Australië gaat YouTube toevoegen aan de lijst met sociale media die verboden zijn voor tieners onder de zestien. Dit heeft de Australische regering woensdag bekendgemaakt. Daarmee draait die een eerder besluit terug om het platform vrij te stellen van het verbod.
Het besluit komt nadat de Australische internettoezichthouder vorige maand de regering had opgeroepen om de uitzondering voor YouTube ongedaan te maken. De toezichthouder verwees daarbij naar een onderzoek dat suggereerde dat 37 procent van de minderjarigen een melding deed van schadelijke content op de site, het slechtste resultaat van alle sociale media. Volgens YouTube wordt het platform door driekwart van de Australiërs tussen de dertien en vijftien jaar gebruikt.
Verantwoordelijkheid
„Ik maak er een einde aan”, lichtte de Australische premier Anthony Albanese het besluit toe om het verbod uit te breiden. Hij benadrukte dat Australische kinderen negatief worden beïnvloed door online platforms en herinnerde sociale media aan hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. „Ik wil dat Australische ouders weten dat we achter hen staan.” Het verbod gaat op 10 december in.
Alphabet, het moederbedrijf van YouTube, vindt dat het platform niet als een sociaal medium geclassificeerd zou moeten worden, omdat de hoofdactiviteit het hosten van video’s is. „Ons standpunt blijft duidelijk: YouTube is een platform voor het delen van video’s met een bibliotheek vol gratis, hoogwaardige content, die steeds vaker op tv wordt bekeken. Het is geen sociaal medium”, mailde een woordvoerder van het bedrijf aan persbureau Reuters.
Australië was vorig jaar het eerste land ter wereld dat het gebruik van sociale media voor kinderen tot zestien jaar verbood. Veel Australische ouders maken zich zorgen om het socialemediagebruik van hun kinderen. Er is groeiend bewijs voor de negatieve gevolgen voor hun mentale welzijn. De wet vereist dat socialemediaplatforms „redelijke stappen” nemen om Australiërs jonger dan zestien jaar te weren. Anders riskeren ze een boete die kan oplopen tot omgerekend maximaal 28 miljoen euro.
Tolga Koklu (55) wordt met ingang van 1 september de hoogste baas van de politie in de eenheid Rotterdam. Dit wordt door meerdere bronnen binnen de politie bevestigd.
Door zijn benoeming hebben straks twee van de tien regionale eenheden van de nationale politie een eenheidschef met een migratieachtergrond. In 2023 werd Hamit Karakus benoemd tot politiechef van de politie in Noord-Holland. Hij was de eerste hoofdcommissaris van Turkse komaf. Ook Koklu is geboren in Turkije.
Tolga Koklu. Foto Algemene Bestuursdienst
Koklu wordt de opvolger van politiechef Fred Westerbeke die na 5,5 jaar volgende maand zijn werk in Rotterdam neerlegt. Westerbeke wordt adviseur van de korpsleiding. De aanstaande benoeming van Koklu past in het streven van de nationale politie om een meer diverse organisatie te worden.
Opspraak
De afgelopen jaren is de Rotterdamse politie regelmatig in opspraak gekomen door het handelen van agenten. In augustus 2024 werd via NRCbekend dat er bij het basisteam centrum van de politie Rotterdam sprake is van een „sociaal onveilig werkklimaat” als gevolg van „slechte onderlinge omgangsvormen” en „falend leiderschap”. Die conclusie trok de politie na een extern onderzoek dat werd verricht na klachten van agenten over onder meer discriminatie, pesten en buitensporig geweld van politiemensen. De Arbeidsinspectie begon dit jaar na klachten een onderzoek naar het werkklimaat binnen de politie in Rotterdam.
In 2020 kondigde de Rotterdamse politie na berichtgeving van NRC een „diepgaand onderzoek” aan naar racistische uitlatingen van politieagenten in een eigen WhatsAppgroep. In conversaties van negen politieagenten in de „Jan Smit Appgroep”, zoals ze hun groep noemen, werden burgers met een migratieachtergrond onder meer aangeduid als „kankervolk, kutafrikanen en pauperallochtonen” op wie ze willen „schieten”.
De vorig jaar aangetreden nieuwe korpschef van de nationale politie, Janny Knol, noemde deze incidenten in een interview „mensonwaardig gedrag. Het maakt mij boos. Het schaadt het vertrouwen in de politie.”
In 2023 werd een agent van de Rotterdamse politie die eerder was veroordeeld vanwege een racistische belediging benoemd in een leidinggevende functie bij de vreemdelingenpolitie. Dat besluit werd na kritiek ingetrokken.
Politieacademie
Koklu begon zijn politieloopbaan in 1991 in Limburg. Hij was daarna zeven jaar manager security bij Holland Casino. Later werkte hij onder meer in de eenheidsleiding in Den Haag. Koklu werd vorig jaar benoemd tot plaatsvervangend politiechef in Rotterdam. Koklu was ook werkzaam bij de Politieacademie, waarvoor hij gedurende twee jaar het International Management Development traject volgde. In dat kader heeft hij ook als programmamanager bij de Europese Politieacademie in Boedapest gewerkt. Hiij was daarnaast drie jaar senior strategisch adviseur voor de internationale politiesamenwerking tussen Duitsland en Nederland.
Koklu wil nog niet reageren omdat zijn benoeming tot Rotterdamse eenheidschef nog formeel moet worden beklonken.
De pompoenkoets van Assepoester is gecrasht. De sprookjesprinses hangt levenloos uit het raam. Eromheen vuurt een cordon persfotografen een flitssalvo af. Straatkunstenaar Banksy staat bekend om beelden die in één klap een boodschap overdragen. En inderdaad, bevestigt het tekstbordje naast deze grote sculptuur: dit is Banksy’s commentaar op de dood van de Britse prinses Diana, die in 1997 omkwam bij een auto-ongeluk na achtervolging door paparazzi in Parijs.
Over iets anders is het wandbordje minder duidelijk: kijken we hier naar een origineel kunstwerk, of naar een reproductie? De tentoonstelling The Art of Banksy: Without Limits, die nu in de Amsterdamse NDMS-loods te zien is, bevat volgens de website „meer dan 200 werken”, waaronder „originele werken”, maar ook „prints, litho’s, foto’s, sculpturen”. In de grote loods is het echter regelmatig gissen: wat is echt en wat is een kopie?
De commerciële aantrekkingskracht van de dwarse straatkunst van Banksy is enorm: is Amsterdam zijn nu tegelijkertijd drie Banksy-exposities, allemaal door private bedrijven georganiseerd, zonder samenwerking met de anonieme Britse straatkunstenaar.
Het private Moco Museum (met vestigingen in Amsterdam, Londen en Barcelona) toont al sinds 2016 de permanente tentoonstelling Laugh Later (volgens het museum met enkel geautoriseerde werken, al beschuldigden medewerkers van het museum het museum eerder van het verkopen van vals-genummerde, dure platenhoezen) op het Museumplein. Tegelijkertijd met de rondreizende tentoonstelling in de NDSM-werf (waar gecertificeerd en niet-gecertificeerd werk door elkaar hangen) opende in een voormalige verfhandel op een bedrijventerrein naast het Westerpark het meer permanent bedoelde Banksy Museum. Dat museum, het zevende Banksy Museum van de Albanees-Belgische ondernemer Hazis Vardar (in Parijs heeft hij ook een ‘Banksy Hotel’ met zo’n 30 kamers), toont enkel ongeautoriseerde reproducties van Banksy’s straatkunst. Alledrie de tentoonstellingen verkopen niet-officiële merchandise.
Het roept de vraag op: mag dat zomaar? Een museum vol niet-officiële kopieën?
In een voormalige verfhandel op een bedrijventerrein in Amsterdam huist nu het Banksy Museum. Foto Banksy Museum
„Nee, het is duidelijk een overtreding van het auteursrecht”, zegt Dirk Visser, advocaat en hoogleraar intellectueel eigendomsrecht aan de Universiteit van Leiden. „Een legaal verkregen werk mag je exposeren – daarover is iedereen het eens. En wanneer je een kunstwerk bezit, mag je voor eigen gebruik een kopie maken. Maar tentoonstelling is per definitie niet ‘eigen gebruik’. Deze reproducties zijn bovendien waarschijnlijk illegaal gemaakt, het bezit daarvan is al een schending van het auteursrecht.”
Anoniem
Alleen – en daar wordt het ingewikkelder – is de auteur de enige die kan optreden bij een schending van het intellectueel eigendomsrecht. En die wil juist anoniem blijven. „In Nederland kan een uitgever optreden namens een auteur die anoniem wil blijven”, legt Visser uit. Banksy heeft het beheer van zijn rechten uitbesteed aan de organisatie Pest Control, die onder meer certificaten uitgeeft voor officiële werken in oplage. „Maar ook dan kan een rechter lastige vragen gaan stellen: bestaat Banksy wel? Is het een persoon of een collectief? Of zijn het misschien heel veel verschillende mensen die onafhankelijk van elkaar opereren?”
Oprichter van de zeven Banksy Musea Hazis Vardar zegt nooit iets van Banksy te hebben gehoord, en ziet dat als goedkeuring. „Hij treedt wel op tegen grote merken die zijn werken gebruiken, maar niet tegen ons – ik denk dat hij het goed vindt.”
Lees ook
Waar heeft het Moco Museum al die bezoekers aan te danken?
„Banksy profiteert ook van het grijze gebied”, zegt Visser. „De tentoonstellingen en auteursrecht-kwesties genereren aandacht voor zijn werk. Jij schrijft er nu ook over.” Dat ziet ook Vardar: „Zou jij niet vereerd zijn als iemand een museum voor je oprichtte?”
Volgens Vardar is het logisch om bij Banksy alleen reproducties te laten zien: „We willen het gevoel van de straat overbrengen. Bij Van Gogh gaat het om de verfstreek. Bij Banksy gaat het om het idee, de gedachte. Hij werkt zelf met stencils, bedoeld om dezelfde afbeelding keer op keer te herhalen.”
Voor de bezoekers van het Banksy Museum lijkt het ondertussen niet zo’n kwestie, of de werken echt zijn of niet. Het museum wordt op Google Maps beoordeeld met een 4,9 uit 5. „Vetste museum in Amsterdam”, schrijft een bezoeker. Het is wel de vraag hoe betrouwbaar die online-recensies zijn. In de eerste weken bood het museum een gratis poster aan voor wie een online-recensie schreef – schrijf je in ruil voor een beloning nog een negatieve recensie?
In de wereld van Banksy blijft het twijfelen: wat is echt, en wat is het niet?
Lees ook
Banksy: ‘Monet had licht, Hockney had kleur, ik heb de reactietijd van de politie’
Fruitverkoper Roberto da Silveira Jesus (50) schilt een sinaasappel en laat z’n klant een stuk proeven. „Ze zijn lekker sappig vandaag”, zegt hij enthousiast. Achter hem liggen de sinaasappels hoog opgestapeld op een tafel.
De Amerikaanse president Donald Trump verhoogde deze week de importtarieven op Braziliaanse producten tot 50 procent, onder meer op sinaasappels. Als die nieuwe heffingen op 6 augustus ingaan, heeft dat enorme impact. Brazilië is de grootste producent en exporteur van sinaasappelsap ter wereld, en 42 procent van die uitvoer gaat naar de Verenigde Staten.
„Hier op de markt zullen de sinaasappels goedkoper worden, en de consumenten zullen wel blij zijn, maar we blijven tegelijkertijd met een enorm overschot zitten”, zegt Da Silveira. Op zijn tiende begon hij al te helpen op de markt om wat geld te verdienen. „Ik sjouwde zakken en hielp verschillende verkopers. Inmiddels heb ik al jaren mijn eigen kraam met een vaste klantenkring.” Dat kraampje staat in de wijk Ipanema, waar iedere dinsdag markt is.
Onderling praten de verkopers deze dagen veel over wat Brazilië staat te wachten nu Trump het Zuid-Amerikaanse land uiterst zware importheffingen oplegt, veel zwaarder dan andere landen. „Ik ben bang dat heel veel sinaasappels zullen bederven, en dat we uiteindelijk verlies lijden”, zucht verkoopster Arminda Martins (51).
Hard afstraffen
Terwijl Braziliaanse politici, diplomaten en topfiguren uit het bedrijfsleven nog verwoed pogingen deden gesprekspartners in de Verenigde Staten om de tafel te krijgen, werd woensdag duidelijk dat Trump onverbiddelijk is. Hij wil Brazilië hard afstraffen. En niet omdat de Amerikanen het onderspit delven in de wederzijdse handel; Brazilië importeert juist meer uit de VS dan het naar dit land exporteert. Trump heeft een puur politieke reden: hij wil een eind aan de vervolging van zijn grote vriend en bondgenoot, de extreemrechtse ex-president Jair Bolsonaro. Bij een eerdere dreiging met de hogere heffingen, begin juli, koppelde Trump dat al expliciet aan de „onrechtvaardige behandeling” van Bolsonaro.
Bolsonaro staat terecht voor onder meer het beramen van een staatsgreep na de verkiezingen van 2022, die hij op het nippertje verloor van Lula da Silva. Hij zou de drijvende kracht geweest zijn achter de bestorming van overheidsgebouwen door zijn aanhangers, een week na de inauguratie van de nieuwe president, begin 2023. Ook zou Bolsonaro kennis hebben gehad van een geplande moordaanslag op onder anderen Lula en een rechter van het hooggerechtshof, Alexandre de Moraes. Die stuurt diverse procedures tegen Bolsonaro aan.
De oud-president riskeert tientallen jaren gevangenisstraf. Hij is uitgesloten van deelname aan de presidentsverkiezingen volgend jaar en zit sinds kort met een enkelband thuis. Volgens Trump is sprake van een „heksenjacht” op Bolsonaro.
„Dat Trump zich op deze manier met Brazilië bemoeit, is een rechtstreekse bedreiging voor onze nationale soevereiniteit”, zegt politicoloog Pablo Ibanez. „In feite is hij bezig met de opzettelijke tegenwerking en ontmanteling van onze democratie. Brazilië kent een duidelijke scheiding der machten.” Hij noemt Trumps bemoeienis „ongekend”.
Gelijke munt
De verhoging van de Amerikaanse invoerheffingen heeft een diepe crisis veroorzaakt in de tweehonderd jaar oude handelsrelatie tussen Brazilië en de VS, na China de belangrijkste handelspartner van de Brazilianen. Lula dreigde eerder al met heffingen op Amerikaanse producten, maar dat kan volgens Ibanez averechts werken en de eigen economie schaden. „Neem onze vliegtuigbouwer Embraer. We verkopen vliegtuigen aan de VS, en hadden daarbij al te maken met heffingen. Maar we importeren voor die vliegtuigen ook onderdelen uit de VS, en die worden voor ons duurder als wij de VS met gelijke munt terugbetalen. We moeten uiterst voorzichtig te werk gaan”, zegt hij.
Het is volgens Ibanez zeer de vraag of het de Amerikanen alleen te doen is om Bolsonaro. „Trump is ook zwaar geïrriteerd over BRICS [het economisch samenwerkingsverband van Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika]. Ons land is daarin een belangrijke speler, en het is dit jaar ook voorzitter. Hij heeft al eerder gedreigd alle BRICS-landen importheffingen op te leggen. Trump is bezorgd dat er in de toekomst wellicht een eigen BRICS-munt komt, waardoor deze landen zonder de dollar handel gaan drijven.”
Hoewel de Braziliaanse handel met China door de crisis nu waarschijnlijk toeneemt, is dat volgens Ibanez niet perse de weg die zijn land op moet gaan. „Brazilië ligt geografisch dichter bij de VS, het is onze grote buur. Tot nu toe kende de Braziliaanse economie juist allerlei bondgenoten: de VS, de EU, en China.”
In een interview met The New York Times deze week richtte president Lula zich rechtstreeks tot de Amerikanen en Trump. „Ik denk dat het belangrijk is dat president Trump het volgende overweegt: als hij een politieke strijd wil voeren, laten we het dan ook als een politieke strijd behandelen. Als hij over handel wil praten, laten we dan samen zitten en het over handel hebben. Maar je kunt niet alles door elkaar halen.”
Woensdag richtte Trump zijn pijlen ook op rechter Alexandre de Moraes. Op basis van de Amerikaanse Magnitsky-wet, bedoeld is om wereldwijd buitenlanders te straffen wegens ernstige schending van mensenrechten of corruptie, bepaalde Trump dat de Moraes geen visum meer krijgt voor de VS. Diens Amerikaanse bankrekeningen worden bevroren. Volgens het Braziliaanse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft De Moraes geen bankrekeningen in de VS.
Landverraders
Op de achtergrond van de crisis speelt Bolsonaro’s zoon en parlementslid Eduardo Bolsonaro een belangrijke rol. Hij ‘vluchtte’ eerder dit jaar naar de VS. Daar gebruikt hij zijn contacten met Trump, minister van Buitenlandse Zaken Rubio en ultrarechtse kopstukken als Steve Bannon om stopzetting van het proces tegen zijn vader te bepleiten. Ook wil hij amnestie voor de veroordeelden van de bestorming van overheidsgebouwen.
Op sociale media bedankte Eduardo Bolsonaro Trump voor de harde aanpak van Brazilië. Ook dreigde hij dat, als het proces tegen Bolsonaro niet wordt gestaakt, er „volgend jaar geen verkiezingen komen”.
Veel Brazilianen zien de familie Bolsonaro inmiddels als landverraders. En zelfs binnen Bolsonaro’s eigen partij is kritiek te horen op de Amerikaanse behandeling van Brazilië.
Ook op de markt in Ipanema is de woede groot. Gepensioneerd onderwijzer Sonia Campos rekent net wat mango’s en papaja’s af. „Waar bemoeit Trump zich mee?”, zegt ze ontsteld. „Laat hem zich bezighouden met zijn eigen land en zijn eigen problemen!”