Boete

Frank Huiskamp

Omdat ik van mijn vriend houd, stond ik zaterdag op het dorpsplein van Munstergeleen tussen een man verkleed als ijskoning en een ander verkleed als zombie-non te luisteren naar het verrassend uitgebreide repertoire van Bjorn & Mieke, een biertje in beide handen. Ik wist al bijna twee jaar dat mijn vriend Limburgs is, zoals je eigenlijk ook al een tijd weet dat Sinterklaas je vader met een baard is, maar dit was de eerste keer dat ik hem betrapte tijdens het omkleden in de garage.

Twee jaar lang was zijn Limburgse achtergrond beperkt gebleven tot een langere treinrit dan normaal, vlaai en zoervleis bij mijn schoonmoeder en verjaardagen waar míjn accent bespot werd. Corona had de echte confrontatie uitgesteld: carnaval. En dat begon in dit kleine dorpje in Zuid-Limburg al twee weken eerder, met de Boetezitting. Wat ik een gepaste naam vond, omdat het als een taakstraf voelde, maar gewoon ‘buitenzitting’ bleek te betekenen.

Dus daar stonden we, beiden wat ziekjes, in een drankwalm tussen de apotheek en het gezondheidscentrum. Ik als een piraat met koppijn, hij als de Joker met keelpijn. Door hekken afgesloten van de rest van de maatschappij. Ik grapte dat dat misschien maar goed was, hij verzocht me vriendelijk mijn cynisme en gedeug ook buiten de hekken te laten. Maar laat ik zeggen dat het wokeleger waar ongezellig rechts al maanden niet over ophoudt, Munstergeleen in ieder geval nog niet was binnengedrongen.

De tickets waren net zo gewild als die voor Lowlands gebleken. Geen Billie Eilish en Florence and the Machine, wel Jordy Swillens en Rempetemp. Ze zongen liedjes die steeds net niet leken op al bestaande nummers, maar vooral wel heel erg op elkaar. Het voelde als een verlate spoedcursus Limburgs zijn, waar je, zo bleek, al na één middag best bedreven in kon worden. Ik blèrde steeds meer nummers mee, nummers die ik nog nooit had gehoord, als de presentator op het podium „GAEF H’M” schreeuwde, riep ik keurig „HAVER!” terug, zoals iedereen dat deed. Ik raakte in carnavalstrance – bier, stockholmsyndroom, vast een beetje van beide, maar ik moest toegeven: dit was indoctrinatie op z’n gezelligst. Het leven was even onbezorgd, de enige ballon die híér in de lucht hing, was er een met Batmanlogo, uit de handen van een dronken bezoeker geglipt.

De zon ging onder, mijn Amerikaanse zwager goot nog maar een drankje in zijn papieren drakenkop, een van de nichtjes van mijn vriend porde me nog maar een keer in de maag met het nepzwaard dat ik natuurlijk nooit aan haar had moeten geven. Mijn vriend vroeg of ik het leuk vond en ik hoefde niet te liegen. Geslaagd voor mijn theorie, over twee weken mag ik afrijden.

Frank Huiskamp vervangt de komende maandagen Marcel van Roosmalen.