Bij het monument voor Peter R. de Vries gaat het niet om de gebalde vuist „maar om de handreiking”

De empathie aanreiken, dat was wat kunstenaar Rini Hurkmans wilde met haar beeld Tegen alle stromen in ter nagedachtenis van misdaadverslaggever Peter R. de Vries op het Leidseplein van Amsterdam, vlak bij de plek waar hij in 2021 werd vermoord. Het 5,25 meter brede en 2,85 meter hoge bronzen monument waarbij twee handen toenadering tot elkaar zoeken, werd maandag onthuld, precies drie jaar na de dood van De Vries. De plaatsing van het monument is snel gegaan. Een half jaar na de dood van De Vries stond vast dat er een beeld moest komen en nu staat het er dan echt.

Het idee van het vormgeven van afwezigheid is wat Hurkmans aansprak toen ze twee jaar geleden een brief kreeg van de kunstcommissie van de gemeente Amsterdam om een voorstel in te dienen. Omdat ze vaak werkt met thema’s van afwezigheid en verdriet, besloot ze om met een ontwerp te komen. Dat het beeld moest passen bij datgene waar De Vries voor stond, was evident maar ze zocht ook naar een manier om het monument zo te maken dat het in lijn was met haar eerdere werk, vertelt ze aan de telefoon. Voor het ‘Parque de la Memoria’ in de Argentijnse hoofdstad Buenos Aires ontwierp ze bijvoorbeeld een monument om de slachtoffers van het militaire junta-bewind tussen 1976 en 1983 te herdenken; in Vlaardingen maakte ze een herdenkingsmonument voor Daniel van Cotthem, die in 2000 slachtoffer was van zinloos geweld.

Tegen alle stromen in.
Foto Evert Elzinga/HH

Voor Tegen alle stromen in koos ze voor een persfoto uit 1972 waar een man wordt overmeesterd die vlak daarvoor Michelangelo’s Pietà (1499) had gemolesteerd. Hij brak Maria haar linkerarm af. De foto, die Hurkmans zag in 1992 toen ze in New York woonde, inspireerde haar om het handgebaar in kunst om te zetten.

De vinger van Jezus, de gebalde vuist als het gaat om strijdlust of de handen omhoog in wanhoop: iedereen heeft wel beelden bij het gebaar van de hand die passen in de kunstgeschiedenis. Maar bij dit beeld van Michelangelo was het anders, vertelt Hurkmans: „De afgebroken arm van Maria maakt bij Michelangelo een beweging naar buiten toe. De hand vraagt om engagement, om betrokkenheid.”

Benaderbare handen

Dat gebaar sprak haar aan en ze liet een kopie van die arm maken. Die arm wordt doorgegeven aan mensen met de vraag of ze een foto kunnen maken waarin ze de arm in een zelfgekozen setting fotograferen en of ze kunnen opschrijven wat ze ervaren. A Personal Gesture heet het werk, en dat is hoe ze het monument voor De Vries ook voor ogen zag. „Ik heb geen moment aan een geheven vuist gedacht. Ik wilde juist een teken maken van beschermen en een tedere actie. Het gaat om twee benaderbare handen, die gelijkwaardig zijn aan elkaar. Die gelijkwaardigheid is belangrijk, het gaat er niet om dat de één beschermt en de ander om hulp vraagt, maar dat je elkaar kan helpen.” Het is voor haar belangrijk dat er een politieke en ethische component uit spreekt.

Wat Hurkmans betreft, zijn er in Nederland te weinig monumenten waarbij het draait om de hoop en de toekomst. „Je hebt in Nederland veel monumenten die over macht gaan, en historische gebeurtenissen of een trauma. Het vasthouden aan wat er in het verleden is gebeurd is belangrijk, zeker nu een samenleving steeds meer fluïde wordt door werelden die opgetrokken worden op sociale media. Waar ik me bezighoud, is de blik op de toekomst die er ook uit kan spreken. Hoe maak je mensen bewust van hoe je – zoals bij dit beeld – met elkaar omgaat.”

Waarom dit beeld er zo snel kwam en bijvoorbeeld het Sebrenica-monument maar niet van de grond komt, daar kan Hurkmans niet veel over zeggen. Met trauma’s is dat altijd ingewikkeld, dat gold ook voor MH17, maar het belang van monumenten is wat haar betreft evident. „Hoe breng je privégevoel van verlies en gemis zo dat de politiek-ethische kant er ook in zit? En dat de toeschouwer in dat gemis ook de verbinding weet te vinden. Daarin zit de uitdaging.”