Eerste 90 Palestijnse gevangenen zijn vrij

De eerste negentig Palestijnse gevangenen zijn in de nacht van zondag op maandag vrijgelaten. Dat meldt persbureau Reuters op basis van de Israëlische gevangenisdienst. Sinds zondagmiddag stonden er bussen bij de militaire Ofer-gevangenis klaar voor de gevangenen, maar pas uren later werden zij daadwerkelijk vrijgelaten en met de bussen naar Beitunia op de Westelijke Jordaanoever gebracht. Daar werden ze onder luid gejuich van honderden Palestijnen ontvangen.

De negentig vrijgelaten Palestijnen zijn allemaal vrouwen of kinderen. Onder hen bevindt zich Khalida Jarrar, een politicus en leider van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP) op de bezette Westelijke Jordaanoever. Jarrar werd meerdere malen door de Israëlische autoriteiten gevangengezet, onder meer voor opruiing omdat ze zich openlijk uitspreekt tegen de Israëlische bezetting van de Westelijke Jordaanoever. Sinds haar arrestatie in december 2023 is haar detentie steeds met zes maanden verlengd.

Een andere vrouw die is vrijgelaten is de 53-jarige Dalal Khaseeb. Zij is de zus van de overleden Hamas-functionaris Saleh Arouri. Hij kwam in januari vorig jaar om bij een Israëlische luchtaanval in het zuiden van Beiroet.

‘Administratieve detentie’

Volgens Al Jazeera zijn onder de gevangenen veel kinderen die vastzaten omdat ze stenen zouden hebben gegooid naar Israëlische soldaten. Het is onbekend hoe lang zij vast hebben gezeten. Veel van de gevangenen die zullen worden vrijgelaten zitten in zogenoemde ‘administratieve detentie’. Zij werden zonder aanklacht vastgezet. Volgens de Israëlische wet mogen mensen zonder aanklacht zes tot acht maanden worden vastgezet, als volgens Israëlische autoriteiten aannemelijk is dat ze een gevaar zijn voor de staatsveiligheid. Zo’n administratieve detentie kan steeds worden verlengd.

Volgens de Palestijnse Commissie voor Gedetineerden en Ex-Gedetineerdenzaken en de Palestijnse Prisoner’s Society zitten momenteel meer dan 10.000 Palestijnen uit de bezette Westelijke Jordaanoever in Israëlische gevangenissen. Het aantal Palestijnen uit de Gazastrook dat door Israël gevangen werd gezet tijdens de oorlog is onbekend.

De komende zes weken worden geleidelijk 33 Israëlische gijzelaars vrijgelaten die nog vastzitten in de Gazastrook in ruil voor bijna 2.000 Palestijnse gevangenen in Israël.

Een menigte verzamelt zich rond bussen met vrijgelaten Palestijnse gevangenen in de stad Beitunia op de Westelijke Jordaanoever.
Foto AP/Leo Correa

Dag 1 van het staakt-het-vuren: Drie Israëlische gijzelaars vrij, en negentig Palestijnse gevangenen

Drie vrijgelaten Israëlische gijzelaars en negentig vrijgelaten Palestijnse gevangenen – dat waren de krachtigste tekenen van de eerste dag van het staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas. Zondagmiddag droeg een menigte geüniformeerde strijders van Hamas drie jonge Israëlische vrouwen over aan het Rode Kruis in Gaza- stad. Zodra zij veilig – en „in relatief goede gezondheid” volgens het Rode Kruis – terug waren op Israëlisch grondgebied begon de vrijlating van de Palestijnse gevangenen. In geblindeerde bussen werden zij, vrouwen en kinderen eerst, vanuit de Ofer-gevangenis op de grens van de Westelijke Jordaanoever overgebracht naar Palestijns gebied.

Twee uur en drie kwartier vertraging had zondagochtend op de valreep nog gezorgd voor negentien Palestijnse doden door Israëlische luchtaanvallen. Hamas was er niet in geslaagd de drie namen van de eerste vrij te laten gijzelaars tijdig aan de Israëlische regering over te brengen. Om kwart over tien Nederlandse tijd legden de strijdende partijen de wapens daadwerkelijk neer. Daarna kon een eerste balans worden opgemaakt van een gevechtspauze die over zes weken afloopt.

Verslaggevers op de grens van het Palestijnse gebied zagen dat er geen rookpluimen meer boven Gaza uitstegen, en dat er alleen nog drones in de lucht hingen. Om half elf, een kwartier nadat het bestand was ingegaan, trokken vrachtwagens van hulporganisaties vanuit Egypte via de checkpoints Rafah en Kerem Shalom de Gazastrook binnen. Zeshonderd trucks per dag, dat is de afspraak. Ze brachten voedsel, water en brandstof het afgeknepen Palestijnse gebied binnen. VN-organisatie UNWRA liet zondagochtend weten dat er vierduizend ladingen klaarstaan, waarvan de helft bestaat uit voedsel.

Zodra het staakt-het-vuren inging, trokken grote aantallen ontheemde Palestijnen terug naar hun huizen – die ze vaak verwoest zouden aantreffen. Vanuit Khan Younis in het zuiden gingen ze verder zuidwaarts naar het vrijwel geheel verwoeste Rafah, of naar Gaza stad in het noorden. Met pick-up trucks of paard-en-wagen, op de fiets of lopend trokken ze door de straten. Sommigen kusten de grond voor het oog van de camera, maar de meesten leken vooral verbluft en verslagen door de omvang van de verwoesting.

Dansen en zingen

De eerste reacties in zowel Israël als de Palestijnse gebieden waren positief. In Gaza gingen sommige Palestijnen dansend en zingend de straat op. Onder hen bevonden zich hulpverleners en medisch personeel.

Op onder meer het ‘Gijzelaarsplein’ in Tel Aviv vierden Israëliërs de vrijlating van de eersten van de in totaal 33 gijzelaars die de komende zondagen telkens in kleine groepjes zullen worden overgedragen. Peilingen hadden de laatste dagen laten zien dat een flinke meerderheid van de Israëlische bevolking, variërend van 62 tot 75 procent, enigszins tot zeer tevreden is met het staakt-het-vuren.

Israëliërs in Tel Aviv volgden zondag blij het nieuws over de vrijlating van drie gijzelaars van Hamas. Foto Shir Torem / Reuters

In Ramallah op de Westelijke Jordaanoever dromden Palestijnen samen in afwachting van de aankomst van de vrijgelaten gevangenen. De Britse krant The Guardian sprak vooraf met familieleden van de gevangenen in Oost-Jeruzalem en tekende op dat de Israëlische strijdkrachten op zaterdag invallen in hun huizen had gedaan om vlaggen en andere Palestijnse symbolen in beslag te nemen. Hun is verboden om publiekelijk hun vreugde te uiten. Zo zou Israël proberen te voorkomen dat Hamas het staakt-het-vuren uitlegt als een overwinning.

Demonstratie van macht

Als dat inderdaad de bedoeling was, dan is dat mislukt. De gewapende tak van Hamas, in uniformen, met een groene band om hun helmen en gezichtsbedekking, liet zich nadrukkelijk en in groten getale zien bij de vrijlating van de Israëlische gijzelaars. Het was een demonstratie van hun nog altijd aanwezige militaire macht. Een verslaggever van de BBC in Gaza sprak met Hamas-leden en tekende op dat die alleen al het feit dat Israël een overeenkomst heeft moeten sluiten, als een overwinning uitlegden.

„Israël had beloofd Hamas te elimineren, maar nu zaten ze in hetzelfde gebouw als de Hamas-leiders met hen te onderhandelen”, aldus een door de BBC geciteerde hoge functionaris. Hij gaf toe dat de prijs die de bevolking van Gaza heeft betaald, hoog is. „Maar Israël is er niet in geslaagd de wil van het Palestijnse volk te breken, of de mensen uit het land te duwen.” Hij sprak vol trots over de terreuraanval van 7 oktober 2023, toen Hamas-strijders zo’n 1.200 Israëliërs doodden, als de „grootste militaire nederlaag voor Israël”.

In elk geval één Israëlische politieke partij is het eens met de anoniem geciteerde Hamas-strijder. Zondag nam Itamar Ben-Gvir, minister van Nationale Veiligheid, samen met twee collega-ministers van dezelfde ultranationalistische, anti-Arabische partij, ontslag uit het kabinet van premier Netanyahu. Volgens hem is het staakt-het-vuren een overwinning voor Hamas en zouden de „behaalde resultaten van de oorlog” teniet worden gedaan. De coalitie behoudt een kleine meerderheid in het parlement.

Op de laatste dag van zijn presidentschap sprak de Amerikaanse president Biden over de wapenstilstand en de „transformatie” die de oorlog in de regio tot stand had gebracht. Volgens hem is de positie van Hamas, Hezbollah en Iran verzwakt door toedoen van Israël.

Hij prees de „ongekende” samenwerking tussen zijn kabinet en het team van de aankomende president. „Maar voor succes is volharding nodig en voortdurende steun aan onze vrienden in de regio, en geloof in diplomatie die door afschrikking wordt ondersteund.”


‘Ik wil terug naar Rafah. Hier voelen we ons vreemden, maar daar ruikt zelfs het puin naar thuis’

Na vijftien maanden van voortdurende militaire escalatie en intense bombardementen kwam de aankondiging van een staakt-het-vuren voor de bewoners van de Gazastrook als een sprankje hoop – zij het een klein – na meer dan een jaar van ongekend geweld. Niet alleen kwam er een tijdelijk einde aan het kabaal van artillerie en explosies; het bracht ook de bijna verloren hoop om uit de cyclus van geweld te kunnen stappen. Met daarbij, toch nog, de angst dat de tijdelijke stilte uitmondt in een nieuwe ronde van geweld.

‏De eerste uren van het staakt-het-vuren lieten in Gaza een mix van emoties zien: vreugde getemperd door angst. Buurten die ooit bruisten van het leven zijn gereduceerd tot ruïnes. Vertrouwde herkenningspunten zijn onduidelijke schaduwen geworden. Toch kwamen de inwoners van Gaza in deze woestenij voorzichtig uit wat er rest van hun huizen en uit geïmproviseerde tenten.

‏Op plekken die gespaard zijn gebleven van de totale vernietiging kwamen families bijeen om snoep uit te delen en liedjes te zingen, in een zeldzaam moment van collectieve vreugde. Maar op hun gezichten was de angst onmiskenbaar. Vlak voordat het staakt-het-vuren inging hadden Israëlische bezettingstroepen dichtbevolkte buurten aangevallen. Dertien mensen werden gedood, meer dan dertig raakten gewond.

Palestijnen die uit Rafah waren gevlucht keren terug, zondag. Foto Mohammed Saber / EPA

Op de markt van Deir al-Balah was te merken dat de prijzen daalden, wat de inwoners tijdelijk wat respijt bood. Maar toch ontbreken nog steeds veel essentiële goederen vanwege de beperkingen aan het vervoer van allerlei levensbehoeftes. Achter zijn kleine kraampje zei marktkoopman Abdalrahman Selmi: „Kom en koop wat er nog over is… Binnenkort ga ik weer naar het noorden.” Maar terugkeren naar het noorden is niet makkelijk; de beperkingen op verkeer tussen de zuidelijke en noordelijke regio’s blijven nog zeker zeven dagen van kracht.

‏Overal in de Gazastrook keerden ontheemde families terug naar hun huizen. In Beit Hanoun en Jabalia waren de scènes hartverscheurend: mannen, vrouwen en kinderen liepen door het puin, met de weinige bezittingen die ze hadden weten mee te nemen toen ze vluchtten. Sommigen glimlachten bij het zien van de plek die ze ooit kenden, terwijl anderen niet voorbereid waren op de omvang van de verwoesting.

‏In Jabalia lagen de straten bezaaid met puin en was de infrastructuur bijna verwoest. Mahmoud keerde terug naar zijn huis in Jabalia en zei: „Ik had wel verwacht dat mijn huis verwoest zou zijn, maar toen ik het zo zag… Het voelde alsof ik een deel van mezelf was kwijtgeraakt. Toch is terugkomen de eerste stap naar heropbouw.”

‏In Deir al-Balah bereidden andere families zich voor om terug te keren naar Rafah. Met gemengde gevoelens: nostalgie naar waar ze hun thuis hadden, en angst om de verwoesting onder ogen te zien en het leven te hervatten te midden van economische en sociale uitdagingen. De zeventienjarige Ayat Al-Shaer, die met haar familie uit Rafah vluchtte, zei: „Ik wil terug naar Rafah, ook al is het maar puin. Hier voelen we ons vreemden, maar daar… ruikt zelfs het puin naar thuis.”

De inwoners van Gaza weten dat de strijd nog lang niet voorbij is. Veel mensen hopen het bestand een startpunt is voor betere leefomstandigheden, doordat de blokkade wordt versoepeld of door een politieke doorbraak.

Een Palestijnse vrouw zondag, na terugkeer naar de resten van haar verwoeste huis in Rafah. Foto Mohammed Saber / EPA

‏Elke hoek van Gaza draagt de littekens van bombardementen. Wegen zijn verwoest, de elektriciteits- en waternetten werken niet. Toch proberen de bewoners hun leven weer op te pakken. Reddingsteams blijven zoeken naar vermisten onder het puin, terwijl bulldozers in sommige gebieden zijn begonnen met het opruimen van puin om hoofdwegen te openen.

‏ Het staakt-het-vuren heeft de inwoners van Gaza de kans gegeven om op adem te komen, maar het heeft het dreigende gevoel niet weggenomen dat de oorlog elk moment kan terugkeren. Want ze realiseren zich: de economische en humanitaire uitdagingen in Gaza vragen om oplossingen die verder gaan dan tijdelijke akkoorden.


Nederlandse jongeren en de wapenstilstand in Gaza: de een is wantrouwig, de ander viert de vrede al

Eerst zien dan geloven. Drie meisjes van 15, die in de Rotterdamse bibliotheek in het centrum achter schoolboeken zitten, vragen zich af of de wapenstilstand tussen Israël en Hamas in de Gazastrook wel zal standhouden. Ze zijn sceptisch. Ze vertrouwen vooral Israël niet, zeggen ze. Ze volgen de ontwikkelingen nauwgezet via social media.

Thuis wordt er veel over gesproken omdat ze moslim zijn, net als de mensen in Gaza. „Dan voelt het meer als familie.” Op school is de oorlog een onderwerp in de lessen, maar lang niet iedereen voelt zich betrokken. „Sommige klasgenoten helemaal niet.”

Of jongeren in Nederland bezig zijn met het geweld in het Midden-Oosten hangt af van aan wie je het vraagt. De laatste, enigszins hoopvolle ontwikkelingen, worden door de ene leerling op de voet gevolgd. En door de ander juist genegeerd. NRC vroeg jongeren en twee docenten, die we ook vlak na 7 oktober 2023 spraken, hoe zij, en hun leerlingen, terugkijken op zestien maanden gruwelijke oorlog.

Milou en Josefien (beiden 15) die een tafel verder huiswerk maken in de Rotterdamse bieb, begrepen de achtergronden van de oorlog beter nadat hun docent die had uitgelegd tijdens het vak politieke besluitvorming. Sindsdien volgen ze het „een beetje”. Over de aanstaande wapenstilstand weten ze nog weinig. „Ik zou er wel meer over willen leren”, zegt Josefien.

Weer een tafel verder werken Teya en Büsra (beiden 15) aan een Engelse presentatie. Teya veert meteen op als de vraag hoort. „Ik ben Palestijns”, zegt ze. Haar ouders komen uit het stadje Safad in het noorden van Israël. Ze vertrokken toen Teya een paar maanden was. Eerst naar Abu Dhabi en sinds vijf jaar woont het gezin met drie dochters in Nederland. Ze hebben familie in Palestina, zegt ze. Andere familieleden zijn uitgewaaierd over Libanon en Syrië.

Thuis wordt er veel over de oorlog gesproken, zegt Teya. „Mijn vader is al sinds het begin van de oorlog boos en heeft ook nu weinig hoop.” Haar moeder is íets optimistischer. „Maar niet veel.”

Op school leerden haar klasgenoten over de situatie in Gaza, waarbij de docent haar vaak als voorbeeld nam. „Ik vond het lastig, maar ik begrijp het ook. Hij vertelt over Palestina en hij heeft iemand uit Palestina in zijn klas. Ik kan vertellen hoe zo iemand zich voelt. Mijn ouders zouden het liefst daar zijn. Maar ze weten ook: daar is het onveilig, hier is het veilig.”

Mijn vader is al sinds het begin van de oorlog boos en heeft ook nu weinig hoop

Teya
leerling in Rotterdam

Vergeten en vergeven

Geschiedenisdocent Ilja van Bilsem van het Montessori College Arnhem heeft de leerlingen van haar 3-mavoklas sinds het nieuws over een mogelijk staakt-het-vuren nog niet in de klas gehad. In de laatste les sprak ze met hen over hoe zij denken dat de situatie opgelost kan worden. De leerlingen zouden niet weten hoe, maar het liefst wilden ze dat er een einde komt aan alle ellende en dat alles „vergeten en vergeven wordt”.

Toen de oorlog in oktober 2023 begon, speelde die voor de meeste leerlingen geen rol in hun dagelijks leven, vertelde Van Bilsem destijds aan NRC. In de maanden die volgden, merkte ze een verandering, vertelt ze nu. Dit schooljaar wisten ze beter wat er aan de hand was in Gaza, ook dat er veel slachtoffers vielen. „Ik zag dat leerlingen meer uitgesproken werden.”

Volgens Van Bilsem kregen de scholieren veel mee via sociale media en het nieuws, dat ze zowel thuis als in de klas volgden. Vooral de beelden hadden impact. „We zagen bombardementen op ziekenhuizen en kinderen die daar lagen. Dat riep veel afschuw op bij de leerlingen.” Ook over de aanslag op 7 oktober heerste onbegrip. „Ze vonden het onvoorstelbaar dat mensen elkaar zulk leed kunnen aandoen.”

Toch blijft de impact beperkt, stelt Van Bilsem. „Ik heb niet het idee dat mijn leerlingen er wakker van liggen. Wat ze zien, wekt vooral verontwaardiging.”

TikTok

Docent burgerschap Jaser Husseini van het ROC Nijmegen stelde in de dagen na 7 oktober 2023 voor om al die filmpjes die zijn studenten de hele dag te zien krijgen op hun telefoon,via laptop en digibord breeduit te tonen in de klas. TikTok op een groot scherm? Dat was wel even wennen voor zijn studenten autotechniek.

In zijn klas zitten zowel Nederlandse studenten als vluchtelingen uit onder meer Syrië en Eritrea, en kinderen met ouders die uit Israël en Gaza komen. Hij hoorde in die eerste dagen al van een leerling over zijn twee neven die in de Gazastrook waren omgekomen bij een Israëlische vergeldingsactie. En later waren er nog meer leerlingen met familieleden of vrienden die bij de oorlog waren betrokken. Hij hoorde ook van een Joodse student die een nichtje had verloren. Allemaal vertelden ze erover in de klas, boos en verdrietig. De spanning die voelbaar was in de samenleving was er ook in zijn klaslokaal. „Maal tien. Want bij een bushokje kijken de mensen elkaar alleen vuil aan, maar in een klas met twintig pubers met hormonen die alle kanten op schieten…”

Een keer kwam Husseini het lokaal binnen en stonden twee studenten met de vuisten recht tegenover elkaar. In tranen. Maar ze vochten níét. Ze waren blijven staan, in vechthouding, tot hij er was. En dat vond de docent bemoedigend. „Ze wílden niet vechten. Ze wilden in gesprek. Anders hadden ze daar niet gestaan. Anders hadden ze zich wel ziek gemeld.”

Maar zijn studenten weten dat Husseini, zelf na 9/11 uit Afghanistan gevlucht voor de Taliban, graag het gesprek met ze aangaat. Hij wil open staan voor de „pijn en het verdriet” van de één, maar ook van de ander. En hij vertelt ze dat ze alleen met elkaar in één klas kunnen zitten als ze van elkaar leren. Als ze zich vrij voelen hun verhaal te vertellen, als ze begrip leren opbrengen voor elkaars standpunten en zich niet laten meeslepen door hun woede.

Wie zijn ze?

Dus liet Husseini zijn studenten in de maanden na 7 oktober 2023 foto’s van hun familie vertonen, op dat grote scherm. „Over wie hebben we het? Wie zijn ze? Wat betekenen ze voor jou?” Hij merkte dat studenten weinig kennis hadden over elkaar. Palestijnse studenten hadden geen idee over de geschiedenis van Joodse studenten. Hoe het voor hen in Nederland was na de Tweede Wereldoorlog, wat de Holocaust inhield. En andersom wisten Joodse studenten niets over de Nakba en hoe het is om al tweede of derde generatie vluchteling te zijn omdat je opa ooit is gevlucht naar Jordanië of Syrië, waar vervolgens óók oorlog is uitgebroken, terwijl je ook nog familie hebt in Gaza, waar je nooit bent geweest.

En hij liet ze dus ook – op groot scherm – elkaars filmpjes zien. Afkomstig van hun tijdlijn op TikTok, waar zijn studenten gemiddeld vijf uur per dag naar kijken. Niet de bloederige filmpjes, maar wel die van Al Jazeera en de Israëlische media die viral gaan en dankzij de algoritmes de hele dag op hun telefoonscherm verschijnen. Op de Palestijnse filmpjes: huilende kinderen, bombardementen, slachtoffers, leed. Op de Israëlische: ook veel leed, van de gijzelaars. En in beide: veel militaire propaganda over Hamas, of over het Israëlische leger. Met de hele klas deden ze bronnenonderzoek. „Wie is de maker? Waarom is het gemaakt? Wat maakt diegene nog meer?”

Leerlingen horen zoveel over oorlog dat het hen bijna niet meer raakt

Ilja van Bilsem
geschiedenisdocent

Ajax-Maccabi

Ilja van Bilsem herinnert zich hoe ze in eerste instantie de gebeurtenissen rondom de wedstrijd Ajax-Maccabi Tel Aviv ervoer. „Ik dacht: Is dit een jodenjacht? Wat eng.” Wat haar ook opviel, was hoe haar leerlingen in staat waren de verschillende kanten van het verhaal te zien. „Ze benoemden dat er meer aan de hand was. Dat vond ik knap van ze.” Bijvoorbeeld het incident met de Palestijnse vlag die in Amsterdam door een supporter van Maccabi Tel Aviv van een huis werd getrokken. „Dat hadden ze op het RTL-journaal gezien. Ze vonden dat echt een poging om ruzie te zoeken.”

Na de incidenten rondom die voetbalwedstrijd besprak ze in de klas wat antisemitisme is en waar de grens ligt. „Als je het niet eens bent met wat er in Gaza gebeurt, is dat iets anders dan het organiseren van een soort jodenjacht in Amsterdam. Dat onderscheid begrepen ze goed.”

Het valt Van Bilsem op dat leerlingen in zekere mate gewend lijken te raken aan oorlogen en conflicten. „Ze horen er zoveel over dat het hen bijna niet meer raakt. Dat vind ik schokkend.” Ook de spanningen in Nederland rondom het conflict in Gaza worden door haar leerlingen vooral aanschouwd, zonder dat ze er echt op reageren, zegt ze.

Brandjes blussen

In de klas van Husseini was die reactie er wel, vooral na de onrust rond de wedstrijd Ajax-Maccabi eind vorig jaar in Amsterdam. Toen was de spanning in de klas weer even volop terug. De docent burgerschap werkte die week tachtig uur – „lessen voorbereiden, gesprekken voeren” – om in de klas brandjes te blussen.

De vlammen waren niet overgeslagen vanuit Amsterdam maar vanuit Den Haag, waar de politiek met onder meer uitspraken over het afpakken van de dubbele nationaliteit in zijn ogen de polarisatie aanwakkerde. „Ik heb hier niks mee te maken hoor meester”, zeiden Marokkaans-Nederlandse studenten tegen Husseini. „Ik was niet bij de rellen aanwezig.” „Ik was pizza bezorgen.” „Moest leren voor mijn toets.” Terwijl, hoeveel jongeren deden er bij die rellen in Amsterdam nou werkelijke mee? „Maar blijkbaar voelden Marokkaans-Nederlandse jongeren in het hele land zich aangesproken. Ze zijn angstig om fouten te maken, om anders te zijn. Terwijl, in mijn klassen zit de derde generatie, hè.”

Maar afgelopen week was de sfeer opperbest. Met een wapenstilstand in zicht, een mogelijk vredesbestand tussen Israël en Hamas na zestien maanden oorlog in Gaza, overheerst op de gang en in de klaslokalen – ook onder collega-docenten – een gevoel van blijdschap en opluchting. „Eén student had zoetigheid meegenomen, iets van kinderchocolade, om te zeggen: het is vrede, het is klaar.”


Voor veel Palestijnen komt het staakt-het-vuren te laat, Israël houdt de adem in over het lot van zijn gijzelaars

Als onderdeel van het staakt-het-vuren komen tijdens de eerste fase van het bestand 33 Israëlische gijzelaars in Gaza vrij, net zoals honderden gevangengenomen Palestijnen uit Israëlische gevangenissen. Zondag kwam er, met enige vertraging, een einde aan de gevechten in Gaza, inclusief de Israëlische bombardementen.

NRC profileerde drie Palestijnse mensenrechtenactivisten die werden gedood voor het bestand in kon gaan en drie Israëlische gijzelaars in Gaza die mogelijk met het bestand vrijkomen.

Palestijnse slachtoffers

Terwijl de eerste positieve berichten over een staakt-het-vuren naar buiten druppelen, werden Gazanen Ahmed Abu Al-Rus, Raafat Salha en Ihab Faisal gewikkeld in witte lijkzakken. In tegenstelling tot de gegijzelde Israëliërs is er weinig bekend over het leven van deze Palestijnen buiten de oorlog om. De oorlog tekende de laatste maanden van hun levens.

Ahmed Abu Al-Rus

Ahmed Abu Al-Rus wist dat dit moment ging komen. Een paar dagen voor zijn dood filmde de activist en journalist zijn wil in een videoboodschap. „Misschien kijk je deze video en kan je je niet voorstellen dat ik een martelaar ben geworden”, zegt Al-Rus rustig. De video nam hij op in zijn auto, door de achterruit zijn verwoeste gebouwen te zien. Zijn boodschap deelde hij aanvankelijk met één persoon. Journaliste Noor Hazeen plaatste de video donderdag op Instagram. „We maakten er altijd grapjes over, maar ik had nooit gedacht dat ik het zou delen”, staat in het bijschrift van het filmpje.

Woensdag, de dag van het nieuws over een succesvol vredesbestand tussen Israël en Hamas, werd Al-Rus gedood door een Israëlische luchtaanval op het Nuseirat vluchtelingenkamp. Met hem kwamen vier anderen om, onder wie zijn broer Mohamed.

„Ik heb er vrede mee”, verzucht al Al-Rus in zijn afscheidsvideo. Op zijn Instagrampagina deelde hij zijn leven. In een van zijn campagnes deelde hij slippers uit aan kinderen die op blote voeten door hun tentenkamp liepen. Slippers met Spiderman voor de jongens, felroze kattenslippers voor de meisjes. Hij bedankt zijn volgers in zijn videoboodschap: „Ik ben blij met alles wat ik heb gedaan in Gaza.”

Raafat Salha

Het familiehuis van mensenrechtenadvocaat Raafat Salha in Deir Al-Balah werd in de nacht van dinsdag op woensdag gebombardeerd door het Israëlische leger. Salha overleefde de aanval aanvankelijk, maar verloor zijn vingers en een been. Zijn vrouw Faten en vier kinderen Moahammed, Ahmad, Hala en Saba werden meteen gedood. Salha werd naar het Al-Aqsa ziekenhuis gebracht, maar overleed woensdag aan zijn verwondingen.

Salha was directeur van de Onafhankelijke Commissie voor Mensenrechten (ICHR) in Gaza. In een verklaring zegt de organisatie de „bezettende macht Israël volledig verantwoordelijk te houden voor deze gruweldaad”. Regelmatig verscheen Salha bij internationale nieuwszenders, waar hij de humanitaire situatie in de Gazastrook met veel passie besprak.

Zijn Facebookaccount staat vol condoleanceberichten aan mensen die hij kende, en oproepen tot het beëindigen van de genocide. Afgelopen oktober verloren zijn twee zoons nog een „loyale trouwe vriend”. „Glorie aan de martelaren”, schrijft Salha in een bericht dat hij opdraagt aan de vriend van zijn zoons.

Ihab Faisal

Het huis waar humanitair hulpverlener Ihab Marwan Kamal Faisal zich in bevond was donderdag doelwit van een Israëlisch bombardement. Faisal, zijn vrouw Henin en twee jonge dochters Reem en Najma werden daarbij gedood. Faisal werkte voor het Palestinian Center for Human Rights (PCHR), een Britse christelijke mensenrechtenorganisatie die als een van de weinigen nog steeds in Gaza opereert.

Eerder verloor Faisal zijn twee broers bij een Israëlische luchtaanval op hun familiehuis in Gaza-Stad, afgelopen september. „Op dat moment voelde ik iets vreemds in mijn lichaam, alsof ik mijn bewustzijn verloor. Ik kon mijn ogen niet openen vanwege de as en het stof, maar ik vocht om wakker te blijven, en probeerde mijn dochters en mijn vrouw te redden”, vertelde hij destijds tegen PCHR. Dat lukte: Faisal en zijn gezin overleefden de aanval.

Maanden later haalden de Israëlische bommen het gezin alsnog in. „Ihab was een man met een groot karakter, altijd toegewijd aan zijn werk, zelfs onder de moeilijkste en gevaarlijkste omstandigheden”, zei de directeur van zijn organisatie vlak na zijn dood. Faisal is het derde PCHR-lid dat door Israël werd gedood in de vijftien maanden woedende oorlog.

Israëlische gijzelaars

Kfir Bibas, Oded Lifshitz en Omer Shem-Tov staan op de lijst die de Israëlische krant The Times of Israel vrijdag publiceerde. De lijst bevat de namen van 33 gijzelaars die tijdens de eerste fase van het staakt-het-vuren zouden worden vrijgelaten. „Bring them home now”, luidde de boodschap van familie en vrienden van gijzelaars de afgelopen vijftien maanden. Maar niet van alle mensen die worden vastgehouden in Gaza is bekend of ze nog in leven zijn. Dat geldt ook voor de namen op de vrijdag verschenen lijst.

Kfir Bibas

Afgelopen zaterdag was de tweede verjaardag van Kfir Bibas, daarmee is hij de jongste van de zo’n 250 gijzelaars die vijftien maanden geleden zijn ontvoerd naar Gaza. Hamas-militanten namen hem samen met zijn broertje Ariel (5) en moeder Shiri Silberman Bibas mee uit de Nir Oz kibboets. Een video, gemaakt door Hamas, waarin moeder Shiri haar kinderen tijdens de ontvoering wanhopig tegen haar borst klampt, behoort tot de beelden die in Israël symbool kwamen te staan voor het nationale trauma van 7 oktober. Vader Yarden, die ook is ontvoerd, was daar niet op te zien. Vermoed wordt dat Hamas hem gescheiden van zijn familie vasthoudt in Gaza. De grootouders van Kfir Bibas zijn op 7 oktober vermoord.

In november 2023 bracht Hamas het nieuws naar buiten dat de moeder en twee kinderen waren gedood bij een Israëlische luchtaanval, maar omdat het Israëlische leger dit nooit heeft bevestigd, leeft in Israël de hoop dat ze nog in leven zijn. De afspraak met Hamas is dat ook de stoffelijke overschotten van gijzelaars die zijn gedood of overleden, worden vrijgegeven door Hamas.

Oded Lifshitz

Vredesactivist en journalist Oded Lifshitz (84) werd ook op 7 oktober door Hamas uit de Nir Oz kibboets weggevoerd. Samen met zijn vrouw Yocheved was hij een van de oprichters van die kibboets, waarvandaan patiënten uit Gaza naar ziekenhuizen in Israël werden gebracht voor behandeling. Zijn vrouw werd na zestien dagen vrijgelaten. In de tunnel waar ze vastzat ontmoette ze de – inmiddels door Israël gedode – Hamasleider Yahya Sinwar. „Schaam je je niet?”, zou ze hem hebben gevraagd. Maar een antwoord kreeg ze niet.

Oded Lifshitz zit nog vast in Gaza. Volgens zijn familie kan hij niet zonder medicijnen. Lifshitz’ kleinzoon Daniel Lifshitz noemt hem in de media „de enige overgrootvader ter wereld die gevangen zit”.

Omer Shem-Tov

De ouders van Omer Shem-Tov (21) konden de live locatie op 7 oktober volgen via zijn mobiel. Shem-Tov belde ze eerder vanaf het Supernova muziekfestival in de woestijn. Er klonk steeds meer paniek in zijn stem terwijl Hamas-militanten het festival aanvielen. Het lukten Shem-Tov en zijn vrienden aanvankelijk weg te komen in een auto. Maar tot schrik van zijn ouders bewoog Shem-Tov’s locatie zich de verkeerde kant op: de auto reed naar Gaza. Hun zoon nam de telefoon niet meer op. Later zagen ze een video van Hamas waarin hij samen met zijn op de grond in Gaza ligt, ze herkenden hem aan zijn tatoeages.

Maya Regev, een vriendin van Shem-Tov die eerder uit Gaza vrijkwam, beschreef hoe Omer haar hielp tijdens hun gevangenschap. Regev was tijdens haar ontvoering in haar been geschoten en had veel pijn bij het vervangen van haar verband. Shem-Tov kalmeerde haar tijdens die momenten. Door een hand op haar mond te leggen voorkwam hij dat ze het zou uitschreeuwen van de pijn. Hun ontvoerders hadden haar dat verboden.


Meerdere arrestaties bij protest in Jeruzalem tegen akkoord met Hamas

Zeker drie mensen zijn gearresteerd in Jeruzalem bij een protest het akkoord tussen Israël en de Palestijnse beweging Hamas. De betogers blokkeerden wegen, bekogelden voertuigen en stichtten brand op de openbare weg. Dat meldt The Times of Israel.

De woensdag aangekondigde deal met Hamas zorgt voor beroering onder een deel van de Israëlische bevolking, die vrezen dat de vrijlating van Palestijnse gevangenen een gevaar voor de nationale veiligheid kan vormen. Ook is er onvrede over het feit dat Hamas onder de voorwaarden van het akkoord blijft bestaan.

Op woensdagavond werd ook al gedemonstreerd tegen het akkoord, hoewel in onder meer Tel Aviv ook grootschalige betogingen vóór de deal waren.

Tegenstanders van het akkoord tijdens een protest in Jeruzalem.
Foto Atef Safadi / EPA

Ondanks naderend bestand gaan in Gaza de Israëlische luchtaanvallen door: ‘Ik ben bang om op het laatste moment iemand te verliezen’

In Gaza is het nieuws over een naderende wapenstilstand bitterzoet. Op woensdagavond volgde direct na de aankondiging van het akkoord tussen Israël en Hamas op veel plekken uitzinnige vreugde dat er mogelijk een eind komt aan vijftien maanden van Israëls oorlog in Gaza, die door onder meer mensenrechtenorganisaties als Amnesty International is omschreven als genocide. Tegelijkertijd gingen de luchtaanvallen onverminderd door.

„Ik voel een mix van blijdschap, verdriet, angst en opwinding”, vertelt de 22-jarige Lama Hussain telefonisch uit het Al-Bureij vluchtelingenkamp in de centrale Gazastrook. „Ik ben heel bang om op het laatste moment iemand te verliezen.”

Sinds de aankondiging van het bestand zijn er ruim zeventig mensen gedood door Israëlische luchtaanvallen, van wie de meesten in Gaza-Stad. Voor Hussain lijken de resterende dagen tot het begin van de wapenstilstand op zondag eindeloos: „Ik weet niet hoe we het 468 dagen hebben volgehouden, en ik kan er niet nog twee verdragen.”

Zware verwondingen

Onder de doden van donderdag was Raafat Salha, de directeur in Gaza van de Independent Commission for Human Rights (ICHR). Op 14 januari was er een luchtaanval op het huis in Deir al-Balah waar Salha en zijn familie sinds hun ontheemding uit Beit Lahia verbleven. Twaalf van hen, onder wie zijn vrouw en vier kinderen, werden direct gedood. Salha overleed donderdag aan zware verwondingen in het al-Aqsa-ziekenhuis, meldde de Palestijnse mensenrechtenorganisatie Al Mezan.

Mensen lopen woensdag in Khan Younis langs stallen waar spullen worden verkocht, tussen het puin van gebouwen die eerder zijn verwoest bij Israëlische luchtaanvallen.

Diezelfde dag werd Ihab Fisal, een medewerker van het Palestinian Centre for Human Rights (PCHR), samen met zijn vrouw en twee kinderen gedood door een bombardement op een huis in Gaza-Stad. „We zijn kapot van de moord op onze collega’s,” schreef de Palestijnse mensenrechtenorganisatie Al Haq op X. „Mensenrechtenverdedigers zijn geen doelwit.”

Het dodental in Gaza door de Israëlische aanvallen is inmiddels opgelopen tot ruim 46.700. Volgens een recente studie van het medische tijdschrift The Lancet is het dodental in Gaza sinds oktober vorig jaar structureel onderschat, en lag dit voor de eerste negen maanden van de oorlog waarschijnlijk 41 procent hoger.

De oorlog heeft onze toekomst in Gaza verwoest

Saja al-Shaer
inwoner Khan Younis

Op basis van een vergelijking van de gegevens van het Palestijnse ministerie van Volksgezondheid, een online enquête van het ministerie, en overlijdensberichten op sociale media, schatten de onderzoekers dat er gedurende die negen maanden 64.260 Palestijnen zijn gedood in Gaza. De studie rekende alleen doden mee door traumatische verwondingen, niet de doden door honger of de naar schatting tienduizend mensen die nog steeds onder het puin liggen.

Vol verwachting

„We hebben angstvallig en vol verwachting een akkoord voor een wapenstilstand afgewacht zodat de slachtingen van onschuldige burgers en kinderen ophouden, en mensen kunnen terugkeren naar hun huizen”, vertelt de 30-jarige Saja al-Shaer uit Khan Younis. Als de oorlog stopt, hoopt ze naar het buitenland te gaan. „De oorlog heeft onze toekomst in Gaza verwoest.”

Hussain beschrijft het gemis van haar leven voor oktober vorig jaar: „Ik mis mijn dagelijkse routine. Mijn vrienden. Het simpele leven dat we hadden.” Maar zelfs als alle fases van het akkoord worden geïmplementeerd en het Israëlische leger zich definitief terugtrekt, is er in Gaza nog steeds een bezetting (de controle van de landgrenzen, lucht en zee) en blokkade door Israël. Bovendien is de bevolking van Gaza collectief getraumatiseerd, de samenleving grotendeels vernietigd, en volgt een langdurig proces van wederopbouw.

„Als de oorlog stopt, zal niets meer hetzelfde zijn”, zegt Hussain. „Het lijden houdt dan niet op. We zullen ons alles herinneren, huilen om iedereen die we hebben verloren, en iedere dag die we hebben doorstaan opnieuw beleven.”

Lees ook

Netanyahu stelde een akkoord met Hamas zo lang mogelijk uit – krabbelt hij nog terug?

Israëlische betogers met vlaggen en namaak-doodskisten demonstreren donderdag in Jeruzalem tegen het akkoord tussen Israël en Hamas.


Netanyahu stelde een akkoord met Hamas zo lang mogelijk uit – krabbelt hij nog terug?

Krabbelt Netanyahu terug? Kort na de aankondiging van het akkoord tussen Israël en Hamas op woensdagavond, kwam het kantoor van de Israëlische premier met het bericht dat enkele „details” nog niet rond waren. Het hoofd van de Israëlische geheime dienst, David Barnea, was volgens de nieuwswebsite Times of Israel daarom donderdag nog in de Qatarese hoofdstad Doha.

Op donderdagochtend had er bovendien gestemd moeten worden over het akkoord in het Israëlische kabinet. Naar verwachting is een meerderheid voor een bestand. Maar die stemming is uitgesteld tot vrijdag.

Netanyahu beschuldigt Hamas van het creëren van een „crisis” door op het laatste moment terug te komen op eerdere afspraken. Volgens zijn kantoor zou het gaan om de identiteit van de Palestijnen die door Israël worden vrijgelaten uit de gevangenis in ruil voor de gijzelaars in Gaza. Hamas zou daar volgens Netanyahu op hebben aangedrongen.

Verschillende Hamas-functionarissen ontkennen de beschuldigingen. „Er is geen basis voor Netanyahu’s beweringen dat de beweging terugkomt op de voorwaarden van de wapenstilstandsovereenkomst”, zei Hamasfunctionaris Sami Abu Zuhri.

Gefaseerd plan

Vanuit verschillende politieke hoeken in Israël klinkt er ondertussen kritiek op het akkoord. Avigdor Lieberman, de leider van de oppositiepartij Yisrael Beiteinu, verweet Netanyahu geen akkoord te hebben gesloten bestaand uit één fase in plaats van drie, waarbij alle circa honderd resterende gijzelaars in één keer zouden vrijkomen. Volgens Lieberman prefereerde Netanyahu het behoud van zijn coalitie door in te stemmen met een gefaseerd plan.

Een demonstrant met een Israëlische vlag roept leuzen tijdens een protest tegen het akkoord tussen Israël en Hamas, donderdag in Jeruzalem.
Foto John Wessels / AFP

Netanyahu’s extreemrechtse coalitiegenoten, minister van Financiën Bezalel Smotrich en minister van Nationale Veiligheid Itamar Ben-Gvir, zijn fel tegen een bestand en dreigden eerder uit de coalitie te stappen als er een akkoord zou komen. Nu lijkt Smotrich toch in te stemmen, mits Israël na fase één de oorlog hervat, in plaats van zich volledig terug te trekken uit Gaza. Diens partij Religieus Zionisme kondigde donderdag aan dat het anders uit de coalitie zal stappen.

Een grote onzekerheid in het huidige akkoord is inderdaad of het bestand de eerste fase overleeft. Dat hangt af van de bereidheid van Hamas om de gijzelaars daadwerkelijk vrij te laten, maar ook of Israël de aanvallen op Gaza hervat nadat een significant deel van de gijzelaars is vrijgelaten.

Lees ook

Waarom Israël en Hamas het nu pas eens konden worden over een staakt-het-vuren in Gaza

Een jongen kijkt naar de lichamen van Palestijnen die zijn omgekomen bij het Israëlische bombardement op de Gazastrook terwijl ze worden overgebracht naar het Al-Aqsa-ziekenhuis in Deir al-Balah, op 15 januari 2025.

Dat een akkoord het afgelopen jaar steeds uitbleef, kan aan de kant van Israël echter niet alleen worden toegeschreven aan de druk op Netanyahu van zijn coalitiegenoten Smotrich en Ben-Gvir. In Israëlische media is veelvuldig geschreven over hoe Netanyahu een akkoord met Hamas zo lang mogelijk uitstelde en saboteerde.

Overlevingsstrategie

Dat deed hij in de eerste plaats als politieke overlevingsstrategie. Hij wist immers dat een eind van de oorlog ook zou betekenen dat hij geconfronteerd wordt met de nog niet weggeëbde woede in Israël over zijn onvermogen om als zelfverklaarde ‘Mr. Security’ burgers veiligheid te bieden op 7 oktober 2023, tijdens de aanval van Hamas op Zuid-Israël. Ook hingen hem corruptiezaken boven het hoofd.

Daarnaast steunen niet alleen de partijen van Smotrich en Ben-Gvir, maar ook leden van Netanyahu’s Likud-partij de beweging in Israël die nieuwe Israëlische nederzettingen wil in Gaza. De door Israël met militaire infrastructuur bebouwde Netzarim-corridor die Gaza doormidden splitst, vernoemd naar de voormalige illegale nederzetting Netzarim, leek daar de aangewezen plek voor. Kolonistenleiders waren er onlangs op bezoek.

Veel Israëliërs zijn het erover eens dat Netanyahu akkoord lijkt te zijn gegaan onder druk van Trump

Of Israëliërs het akkoord tussen Israël en Hamas nu zien als een overwinning of een vernedering, velen lijken het over één ding eens: de aantredende Amerikaanse president Donald Trump heeft druk uitgeoefend op Netanyahu om hem tot een akkoord te bewegen.

Onverwachte druk

Een prangende vraag blijft: waarom ging Netanyahu nu wel akkoord met een plan dat er in feite al in mei vorig jaar lag, toen bekend als het ‘Biden-voorstel’? Is hij onder onverwachte druk van Trump bezweken? Is hij nu wel bereid om Israëls militaire aanwezigheid in de Netzarim-corridor en de Philadelphi-corridor, het grensgebied tussen Gaza en Egypte, geleidelijk op te geven?

Voorheen presenteerde Netanyahu de militaire aanwezigheid in die corridors als van existentieel belang, en die positie lijkt voorlopig niet te veranderen. Zijn kantoor kwam donderdagochtend met het bericht dat het Israëlische leger zich in fase één niet gedeeltelijk of volledig zal terugtrekken uit de Philadelphi-corridor, die Israël in mei innam.

Lees ook

Wie is de New Yorkse projectontwikkelaar die de weg plaveide voor het Gaza-akkoord?

Donald Trumps nieuwe Midden-Oostengezant, Steve Witkoff, bij een rally voor Trump op 5 oktober 2024. Witkoff doneerde de afgelopen jaren circa twee miljoen dollar aan Trump.

Het lijkt erop dat Netanyahu wachtte met een akkoord tot hij onder Trump betere kaarten in handen had – al kreeg hij van de vertrekkende president Joe Biden ook de vrije hand en uitgebreide militaire steun in de vernietigende Gaza-oorlog.

Tijdens zijn eerste termijn als president heeft Trump Israël ruim baan gegeven voor annexatiebeleid: hij erkende niet alleen Israëls illegale annexatie van de Hoogvlakte van Golan, maar ook de claim op Jeruzalem als hoofdstad.

Annexatie van de Westoever

De vraag die nu met name Palestijnen bezighoudt, is of Netanyahu instemde met een akkoord in de wetenschap dat Trump hem zal steunen bij de ongebreidelde annexatie van de bezette Westelijke Jordaanoever. Mogelijk heeft Trump die belofte al gedaan. De annexatie van de Westoever gaat in rasse schreden voort, met de uitbreiding van nederzettingen en militaire bases, en de verdrijving van Palestijnse gemeenschappen.

Smotrich kondigde direct na Trumps verkiezing al aan dat dit zou betekenen dat Israël volledige soevereiniteit verkrijgt over ‘Judea en Samaria’, de Bijbelse namen waarmee door rechtse Israëliërs de Westelijke Jordaanoever in bezet Palestina wordt aangeduid. Voor de implicaties van het akkoord moet dus niet alleen gekeken worden naar de ontwikkelingen in Gaza, maar ook op de Westelijke Jordaanoever.

Zolang het Israëlische kabinet nog niet akkoord is met een bestand, en Netanyahu nieuwe barrières ziet, blijft het ongewis of aanstaande zondag daadwerkelijk een wapenstilstand van kracht wordt. Daarna is de vraag of het bestand de eerste fase overleeft, en Trump eenzelfde druk uitoefent op Israël om de oorlog volledig te beëindigen.

Demonstranten blokkeren donderdag een weg in Jeruzalem uit protest tegen het akkoord tussen Israël en Hamas, dat volgens hen de toekomstige veiligheid van Israël in gevaar kan brengen.
Foto Ronen Zvulun / Reuters


Wat vindt NRC | De oorlog in Gaza heeft de wereld op zijn lelijkst laten zien

Er is veel onzeker over het staakt-het-vuren in Gaza, dat de Israëlische regering en Hamas na vijftien maanden oorlog en verwoesting bereikt hebben. Er is ook veel op aan te merken. Maar het oog van de wereld moet allereerst gericht zijn op de scènes van opluchting en blijdschap in Gaza en Israël. Die laten zien hoe groot het oorlogsleed van de Palestijnse bevolking is geweest, hoe alles verwoestend het geweld was, én hoe de Israëlische samenleving ontwricht is geraakt onder angst, geweld, dreiging en een vergiftigd politiek klimaat. De oorlog in Gaza heeft tot nu toe tienduizenden levens geëist, naar schatting ruim 45.000 Palestijnen en ruim 1.700 Israëliërs. Cijfers vertellen maar een deel van het verhaal van totale vernietiging, maar toch: negen van de tien huizen zijn beschadigd of verwoest. Zo’n 90 procent van de bevolking heeft moeten vluchten, meestal naar een plek die evenmin veilig is. Meer dan de helft van de 36 ziekenhuizen is niet meer functioneel. Er is geen onderwijs meer voor de ruim 600.000 minderjarigen in Gaza, vrijwel alle scholen zijn verwoest. Er is honger, trauma, ziekte en kou. Maar het lijkt erop dat het schieten is gestopt. En dat is een geschenk voor de geteisterde bevolking. Israël trekt zich in fases terug uit Gaza, laat honderden Palestijnse gevangenen vrij en helpt met de wederopbouw. In ruil laat Hamas stapsgewijs de Israëlische gijzelaars vrij, en draagt de lichamen over van hen die zijn vermoord of omgekomen. Logische stappen die al veel eerder genomen hadden kunnen worden.

Hoe positief ook, het bestand is veel te laat gesloten. De oorlog in Gaza heeft een verbijsterend gebrek aan urgentie laten zien om het belang van de Palestijnse en Israëlische bevolking voorop te stellen. Daar zijn alle partijen schuldig aan: Hamas, dat met een geweldsuitbarsting op 7 oktober 2023 deze fase van het conflict in gang zette, dat terreur gebruikte, burgers gijzelde en vooral ook de eigen bevolking op cynische wijze in de oorlog inzette. Israël, dat extreem geweld gebruikte en niet of nauwelijks onderscheid maakte tussen burgers en militanten. En tot slot de internationale gemeenschap, die niet ingreep en de middelen die ze wél heeft weigerde in te zetten. De Amerikaanse regering kon de bevriende regering van Benjamin Netanyahu niet tot kalmte manen. President Joe Biden zette weinig druk, bleef de regering steunen, en deed bovendien te weinig om het Palestijnse leed te verzachten. Dat het nu wel kon, ligt deels aan de machtswisseling in Washington: de vertrekkende regering (Biden) en de aankomende (Trump) hebben een kort moment een gedeeld belang en konden samenwerken. Maar het is veel te laat. Ook veel Europese landen, waaronder Nederland, hebben te weinig gedaan. Nederland onthield zich twee keer van VN-stemmingen die pleitten voor een staakt-het-vuren. De oorlog in Gaza heeft de wereld op zijn allerlelijkst laten zien.

Ook als de oorlog met dit staakt-het-vuren voorlopig ten einde komt, zijn de effecten ervan nog decennia voelbaar, zo niet langer. In Gaza zelf, waar een niet te bevatten leed is geleden. Maar ook wereldwijd. Gerechtigheid is zoek. Spanningen in samenlevingen zijn toegenomen, bevolkingsgroepen zijn tegen elkaar opgezet, er is in veel westerse landen een uitbarsting te zien van antisemitisme en haat jegens moslims. In Europa, ook in Nederland, zijn scheuren in de samenleving ontstaan die misschien nooit meer helen. Ook dat is een verwoesting die deze verschrikkelijke oorlog heeft aangericht.


Wie is de New Yorkse projectontwikkelaar die de weg plaveide voor het Gaza-akkoord?

Vorige week vrijdag belde Steve Witkoff met het kantoor van de Israëlische premier Netanyahu. Witkoff is door de aankomende Amerikaanse president Trump aangesteld als gezant voor het Midden-Oosten. Een week geleden nam hij zijn intrek in Doha, hoofdstad van Qatar. Daar zat hij toen hij de medewerkers van Netanyahu liet weten dat hij de volgende dag met de premier wilde spreken. Dan is het sabbat, wierpen de medewerkers tegen, u kunt wel zaterdag in de avond komen. „Die sabbat kan me gestolen worden”, zei Witkoff volgens bronnen van de Israëlische krant Ha’aretz.

En de volgende dag had hij inderdaad zijn gesprek met Netanyahu. Een „verhit” gesprek, volgens de Times of Israel, waarin Witkoff volgens ‘Arabische bronnen’ van die krant, in één ontmoeting meer bereikte bij de eigenzinnige Netanyahu dan de onderhandelaars van de scheidende president Joe Biden in het afgelopen jaar hadden bereikt.

Het woensdag aangekondigde staakt-het-vuren werd zo een gemeenschappelijke resultaat van zowel de uitgaande als de inkomende regering. Nog voor Bidens aankondiging eiste de maandag aantredende president het „EPISCHE” akkoord niettemin op als bovenal zijn eigen succes: „Dit was alleen mogelijk dankzij onze Historische Overwinning in november.”

Lees ook

Waarom Israël en Hamas het nu pas eens konden worden over een staakt-het-vuren in Gaza

Een jongen kijkt naar de lichamen van Palestijnen die zijn omgekomen bij het Israëlische bombardement op de Gazastrook terwijl ze worden overgebracht naar het Al-Aqsa-ziekenhuis in Deir al-Balah, op 15 januari 2025.

Volgens Biden trok zijn onderhandelingsteam, onder leiding van Midden-Oosten-gezant Brett McGurk, samen op met dat van Witkoff. „Zij spraken met één mond.” Dat was ook logisch, stelde hij, omdat „het akkoord onder mijn regering is onderhandeld, maar uitgevoerd zal worden door de volgende”. Biden reageerde dan ook stekelig toen hem werd gevraagd of zijn opvolger de onderhandelingen had gered: „Maak je een grap?”, beet hij de journalist toe die dit durfde te vragen.

Ham-kaasbroodje

„Succes is niet voor huichelaars”, staat op de site van Witkoff. De 67-jarige is – net als Trump – een in New York rijk geworden projectontwikkelaar, die naar eigen zeggen „meer dan zeventig projecten in de belangrijkste zakendistricten van New York, Los Angeles en Miami” heeft gefinancierd en (her)ontwikkeld.

Als de gelijkenis met de Trump Organization zich opdringt, dan is dat geen toeval. Als jonge advocaat bij Dreyer & Traub diende Witkoff eind jaren tachtig ook Donald Trump van advies – en trakteerde hem volgens The Wall Street Journal eens op een ham-kaasbroodje om een geslaagde overeenkomst te bezegelen. De ruim tien jaar oudere Trump was „een van de grote inspiratiebronnen voor mijn vader”, aldus zoon Alex in de zakenkrant.

Volgens vrienden is Witkoff goed in onderhandelen omdat hij „geen bloed op de vloer hoeft te zien” voordat hij een overeenkomst sluit

Witkoff richtte zijn eigen firma op in 1997, nam zijn zonen mee naar het bedrijf en bleef altijd dicht bij zijn voorbeeld. Hij hielp Trump met fondsenwerving voor diens campagnes. Witkoff bezorgde hem onder meer de steun van de steenrijke Israëlisch-Amerikaanse arts (en casinomagnaatweduwe) Miriam Adelson, die 100 miljoen dollar in Trumps kas stortte. Zelf doneerde hij de afgelopen jaren circa twee miljoen dollar aan Trump. Tijdens een campagnerally haalde Trump hem eens op het podium en prees hem als „my pal, my special guy”.

Hun persoonlijke banden zijn nauw. Ze stonden samen op de golfbaan van Trump in West Palm Beach, Florida, toen Trump in september het doelwit was van een moordpoging door een schutter. En toen Witkoffs zoon Zach in april 2022 trouwde, vierde het paar dat in Mar-a-Lago, het privéresort van Trump. De presidentiële gastheer en zijn vrouw Melania kwamen op de receptie, evenals gouverneur Ron DeSantis van Florida.

Complexe onderhandelingen

Dat Trump projectontwikkelaar Witkoff als Midden-Oostengezant aanstelde, nadat hij in zijn eerste termijn zijn schoonzoon Jared Kushner met dezelfde zakenachtergrond dezelfde taak had gegeven, is geen toeval, schrijft The Wall Street Journal. „Trump beschouwt de situatie in het Midden-Oosten als een complexe onroerend-goedonderhandeling.”

Nog een overeenkomst: Witkoff heeft, net als Trump en Kushner, ook zakelijke banden met het Midden-Oosten. Na zijn vertrek uit het Witte Huis kreeg Kushners investeringsfonds een injectie van 2 miljard dollar (zo’n 1,95 miljard euro) uit een fonds van de Saoedische koninklijke familie. Witkoff was betrokken bij een corruptiezaak waarbij justitie beslag dreigde te leggen op het Park Lane hotel in Manhattan waarvan hij mede-eigenaar was. Een staatsfonds van Qatar kocht het hotel in 2023 voor bijna 625 miljoen dollar (zo’n 608 miljoen euro) en redde daarmee de investering van Witkoff.

Zijn New-Yorkse vastgoedwereld-mentaliteit neemt Witkoff nu mee naar een van de gevoeligste geopolitieke conflicten van de wereld. Vrienden noemen hem aardig en slim, en zeggen dat hij zo goed is in onderhandelingen omdat hij „geen bloed op de vloer hoeft te zien” voordat hij een overeenkomst sluit met zijn tegenstander.

Dat Biden pas in de slotdagen van zijn presidentschap dit lang bepleite akkoord voor elkaar krijgt, is pijnlijk. Maar dat het ook Trumps zegen heeft, geeft het wel meer kans van slagen. Als de implementatie de komende tijd op obstakels mocht stuiten, kan de inkomende president er minder makkelijk van weglopen. Zijn eigen gezant trok de gesprekken in Doha immers vlot.

Lees ook

Het toekomstige buitenland-team van Donald Trump: anti-Chinees en pro-Israëlisch

Fox News-tv-presentator Pete Hegseth moet de baas van het Pentagon worden.