Als je rivaal zichzelf te kijk zet, kun je het beste achteroverleunen en het laten gebeuren. Dat lijkt het Chinese antwoord op de onzekerheid die de Amerikaanse president Donald Trump onder zijn bondgenoten veroorzaakt.
Chinese diplomaten herhaalden hun vaste mantra’s ‘multipolariteit’ en ‘win-win-samenwerking’, die opeens geruststellend klonken. In China gingen filmpjes van de ruzie tussen Trump en de Oekraïense president Volodymyr Zelensky afgelopen weekend ongecensureerd rond. Beter bewijs dat Amerika zich misdraagt als pestkop, wat veel mensen in China toch al vonden, is er niet.
Tegelijk brengt Trumps optreden risico’s mee voor China’s eigen ontwikkeling. Tijdens twee belangrijke politieke bijeenkomsten, vanaf deze dinsdag in Beijing, draait het om een zelfredzame economie, minder kwetsbaar voor de externe schokken van Amerikaanse importheffingen en andere maatregelen. En internationaal ziet China liever een geleidelijke reorganisatie van de wereldorde, waarbij het langzaam aan invloed wint binnen multilaterale organisaties, dan een snelle Amerikaanse terugtrekking die het hele systeem instabiel maakt.
Weinig bondgenoten
Op de vraag of China die wereldorde niet zou willen leiden, is Beijings antwoord duidelijk ‘nee’. „China heeft niet de intentie om de VS voorbij te streven of te vervangen”, herhaalde buitenlandminister Wang Yi in zijn eerste telefoongesprek met zijn Amerikaanse collega Marco Rubio. Zulke uitspraken van Chinese leiders worden vaak gewantrouwd, maar zijn niet los te zien van het feit dat China dat op dit moment helemaal niet zou kunnen. „China is daar niet klaar voor”, zei gerenommeerd politicoloog Da Wei van Tsinghua University vorige week in een interview met een Europese denktank.
Lees ook
China hoeft alleen maar in het gat te stappen dat Trump in de wereld achterlaat
Als je daarvoor een paar redenen op een rijtje zet, valt op hoe sterk Amerika’s machtspositie is. Neem Amerika’s brede bondgenotennetwerk van landen die bij crises op elkaars hulp kunnen rekenen. Daar kan China slechts één formeel bondgenootschap tegenover zetten – met Noord-Korea. Amerika heeft de dollar als machtig economisch drukmiddel en honderden overzeese legerbases. China heeft één militaire basis in Djibouti, met een paar andere in aanbouw. Sinds kort heeft China meer diplomatieke posten dan de VS, maar als het gaat om diplomatieke ervaring en invloed staat China duidelijk zwakker.
De Chinese leider Xi Jinping nam dinsdag plaats in de Grote Hal van het Volk, waar deze week de belangrijkste vergaderingen van de Chinese politieke jaarkalender plaatsvinden, de zogenoemde ‘Twee Sessies’. Foto Andres Martinez Casares/EPA
En ondanks China’s eigen machtsmiddelen op het gebied van handel en grondstoffen is het volgens veel Chinezen ook psychologisch nog niet klaar voor een grote uitbreiding van zijn internationale rol. Meer dan zijn voorgangers heeft president Xi Jinping het over China’s „verantwoordelijkheid” als opkomende wereldmacht, en over China’s „recht om te spreken” en internationaal gehoord te worden. In buitenlandse oren klinkt dat al snel dreigend, maar binnen China probeert Xi hiermee draagvlak te kweken voor een ambitieuzere buitenlandstrategie, zoals het geven van internationale hulp – impopulair in een land dat zichzelf tot voor kort als ontwikkelingsland zag, en met een bnp per hoofd van de bevolking dat zeven keer lager ligt dan dat van de VS.
Lospellen van Rusland
China’s gebrek aan bondgenoten maakt zijn partnerschap met Rusland ook zo belangrijk. Volgens Rubio moet de Amerika’s toenadering tot Poetin Rusland „lospellen” van China, dat volgens hem een grotere bedreiging vormt voor Amerikaanse belangen. Maar zelfs als Amerika Poetin een einde van de oorlog in Oekraïne zou kunnen bezorgen op Russische voorwaarden, lijkt het onwaarschijnlijk dat Ruslands relatie met China daar wezenlijk onder zou lijden. Poetin weet dat Trump – waarschijnlijk – over vier jaar weg is, terwijl China ook daarna belangrijk blijft. Ook voor China is de band met Rusland een zaak van de lange termijn, in een onzekere wereld waarin de strijd met Amerika nog decennia kan doorgaan.
Voor China zou een einde aan de oorlog in Oekraïne wel uitzicht bieden op herstel van de relatie met de Europese Unie. Die liep ernstige schade op door de economische steun die China aan Rusland gaf, ondanks een officieel neutrale positie. In München viel op dat buitenlandminister Wang Yi de Oekraïense en Europese belangen in het vredesproces benadrukte. Hij zei dat Europa in „een oorlog op Europese bodem” een belangrijke rol moet spelen. Nu de relatie met de VS onder druk staat, lijkt de EU ook open te staan voor toenadering tot China. In een recente toespraak drukte Commissievoorzitter Ursula von der Leyen zich opvallend mild uit toen ze zei dat er misschien ook ruimte was om wederzijdse handel en investeringen uit te breiden.
Dat kan China goed gebruiken, nu een nieuwe handelsoorlog met de VS dreigt. Dinsdag verhoogde Washington de invoerheffingen voor Chinese producten met nog eens 10 procent, een tweede verhoging sinds Trumps aantreden. China heeft relatief milde tegenmaatregelen getroffen, maar als Trump daar weer op reageert dreigt er toch escalatie.
Te midden van alle geopolitieke turbulentie blijft voor China topprioriteit om de complexe economische transitie van het land in goede banen te leiden. Foto Andres Martinez Casares/EPA
Economische problemen
En dat is maar een van de „vele problemen en uitdagingen” waar de Chinese economie voor staat, volgens een artikel op naam van Xi dat voorafgaand aan de vergaderingen werd gepubliceerd. Topprioriteit voor Beijing blijft om China’s complexe economische transitie – waarbij snelle vergrijzing, socio-economische ongelijkheid, en een huizenmarkt in crisis leiden tot lagere groei – in goede banen te leiden.
Lees ook
China stimuleert zijn economie, maar doet dat wel heel voorzichtig
De plannen voor komend jaar zullen gericht zijn op innovatie, maar ook op het aanjagen van de binnenlandse consumptie. Daarvoor zal de overheid meer moeten uitgeven aan publieke voorzieningen en stabilisering van de huizenmarkt.
Al deze stappen maken China minder afhankelijk van buitenlandse vraag, en dragen daarmee bij aan het doel om zelfvoorzienender te worden. We moeten inzetten op eigen „kracht, kracht, en nog meer kracht”, schreef de bekende nationalistische commentator Shen Yi na het gesprek tussen Trump en Zelensky. „Dat is de fundamentele boodschap.”
Daags voordat zich in het Oval Office een diplomatiek drama voltrok, was het Witte Huis toneel van een ander mediaspektakel. Terwijl president Donald Trump donderdagmiddag de Britse premier Keir Starmer op bezoek kreeg, liepen er ook vijftien trumpistische influencers door de gangen. Minister Pam Bondi (Justitie) had hen op het Witte Huis uitgenodigd om als eersten de zogenoemde ‘Epstein Files’ in ontvangst te nemen. Nog voor het Congres of andere nieuwsmedia kregen zij een witte multomap, waarmee ze op weg naar de uitgang triomfantelijk poseerden.
Het mediamoment illustreerde enkele bredere ontwikkelingen onder Trump II. Zo stelt de nieuwe regering het Witte Huis ruim open voor tv-verslaggevers, podcasters, vloggers, nieuwsbriefauteurs en influencers die de MAGA-beweging steunen, terwijl de toegang van gevestigde massamedia wordt ingeperkt.
Daarnaast blaast de regering het wijdverspreide complotdenken in de Amerikaanse samenleving verder aan. Of het nu gaat om de goudvoorraad in Fort Knox, vermeende ‘genocide’ op witte boeren in Zuid-Afrika, vaccins, of vermeende ‘biowapens’ in Oekraïne: de president en zijn bewindslieden omarmen de wildste samenzweringstheorieën. Die daardoor nu deels het overheidsbeleid bepalen.
Epsteins ‘klantenlijst’
De veroordeelde zedendelinquent, miljonair en jetsetfiguur Jeffrey Epstein is al jaren zeer dankbaar materiaal voor complotdenkers. Voordat hij in 2019 stierf in een New Yorkse cel – waar hij vastzat op verdenking van misbruik van minderjarige meisjes – berichtten ook gevestigde media over zijn nauwe contacten met beroemdheden, zakenlieden en toppolitici.
Deze hoge connecties maakten dat bijna de helft van de Amerikanen zijn officiële doodsoorzaak (suïcide door ophanging) in 2019 gelijk in twijfel trok. Online joegen complotzwendelaars die argwaan verder aan met verhalen over Epsteins prominente kennissen die zouden hebben deelgenomen aan orgies met minderjarigen. Die waren daardoor chantabel en vermoordden hem ‘dus’ toen hij uit de school dreigde te klappen.
De witte multomap van donderdag vermeldde op de kaft dat ze voorheen ‘geheime’ informatie bevatte, vrijgegeven door de „meest transparante regering in de Amerikaanse geschiedenis”. Toch konden zelfs de Trump-gezinde influencers geen primeur ontdekken in de tweehonderd pagina’s met contactlijsten en vluchtgegevens. Die waren allang bekend of deels zwart gelakt.
Transparantie leek echter niet de bedoeling van de hele exercitie. Minister Bondi greep de teleurstelling aan om opheldering te eisen van de FBI, die duizenden documenten ‘achtergehouden’ zou hebben. Mogelijk is de federale recherche al bezig om die te vernietigen, waarschuwde de Republikeinse afgevaardigde (en voormalig FBI-klokkenluider) Andy Ogles toen hij een wetvoorstel voor een ‘Preventing Epstein Documentation Obliteration’ [PEDO] Act lanceerde.
Lees ook
Wie wil snappen wat de wereld te wachten staat met Trump-II doet er goed aan dit boek te lezen
In het blootleggen van verondersteld seksueel misbruik gaat deze regering wel selectief te werk. Hiervan getuigde de terugkeer – eveneens donderdag – van de ultrarechtse influencerbroers Andrew en Tristan Tate. Deze zelfverklaarde ‘vrouwenhaters’ mochten anderhalf jaar Roemenië niet uit wegens verdenkingen van onder meer verkrachting en vrouwenhandel. Ze konden toch naar Florida terugvliegen, nadat de regering-Trump er de afgelopen weken bij Boekarest op had aangedrongen hun reisbeperkingen op te heffen.
Wantrouwen
Met Trump zijn ook veel van zijn aanhangers wantrouwig jegens de federale overheid, bureaucraten, Democraten, kwaliteitsmedia, vaccins of het buitenland. Met haar geflirt met complotverhalen hierover (en het uitnodigen van influencers die hier deels in handelen) lijkt de regering die achterdocht te willen aanjagen.
Zo slingerde Elon Musk via zijn pseudoministerie voor overheidsefficiëntie (DOGE) allerlei verdenkingen de wereld in. Bij zijn wilde bezuinigingsjacht zou er zijn ontdekt dat onder meer hulpagentschap USAID miljoenen ‘stal’ om bij mediabedrijven pro-Democratische berichtgeving en ‘maatschappelijke manipulatie’ in te kopen. In werkelijkheid ging het om regeringsabonnementen op een datadienst van het moederbedrijf van persbureau Reuters en de betaalde nieuwsbrief door beleidsexperts van Politico.
Internetmythes als QAnon (over satanische pedo’s) en de Big Lie (over verkiezingsfraude tegen Trump) sprongen de afgelopen jaren soms al over naar de niet-digitale, echte wereld, in de vorm van terreurdreiging en geweldsincidenten, met als dieptepunt de Capitoolbestorming. Onder Trump beginnen ze nu ook de basis te vormen voor het overheidsbeleid.
Zo moesten ambassades na Musks ‘onthulling’ over gekochte media hun Economist-abonnement opzeggen. Zoals Washington na zijn geklaag over ‘genocide’ op en landonteigening van witte boeren in zijn geboorteland Zuid-Afrika aankondigde hen als vluchteling op te nemen en de ontwikkelingshulp aan het land stop te zetten.
Ook over de oorlog van Rusland tegen Oekraïne zingen er in regeringskringen wilde complottheorieën rond. Veelal echoën die de Kremlin-propaganda dat Oekraïne en het Westen die oorlog uitlokten door de NAVO oostwaarts uit te breiden. Soms worden ze verknoopt met complotverhalen rond het coronavirus (dit vanwege biologische laboratoria in Oekraïne) of Musks kruistocht tegen ‘verspilling’ van belastinggeld (het wapentuig dat de VS leverden zou door Kyiv zijn doorverkocht aan de Taliban en Hamas).
Dit zijn geen marginale theorieën meer. Onder meer Trumps gezondheidsminister Robert F. Kennedy jr. en inlichtingendirecteur Tulsi Gabbard hebben ze in het recente verleden rondgebazuind in gesprek met de invloedrijke rechtse opiniemaker en oud-Fox News-presentator Tucker Carlson. Met hun benoeming zijn hun alternatieve waarheden in het hart van de Amerikaanse macht beland.
Vraag in het Oval Office
Terwijl klassieke media nog factchecks doen om deze complottheoriën te ontkrachten, staan trumpistische influencers klaar om ze verder te verspreiden. Dit bleek bijvoorbeeld vrijdag, toen president Volodymyr Zelensky van Oekraïne in het Oval Office op bezoek kwam. De gerenommeerde persbureaus AP en Reuters waren daar bij niet welkom, maar wel Brian Glenn, die als een van de eerste journalisten de beurt kreeg om een vraag te stellen.
Deze Texaanse reporter werkte tien jaar geleden nog voor de lokale tv, maar zijn ster is de afgelopen jaren razendsnel gestegen. Inmiddels geldt hij als de favoriete journalist van de president: bij persmomenten mag hij niet zelden de eerste vraag stellen. Meestal bestaan die uit een lofzang op een succes van Trump en het verzoek dit verder toe te lichten.
Ook Glenn dompelt zich graag onder in complotdenken. Als verslaggever van trumpistische zenders als Right Side Broadcasting en nu Real America’s Voice ging hij de afgelopen jaren tientallen rally’s van de kandidaat af. Daarbij liet hij Trump-aanhangers regelmatig leeglopen met de meest bizarre complottheorieën. Om ze vervolgens niet tegen te spreken, maar alleen af te kappen met een „ik wil niet aangeklaagd worden”, beschreef Politico begin vorig jaar in een groot profiel.
Brian Glenn, verslaggever van Right Side Broadcasting Network, interviewde vorig jaar afgevaardigde Marjorie Taylor Greene, Republikein uit Georgia, tevens zijn geliefde, bij een rally van toenmalig presidentskandidaat Donald Trump in Taylor Greens thuisstaat. Foto Mike Stewart/AP
Sinds een paar jaar heeft Glenn verkering met Marjorie Taylor Greene, een trumpista uit Georgia. Toen zij in 2020 in het Huis van Afgevaardigden werd gekozen, gold zij nog als marginaal. Zo werden oude berichten van haar opgeduikeld waarin ze QAnon aanhing of de uitbraak van Californische bosbranden toeschreef aan ‘Joodse ruimtelasers’.
In het Huis maakte ze onder meer naam met haar verzet tegen militaire hulp aan Oekraïne. Bijvoorbeeld door een amendement in te dienen dat elke volksvertegenwoordiger die voor steun aan Kyiv stemt, zou moeten dienen in het Oekraïense leger. Daarbij verkondigt ze al langer dat Zelensky een ‘schurkenregime’ zou leiden, dat de VS een poot uitdraait.
Van radicaal randfiguur is Greene de afgelopen jaren uitgegroeid tot partij-establishment en haar pro-Russische retoriek wordt door steeds meer Republikeinen overgenomen. Ook haar levenspartner Brian Glenn helpt daar graag bij, bleek vrijdag.
Eerst stelde de verslaggever een vraag aan Trump: „Hoe ziet u zichzelf als vredesstichter?” Aardige vraag, vond de president, waarna hij zei: „Maar je had nog een tweede vraag, toch?” Die stelde Glenn aan Zelensky – die, zoals gebruikelijk sinds de invasie, in militair kloffie was komen opdagen. Nu bleek Glenn ineens wel kritisch te kunnen ondervragen: waarom kon Zelensky „niet het respect opbrengen” een pak te dragen? „Heeft u wel een pak?”, sarde Glenn tot enige hilariteit van omstanders, waarmee de vijandige toon voor de rest van de ontmoeting was gezet.
Correctie (4/3): In een eerdere versie van dit stuk was er sprake van Kremlin-propaganda dat Oekraïne en het Westen de oorlog in Oekraïne uitlokten door de NAVO westwaarts uit te breiden. Dit moet zijn: oostwaarts.
Anniek Sienot komt op een blauwe deelfiets de campus van Peking University oprijden. Bij de ingang steekt ze haar nek uit richting de camera met gezichtsherkenning. Het poortje opent en ze fietst naar binnen, de uitgestrekte campus op van één van China’s oudste en meest prestigieuze universiteiten.
„Dit vond ik misschien wel de grootste cultuurshock,” vertelt ze later. In eerste instantie had ze geen toestemming gegeven om haar gegevens te gebruiken voor de gezichtsherkenningssoftware. Maar nadat ze een week handmatig haar paspoort had laten checken elke keer dat ze de campus bezocht, ging ze toch om. „Het was een soort symbolische actie van mij, want er hangen hier ook overal camera’s. Ik heb er wel veel gesprekken over met medestudenten en Chinese vrienden. Want waarom vinden zij dit nou gewoon oké?”
Sienot (22) is dit jaar in Beijing voor haar master in internationale betrekkingen, een opleiding die ze deels in Frankrijk en deels in China doet. Ze is deel van een kleine groep Nederlandse studenten die momenteel in China studeren, nadat het land drie jaar vrijwel geen buitenlandse studenten binnenliet als onderdeel van het strenge coronabeleid. Ze raakte geïnteresseerd in China tijdens haar bachelor, en hoorde van docenten dat ze er heen moest om het land beter te begrijpen. „Maar ik wist heel lang niet zeker of ik ook echt naar China zou kunnen.”
Sinds 2023 zijn de Chinese grenzen weer open, maar het land trekt veel minder buitenlandse studenten dan voor de pandemie. Hoeveel minder is lastig te zeggen, omdat het Chinese ministerie van Onderwijs daar sinds 2020 geen statistieken meer over publiceert. Maar duidelijk is dat het gaat om een fractie van het half miljoen buitenlandse studenten dat in 2018 naar China ging, onder wie 73.618 studenten uit Europa.
De afname past in een bredere daling in buitenlandse bezoeken aan China: in 2024 lag het aantal buitenlanders dat China bezocht op tweederde van het niveau in 2019. Naast de impact van het coronabeleid, spelen ook economische en vooral ook geopolitieke factoren mee bij de afname.
Minder interesse
Zo merkt Ed Sander, die tours door China organiseert voor ondernemers in de retailsector, de impact van de negatievere publieke opinie over China. Volgens het Asia Society Policy Institute, dat data van opiniepeilingen over China verzamelt, werd de wereldwijde publieke opinie over China negatiever in 2020, aan het begin van de pandemie. Sindsdien is dat zo gebleven, vooral in hoge-inkomenslanden waar China steeds meer wordt gezien als geopolitieke rivaal of bedreiging. „In 2023 waren mensen nog bezorgd om in China een ziekte op te lopen of in een lockdown terecht te komen, terwijl dat toen niet relevant was.” Maar ook vorig jaar had Sander moeite om Nederlandse deelnemers te werven. „Het sentiment is heel erg veranderd, en er is minder interesse.”
Degenen die wel naar China afreizen hebben vaak een persoonlijke motivatie. Castor van Dillen (29) nam recent twee maanden vrij van zijn baan bij regionaal dagblad De Stentor om Chinees te leren in Shanghai. Hij had eerder al een taalcursus gedaan en wilde graag zijn eigen indrukken vormen van een land waarvan hij zag dat het ook mondiaal steeds actiever werd. „Voordat je een oordeel kunt vormen, moet je ook de cultuur een beetje snappen.”
Het riep vraagtekens op in zijn omgeving, waarin mensen China vooral als ‘gesloten’ zagen. Van Dillen: „Maar je kunt ook denken: om een goede concurrent van China te zijn, stuur je juist veel mensen hiernaar toe en laat je ze zich de taal en cultuur eigen maken. In China gebeurt dat bijvoorbeeld met de studenten. Ik voetbal hier op zondag en een heel aantal van de spelers heeft in Europa gestudeerd.”
Sienot merkte dat het kritische mediadebat over China haar nieuwsgierigheid naar het land juist aanwakkerde. „Hoe is China nou? Hoe ervaren Chinezen het zelf?” In de collegezaal blijkt ruimte voor debat te zijn. „Over hoe Mao vandaag de dag wordt gezien, of over China’s strategie om heel erg op te trekken met het mondiale Zuiden. Je hebt hier een ander gesprek. Is China nu een ontwikkelingsland of een wereldleider?”
Lees ook
Interview met antropoloog Biao Xiang
Ook Sander is van mening dat zijn tours relevant blijven voor Nederlandse ondernemers, ook in een veranderd geopolitiek klimaat. „Naar mijn mening is naar China gaan nu juist belangrijker dan voor Covid, omdat Chinese e-commerce-retailers ook steeds meer naar Europa komen. Je moet weten wat de concurrentie in zijn mars heeft.” Ook merkt hij dat het beeld van bezoekers vaak verandert tijdens hun reis. „Dan willen ze nog een keer terugkomen, maar dan privé.”
Visumvrij reizen
Op dit moment lijkt de interesse in het leren over China op een laag punt te blijven steken. Aan de opleiding Chinastudies van de Universiteit Leiden, de enige plek in Nederland waar je een volledige studie in Chinese taal en cultuur kunt doen, daalde het aantal eerstejaarsstudenten tijdens de pandemie met meer dan 40 procent, zonder duidelijk herstel in de jaren daarna. Ook in Duitsland, Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten lopen de aantallen studenten die Chinees studeren flink terug, een trend die op sommige plekken al voor de pandemie begon.
In de Verenigde Staten, waar de relaties met China verslechterden sinds de handelsoorlog die president Trump in 2017 begon, is de afname in studentenuitwisselingen het scherpst. Terwijl het aantal Chinese studenten in de Verenigde Staten met zo’n 20 procent afnam tot ongeveer 280.000 studenten, daalde het aantal Amerikaanse studenten in China van bijna 21.000 in 2018 tot ongeveer 1.100 vorig jaar. Complete cijfers over het aantal Nederlandse studenten in China ontbreken.
De Chinese regering probeert het tij te keren. President Xi Jinping zei eind 2023 dat hij graag vijftigduizend Amerikaanse jongeren wilde verwelkomen in China en het land werft weer actief buitenlandse studenten voor overheidsbeurzen. Vorig jaar werd het makkelijker voor buitenlanders in China om op Chinese apps met buitenlandse creditcards te betalen. China’s digitale ecosysteem, met veel eigen apps die vaak alleen werken met ID-check (real-name registration), vormt een barrière voor bezoekers.
Ook zette China recent stappen op het gebied van visumvrij reizen. Voor de pandemie konden alleen reizigers uit Singapore, Japan en Brunei zonder visum naar China – inmiddels heeft China unilateraal visumvrij reizen geïntroduceerd voor reizigers uit 38 landen, waaronder Nederland. „Spontaan een reisje naar China is nu mogelijk,” verklaarde een woordvoerder van het Chinese ministerie van buitenlandse zaken.
Het versoepelde visumbeleid, dat in China veel aandacht krijgt, lijkt effect te hebben. In 2024 steeg het aantal buitenlandse bezoeken aan China met 83 procent in vergelijking met het jaar ervoor, naar 64,9 miljoen. Het aantal van die bezoeken waarvoor gebruik werd gemaakt van de visumvrije regelingen verdubbelde tot 20,1 miljoen, aldus het Chinese immigratiebureau. Hoewel nog altijd fors lager dan de 97 miljoen bezoeken in 2019, is er dus sprake van herstel.
Wel laten de cijfers een duidelijke verschuiving zien in de herkomst van bezoekers. Volgens een analyse van Bloomberg op basis van verkochte vliegtuigtickets groeide het aantal bezoekers uit Zuidoost-Azië, terwijl bezoeken uit Europa en Noord-Amerika juist met een derde afnamen. De hoofdstad Beijing, dat meer gedetailleerde cijfers publiceert, zag een vergelijkbare trend. Het aantal Vietnamezen, Russen en Maleisiërs dat Beijing bezocht groeide het afgelopen jaar het hardst, terwijl het aantal bezoekers uit de Verenigde Staten, Australië en Japan sterk daalde.
Reisadviezen positiever
De Verenigde Staten paste recent het reisadvies voor China aan. Reizen naar China wordt niet langer afgeraden, een stap die het organiseren van studie-uitwisselingen vereenvoudigt. Tegelijk blijven sommige overheden waarschuwen voor veiligheidsrisico’s van bezoek aan China. Volgens het reisadvies van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse zaken kun je naar China reizen, maar geldt er een waarschuwing voor onder andere China’s strenge drugsbeleid en een risico op willekeurige arrestaties „om onduidelijke of politieke redenen”.
Anniek Sienot is het nooit eens geworden met haar vrienden over de Chinese surveillancecultuur. „Zij vinden het fijn dat het superveilig is, en dat de politie via de camera’s je gestolen tas snel kan traceren. Maar ik zou dit in Nederland echt niet willen.”
Een lammetje van nog geen dag oud staat, wankel op knokige witte pootjes, te mekkeren in de garage van George Wherry (85). De schapenboer is in de weer met een oude blender, melkpoeder, water en yoghurt. Zijn eigen recept voor flesvoeding voor lammetjes die het in deze koude winter in Scenery Hill anders niet dreigen te redden. Op veel boerderijen in het zuidwesten van de staat Pennsylvania heerst rust in februari. Voor Wherry is het hoogseizoen. „We fokken lammetjes met één doel: de slacht. Ze zijn het meest rendabel rond Pasen, dus daar werken we nu naartoe”, zegt hij.
In een houthakkersblouse, spijkerbroek en op sloffen scharrelt hij door de bescheiden en rommelige woonboerderij. Hij groeide hier op „toen we nog geen elektriciteit hadden”, bracht er zes kinderen groot en runt het veebedrijf nu ruim vijftig jaar. Sinds een paar jaar samen met zijn dochter Diana Petrie (57). Zij probeert „hem af te remmen”, zegt ze, terwijl ze hem een papieren zakdoek aanreikt.
Wherry wil niks weten van stoppen. Zelfs niet sinds er tien jaar geleden schaliegas werd aangeboord onder zijn bijna anderhalve vierkante kilometer grond. Met zijn aandeel daarin verdient hij meer dan aan wol en vlees. En zeker niet in de wetenschap dat geen van zijn kleinkinderen voornemens lijkt de boerderij met vijfhonderd schapen – en tijdelijk tweehonderd lammetjes – over te nemen.
Ze hebben het te druk om het politieke nieuws op de voet te volgen, maar op Fox News en de lokale talk radio horen ze over alle decreten en bijna dagelijkse persconferenties van Donald Trump. Ze zijn verbaasd, hoopvol en gelukkig over de eerste vijf weken dat hij weer president is. Trump „heeft het land van de afgrond gered”, zegt Wherry. „Als hij de teugels niet in handen had gekregen, verkeerden we nu in de grootste problemen sinds de Japanse aanval op Pearl Harbor.” De boer is ervan overtuigd dat de aftakelende Joe Biden – wiens naam hij niet wil uitspreken – Amerika kwetsbaar maakte. „Andere landen stonden klaar om ons aan te vallen. Onze grenzen stonden wagenwijd open.”
Bij Diana Petrie overheerst een gevoel van opluchting en vertrouwen nu haar Republikeinse ‘team’ de gepolariseerde Verenigde Staten weer regeert. „Ik voel me simpelweg beter. Ik voel me veiliger. Ik weet niet of alles wat Trump doet goed is, maar ik vertrouw de sterke en intelligente mensen die hij heeft geselecteerd voor zijn kabinet. Het land beweegt weer in de juiste richting.”
Pennsylvania is een van de staten die cruciaal waren voor Trumps verkiezingswinst in november. Niet omdat hij hier nieuwe groepen kiezers aansprak, maar omdat de opkomst in traditioneel Republikeins gebied veel hoger was dan in de overwegend Democratische steden. Het tegenovergestelde van de verkiezingsuitslag van 2020. Het zijn trouwe kiezers als Wherry, Petrie en hun omringende netwerk van boeren, fabrieksarbeiders, mijnwerkers, verpleegkundigen en verkopers die hem hielpen.
Over „dat transgendergedoe” hebben vader en dochter een uitgesproken mening. „Als ze zich gedeisd houden, heb ik er niet zo veel problemen mee, maar het is zo in your face”, zegt hij. Zij valt hem bij: „Voor zover ik begrijp wordt hun transitie bekostigd met belastinggeld. Wie betaalt míjn zorgrekening als ik iets bijzonders wil?” Ze zijn niet voor discriminatie, zeggen ze, maar tegen een vermeende voorkeursbehandeling.
Het meest opgetogen zijn ze over Trumps pogingen de zuidgrens af te sluiten en immigranten uit te zetten. Wherry heeft ooit geprobeerd om een herder uit Latijns-Amerika over te laten komen. „Want onze jongens willen dit werk niet meer doen. De bureaucratie en het papierwerk waar ik me doorheen moest worstelen waren niet te overzien. Tegelijkertijd lopen mensen gewoon de grens over.” Diana Petrie vreest dat er terroristen zitten bij de miljoenen die de afgelopen jaren binnenkwamen.
De chaos aan de grens, plus het feit dat sommige migranten in hotels werden ondergebracht, hebben veel Amerikanen boos gemaakt. Petrie ziet financieel gewin in hun verwijdering, niet de problemen die arbeidstekorten veroorzaken. „Als we minder belastinggeld uitgeven aan het onderbrengen van die mensen, blijft er meer over.”
Om diezelfde reden is ze blij dat het mes nu in de federale overheid gaat. „Het inkrimpen van de hoeveelheid mensen die een luizenbaantje heeft en nauwelijks werkt, daarmee kunnen we de staatsschuld terugdringen.” Verder heeft Trumps economische beleid nog weinig handen en voeten, geeft ze toe, op het dreigen met importtarieven na. De inflatie neemt alleen maar toe. Petrie: „De economische chaos van de vorige regering is niet zomaar bij te sturen. Dat duurt misschien wat langer dan veel mensen hoopten. Geef het een jaar.”
Lees ook
Eieren zijn in de VS nu een luxeproduct – maar Trumps kiezers rekenen het hem niet aan
Wherry is voorzichtiger. Twee van zijn dochters werken voor die landelijke overheid: één als vleesinspecteur en de ander voor het ministerie van Energie. Vooral over die laatste maakt hij zich zorgen. „Gewone mensen lijden onder die ontslagen. Maar ik wil er geen oordeel over vellen, ze zijn vast bezig met fraude en verspilling opsporen”, zegt hij over Elon Musk en de zijnen die in naam van Trump de bijl in overheidsinstanties hebben gezet.
Die bewuste dochter, Jennifer Wherry (58), verhuisde een paar jaar geleden na een lange carrière bij de marine terug naar Pennsylvania, om dichter bij haar vader, broer en zussen te zijn. Op de bank in haar strak ingerichte huis, een half uur noordwaarts, zegt ze dat ze haar hypotheek niet meer kan betalen als ze ontslagen wordt. „Niemand is op dit moment veilig.”
Net als haar vader en de rest van haar generatie is Jennifer Wherry Republikein in hart en nieren. „Maar ik ben geen groot voorstander van Trump, meer een Nikki Haley-fan”, de gematigder oud-gouverneur en VN-ambassadeur die Trump uitdaagde tijdens de voorverkiezingen.
Spijt van haar stem van afgelopen november heeft ze niet. Trump blijft „de minste van twee kwaden” – het Democratische alternatief is erger. Maar ze schrikt wel van de „puinzooi” die nu wordt aangericht. Met het dempen van het moeras in Washington heeft het verdwijnen van halve afdelingen op haar kantoor in de buurt van Pittsburgh weinig te maken. „Ik ben voor een kleine overheid en fraudebestrijding, maar het moet goed doordacht zijn. Dat is het nu duidelijk niet. En ik betwijfel dat het veel oplevert voor het begrotingstekort.” Jennifer Wherry stemde tegen wanorde aan de grens en kreeg er chaos in haar eigen leven voor terug.
Misbruik
Terug in Scenery Hill is er wel wat kritiek op Trump, als het gaat over Rusland en Oekraïne. Wherry en Petrie vinden diens toenadering tot Vladimir Poetin bizar. „Ze zouden [de Oekraïense president Volodymyr] Zelensky meer moeten helpen, niet minder”, zegt Wherry. Diana Petrie: „Als je Poetin laat wegkomen met wat hij in Oekraïne doet, wordt Rusland alleen maar sterker.” Hij: „Dan is Polen als volgende aan de beurt.” Zij: „Misschien zit er een strategie achter bij Trump, maar je kunt niet zo achterlijk zijn dat je niet te beseft dat Poetin op deze manier een groter gevaar wordt.”
De drie familieleden zijn tegen het opblazen van de NAVO, net als veel Republikeinen van hun generatie. Maar dat geldt niet voor jongere Trump-aanhangers. Austin Petrie (33) bijvoorbeeld, Diana’s oudste zoon, bijvoorbeeld. „Wij zijn niet de probleemoplossers van de wereld”, zegt hij aan de telefoon, tijdens een zakenreis voor zijn werk als voorman in een verpakkingsfabriek voor honden- en kattenvoer. „Het kan mij niets schelen wat er gebeurt in Afrika en ik ben klaar met er geld aan uitgeven. Oekraïne kan me geen reet schelen. Ik geef niks om Europa. Andere landen maken alleen maar misbruik van ons.”
Hij maakt zich ook geen enkele zorgen over de mogelijke schade die Musk aanricht. „Eindelijk wordt de boel opgeschud. Waar gehakt wordt vallen spaanders.”
Zijn moeder Diana is sceptischer over Musk. „Hij is een briljante zakenman, maar wat is zijn doel?” Ze heeft zich niet verdiept in de belangenverstrengeling tussen Musks bedrijven en de federale overheid. „Maar ik geloof niet dat hij dit [werk] doet zonder dat er iets voor hem in zit.”
Aanstaande bezuinigingen kunnen ook Diana Petrie raken. Sinds haar man drie hersenbloedingen kreeg, leven zij van een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Naast de collectieve zorgverzekering voor arme Amerikanen, dreigen de Republikeinen het mes te zetten in sociale zekerheid. Alleen daarmee zou het begrotingstekort echt kunnen worden teruggedrongen. Maar Petrie denkt dat het zo’n vaart niet zal lopen.
Over de opbrengsten van de boerderij maakt de familie zich geen zorgen. Migranten werken hier niet en ze zijn niet bang voor importtarieven. Kan het schaliegas ze rijker maken, na Trumps „drill, baby, drill”-belofte dat hij het aanboren van fossiele brandstoffen zou „ontketenen”?
„In de eerste jaren leverde het gas veel op. Ik heb er allemaal nieuwe apparatuur van gekocht die ik me eerder niet kon veroorloven.” Naast het kwakkelende lammetje in de garage staat een nieuwe oranje zitmaaier te glimmen. Een sterk contrast met de verweerde meubels, de sinds de dood van Wherry’s vrouw in 2009 onbespeelde piano, een geborduurde plaat van Jezus en een schaap, de oude geweren naast zijn overvolle bureau. Hij investeert liever in het bedrijf.
Maar de laatste jaren lopen de inkomsten terug. „Niet omdat er minder gas is, of we beperkt werden door regels, maar omdat het minder opbrengt. We krijgen nog maar een tiende van eerder.” Hij verwacht niet dat daar onder Trump verbetering in komt. Wherry werkte ook decennialang in de kolenmijnen waar de economie hier vroeger op dreef. „We zitten nog steeds op een berg uitstekende steenkool, maar niemand wil het meer hebben. Geen idee hoelang het gas rendabel blijft.” Fracking in de bodem hier in Pennsylvania kan nauwelijks concurreren met goedkoper op te pompen gas dat op de markt is. En waarvan Trump de prijs verder wil verlagen.
Wat dat betreft stemden Wherry en Petrie niet uit eigenbelang, benadrukken ze. „Waar de politiek en de federale overheid ons persoonlijk treffen, is als consument. We worden geraakt als we boodschappen doen of tanken”, zegt zij. Ze verwacht op dat gebied tastbare resultaten van Trump. Niet zozeer in het verlagen van de prijzen – deflatie zou de economie niet helpen – maar in het stijgen van de inkomsten en in lastenverlichting.
De Republikeinen zullen voor de tussentijdse verkiezingen van november volgend jaar moeten leveren, om de absolute macht die ze nu in Washington hebben te behouden. „Alleen leiderschap dat concrete verbetering in de kwaliteit van leven verschaft, wordt herkozen, zo simpel is het”, zegt Wherry.
Deze stemmen in Pennsylvania zullen de Republikeinen niet verliezen. Het enthousiasme van minder gebonden stemmers staat wel op het spel, door chaos, impopulaire maatregelen of het uitblijven van veranderingen die kiezers zeggen te willen. Trump is sowieso voor het laatst gekozen, want Amerikaanse presidenten krijgen maximaal twee termijnen. „Misschien probeert hij dat aan te vechten, want zijn regeerperiodes volgden niet meteen op elkaar”, zegt Wherry met een glinstering in zijn ogen. Dit is een ongrondwettelijk idee waar Trump openlijk mee flirt en een angstbeeld voor de Amerikanen die zijn steeds autocratischer neigingen vrezen. Het is ook een suggestie waarover Wherry zich hevig op zou winden, mocht die andere politieke partij het ooit in z’n hoofd halen.
„Vanwege zijn leeftijd zal Trump er wel mee stoppen. Zijn nuttige jaren raken op, net als de mijne”, zegt de schapenboer. Maar:„Ik zou hem best nog een ronde verdragen”.
Rizeq moest het Syrische leger in. Maar dat leger bombardeerde zijn stad plat en het regime van Assad stond voor alles wat hij verachtte. Zich thuis schuilhouden, betekende zijn familie in gevaar brengen. Op zijn 21ste vertrok hij uit Syrië. „Een auto reed de straat in en stopte voor de deur. Daar stapte ik in. Toen waren we onderweg. De smokkelaar en ik.”
Al ruim tien jaar duurt zijn vluchtverhaal. Hier in Berlijn hoopt de 32-jarige dat het eindigt, zodat zijn „normale” leven kan beginnen. Maar nu partijen met anti-migratiestandpunten – de Christlich Demokratische Union Deutschlands (CDU) en Alternative für Deutschland (AfD) – de grote winnaars zijn van de verkiezingen, wankelt zijn perspectief.
Rizeq wil niet met zijn achternaam in de krant, omdat hij in Syrië een keer is opgepakt vanwege zijn deelname aan protesten tijdens de Arabische Lente. Hij is bang voor de vele volgelingen en oud-functionarissen van Assad die nog steeds vrij rondlopen in het land waar ook zijn familie nog altijd woont. „Ze hebben hun uniformen weggegooid, maar hun wapens niet.”
Hij vertelt deze woensdag na de verkiezingen vanuit een leunstoel in café Refugio, dat bestaat sinds 2015 en draaiende gehouden wordt door vluchtelingen die in hetzelfde gebouw wonen. Op de bar staat een houten doosje met zilver- en goudkleurige sieraden uitgestald. Heeft Rizeq gemaakt. „Een hobby, ontstaan uit verveling.”
Barista
Rizeq, die in 2019 via Turkije en Griekenland in Duitsland aankwam, heeft een Aufenthaltsgestattung, de laatste stap voor een verblijfsvergunning. Het document toont aan dat hij hier legaal is maar nog in afwachting is van de uitkomst van de asielprocedure. De vraag is of en wanneer hij uitsluitsel krijgt over die procedure: net als in Nederland zijn sinds de val van het regime van Assad alle Syrische asielaanvragen bevroren.
Mensen met een Aufenthaltsgestattung kunnen een werkvergunning aanvragen. Ook daar wacht Rizeq al lang op. Nu werkt hij als vrijwilliger in Refugio, net als alle andere bewoners, als barista. In maart zou hij manager worden. Maar zijn werkvergunning werd voor de zoveelste keer afgewezen. „Vanwege de status van mijn papieren, kreeg ik te horen.” Het frustreert hem, omdat vluchtelingen door veel mensen – onder wie CDU-leider en aanstaand bondskanselier Friedrich Merz – worden neergezet als „luie profiteurs die niet werken”. „Geloof me: we willen heel graag werken, maar we mógen niet.”
Wie goed luistert, hoort dat de gesprekken in dit café net even anders zijn dan in het gemiddelde koffietentje in Berlijn. Gebroken Duits, zoeken naar woorden, taaloefeningen, voorbereidingen op gesprekken met het migratiekantoor. En veel gesprekken over politiek. Angstige gesprekken.
Als de AfD aan de macht komt, is het over voor mij, zei Rizeq al in een eerder gesprek, een paar dagen voor de verkiezingen. Zoals voorspeld bleef het bij een tweede plek voor die partij. Maar de CDU vindt hij eigenlijk net zo eng. „Ik ben bang voor hun leider.” Na de mesaanval in Solingen afgelopen zomer noemde Merz Syriërs en Afghanen de „meest problematische groepen”.
„Door over ons te praten als één groep, demoniseert hij ons”, zegt Rizeq. „Als hij het over ons heeft, heeft hij het altijd over criminelen. Nooit over degenen die de taal leren, werken of graag willen werken, opleidingen doen.” Toen voormalig CDU-leider Armin Laschet na overstromingen in Noordrijn-Westfalen in 2021 lachte tijdens een bezoek aan het rampgebied, kreeg hij heel Duitsland over zich heen, zegt Rizeq. Als Merz vluchtelingen aanvalt, gebeurt er niets. „Het verschil is: Laschet beledigde Duitsers, Merz beledigt migranten. Dat is blijkbaar oké.”
Foto Gordon Welters
Vanavond geen falafel
Daar zit zijn voornaamste angst: in wat de verkiezingsuitslag zegt over de samenleving. „Dit zegt iets over hoe de samenleving mij ziet. Veel mensen zijn blijkbaar tegen mij.” ’s Avonds durft hij niet alleen over straat, hij is bang voor willekeurige racistische aanvallen. „Dat volgers van AfD zich gelegitimeerd zullen voelen in hun overtuigingen en daarnaar zullen handelen.” Afgelopen jaar was het aantal misdaden uit extreemrechtse hoek al hoger dan ooit in Duitsland.
Verder is er altijd de angst voor uitzetting, zegt Rizeq. Hij speelt met de vier zilveren ringen om zijn vingers. „Ik wil gewoon leven en sterven als een normaal persoon, in plaats van altijd op zoek te moeten zijn naar een plek waar ik veilig en welkom ben.” Ook bij zijn vrienden speelt dit, merkt hij. Nee, vanavond halen we geen falafel, grappen zij, we moeten sparen voor als we straks weer op de vlucht zijn. „Ik voel de angst die achter die geintjes schuilgaat.”
In de tien jaar sinds zijn vertrek leerde hij zichzelf Duits (en eerder Turks), hij volgde een IT-opleiding zodat hij straks betaald werk kan vinden, hij doet vrijwilligerswerk. „En dan moet ik ondanks dat alles terug? Het is niet makkelijk om terug te gaan naar een plek waar je de dood gezien hebt. Waar je je hebt moeten verstoppen voor de sluipschutters. Waar je vrienden verloren hebt.”
In Aleppo is hij zijn leven niet zeker, zegt hij. Bovendien is Syrië „economisch verwoest”. Daarom, zegt hij, zou hij verder moeten trekken. Weer op de vlucht. „Je hebt mijn verhaal gehoord. Ik weet niet of ik dat nog een keer kan doorstaan.”
Wetteloze ruïne
In 2011, tijdens de revolutie, deed hij eindexamen. Hij studeerde civiele techniek in Aleppo, maar maakte dat niet af. „Ik was met mijn hoofd bij de revolutie.” Toen het gewapende verzet Aleppo binnendrong, begon de regering met bombarderen. „Elke buurt. Met jets, helikopters, tanks. Er waren veel manieren om te sterven in Aleppo.” Soms was de westkant van de stad afgesloten van water en voedsel, soms de oostkant. „In een paar dagen werd mijn stad een wetteloze ruïne.”
Zijn familie had geld voor het vertrek van één iemand. Samen besloten ze dat hij dat werd – als meerderjarige man die al eens gearresteerd was, verkeerde hij in het grootste gevaar. En vormde daarmee het grootste gevaar voor de familie.
De smokkelaar die hem in december 2014 thuis ophaalde, bracht hem naar Turkije. Hij was daar tegelijk bezorger, afwasser en fabrieksarbeider – om te sparen voor de bootreis naar Griekenland. Met vijf anderen had hij illegaal een kamer van dertig vierkante meter. Hij kreeg een depressie, ook door de vijandigheid die hij in Turkije ervaarde. Dat is een constante, zegt hij, waar hij ook komt: dat mensen hem toeroepen dat hij terug moet naar Syrië.
Vuurwerk
In februari 2017 vertrok hij naar Griekenland. Turkije had het jaar daarvoor een deal met de Europese Unie gesloten dat het vluchtelingen zou tegenhouden. „De Turkse kustwacht cirkelde om onze rubberen boot heen om golven te creëren. Ze gooiden touwen zodat die verstrikt zouden raken in onze motor. Er waren baby’s en ouderen aan boord, en hun doel was de boot te laten kapseizen.” Het lukte de boot toch verder te varen.
Rizeq belandde in tentenkamp Souda, op het eiland Chios. Het voedsel daar was zo onhygiënisch dat mensen continu diarree hadden. Er waren tien toiletten voor 1.500 mensen. Op zijn telefoon scrolt hij door artikelen over de toestand in het kamp. Hij laat foto’s van de kasteelmuur zien die langs het kamp liep. „Rechtsextremisten kwamen daar soms naartoe om stenen of vuurwerk naar ons te gooien.”
In het kamp was geen internet en zeer beperkt stroom. „We waren totaal afgesloten van de buitenwereld. Ik had geen idee hoe sommige mensen over ons dachten.” Hij zat in vier verschillende kampen voordat hij naar Duitsland kwam, waaronder Sintex op het vasteland – een van de beruchte kampen die gesloten moest worden vanwege de onmenselijke omstandigheden. Hij was vastbesloten door te reizen. „Ik heb mijn thuis niet verloren om in een nieuwe hel te leven.”
Denk je dat ik dacht: ja, een leven als vluchteling, dat lijkt me leuk? Niemand kiest daarvoor
Het plan was om zijn broertje ook naar Duitsland te halen, want ook voor hem kwam de dienstplicht eraan. „Maar het was me niet gelukt voor zijn achttiende verjaardag genoeg geld te sparen.” Zijn broertje vluchtte naar Libië. „Hij zit daar al twee jaar vast.”
Sinds zijn vertrek uit Syrië heeft Rizeq zijn familie niet meer gezien. „Ik denk dat ik ze niet meer ken. Het is nu een andere familie dan toen ik vertrok.” De beelden zijn bevroren, zegt hij, maar het is niet meer wie ze zijn. „Mijn nichtje dat destijds twee was gaat nu naar de middelbare school en heeft een broertje dat ik nooit ontmoet heb – het zoontje van mijn zus. Mijn eigen broertje, toen pas twaalf, is nu zelf een volwassen man op de vlucht.”
Iedereen heeft een familie nodig, zegt Rizeq. Hij heeft hier best veel vrienden kunnen maken. Maar dat is niet hetzelfde. „Ik zou mijn moeder zo graag een knuffel geven.”
‘Te veel alleenstaande mannen’
Dat mensen spreken van illegale migratie, maakt hem kwaad. „Hoe de fuck had ik hier legaal kunnen komen? Ze laten ons niet binnen.” Hij balt zijn vuisten. „Mensen zeggen altijd dat er te veel alleenstaande mannen komen. Waarom denk je dat dat is? Ouderen en kinderen overleven de tocht niet omdat de autoriteiten die zo gevaarlijk maken. Wie komen er dan? Jonge, fitte mannen zoals ik.” Hij lacht hard.
„Denk je dat ik dat risico nam omdat ik mijn twintiger jaren zo graag op de vlucht wilde doorbrengen? Omdat ik na mijn achttiende dacht: ja, een leven als vluchteling, dat lijkt me leuk? Nee, niemand kiest daarvoor.” Hij lacht weer, nu nog harder, en schudt zijn hoofd.
Als je een plant in een donkere kamer zet en er één zonnestraal door de zoom van het gordijn heen komt, zegt Rizeq, zullen de bladeren langzaam naar het licht toe kruipen. Alles om te overleven. „Waarom begrijpen zovelen niet dat mensen net zo zijn?”
Refugio, waar hij woont sinds eind 2021, noemt Rizeq de fijnste plek waar hij in tien jaar is geweest. Hij krijgt hulp bij zijn afspraken op het migratiekantoor en de kans zich te ontwikkelen als cafémanager. „Je kunt ons wegstoppen, of ons op weg helpen”, zegt hij.
In zijn slaapkamer boven het café hangt een foto van een landschap. Een veld omringd door de bergen, met één boompje in het midden. Dat was het uitzicht in vluchtelingenkamp Sintex. De foto maakte hij zelf. „De boom deed me aan mezelf denken. Ik ervoer ondraaglijke eenzaamheid, maar bleef toch staan.”
De burgemeester van het Slowaakse stadje Surany is razend enthousiast over de komst van een Chinese batterijfabriek. Op een nog te bouwen industrieterrein van 375 hectare, zo’n zeshonderd voetbalvelden, moet de gigafabriek komen. „Hier, aan de rand van het terrein, komen winkelcentra”, wijst burgemeester Marcel Filaga aan op een grote plattegrond in zijn kantoor. „En rondom de fabriek komt een mooi gazon, met bomen en misschien wel dieren.”
Eendjes en flamingo’s naast een batterijfabriek, dat zag burgemeester Filaga een paar maanden terug tijdens een reis naar China – waar hij samen met enkele gemeenteraadsleden was op uitnodiging van de Chinese batterijfabrikant Gotion. Daar zag hij precies een exemplaar van de batterijfabriek staan die ook in Surany moet verschijnen. Of hij niet schrok van de grootte? Filaga is even stil en lacht ongemakkelijk. „Ehh… een klein beetje verrast”, zegt hij.
Op wat nu nog maisakkers zijn aan de rand van Surany, dat zo’n negenduizend inwoners telt, moet de batterijfabriek komen van de Chinese batterijmaker Gotion en het Slowaakse techbedrijf InoBat. Met de komst is 1,2 miljard euro gemoeid en het zal de eerste gigabatterijfabriek worden van Slowakije.
Marcel Filaga, burgemeester van het Slowaakse stadje Surany, wijst aan waar de gigafabriek moet komen. Foto Robert Nemeti
„Dit is de ideale plek ervoor in Slowakije”, zegt Filaga. „We hebben toegang tot de elektriciteit van een kerncentrale in de buurt, een waterkrachtcentrale en treinsporen.”
Net als Hongarije zet Slowakije in op de bouw van batterijfabrieken met de hulp van China. De samenwerking met China roept vraagtekens op in een Europa dat steeds minder afhankelijk wil worden van andere grootmachten. En met de aankondiging van een mogelijke handelsoorlog tussen de Verenigde Staten, China en de Europese Unie is het de verwachting dat vooral Hongarije en Slowakije de grootste klappen zullen krijgen.
„Wij zullen niet dezelfde fouten maken als bij andere fabrieken in de EU
Chinese arbeiders
In het dorp zijn de meningen verdeeld over de komst van de batterijfabriek. Zuzana en Beata, die net klaar zijn met hun werk in de keuken van een Duits industrieel bedrijf, staan naast het hoogste gebouw van Surany – dat al sinds 1989 leeg staat. Een vervallen appartementencomplex, dat onlangs is opgekocht door Chinese investeerders en volgens de burgemeester moet dienen als onderzoekscentrum voor de fabriek. Maar de bewoners denken daar anders over. „Het wordt het onderkomen voor de Chinese arbeiders”, verwacht Zuzana.
Een onderzoekscentrum, zegt de burgemeester. Een plek voor Chinese arbeiders, vrezen bewoners. Foto Robert Nemeti
Beata zou wel willen werken in de fabriek, die naar schatting zo’n 1.300 banen oplevert. „Als het salaris hoog is, waarom niet?”, zegt Beata. „Ik heb eerder in een batterijfabriek gewerkt in Hongarije en dat was prima.”
Zuzana maakt zich zorgen om de gevolgen van de komst van de gigafabriek. „Water”, zegt ze kortbondig. Activisten die tegen de komst van de fabriek zijn, wijzen op mogelijke vervuiling van het water doordat de fabriek met chemicaliën gaat werken, en mogelijke droogte omdat de fabriek voor het koelproces van de batterijen veel water nodig heeft. „Ik heb kinderen”, zegt Zuzana. „Dus ik sta er anders in.” Zuzana ondertekende net als duizenden andere omwonenden een petitie tegen de komst. Beata niet.
Die petitie werd opgesteld door Stanislav Gulas en zijn organisatie ‘We Beschermen Onszelf’. Gulas, overheidsambtenaar en bewoner van het nabijgelegen dorp Bánov, is vooral tegen de komst vande fabriek omdat hij vindt dat de bewoners van de regio niet genoeg zijn meegenomen in de besluitvorming. „Onze zorgen worden compleet genegeerd”, zegt Gulas.
Burgemeester Filaga haalt zijn schouders op over de klachten. „De Europese Unie controleert of de fabriek zal voldoen aan de milieuwetgeving en verder is dit een staatsproject en hebben wij als gemeente er weinig over te zeggen.”
Maar Gulas maakt zich ook zorgen over het grotere plaatje. „Door in zee te gaan met de Chinezen richt Slowakije zich steeds meer op het Oosten – op Moskou en China. Misschien dat Slowakije in ruil voor deze vervuilende industrie bescherming krijgt van Rusland?” vraagt Gulas zich af.
Te laat geïnvesteerd
Die zorgen over de invloed van China op de politiek komen niet uit het niets, zegt China-analist Matej Simalcik van de Slowaakse denktank Central European Institute of Asian Studies (CEIAS). „De Europese bedrijven hebben te laat en niet snel genoeg geïnvesteerd in elektrische auto’s en batterijen”, zegt Simalcik. „En nu is Europa afhankelijk van de Chinese batterijfabrikanten en moeten Europese autobedrijven concurreren met door de Chinese staat gesubsidieerde autobedrijven.”
Europa lijkt voorlopig de concurrentie met China te verliezen, nadat eind vorig jaar bleek dat de Zweedse batterijfabrikant Northvolt op omvallen staat. „Chinese bedrijven zouden bij de bouw van nieuwe fabrieken in Europa ook moeten investeren in technologische uitwisseling in Europa”, zegt Simalcik. Alleen zo kan de kenniskloof tussen de Chinezen en Europa volgens hem verkleind worden.
Dat is precies wat er in Surany gaat gebeuren, zegt burgemeester Filaga. Het vervallen appartementencomplex wordt volgens hem een onderzoekscentrum. „Ook is mij toegezegd dat 90 procent van de banen in de fabriek door Slowaken wordt ingevuld”, zegt Filaga. „Wij zullen niet dezelfde fouten maken als bij andere fabrieken in de Europese Unie, waar vanuit de hele wereld arbeidsmigranten werden ingevlogen.”
Maar Simalcik ziet die bewering van de burgemeester niet terug in de aankondiging van het bedrijf. „Ik heb geen enkele verklaring voorbij zien komen waarin er gesproken wordt over onderzoeksinvesteringen.”
‘Detroit van Europa’
Daarnaast speelt er nog iets anders. Slowakije is net als buurland Hongarije erg afhankelijk van de auto-industrie. Decennialang dienden de twee landen als achterland van de Duitse autofabrikanten Volkswagen, Mercedes-Benz en BMW. De afgelopen jaren kwamen daar Chinese batterijproducenten bij, zoals Gotion in Slowakije en CATL in Hongarije – dat een fabriek bouwt van 7 miljard euro.
Slowakije produceert wereldwijd de meeste auto’s per hoofd van de bevolking: ongeveer één miljoen auto’s per jaar op zo’n 5,5 miljoen inwoners. Die worden grotendeels geëxporteerd naar andere Europese landen én de Verenigde Staten.
Een derde van de Slowaakse export komt op het conto van de auto-industrie. Door de handelsoorlog verwachten analisten dat Slowakije door die afhankelijkheid van de auto-industrie – zo’n 13 procent van het bbp – kan veranderen in het ‘Detroit van Europa’ – de Amerikaanse autohoofdstad die na de economische crisis in 2008 en de sluiting van verschillende autofabrieken leegliep.
Met de Duitse autoindustrie gaat het slecht. Ook de verkoop van elektrische auto’s valt vooralsnog tegen. Dat heeft direct effect. In Hongarije draaien verschillende batterijfabrieken al minder hard dan verwacht. En dan moet de heffingenoorlog nog beginnen.
„Slowakije heeft te midden van de onrust op de wereldmarkt geen goede positie”, zegt Simalcik. „De mogelijke heffingen van zowel de Verenigde Staten als China zouden grote gevolgen hebben voor Slowakije.”
Protestborden tegen de toekomstige batterijfabriek.Foto Robert Nemeti
China probeert onder de toekomstige heffingen uit te komen door fabrieken te plaatsen in de Europese Unie, zegt Simalcik. De batterijen hoeven dan niet geïmporteerd te worden en zijn EU-made. „Dus door Chinese bedrijven fabrieken te laten bouwen in Slowakije, zorgen Hongarije en Slowakije ervoor dat China in staat is om potentiële sancties te omzeilen.”
Daarnaast heeft de komst van de Chinese producenten ook politieke gevolgen. „De regering van premier Robert Fico kijkt steeds meer naar het Oosten – ze willen de economische relatie met Rusland normaliseren en hebben autocratische partners zoals China en Rusland. We zien dit niveau van Slowaakse samenwerking niet met Europese landen.”
Geen vertrouwen
Terug naar de vervallen flat. Pavel, werkzaam voor een bedrijf naast de flat, veegt de stoep schoon als hij omhoog kijkt naar de plek waar binnenkort de Chinezen komen. Als hem gevraagd wordt wat hij van de komst van de batterijfabriek vindt, begint hij meteen over China. „Ik vertrouw de Chinezen niet”, zegt hij. „Ik ben een democraat en China is geen democratie.”
De gigafabriek moet 1.300 banen opleveren. Foto Robert Nemeti
Twee weken eerder was hij naar Bratislava gereden, zo’n anderhalf uur rijden, om te protesteren tegen premier Fico, die openlijk flirt met Rusland. „Ik maak me grote zorgen om de invloed van niet-democratische landen in Slowakije”, zucht hij.
Maar wat kun je doen, vraagt Pavel. „Tegen de komst van zo’n batterijfabriek kan ik niks doen. Ik heb alleen invloed op deze stoep hier.” En die stoep heeft hij helemaal ontdaan van elk gevallen winterblad.
Lees ook
Hongarije zet in op batterijproductie – met hulp van China en tot woede van dorpsbewoners
De geur van vis stijgt op uit de hete vlagen bakolie aan de oever van het Victoriameer in West-Kenia. „Toen ik hoorde van Trumps decreet om USAID te sluiten, wist ik wat ons te wachten stond”, zegt vissersvrouw Yunis terwijl ze een tilapia ontschubt en in de olie werpt. „Mijn business ligt in duigen. Mensen eten minder vis en hotels zeggen hun bestellingen af.”
Elke crisis laat zich onmiddellijk voelen op de visafslag van Kisumu aan de oevers van het grootste meer van Afrika. Visser Nicolas Didi draagt tussen de papyrusplanten in het kabbelende water een teil vol tilapia aan land. „Ik verkoop nog maar de helft van wat ik eerst verkocht sinds de sluiting van USAID. Dit is een ramp, net zoals hiv dat was en later Covid.”
In West-Kenia komt de bevriezing van Amerikaanse ontwikkelingshulp en het op non-actief stellen van een groot deel van de medewerkers van hulporganisatie USAID hard aan. Het gebied heeft zwaar te lijden van de gevolgen van hiv, corona, malaria en tuberculose.
In de deelstaat Kisumu kwam 35 procent van de begroting voor gezondheid van USAID, zegt Frederic Oyango, directeur voor openbare gezondheid van Kisumu. „We dreigen te worden teruggeworpen naar de jaren negentig, toen we nog geen laboratoria en medisch personeel hadden voor aids en tuberculose. Dat tekort werd sindsdien afgedicht door buitenlandse hulporganisaties.”
Gratis condooms
Tot voor kort kwam je het logo van USAID tot in de verste uithoeken van Kenia tegen. Het prijkte op voedselhulpzakken en blikken bakolie in afgelegen gebieden bewoond door nomaden. Je zag het in jeugdcentra, opvanghuizen voor straatkinderen, schoolgebouwen, klinieken voor gezinsplanning in de steden, op pakjes condooms in queerbars, op pakjes tampons voor schoolmeisjes. De eerste email van het USAID-hoofdkwartier over stopzetting van de hulp, op vrijdag 24 januari, sloeg hier in als een bom en bracht de hulpmachine abrupt tot stilstand.
Volgens de Keniaanse minister van Gezondheid, Deborah Barasa, verloren in het hele land 37.000 hulpverleners die levensreddend werk verrichten, plotseling hun baan. Ze heeft een gat van 200 miljoen dollar in haar begroting en ze voorspelt de komende jaren 23.000 extra doden door de gevolgen van tbc en 60.000 nieuwe hiv-infecties.
Vissers in Kisumu zien arme meisjes overgaan op sekswerk, want nu de subsidie is stopgezet kunnen ze hun schoolgeld niet meer betalen. „Iedereen wil zich beschermen, maar we kunnen nu geen gratis condooms meer verstrekken”, zegt Vera Oyango, hoofdverpleegster van een kliniek bij het meer. Ook het testen van zwangere hiv-positieve vrouwen, op basis waarvan medicijnen worden verstrekt, ligt stil. Oyango’s gezondheidswerkers die bij arme gezinnen langsgingen om gezinsplanning te propageren en gezondheidte onderzoeken, zitten onbetaald thuis.
Lees ook
Bevriezing USAID ontketent chaos in mondiale zorg, voedselhulp, media en mensenrechtenclubs
In de dure wijk Milimani siert een wirwar van uithangborden voor hulporganisaties vrijwel iedere straathoek. Op bevel van het hoofdkantoor in Washington werden die van USAID de afgelopen weken verwijderd en werden de metalen poorten van de huizen van buitenlandse ngo-medewerkers hermetisch afgesloten. „In de email van 24 januari stond een verbod om met de media te praten”, vertelt een medewerker van een door USAID gefinancierde organisatie. „Iedereen in de hulpindustrie is doodsbang geworden. We durven zelfs via WhatsApp niet meer te communiceren, uit vrees te worden afgeluisterd.”
Cholera-uitbraak
In het laboratorium van het Safe Water and Aids Project (SWAP) is iedereen druk met testen vanwege een vermoedelijke uitbraak van cholera in de regio. „We voelen het effect overal om ons heen na de stop work order”, zegt Alie Eleveld, de Nederlandse oprichter van SWAP. Aan de muur in haar kantoor hangt een foto waarop ze wordt gehuldigd door de voormalige Amerikaanse president Bill Clinton. Ze werkte veertig jaar in de gezondheidszorg in verscheidene Afrikaanse landen. „In die veertig jaar werd ik voortdurend gefinancierd door organisaties”, vertelt ze.
Marian Otieno woont aan het einde van een labyrint van steegjes in de armere wijk Nyalenda in Kisumu. In haar lemen eenkamerwoning hoorde ze op de radio het nieuws over Trumps besluit. Ze is hiv-positief, haar man overleed twee jaar geleden omdat hij zijn medicijnen niet regelmatig nam. „Nu ga ook ik sterven”, jammert ze. „Ik verkoop wat groentes. De opbrengst is net genoeg voor een maaltijd per dag, niet voor mijn medicijnen. Sinds USAID mijn medicijnen niet meer betaalt, bedel ik iedere dag bij de leraren, maar ze stuurden mijn dochter weg omdat ik het schoolgeld niet meer kan opbrengen.” Veel arme inwoners uit Nyalenda die baantjes hadden als bewakers of leveranciers voor de hulpverleners, verloren hun inkomen. „Iedereen in onze wijk is woedend”, zegt Otieno. „En de misdaad neemt toe, onze buurt is onveiliger geworden.”
Lees ook
Paniek in de Zuid-Afrikaanse townships door stopzetten Amerikaanse hulp aan hiv-programma: ‘Er zullen mensen sterven’
Middenklasse
Ook in het luxe winkelcentrum Mega City van Kisumu zijn de gevolgen van het Amerikaanse besluit voelbaar. Enkele hulporganisaties zegden de huur van hun pand op. Nirmal Darbar, een vooraanstaande zakenman in Kisumu, zegt dat de relatief goed betaalde Keniaanse hulpverleners behoorden tot de middenklasse, de groep dus die zijn restaurant en discotheek bezoekt. „De hulporganisaties houden geen workshops meer in mijn hotel, waardoor ik meer dan de helft van mijn clientèle ben kwijtgeraakt. Supermarkten, hotels, bars en restaurants, alle ondernemingen verliezen klanten.”
Darbar schat dat 60 procent van de economie in Kisumu afhankelijk is van de hulpindustrie. „We zijn afhankelijk geworden van USAID en moeten nu onze broekriem aanhalen.”
Het is een wake-up call. We zijn veel te afhankelijk geworden van buitenlandse donoren
De manager van een grote bank vertelt hoe ook de hulpstop ook de financiële sector raakt. „We weigeren nu leningen aan ngo-werkers van alle organisaties die gefinancierd worden door USAID”, vertelt ze. „Het vertrouwen in de relatie met deze klanten is geschaad. We gaan de leningen niet snel hervatten, ook niet als de Amerikaanse hulp terugkeert.”
Met het wegvallen van de salarissen van duizenden ngo-werkers én de ruim 600 miljoen euro voor 230 USAID-hulpprojecten, komt de Keniaanse economie in de problemen. „De economie kan in een duikvlucht raken, devaluatie dreigt voor de Keniaanse shilling”, aldus de bankmanager.
Krap bij kas
Hoe moet Kenia verder zonder USAID? Alfred Adongo werkt bij een project voor waterhygiëne in een sloppenwijk. „Er is een probleem van onze samenleving blootgelegd”, zegt hij, staand bij een toilet betaald door USAID. „Dit is een wake-up call. We zijn veel te afhankelijk geworden van buitenlandse donoren. Toiletten en distributie van condooms zijn basisvoorzieningen waarvoor de overheid hoort te zorgen.”
Op de vraag wie het gat dat USAID achterlaat moet vullen, heeft nog niemand een antwoord. Ook traditionele donorlanden als Groot-Brittannië en Nederland bouwen hun hulp af. De Keniaanse overheid zit krap bij kas. Het land heeft een buitenlandse schuldenlast van 43 miljard euro en draagt van iedere tien geïnde shilling er zeven af.
„De armoede neemt toe door de stopzetting van USAID. De woede onder de armen groeit”, verzucht Alfred Adongo. „Die onrust kan ieder moment ontploffen.”
In de Vaticaanthriller Conclave is de paus net dood en reizen de kardinalen van heinde en verre naar Rome om een opvolger te kiezen. Kardinaal Thomas Lawrence (Ralph Fiennes in een glansrol) is de deken van het college van kardinalen. Op hem rust de taak om een pausverkiezing ofwel conclaaf – dat bulkt van politieke spelletjes, persoonlijke afrekeningen en wel heel veel onthutsende onthullingen – tot een goed einde te brengen.
Een conclaaf (van het Latijnse ‘cum clave’, met de sleutel) prikkelt al eeuwen de verbeelding. De pausverkiezing verloopt volgens strikte protocollen achter de gesloten deuren van de Sixtijnse Kapel in Vaticaanstad. Daar kiezen normaal gesproken maximaal 120 kardinalen jonger dan 80 jaar een opvolger voor de pas overleden of pas afgetreden paus. Pas wanneer de kardinalen het met een tweederdemeerderheid eens worden over één man in hun midden, stijgt er witte rook op uit de schoorsteen van de Sixtijnse Kapel.
Regisseur Edward Berger, die zich baseerde op een boek van Robert Harris, zei in interviews dat de progressieve paus in Conclave op paus Franciscus is gebaseerd. Franciscus leeft nog, maar ligt wel al sinds 14 februari in kritieke toestand in het ziekenhuis. De kans bestaat dat de 88-jarige kerkleider, als hij ook deze ziekenhuisopname overleeft, aftreedt wegens gezondheidsproblemen. En dan krijgt Rome ook echt een nieuw conclaaf.
De film, die met acht nominaties bij de Oscaruitreiking dit weekend een van de grote kanshebbers is, wordt daarmee plots verrassend actueel. Het filmteam stopte veel energie in een grondige research en besteedde nauwgezet aandacht aan prachtige visuele details, zoals de kostuums. Anders dan bij het boek De Da Vinci Code van Dan Brown, dat velen in de Katholieke Kerk als godslasterlijk omschreven, kregen de makers van Conclave zelfs een privé-rondleiding in het Vaticaan. De toon van de film is respectvol jegens katholieken, en niet de zoveelste afrekening met het geloof. Maar is deze Oscarkanshebber ook waarheidsgetrouw?
Nu de echte paus Franciscus in het ziekenhuis ligt, is Conclave verrassend actueel
„Ik vond het leuk entertainment, maar totaal onrealistisch”, reageert de Amerikaanse auteur en journalist John L. Allen Jr., hoofdredacteur van de onafhankelijke katholieke nieuwswebsite Crux. Allen schreef twaalf boeken over het Vaticaan en de katholieke wereld, en is een van de meest gerenommeerde Vaticaankenners ter wereld. „De film is een slechte gids om te begrijpen wat er tijdens een conclaaf echt gebeurt.” Hoe je daar wel achter kan komen, is door achteraf te praten met de deelnemende kardinalen.
Het ongeloofwaardigst, zegt Allen tijdens een gesprek in Rome, is het grote gewicht dat de film toekent aan een onbekende kardinaal uit oorlogsgebied die plots in Rome opduikt en van wie niemand eerder heeft gehoord. „Zou nooit gebeuren. Het conclaaf is een bijeenkomst van binnen de Katholieke Kerk goed bekende geestelijken. Ook de Argentijn Jorge Mario Bergoglio was in Vaticaanse kringen al bekend, en werd in 2013 helemaal niet uit het niets gekozen als paus Franciscus. Bij het conclaaf van 2005 was hij per slot van rekening de oppositiekandidaat tegen Joseph Ratzinger, die toen paus Benedictus XVI werd.”
Kardinalen in de Sixtijnse Kapel tijdens het conclaaf in 2013 waar uiteindelijk witte rook kwam voor Jorge Mario Bergoglio als de huidige paus Franciscus. Foto Tony Mondello/Allpix Press
En al is een pausverkiezing afgesloten voor de buitenwereld, in de Sixtijnse Kapel weten de kardinalen na elke stemronde precies hoeveel stemmen er per kandidaat zijn opgehaald. „Voor hen is dit dus niet zo geheimzinnig”, zegt Allen. Wie voor wie heeft gestemd, zegt men er niet bij, maar bij bepaalde kardinalen is dat wel duidelijk. Ook vóór het conclaaf officieel begint, maken sommigen geen geheim van hun overtuigingen.
‘Vrij saaie boel’
In de film stapelen de dramatische ruzies in de Sixtijnse Kapel zich op. „Maar de Kapel verandert tijdens het conclaaf heus niet in het Britse Lagerhuis”, zegt de Vaticaankenner. Eerder integendeel. Met al het protocol eromheen, en de Latijnse formulering die elke kardinaal telkens opnieuw prevelt bij de overhandiging van zijn stembiljet, duurt zo’n stemronde al gauw anderhalf uur. „Het wordt snel een vrij saaie boel. Veel kardinalen bidden ondertussen, of werken hun briefwisseling bij.”
Debat over de richting van het conclaaf kun je wél verwachten in de wandelgangen van Casa Santa Marta, de Vaticaanse residentie waar de kardinalen overnachten. „En ook voordat het conclaaf officieel begint, wordt al druk gediscussieerd”, zegt Allen. „Na de algemene congregaties [de voorbereidende vergaderingen] duiken de kardinalen ’s avonds in groepjes de restaurants van Rome in, waar ze verder praten.”
Centraal in Conclave staat ook de strijd tussen conservatieve en progressieve kardinalen. „Maar tijdens een conclaaf spelen nog meer tegenstellingen een rol, zoals de rivaliteit tussen westerse kardinalen en hun collega’s uit de Brics-landen”, zegt de Vaticanist. Ondanks die verschillende ‘fracties’ werd Ratzinger in 2005 na vier stemrondes gekozen, en hadden de kardinalen voor Bergoglio in 2013 vijf stemrondes nodig. Relatief snel, aldus Allen: „Het wijst erop dat de standpunten al voor het conclaaf waren afgestemd. De meeste kardinalen wisten al wie zij wilden toen ze de Sixtijnse Kapel binnenliepen.”
Hoewel het er nu beschaafd aan toegaat, sinds de invoering van het conclaaf in zijn huidige vorm in de 13de eeuw is al het denkbare ooit gebeurd. „Kardinalen werden geïntimideerd, stemmen afgekocht, en katholieke machthebbers in Europa, zoals de Habsburgers, claimden zelfs een vetorecht over pauselijke kandidaten.” Maar vandaag is een conclaaf een erg ceremonieel kiesproces waarbij geleidelijk rond één kandidaat een consensus wordt gevormd. „Conclave is een onderhoudende film”, besluit Allen. „Maar net als bij De Da Vinci Code moet je niet vergeten dat het fictie is.”
De plek waar de nieuwe ambassade van China moet komen, heeft vrij zicht op het historische complex van de Tower of London en daarachter de Tower Bridge over de Theems. Toeristen wandelen langs met de app van Google Maps geopend op hun telefoon, Londenaren fietsen gehaast richting de brug.
Hier in hartje Londen wil China de grootste ambassade van heel Europa bouwen, een complex dat tien keer zo groot zou moeten worden als hun huidige ambassade in het Verenigd Koninkrijk. Ze hebben plannen voor een campus met een bezoekerscentrum over cultureel erfgoed, een groot pand voor tentoonstellingen en conferenties, plus ongeveer tweehonderd appartementen voor het ambassadepersoneel.
Maar de komst van die ambassade is omstreden. De bezwaren van belanghebbenden variëren van verkeershinder die demonstraties voor de deur zouden opleveren, tot de angst dat China de internetkabels en datacentra die vlakbij het complex liggen, zou proberen te kraken. Er loopt een openbaar onderzoek naar alle praktische risico’s en bezwaren rond de plannen. Vragen die daar langskomen gaan over hoeveel demonstranten op straat voor de ambassade zouden passen tot hoe goed de beveiliging tegen terroristische aanslagen is, een angst van bewoners uit de buurt.
Daaronder speelt een fundamentelere discussie, die gaat over het geopolitieke signaal dat uitgaat van een imposante ambassade op zo’n strategische locatie. En of het Verenigd Koninkrijk zoiets wel moet toelaten, zeker nu de spanningen verder oplopen tussen China en de Verenigde Staten, en in mindere mate tussen China en de Europese Unie. De ambassade baart ook de China-commissie van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden „significante zorgen”, stond deze week op X. „Van inmenging en toezicht tot risico’s voor gevoelige infrastructuur, zoals de Londense financiële dienstverlening.”
Vreedzaam protest
„Het gaat om de vraag of de Britten bereid zijn om de autoritaire invloed van China te faciliteren”, zei Simon Cheng tijdens één van de hoorzittingen. Hij is een activist die uit Hongkong naar het VK vluchtte nadat China daar in 2020 een wet had ingevoerd die vreedzaam protest bijna onmogelijk maakt. „Deze mega-ambassade stelt China beter in staat om zijn vijanden te volgen en te intimideren. Wij laten ons hier horen omdat in Tibet, Hongkong en Beijing kritische stemmen het zwijgen wordt opgelegd”, zei hij. Bij demonstraties tegen de ambassade kwamen afgelopen weken honderden gevluchte Hongkongers om hun bezwaren te uiten.
Protest tegen de plannen voor een Chinese ambassade in het Royal Mint Court. Volgens de actievoerders is er te weinig ruimte voor veilige demonstraties. Foto Carl Court / Getty
Angst voor die ‘lange arm’ van China is niet uit de lucht gegrepen. Tijdens een demonstratie tegen de onderdrukking in Hongkong in 2022 werd bij het consulaat in Manchester een man het terrein op getrokken en in elkaar geslagen. Kort daarna bleken op meerdere plekken in het land, onder meer in Glasgow, Hendon en Croydon, bij Chinese ‘administratieve centra’ ook Chinese politieagenten te werken. De Britse politie stelde geen illegale activiteiten vast. Maar die bureaus waren zonder toestemming opgericht. „En hun aanwezigheid zal degenen die China verlieten en hier veiligheid en vrijheid zochten, zorgen hebben gebaard en hebben geïntimideerd. Dat is onacceptabel”, schreef de toenmalige staatssecretaris voor veiligheid aan het Lagerhuis. De centra werden gesloten.
De afgelopen paar jaar stelden opeenvolgende Conservatieve regeringen zich wantrouwend op tegenover China. In 2023 noemde toenmalig premier Rishi Sunak (Conservatieve Partij) China „de grootste langetermijnbedreiging voor het VK”, omdat het land „de middelen en de intentie heeft om de wereldorde te veranderen”. De Conservatieven grepen ook bewust niet in toen in 2022 de bestuurders van het stadsdeel waar de nieuwe ambassade moet komen, de verbouwingsplannen afkeurden. Tijdens de protesten eerder deze maand kwamen meerdere Tories hun steun betuigen aan de demonstranten.
Bij Labour zien ze dat anders. Voor een officieel standpunt is het wachten nog op een analyse van de regering, want Labour had vorig jaar in het verkiezingsprogramma een doorlichting beloofd van de juiste opstelling richting Beijing. Maar duidelijk is al dat Labour maar wat graag zaken wil doen met China. De regering wil er alles aan doen om de Britse economie aan te zwengelen. Vicepremier Angela Rayner en minister van Financiën Rachel Reeves zijn allebei al op bezoek in Beijing geweest. Premier Keir Starmer is dat komend najaar van plan; hij zou de eerste Britse premier zijn in zeven jaar tijd.
Bezwaren ingetrokken
Aan de Theems ziet het complex van bestaande gebouwen dat China wil ombouwen tot ambassade er nu verlaten en vervallen uit, ook al staat een deel van de historische gebouwen op het terrein geregistreerd als landelijk erfgoed.
Een paar weken na de machtswissel in Westminster vorig jaar diende China de vergunningsaanvraag voor de ambassade opnieuw in en dat was goed ingeschat. President Xi Jinping bracht het onderwerp ook op in zijn eerste telefoongesprek met premier Starmer. Die liet het er niet bij zitten. Begin dit jaar bleek dat vicepremier Rayner, zij is ook minister van huisvesting, de beslissingsbevoegdheid over de vergunning naar zich toe had getrokken, over de lokale bestuurslagen heen. Kort na die bekendmaking trok de Londense politie ineens haar bezwaren over de demonstratiemassa’s in. Het stadsdeel, dat zijn kritiek grotendeels op de politie had gebaseerd, kon toen ook weinig anders dan van standpunt veranderen.
De regering zou wel een paar aanpassingen willen aan het complex, bijvoorbeeld een grotere – veiliger – omheining rondom. Ook zou China de diplomatieke vergunningen van een handvol andere panden in Londen moeten opgeven. Maar tijdens de hoorzittingen van het openbare onderzoek bleek dat de Chinese afgevaardigden niets in die verzoeken zagen.
Zo gaat het diplomatieke armpje drukken voorlopig nog even door. De aanbevelingen van het onderzoek gaan naar vicepremier Rayner. Ze verwacht in de herfst te besluiten of de ambassade er komt.
Een blokkerige, oranje-rode M midden in je scherm kijkt je aan. Als je door je oogharen kijkt, herken je er een kat in. „Demander au chat” staat eronder: vragen aan de chat of de kat – het woord heeft twee betekenissen in het Frans. In de invoerbalk kun je alles vragen, in welke taal je maar wil. Een recept voor vanavond, uitleg over het Franse kernwapenprogramma of wellicht een ontwerp voor een nieuwe tattoo – Le Chat maakt ook plaatjes.
Le Chat is het Franse equivalent van de populaire Amerikaanse AI-chatbot ChatGPT. De app is ontwikkeld door Mistral AI, de Franse én Europese koploper in de wereld van kunstmatige intelligentie. Mistral AI biedt al langer taalmodellen voor programmeurs en AI-ingenieurs en lanceerde op 6 februari de app Le Chat, waarmee de techniek toegankelijker werd voor gewone burgers. Er is een gratis en een betaalde versie. Op 19 februari maakte Mistral AI bekend dat de app een miljoen keer was gedownload. Ter vergelijking: ChatGPT had na lancering in 2022 binnen vijf dagen een miljoen gebruikers.
Mistral AI-oprichter en ceo Arthur Mensch presenteert zijn chatbot (ofwel Large Language Model, LLM) als een Europees alternatief voor ChatGPT en het Chinese DeepSeek. In een interview met Le Parisienbeloofde Mensch dat Fransen de ‘persoonlijkheid’ van Le Chat meer zouden waarderen dan die van ChatGPT, omdat de Franse chatbot „Europese waarden” beter zou begrijpen. Ook zou de Franse chatbot veiliger én sneller zijn.
Lees ook
Ook in Europa gaat het AI-debat nu over investeren, investeren, investeren
Testen
Sommige claims zijn makkelijk te checken met benchmark-tests, zegt de Griekse AI-onderzoeker Evangelos Kanoulas, verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. Techwebsites hebben de apps met elkaar vergeleken en Le Chat blijkt gemiddeld inderdaad beter te presteren als het gaat om snelheid. Volgens een test van de Franse site DataBird deed ChatGPT ruim 46 seconden over het schrijven van een verhaaltje van 200 woorden, waar Le Chat maar 6,57 seconden nodig had. DeepSeek zat op ruim 53 seconden.
Wat privacy betreft, vindt Kanoulas het voor Mistral AI spreken dat het open source-modellen aanbiedt, anders dan OpenAI. Dit Amerikaanse bedrijf achter ChatGPT heeft zijn modellen niet openbaar gemaakt. „Dit betekent dat je een model kunt downloaden naar je eigen omgeving [zoals je computer] en de data die je vervolgens invoert blijven bij jou. Dat is 100 procent veilig. Bij gesloten modellen moet je het bedrijf achter de chatbot maar geloven als het zegt dat het veilig met je data omgaat.”
De gemiddelde Fransman zal echter niet een vooral voor programmeurs en techexperts geschikt taalmodel downloaden, maar de app van Le Chat gebruiken. Die is niet open source en daarbij deel je data wel – wat je via een opt-out dan weer kan voorkomen. En hoewel Mistral AI stelt in lijn met Europese privacywetgeving te werken, klinken er zorgen: eind februari bleek een klacht te zijn ingediend bij de Franse privacywaakhond CNIL. Mistral AI zou persoonlijke data verzamelen in de gratis versie van Le Chat. Het bedrijf zegt niets fout te doen omdat het mogelijk is het delen van data uit te zetten. De CNIL moet haar oordeel nog vellen.
Lees ook
Persbureau AFP, als factchecker gedumpt door Meta, gaat informatie leveren aan Franse chatbot
Europese waarden
De Europese waarden die Le Chat beter zou begrijpen, zijn moeilijker te onderzoeken – temeer omdat Mistral AI niet uitlegt wat het hier precies mee bedoelt. Het bedrijf reageert niet op vragen van NRC.
„Er is geen benchmark voor Europese waarden – want wat zíjn Europese waarden?”, zegt Kanoulas. Het is in elk geval niet zo dat als je de chatbots vraagt naar een suggestie voor het avondeten, ChatGPT een hamburger noemt en Le Chat met coq au vin komt.
In Frankrijk is kritiek omdat Le Chat soms achterhaalde informatie geeft. Vraag je wie de Franse premier is, dan zegt de chatbot Gabriel Attal
Een manier om te onderzoeken of een chatbot ‘Europese waarden’ heeft, is kijken naar de training data die de chatbot heeft gekregen als input en waarop die zijn antwoorden baseert, zegt Kanoulas. „Als ervoor is gekozen het hele Griekstalige web te gebruiken als training data, dan zou Le Chat beter kunnen zijn in Griekse gevoeligheden ontdekken dan een model dat die niet heeft.” Mistral AI communiceert hier echter niet over.
Verder is er in Frankrijk kritiek omdat Le Chat soms achterhaalde informatie geeft. Vraag je wie de Franse premier is, dan zegt de chatbot Gabriel Attal – terwijl Frankrijk al twee premiers verder is.
„Deze modellen bepalen zelf of ze informatie op het web zoeken, of alleen de informatie gebruiken waarmee ze getraind zijn”, legt Kanoulas uit. Er zijn redenen om níét de meest recente informatie mee te nemen: „Op het web zoeken via Google of Bing kost geld, en het kan verwarring veroorzaken omdat online veel tegenstrijdigheden zijn.” Overigens kun je Le Chat ook expliciet vragen op het web te zoeken.
Volgende revolutie
Alles bij elkaar zijn ChatGPT, DeepSeek, Le Chat en modellen als de Amerikaanse Llama en Claude en het Chinese Pangu volgens Kanoulas „redelijk vergelijkbaar”. De vraag is volgens de onderzoeker dan ook niet: welke chatbot is de beste? „Er zijn veel verschillende modellen naast elkaar ontstaan en iedereen kan kiezen welke hij prefereert.”
President Emmanuel Macron zou graag zien dat de volgende AI-revolutie van Europese bodem komt
Volgens de onderzoeker is een relevantere vraag: wat wordt de volgende grote AI-doorbraak? „De huidige LLM’s kunnen nog bijgeschaafd worden, maar lopen tegen dezelfde problemen aan. Die hebben ermee te maken dat ze in een virtuele wereld vastzitten.” Een volgende stap zou daarom een methode voor AI-systemen kunnen zijn om informatie uit de fysieke wereld op te nemen. „Denk aan een robotarm die leert hoe een deur voelt, hoe je die kan openen.”
President Emmanuel Macron zou graag zien dat de volgende AI-revolutie van Europese bodem komt. Hij organiseerde begin februari een AI-top in Parijs, waarop hij bedrijven en landen opriep te investeren in Europese AI. Zelf kondigde hij onder andere 109 miljard euro aan investeringen aan en de bouw van nieuwe datacenters.
Kanoulas acht de kans dat een Frans of Europees bedrijf aan de wieg zal staan van de volgende AI-revolutie niet zo groot. „Europa loopt enorm achter als het gaat om onderzoek. In China en de VS wordt veel meer geïnvesteerd en er is meer infrastructuur [zoals servers en cloudruimte].”
Ook Mistral AI klaagt over dat gebrek aan infrastructuur in Europa en schijnt zelfs te overwegen naar de VS te verhuizen. Zo zou Frankrijk zijn Europese AI-uithangbord kunnen verliezen.