Cabaretier Jan Jaap van der Wal treedt weer op in Nederland: ‘Te hard of te cynisch trekken Vlamingen niet goed. Nederlanders vinden dat juist lekker’

Speciaal voor zijn terugkeer naar Nederland heeft Jan Jaap van der Wal (45) een Belgische auto geleased. De in Antwerpen woonachtige cabaretier heeft zelf een auto met Nederlands kenteken. Hij wil echter bij de theaters arriveren in een Belgisch exemplaar. Dat niemand dat zal zien, maakt niet uit: „Dit soort details vind ik leuk en belangrijk. Ik wilde ook inloopmuziek en een kledingontwerper uit België.”

Van der Wal is terug in Nederland met een cabaretvoorstelling. Zijn laatste op geboortegrond dateert uit 2014, waarna hij vertrok naar Antwerpen. Eerst gedeeltelijk, sinds 2021 permanent. Hij presenteerde in België het satirische tv-programma De ideale wereld, is jurylid bij De slimste mens en tourde er met vier cabaretprogramma’s. In Nederland bleef hij ondertussen teamcaptain bij NPO-programma Dit was het Nieuws.

In zijn nieuwe voorstelling Mijn vlakke land deelt hij ervaringen uit Vlaanderen: van een straatrace met paard en wagen tot een verkenningstocht door Ninove – de eerste gemeente met een burgemeester van het extreemrechtse Vlaams-Belang. Aan de hand van zulke anekdotes illustreert Van der Wal de verschillen in omgangsvormen tussen Nederlanders en Vlamingen.

Nederland komt ook voorbij, want ja, hij is „weer terug bij de ex”. Dat is lekker, maar stemt ook weemoedig, concludeert Van der Wal. Die weemoed voert hem terug naar zijn jeugd in Friesland, een „land dat niet meer bestaat”. Een les voor tegenstanders van migranten, aldus de cabaretier. Volgens hem reageren zij teleurstelling over een verleden dat onherroepelijk weg is, af op mensen die destijds nog nergens te bekennen waren. Deze migranten zullen dan wel de oorzaak zijn van een heden dat minder aangenaam is, luidt de redenering die Van der Wal ontkracht.

Migratie komt zo op meerdere manieren in de voorstelling terecht. Van der Wal stoort zich „aan de totale weigering van veel politici om goed te kijken naar de achtergrond van migranten: wie zijn ze, wat zouden ze kunnen bijdragen”, vertelt hij: „Daarom vind ik dat asielbeleid van minister Faber niet het meest strenge, maar het meest luie ooit. Ik vind dat echt schandalig.”

Publieksinteractie

Live-comedy is altijd het leukst, want dan functioneren de menselijke voelsprieten anders dan wanneer er een scherm tussen zit. Van der Wal is een van de beste live-comedians van Nederland en publieksinteractie is bij hem nooit een teken van gebrek aan inspiratie. Laatkomers worden tijdens de première op 16 november soepel onderdeel gemaakt van de voorstelling: „Dit was niet gebeurd in Vlaanderen, die mensen waren gestorven van schaamte.”

In Vlaanderen gebeurt het zelden dat publiek nog binnenloopt als hij al is begonnen, vertelt Van der Wal twee weken later, voorafgaand aan een optreden in Delft: „In Nederland denken theatermedewerkers: deze mensen zijn wél op tijd, dus we beginnen gewoon. In Vlaanderen wordt er vaak gewoon gewacht als er nog publiek moet komen. Dan begin ik twintig minuten later.”

Waarom wilde je weer een cabaretvoorstelling in Nederland spelen?

„Ik merk dat het Nederlanders geen reet interesseert wat ik in België doe. Na opnames van Dit was het Nieuws werd me vaak gevraagd: ‘Treed jij eigenlijk ook wel eens ergens op?’ Dat stak me wel een beetje. Het publiek daar is in potentie allemaal theaterliefhebber. Ik vond het toch zonde om daar niks meer mee te doen. Dus wilde ik me weer even laten zien. Het blijft wel bij één theaterseizoen. Dit is geen herlancering van mijn carrière in Nederland.”

Viel je tien jaar geleden op België omdat het daar zo beviel, of vooral omdat Nederland niet meer zo beviel?

„Een combinatie. In Nederland worstelde ik met de vraag of ik wéér dat rondje langs dezelfde theaters wilde doen. Ik begon me daarin steeds sneller te vervelen. In die zin ben ik echt geen Youp van ’t Hek. Op televisie ben ik een tijd enorm tekeer gegaan door van alles uit te proberen. Dat was niet altijd even succesvol, dus ik merkte dat ik daar niet nog tien jaar zo mee kon doorgaan. In 2014 kreeg ik een kans op de Vlaamse tv en dat was zo leuk dat ik daar ook wilde optreden.”

Vroeger keken de Vlamingen heel erg naar Nederland, maar het krijgt steeds meer een eigen comedycultuur

En waarom geen tournees die zowel Nederland als België aandoen?

„Grote namen zoals Theo Maassen en Najib Amhali doen dat wel, maar dat wordt steeds minder. Vroeger keken de Vlamingen heel erg naar Nederland, maar het krijgt steeds meer een eigen comedycultuur. Ik merk dat daar een soort chauvinisme ontstaat. Jullie Nederlanders hebben je eigen markt, zoiets. Vorig jaar had ik een kerstfeest met Vlaamse comedians. Daar begint een soort groep te ontstaan en daar hoor ik inmiddels ook wel bij.”

Is de humor ook anders?

„Te hard of te cynisch trekken Vlamingen niet goed. Nederlanders vinden dat juist lekker. De Vlamingen zijn verder dol op grappen óver Vlamingen. Ze hebben een grote neiging tot zelfkastijding.”

Had je verhuizing ook een inhoudelijke reden? Je kreeg daardoor een nieuw volk om je door te laten inspireren.

„Zeker, daar kwam dat België-plan ook wel vandaan: dan heb ik weer een heel nieuw gebied en kan ik weer opnieuw beginnen. Dat heb ik altijd aantrekkelijk gevonden. Daarom vind ik tv-programma’s maken ook zo leuk. En daarnaast werd ik gewoon verliefd op Antwerpen. De mensen, kunst, muziek, eten en drinken: er is wat meer smaak op veel gebieden. De architectuur is weliswaar soms spuuglelijk, maar ja, iedereen mag zijn eigen huis bouwen. Mensen doen dus maar wat.”

In je voorstelling vertel je dat wonen in Vlaanderen je heeft veranderd. Op wat voor manier?

„In een ander land zijn omgangsvormen gewoon anders. Doordat je dat verschil merkt, ga je ook meer naar jezelf kijken: waarom zeg ik wat ik zeg, gedraag ik me zoals ik doe. Er komt een bewustzijn bij en dat is heel leuk. Wat dat betreft zou het goed zijn als de spreidingswet voor iedereen verplicht zou zijn: even ergens anders wonen om te zien hoe het daar gaat.”

Ik dacht dat de verschillen tussen Vlamingen en Nederland vaak een beetje een stereotype waren. Maar die zijn echt zo groot dus?

„Dat vind ik wel ja. In Nederland verhuisde ik eens naar Katwoude, een dorp boven Amsterdam. Ik liep met de kinderwagen buiten en een vrouw in plat Amsterdams riep: ‘Je bent hier dan wel komen wonen, maar Katwoude komt niet naar jou toe. Jij moet naar Katwoude komen!’ Zoiets zou in Vlaanderen nooit gebeuren. Daar is de sfeer altijd een beetje alsof je een onenightstand hebt gehad en je komt diegene later weer tegen op straat. Ongemakkelijk.”

Ben jij je ook meer als Vlaming gaan gedragen?

„Jawel, maar Friezen en Vlamingen lijken wel op elkaar. Conflict vermijdend, het doe-maar-rustig. Dat vind ik ook aantrekkelijk. Niet altijd meteen reageren op e-mails, soms een week niet terugbellen. Dat deed ik altijd al, maar toen was het soms een beetje aso. Nu kan ik het gewoon Vlaams gedrag noemen.”

Jan Jaap van der Wal met Vlaamse friet.
Foto Katrijn van Giel

Ben je ook veranderd als cabaretier?

„Ik ben rustiger en verhalender geworden. Vroeger was ik in Nederland die politiek geëngageerde cabaretier. Dat ben ik nog steeds, maar toen begon ik ook heel duidelijk vanuit nieuws en maatschappij. Nu wilde ik wat persoonlijkers maken.”

Waarom?

„Dat leek me toepasselijk bij mijn terugkeer naar Nederland. Dat gaf een gevoel van weemoed. Vanuit dat gevoel ben ik begonnen. Ik heb al mijn dozen met spullen van vroeger doorgenomen. De eerste tien jaar ging mijn carrière zo snel. Daar wist ik bijna niets meer van.”

Je vertelt over kaartjes die je kreeg van klasgenoten toen je als kind regelmatig in het ziekenhuis lag, maar ook over de donor van je kind. Waarom?

„Ik vond dat passend bij het onderwerp migratie. Mijn kind wordt een Vlaming, dat is een serieuze consequentie van mijn emigratie naar België. En omdat hij kind is van een onbekende donor, is hij ook voor de helft een vreemdeling voor mijn vrouw en mij.”

Vind je het spannend om op het podium over je kind te vertellen?

„Nee, ik voel wel dat dit binnen de context van de voorstelling blijft. In Vlaanderen is zoiets trouwens wel makkelijker. Daar is helemaal geen reflex van: hé, dat wist ik niet, dat is nieuws. In Nederland is dat wel heel erg en komt zoiets eerder in RTL Boulevard terecht.”

Heeft je verhuizing naar België nog wat veranderd in je kijk op migratiebeleid?

„Niet per se. Ik ben wel twee keer uitgescholden voor ‘kuthollander’. Ik moest lachen, maar het stak me ook. Als je dat honderd keer per dag naar je hoofd krijgt geslingerd… Het raakte me ook toen ik zelf documenten moest aanvragen en zag hoe andere migranten daar aan het lijntje werden gehouden. Onjuiste informatie krijgen, onnodig moeten wachten. Op een gegeven moment wordt zoiets wel barbaars.”

Je gaat er veel opuit. De eerste gemeente met een extreemrechtse burgemeester wilde je ervaren door er een paar nachten te gaan slapen. Heb je input van buitenaf nodig als cabaretier?

„Een les die ik vrij snel door had – en ook van Raoul Heertje heb geleerd – is dat je als comedian gewoon het leven moet leven. Er zijn veel cabaretiers die overdag een beetje hangen. Gamen, dat soort dingen. Ik kijk ook wel films en series, maar je moet ook echt wat opzoeken denk ik. Zoals Martin Bril dat vroeger deed voor zijn columns. Gewoon in de trein stappen, ergens naartoe. Dat gevoel heb ik ook heel sterk. Ik wil een ontdekkingsreiziger blijven.”

Jan Jaap van der Wal.
Foto Katrijn van Giel