Beleid tegen incidenten op kunsthogescholen ontbreekt

Sociale veiligheid Hogescholen voor de kunsten worstelen met de sociale veiligheid. Besturen weten niet goed wat hun verantwoordelijkheid is.

Een risicofactor op kunstopleidingen is dat verwacht wordt dat studenten zich kwetsbaar opstellen.
Een risicofactor op kunstopleidingen is dat verwacht wordt dat studenten zich kwetsbaar opstellen. Foto Chris Keulen

De hogescholen voor de kunsten, die beeldende kunst- en mode-opleidingen aanbieden, vinden sociale veiligheid voor hun studenten belangrijk, maar hebben weinig beleid om uitwassen op dit gebied te voorkomen. Ze hebben bijvoorbeeld een klachtenmeldpunt maar slechts elf van de zestien beschikken over een procedure om onderzoek te doen naar klachten over seksuele of andere vormen van intimidatie.

Dit blijkt uit een rapport van de Onderwijsinspectie dat deze maandag verschijnt. De inspectie onderzocht het beleid op 16 hogescholen en sprak bestuurders van zes van die scholen. Ook sprak de inspectie studenten en docenten.

De inspectie verlangt dat hogescholen niet alleen onderzoek doen en optreden als zich incidenten voordoen maar ook proberen die te voorkomen.

Alle zestien hogescholen hebben een formele klachtenprocedure en een vertrouwenspersoon. Sommige scholen hebben echter alleen een interne vertrouwenspersoon. Veel studenten zouden liever een externe hebben, lieten ze de inspectie weten, omdat ze dan minder afhankelijk zijn van zo’n persoon.

In het recente verleden waren er meerdere berichten over onveilige situaties op kunstopleidingen. Twee jaar geleden moest de directeur van de Haagse Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten opstappen na onderzoek naar de sociale veiligheid op die school. Zij zou te weinig hebben gedaan om die veiligheid te vergroten, wat al jaren nodig zou zijn geweest. Het bekendste voorbeeld op die opleiding is oud-student Julian Andeweg die medestudentes zou hebben aangerand en ongehinderd zijn gang kon gaan omdat hij een succesvolle kunstenaar werd. De Amsterdamse Theaterschool, de Design Academy in Eindhoven, het Amsterdam Fashion Institute en de Willem de Kooning Academy in Rotterdam raakten tussen 2015 en 2021 in opspraak doordat sommige docenten studenten structureel hadden geïntimideerd of seksuele relaties met hen waren aangegaan.

Lees ook: Inspectie onderzoekt sociale veiligheid kunst- en modeopleidingen

Afhankelijkheidsrelatie

De helft van de zestien hogescholen schrijft expliciet over het belang van sociale veiligheid in het jaarverslag. In drie jaarverslagen komt het onderwerp helemaal niet voor. Uit gesprekken met bestuurders blijkt dat velen worstelen met het begrip ‘sociale veiligheid’ en zich afvragen in hoeverre zij verantwoordelijk zijn voor incidenten. Ze wijzen erop dat de maatschappij voortdurend verandert en definities daardoor veranderen. Sommige docenten, zeggen bestuurders, zijn bang om ‘gecanceld’ te worden door groepen studenten.

Uit de jaarverslagen blijkt ook dat sommige hogescholen het gebrek aan sociale veiligheid vooral zien als een gevaar voor reputatieschade.

Een bekende risicofactor op kunst-academies, schrijft de inspectie, is dat van studenten verwacht wordt dat ze zich „kwetsbaar” opstellen en veel van zichzelf laten zien. Een andere risicofactor is dat er veel gastdocenten zijn met kleine contracten – zij zijn goede vakmensen maar hebben geen didactische vaardigheden. Vaak is er een „sterke afhankelijkheidsrelatie tussen studenten en opleiders die als kunstenaar een sterke positie hebben in het beroepenveld”. Eén manier die scholen sinds kort toepassen om die machtsrelatie te doorbreken, is de mondelinge beoordeling van het werk van studenten altijd door meer dan een persoon te laten doen.

Drank en drugs

De scholen, leraren en studenten signaleren zelf verschillende risico’s. Studenten ervaren een „hoge drempel” om grensoverschrijdend gedrag van een docent te melden omdat ze bang zijn voor „negatieve gevolgen voor hun studie of carrière”. Kunststudenten maken vaak persoonlijk werk en dan komt „kritiek erop hard aan”. De studenten zijn veelal „gedreven en gaan over hun eigen grenzen heen in hun streven naar excellentie”.

De internationalisering van de opleidingen leidt er volgens de respondenten toe dat de definitie van sociale veiligheid onderling verschilt. Tot slot gebruiken studenten „veel drank en drugs”, wat grensoverschrijdend gedrag onderling zou bevorderen.