gebied. Tijdens China’s snelle economische ontwikkeling, stond het platteland tientallen jaren op het tweede plan: wie geld wilde verdienen trok naar de stad, terwijl de achtergebleven dorpen vaak werden verwaarloosd, en het landschap door industrie, inclusief mijnbouw, werd uitgebuit.

Jinyun, dat bekend stond als afgelegen, ligt nu aan twee snelwegen en heeft zijn eigen halte op een hogesnelheidslijn

Ook in deze regio van Zhejiang, een bergachtige provincie ten zuidwesten van Shanghai, zijn de sporen van de afgelopen decennia goed zichtbaar. De ruim drieduizend steengroeves rond de stad Jinyun staan grotendeels leeg. Het delven naar tufsteen werd in de loop van de jaren negentig economisch steeds minder rendabel, en aan het begin van deze eeuw sloot de Chinese overheid de groeves op ecologische gronden. Nu zet de stad in op het aantrekken van toeristen. Dat is mogelijk door het aantrekkelijke berglandschap, dat in China het mooist wordt gevonden als de wolken zoals vandaag nevelig om de bergtoppen hangen, maar ook door de sterk verbeterde infrastructuur. Jinyun, dat binnen Zhejiang bekend stond als afgelegen, ligt nu aan twee snelwegen en heeft zijn eigen halte op een hogesnelheidslijn. Vanaf Shanghai en Hangzhou, China’s rijkste twee steden, ben je er in een paar uur.

Wandelen

De projecten van Xu, die eerder in haar carrière kort voor Rem Koolhaas’ architectenkantoor OMA werkte in Rotterdam, passen daarmee goed in het overheidsbeleid. Ze zijn een voorbeeld van de experimenten die de provincie Zhejiang doet op het gebied van plattelandsrevitalisering, zegt planoloog Harry den Hartog. Net als initiatieven om historische dorpen te renoveren, gebieden terug te geven aan de natuur, en om jonge ondernemers te ondersteunen die terug verhuizen naar het platteland.

Den Hartog, verbonden aan zowel de Universiteit Delft als de Tongji Universiteit in Shanghai, brengt de initiatieven in deze regio van China in kaart door middel van wandelingen door het landschap. „Planologen zijn de laatste decennia steeds digitaler gaan werken. Wandelen als onderzoeksmethode brengt je weer dicht bij de mensen en het landschap waar het over gaat.”

Hij ziet hoe ecologie een centraal thema is in het debat rond revitalisering. Het was elders in Zhejiang dat de huidige Chinese president Xi Jinping in 2005, toen hij nog partijsecretaris van de provincie was, de sluiting van de mijnbouw prees door te zeggen dat „ook helder water en groene bergen gebruikt kunnen worden om bergen van zilver en goud te produceren”. De ‘tweebergentheorie’ is inmiddels een bekende hoeksteen van het Chinese ecologiebeleid.

Lees ook
In het nieuwgebouwde ‘superoorspronkelijke dorp’ op het Chinese platteland woont niemand meer

Het traditionele leven in oud dorpsgemeenschappen op het Chinese platteland wordt bedreigd, zoals in Hongcun dat in 2000 op de Unesco Werelderfgoedlijst werd geplaatst.

Daarnaast is Zhejiang in 2021 geselecteerd als testlocatie voor het ‘algemene welvaartsbeleid’ dat het gat tussen stad en platteland op het gebied van inkomen, maar ook van publieke voorzieningen en cultuur, moet verkleinen. Den Hartog: „Er wordt nu meer gelet op de bijdrage van projecten aan het welzijn van de lokale bevolking”.

In heel China is de inkomensongelijkheid de laatste decennia hard gegroeid, maar Zhejiang was relatief succesvol in het inperken van armoede op het platteland. Gemiddeld hebben mensen op het platteland in Zhejiang weliswaar slechts half zoveel te besteden als in de stad, maar landelijk ligt dat nog eens 20 procent lager. Misschien juist door het moeilijk begaanbare landschap en gebrek aan landbouwgrond heeft de regio een lange geschiedenis van ondernemerschap en familiebedrijven. Toen China’s markteconomie opbloeide in de jaren tachtig gebeurde dat in Zhejiang het eerst. Nu moet de provincie de rest van het land laten zien hoe het percentage middeninkomens verhoogd kan worden, zodat de inkomensverdeling eruitziet als een „olijf”, met een breed midden en korte uiteindes, aldus het beleidsplan.

Tijdens een wandeling komen we Qian Sheng (43) tegen, een medewerker van een internetbedrijf dat de breedbandverbindingen in het natuurpark aanlegt en onderhoudt. Hij komt uit Jinyun, en wordt enthousiast als hij het heeft over de ontwikkeling van het gebied. Sinds zijn jeugd, waarin er vaak niet genoeg te eten was en „dit allemaal berg was”, groeide Jinyun uit tot een stadje met nu al twee vijfsterrenhotels, waar stedelingen grof geld neerleggen om naar de bergen te komen kijken. Naar de steengroeves gaat hij nog weleens met de kinderen, om te laten zien hoe het vroeger was. „Die stenen hebben we niet meer nodig. We kunnen nu zelfs bouwmateriaal maken van vuilnis.”

Voedselzekerheid

De keuze voor Zhejiang als modelprovincie voor het nieuwe welvaartsbeleid is ook opvallend. De provincie staat bekend om haar robuuste private economie, terwijl onder president Xi Jinping de rol van de staat in de economie juist is versterkt. Staatsbedrijven krijgen meer aandacht en industrieel beleid is dwingender dan voorheen.

Voor ondernemers brengen die overheidsregels soms problemen met zich mee. Zo moest het dorp van theeverbouwer Yuan Qizhang (59) vorig jaar opeens een deel van zijn grond gaan beplanten met rijst in plaats van theestruiken, in het kader van China’s voedselzekerheid, die door de wereldwijde geopolitieke spanningen een grotere prioriteit is geworden. De prijs van de opbrengst lag na een eenmalige subsidie zo veel lager („zo’n vijftien keer!”) dat ze dat werk inmiddels hebben uitbesteed aan een groter bedrijf. „Het [beleid] heeft minder logische kanten”, geeft de ervaren ondernemer Yuan toe, „maar goed, we moeten onszelf kunnen redden. Voor de basisbehoefte van rijst moeten we onafhankelijk zijn.”

In het theegebied, twee uur rijden van Jinyun, wordt ook gewerkt aan toerisme. Bezoekers kunnen door het heuvelachtige landschap fietsen, langs de migrantenarbeiders die het zware plukwerk doen, en die veelal afkomstig zijn uit minder welvarende provincies van China.

Naar de steengroeves gaat Qian Sheng nog weleens met de kinderen, om te laten zien hoe het vroeger was

Ook de online verkoop brengt een nieuwe impuls. Daarom is Yuans dochter Huiying (38), die is terugverhuisd naar haar thuisregio na studie en werk in de stad, nu ook bereid om Yuans werk voort te zetten als ‘derdegeneratie theeboer’, in navolging van haar vader en haar opa – een van de eerste theeboeren in de streek. Eerst werkte ze in de staalhandel, maar nu wordt het familiebedrijf ook interessant. „Nu heb je e-commerce. Het wordt steeds professioneler en het verschil met de stad is klein.”

De Ruyi-brug in de stad Taizhou, in Zhejiang. Toerisme is een van de manieren waarop de Chinese overheid de ontwikkeling van de regio probeert te stimuleren.
Foto Sipa USA/Newscom

De nadruk op Zhejiang als model voor het verkleinen van de inkomensongelijkheid laat zien dat privaat ondernemerschap toch wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de ontwikkelingsstrategie voor het platteland. Hoewel de Chinese regering de ongelijkheid wil aanpakken, is het leiderschap beducht voor „de val van welvaartsbeleid dat aanzet tot luiheid”. Liever omarmt het de economische theorie van groei als middel om de ‘taart’ eerst te vergroten „om hem daarna beter te verdelen”, aldus Xi Jinping in de speech waarin hij het beleid voor ‘algemene welvaart’ presenteerde in 2021. In een interview met Chinees nieuwsplatform The Paper zei de bekende Chinese econoom Li Shi dat Zhejiang laat zien dat het midden- en kleinbedrijf belangrijk blijft. „Dat moet je ook laten ontwikkelen. Je kunt niet overal grote, fancy technologiebedrijven willen.”

Lessen voor Noord-Nederland

Ondertussen denkt Den Hartog dat er uit zijn wandelingen in Zhejiang ook lessen te trekken vallen voor Nederland. Het project waar zijn onderzoek naar plattelandsrevitalisering deel van uitmaakt wordt gefinancierd uit het nalatenschap van de Friese architect Abe Bonnema en formuleert een planologische toekomstvisie voor Noord-Nederland, waar het platteland te maken heeft met leegloop en verslechterde publieke voorzieningen. Terwijl China juist actief investeert hierin. „Je kunt [in Noord-Nederland] beter je eigen flesje water meenemen. In veel dorpjes is er niets te krijgen. In Zhejiang heb je zelfs in het kleinste gehucht medische voorzieningen, een huisartsenpost of in ieder geval een automaat.”

Hij geeft toe dat de vergelijking tussen de regio’s niet voor de hand ligt. „China staat bekend om snelle groei, en alles voor de economie. Maar juist in China wordt nu heel veel energie en geld in de verbetering van de leefomgeving op het platteland gestoken. En op een unieke schaal. Daar gaan zowel positieve als negatieve lessen uit te leren zijn.”


Onbeschermd en bang voor de politie: in Zuid-Afrika zijn arbeidsmigranten vogelvrij

Een jaar geleden kwam de 29-jarige Matjiani Thabiso vanuit Lesotho naar Zuid-Afrika om in de bouw te werken. Hij was niet de enige. In dit deel van het land, in de provincie Gauteng rond Johannesburg en Pretoria, woont bijna een kwart van de arbeidsmigranten in Zuid-Afrika. Nieuwe appartementencomplexen en kantoren schieten hier uit de grond. En bouwbedrijven maken daarbij graag gebruik van goedkope arbeiders zonder papieren. „Moet je kijken”, zegt Thabiso, aan het werk op een bouwplaats in Pretoria. „Alle Zuid-Afrikanen dragen beschermende kleding en helmen. De buitenlanders hebben dat niet gekregen.”

De instorting van een luxe-appartementencomplex in aanbouw in de Zuid-Afrikaanse kuststad George, vorige week maandag, vestigde opnieuw de aandacht op de kwetsbaarheid en uitbuiting van arbeidsmigranten. De meeste van de 26 doden die onder het puin vandaan zijn gehaald – waarin zaterdag ook nog een overlevende werd aangetroffen – en van de 26 vermisten, zijn arbeidsmigranten uit buurlanden van Zuid-Afrika.

Rechten hebben die arbeidsmigranten nauwelijks, zegt Thabiso terwijl hij zijn kruiwagen vollaadt met bakstenen. Zij knappen het zware werk op en krijgen bijna geen tijd om te rusten. „Als ik klaag of als mijn baas vindt dat ik niet hard genoeg werk, dan geeft hij me een nog zwaardere opdracht. Mijn hele lichaam doet pijn, vooral mijn rug.” Hij bouwt in Pretoria aan een soortgelijk appartementencomplex als dat in George inzakte, met vier etages en een parkeerkelder. De autoriteiten inschakelen heeft volgens hem weinig zin. „Vaak vertellen mensen de politie dat wij buitenlanders zijn. Die komt dan ons huis doorzoeken. Mensen bedreigen me, maar ik kan er niets tegen doen want ik ben bang voor de politie.” De politie, zegt hij, „heeft een hekel aan buitenlanders”.

Het drama in George roept herinneringen op aan de grote flatbrand vorig jaar in Johannesburg. Daarbij vielen 77 doden, ook veelal arbeidsmigranten. De vervallen flat was gekraakt door criminelen die zich opwierpen als huurbaas. Tientallen overlevenden zijn na de brand opgepakt – om het land uitgezet te kunnen worden. Zuid-Afrika kampt met bijna 35 procent werkloosheid. Inwoners bestempelen arbeidsmigranten daardoor vaak als ‘baneninpikkers’. In regeringsstandpunten en in de campagnes voor de verkiezingen van 29 mei klinken anti-migratiesentimenten steeds meer door.

Minimumloon

Tijdens een bezoek aan de rampplek in George richtte minister van Arbeid, Thulas Nxesi, van het regerende ANC, zijn pijlen op malafide werkgevers. „We hebben onze bezorgdheid geuit over het feit dat sommige werkgevers de voorkeur geven aan buitenlanders omdat ze goedkope arbeidskrachten zijn”, zei hij. Nxesi heeft een onderzoek aangekondigd, toegespitst op de bescherming van werknemersrechten.

Maar volgens advocaat Mametlwe Sebei van de organisatie Lawyers for Human Rights schiet het toezicht door de overheid tekort. „Er zijn maar weinig inspecteurs, omdat de regering er niet in investeert. Bovendien is er wijdverbreide corruptie: inspecteurs en politie laten zich gemakkelijk omkopen door werkgevers die zich niet aan de regels houden.” Dat is een probleem, omdat werkgevers vooral buitenlandse arbeiders zonder werkvergunning of geldige verblijfsstatus slecht behandelen. Zij krijgen lage lonen, maken lange werkdagen en hebben met onveiligheid en gebrek aan juridische bescherming te maken. Zuid-Afrikaanse werknemers kunnen aanspraak maken op het door de machtige vakbonden bedongen minimumloon.

Naar de rechter of staken voor betere omstandigheden durven arbeidsmigranten niet, uit vrees hun baan te verliezen of vanwege de xenofobie, zegt ook Sebei. „Zij worden constant lastiggevallen en geïntimideerd, ook door de politie. Ze hebben geen vertrouwen meer in de instituties.”

Zuid-Afrika, de grootste en meest geïndustrialiseerde economie van het continent, is een magneet voor arbeidsmigranten. Volgens het nationale agentschap voor de statistiek, StatsSA, waren er in 2022 meer dan 2,4 miljoen migranten in Zuid-Afrika. Maar het is lastig om het precieze aantal vast te stellen. Bijna negen op de tien mensen komen uit de beduidend armere buurlanden Zimbabwe, Mozambique, Lesotho en het nabijgelegen Malawi. Hoewel migranten 3,9 procent van de totale bevolking uitmaken, vervullen ze 8,9 procent van het totaal aantal banen. De bouw, landbouw en huishoudelijk werk zijn sectoren waar veel ongedocumenteerde arbeidsmigranten werken.

Volgens Sebei is de omgang met de arbeidsmigranten een soort voortzetting van de machtsverhoudingen uit de apartheid. „De werkgevers konden de zwarte bevolking toen volledig controleren, maar sinds de invoering van de democratie is die veel beter beschermd. Doordat migranten hun recht niet kunnen halen, gebruiken werkgevers deze nu als goedkope arbeiders die volledig onder hun controle staan.”

Zuma

Dat blijkt ook uit het verhaal van Matjiani Thabiso. Hij verdient per dag 160 rand, vertelt hij. Dat is omgerekend zo’n 8 euro. Van dat schamele loon moet hij ook zijn vrouw en 4-jarig zoontje onderhouden. Die zijn nog in Lesotho. Het lukt hem net om rond te komen, maar als hij even geen werk heeft, komt hij meteen in geldnood. Omdat aannemers hem per bouwproject inhuren, komt het voor dat hij geen inkomsten heeft. „Als ik geen baan heb, kan ik geen voedsel kopen. Een tijdje geleden had ik drie weken geen werk, ik heb toen twee dagen lang niets gegeten.”

Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft in november een zogenoemd white paper over migratie gepubliceerd dat als raamwerk dient voor drastische wetswijzigingen die onder meer rechten van migranten verder inperken. De meeste politieke partijen willen de migratie terugdringen, zo blijkt uit de verkiezingsprogramma’s van onder andere regeringspartij ANC, en van uitdagers. De nieuwe MK-partij van oud-president Zuma zegt zelfs het leger te willen inzetten om migranten buiten de deur te houden en zo het land veilig te krijgen.

Toeschouwers kijken bij de reddingswerkzaamheden in de stad George op 8 mei na het instorten van een gebouw.
Foto Jerome Delay/AP

Nabestaanden van de slachtoffers in George zien het onderzoek van het ministerie van Arbeid daarom met wantrouwen tegemoet. Ook Mametlwe Sebei verwacht niet dat het onderzoek daadwerkelijk zal leiden tot een betere bescherming arbeidsmigranten. „Zolang de overheid het steeds lastiger maakt om een werk- of verblijfsvergunning te krijgen, kiezen meer en meer migranten ervoor om zonder papieren hier te komen werken. De uitbuiting zal hierdoor ook toenemen. Het is wachten op een volgend drama.”

Aanvulling (13 mei 2024): het dodental in George is in deze versie van het artikel geactualiseerd.

Lees ook
Zuma, de kwelgeest van het ANC, is terug: ‘We zijn niet te stoppen’

Oud-president Jacob Zuma bij de rechter, op 8 april. Die oordeelde een dag later dat  Zuma mag meedoen aan de aankomende verkiezingen.