Australisch vluchtelingenbeleid is in strijd met internationaal recht, maar blijft inspiratie voor andere landen

Het appartement van Mostafa Azimitabar (38) – „noem me maar Moz, dat doet iedereen” – in Sydney staat vol grote schilderijen in een kenmerkende stijl. De landschappen zijn gearceerd met dicht op elkaar geschilderde lijnen. Op andere, abstractere werken druipen koperkleurige bergen van het doek af.

Hij schildert niet met standaard acrylverf. „Ik gebruik oploskoffie”, zegt Azimitabar terwijl hij een plastic boodschappentas opentrekt. Ook zijn gereedschap is onalledaags. Trots laat hij de inhoud zien: een stuk of vijftig vuile tandenborstels, die hij gebruikt om de lijnen te zetten. „Dit zijn alle borstels die ik heb gebruikt voor mijn werk sinds ik ben begonnen met schilderen”, zegt hij.

Koffie en een tandenborstel; ruim zes jaar lang waren dat de enige middelen die hij tot zijn beschikking had terwijl hij opgesloten zat in Australische offshore vreemdelingendetentie. De Koerdische activist ontvluchtte Iran in 2013. Hij stapte in een bootje dat hem naar Australische territoriale wateren bracht. Hij werd onderschept en samen met honderden andere vluchtelingen belandde hij in een detentiekamp op Christmaseiland.

Dat eilandje, kleiner dan Texel, is Australisch grondgebied; het ligt op 350 kilometer van de kust van het Indonesische eiland Java en 1.650 kilometer van Australië. Later werd hij overgebracht naar Manus, een Papoeaans eiland ter grootte van de Nederlandse provincie Limburg. Het was heet, er was weinig eten, de gezondheidszorg was gebrekkig en hij had geen idee wanneer en of hij vrij zou komen.

De toegangspoort tot het Nauru Australian Immigration Detention Centre. Foto Vlad Sokhin

Deze behandeling van vluchtelingen is in strijd met het internationaal recht. Begin dit jaar oordeelde het Mensenrechtencomité van de Verenigde Naties dat Australië internationale mensenrechten schendt doordat het zonder proces asielzoekers vasthoudt op het eiland Nauru. De Australische regering beweerde steevast dat ze niet verantwoordelijk is voor de behandeling van asielzoekers of vluchtelingen op Nauru, omdat het geen Australisch grondgebied is. Maar het comité stelt dat het land verantwoordelijk blijft voor wat er op Nauru gebeurt.

„Dit oordeel stuurt een duidelijke boodschap naar alle staten: waar macht is, is verantwoordelijkheid”, zei comitélid Mahjoub El Haiba in een reactie op de beslissing. „Offshore-detentiefaciliteiten zijn geen mensenrechtenvrije zones.”

Hardhandig

Het beruchte Australische zero tolerancebeleid tegenover vluchtelingen is een van de weinige onderwerpen waar de twee grootste partijen in het land, centrum-rechts en centrum-links, het over eens zijn. Het ‘Stop the boats’-beleid werd in 2013 ingevoerd en stelt dat asielzoekers die per boot proberen Australië te bereiken, zich nooit in het land mogen vestigen.

Waar macht is, is verantwoordelijkheid. Offshore-detentiefaciliteiten zijn geen mensenrechtenvrije zones

Mahjoub El Haiba
Mensenrechtencomité van de Verenigde Naties

Als ze toch proberen om met hulp van mensensmokkelaars het Australische vasteland te bereiken, worden ze op zee tegengehouden en hardhandig teruggestuurd. Lukt dat niet, dan worden ze opgesloten in een kamp op een afgelegen eiland in de Stille Oceaan.

De Australische regering heeft daarvoor een regeling getroffen met Nauru, een eiland op bijna drieduizend kilometer van de Australische kust. Jarenlang werden asielzoekers ook vastgehouden op Manus, waar Mostafa Azimitabar zat. Het bleken wetteloze plekken te zijn. Al in 2016 onthulde The Guardian Australia dat er op Nauru systematisch geweld, verkrachtingen en kindermishandelingen plaatsvinden in de offshore detentiekampen. Zeker twaalf mensen zijn sinds 2013 om het leven gekomen op Manus en Nauru. Sommigen zijn vermoord door beveiligers, anderen kwamen om het leven door gebrekkige gezondheidszorg en een aantal pleegde zelfmoord.

Mostafa Azimitabar met zijn deelname aan de Sir John Sulman Prize, een van de meest prestigieuze kunstprijzen van het land, in de Art Gallery of NSW, Sydney, Australië, 27 april 2023.
Foto Nikki Short / EPA

In datzelfde jaar werd de nederzetting op Manus door de Hoge Raad van Papoea-Nieuw-Guinea illegaal verklaard; in 2017 werd ze ontruimd. De Verenigde Naties stelden toen al dat het beleid in strijd is met het internationaal recht en noemden het „wreed, onmenselijk en vernederend”. De Australische regering moest een schadevergoeding van ruim 43 miljoen euro betalen aan de asielzoekers.

Ondanks de misstanden is het detentiecentrum op Nauru nog steeds in gebruik: zo’n honderd asielzoekers worden nog vastgehouden op het eiland. Hun smartphones zijn afgepakt, zodat ze hun leefomstandigheden niet kunnen vastleggen. Niet alleen de offshore detentiecentra zijn ontoereikend: ook op Australisch grondgebied leven migranten in kampen zonder water of werkend toilet.

Geen verlichting

De zaken bij het VN-Mensenrechtencomité werden negen jaar geleden ingediend door 25 migranten en asielzoekers die tussen 2014 en 2018 op Nauru werden vastgehouden. De Australische belangengroep Refugee Advice and Casework Service (RACS) diende de klacht in namens 24 kinderen tussen de veertien en zeventien jaar oud. „Dit is een historisch besluit van de Verenigde Naties, maar het brengt geen verlichting voor de individuen die de klacht hebben ingediend. Het zorgt er niet voor dat ze een visum krijgen in Australië, of dat ze gecompenseerd worden”, zegt Sarah Dale, hoofdadvocaat van die organisatie, aan de telefoon.

Enkele slachtoffers, die inmiddels volwassen zijn, zijn via een regeling naar andere landen overgeplaatst, zoals Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten. Anderen zijn nog in Australië met een tijdelijk visum, en kunnen op elk moment weer vastgezet worden. „Het heeft ze hun jeugd gekost. Velen zullen nooit helemaal genezen van de littekens die ze hebben opgelopen op Nauru. En de meesten zitten nog steeds in limbo, zonder te weten wanneer er een einde aan komt”, zegt Dale.

Behalve de 24 minderjarigen werd er ook één zaak aangespannen door iemand die al volwassen was: een Iraanse vrouw die vier jaar op Nauru opgesloten zat. Zij werd bijgestaan door mensenrechtenadvocaat Alison Battisson. „Deze uitspraak van de Verenigde Naties stuurt een heel heldere boodschap naar andere landen die overwegen het Australische voorbeeld te volgen”, zegt Battisson aan de telefoon. „Het is in strijd met internationaal recht, en als ze het toch doen, zullen ze verantwoordelijk zijn voor alles wat er op die gevangeniseilanden gebeurt.”

Jaarlijks kost het opsluiten van migranten de Australische belastingbetaler minimaal 260.000 euro per migrant. Battissons boodschap is duidelijk: „Het is het niet waard. Het kost veel geld, en het houdt de vluchtelingenstroom niet tegen. Doe het niet.”

Demonstranten buiten de staatsbibliotheek van Victoria in Melbourne, Australië op 20 juli 2019. In Canberra, Sydney, Melbourne en Brisbane waren bijeenkomsten ter gelegenheid zes jaar sinds de offshore-detentie op Manus en Nauru.
Foto James Ross / EPA

De VN-commissie dringt erop aan dat Australië de slachtoffers compenseert voor het leed dat hun is aangedaan, maar dat heeft de regering resoluut afgewezen. Amnesty International vindt dat de asielzoekers die nog op Nauru vastgehouden worden met spoed geëvacueerd moeten worden; ook dat zal voorlopig niet gebeuren.

Australië heeft een heel eigen geografie die het relatief makkelijk maakt om de grenzen dicht te houden. In Europa, met overal landsgrenzen, is dat veel lastiger

Ilse van Liempt
geograaf Universiteit Utrecht

De Australische regering doet er juist alles aan om het beleid voort te kunnen zetten. Eind vorig jaar zijn er nieuwe wetten ingevoerd die het mogelijk maken om asielzoekers langdurig op te sluiten, een elektronische enkelband te laten dragen en ze tegen betaling naar andere landen te sturen waar hun veiligheid niet gegarandeerd is. „Vluchtelingen worden gecriminaliseerd”, stelt mensenrechtenadvocaat Battisson.

Voorbeeldfunctie

Ondanks die mensenrechtenschendingen is het Australische migratiemodel al jaren een voorbeeld voor politici uit andere landen, vooral in Europa, die het aantal migranten willen terugdringen. De Britten hadden Rwanda op het oog als locatie voor asielzoekers, Italië brengt asielzoekers onder in een Albanees detentiecentrum. Het Verenigd Koninkrijk nam zelfs letterlijk de slogan ‘Stop the boats’ van de Australiërs over.

Dat landen zich graag met het Australische beleid associëren, „betekent niet dat het makkelijk te kopiëren is”, zegt geograaf Ilse van Liempt van de Universiteit Utrecht. Haar onderzoek richt zich op de politiek van migratie met de nadruk op burgerschap, thuisgevoelens en in/uitsluiting op alledaagse plekken in Europa.

Van Liempt: „Australië heeft een heel eigen geografie die het relatief makkelijk maakt om de grenzen dicht te houden. In Europa, met overal landsgrenzen, is dat veel lastiger. Groot-Brittannië voelt zich nog meer aangesproken door het Australische beleid omdat het ook een eiland is, al liggen de buurlanden wel dichterbij.”

Inmiddels is de Rwanda-deal van tafel, en ook initiatieven van andere landen lopen tegen juridische bezwaren aan. De Australische advocaat Dale hoopt dat het recente VN-oordeel ertoe leidt dat andere landen afzien van soortgelijk beleid. „Dit maakt duidelijk dat Australië niet kan weglopen van zijn verantwoordelijkheden. En zelfs al blijft Australië een inspiratiebron voor wreedheid, dit besluit maakt glashelder dat het in strijd is met internationale wetgeving.”

Op één aspect scoort Australië overigens beter dan Europa, aldus Van Liempt: het land heeft een systeem waarmee jaarlijks twintigduizend vluchtelingen gericht worden uitgenodigd. „Zij kunnen op legale wijze reizen en worden goed ontvangen.” In Europa bestaat zo’n systeem niet. Wel worden er jaarlijks via de VN-organisatie UNHCR gericht kwetsbare vluchtelingen opgehaald; jaarlijks huisvest Nederland via deze route tweehonderd mensen.

Betekent niet moreel juist

De Koerdische vluchteling Azimitabar klaagde in 2022 de Australische regering aan voor zijn behandeling in detentie. Maar de rechtbank kon niet anders dan hem ongelijk geven, omdat de Australische wet dit toestaat. Toch benadrukte de rechter dat dit niet betekende dat het beleid moreel juist was.

Mostafa ‘Moz’ Azimitabar bij de rechtbank in Melbourne, in juli 2023.Foto Joel Carrett/AAP

Sinds zijn vrijlating, in 2021, moet Azimitabar elke zes maanden een nieuw tijdelijk visum aanvragen. Telkens dringen regeringsambtenaren erop aan dat hij terugkeert naar Iran. „Ik draag bij aan de samenleving, ik betaal belasting. Toch willen ze me weg hebben, en ze kunnen me op elk moment weer in vreemdelingendetentie zetten”, zegt hij.

Ondanks alles voelt Azimitabar zich thuis in Australië. „De mensen die ik hier heb ontmoet zijn het tegenovergestelde van het systeem dat me probeert kapot te maken”, zegt hij. Zijn schilderijen worden geroemd, twee keer was hij zelfs finalist van de meest prestigieuze kunstprijs van het land.


Lees ook

Koerdische auteur Boochani: ‘Australisch migratiebeleid is een tragedie’

Behrouz Boochani zat zes jaar lang in een detentiekamp voor migranten op het eiland Manus. Hij schreef een boek over zijn ervaringen.

In maart heeft hij zijn eerste solo-expositie. „Ik heb hier een nieuwe familie gevonden. Ik krijg de kans om kunst te maken, ik word gewaardeerd. Dat nemen ze me nooit meer af.”