Australië zet zich schrap voor een nieuwe ‘Zwarte Zomer’ van natuurbranden

Reportage

El Niño Na enkele natte jaren staat Australië weer een droge en hete zomer te wachten. In de gebieden die zwaar getroffen werden tijdens de ‘Zwarte Zomer’ van 2019-2020 maakt men zich op voor een mogelijk dramatisch brandseizoen.

Hamish Hudson staat bij zijn huis in de Araluen vallei in het zuidoosten van Australië.
Hamish Hudson staat bij zijn huis in de Araluen vallei in het zuidoosten van Australië. Foto Asha Kidd

Het wachten op het vuur was het zwaarst. Al weken was Hamish Hudson (51) elke dag in de weer om zich voor te bereiden op het moment dat de bosbranden zijn huis in de Araluen vallei in het zuidoosten van Australië zouden bereiken. Rondom het huis lag geen enkel takje of dor blad dat door een verdwaalde sintel vlam kon vatten. De sproeiers op het dak stonden onafgebroken aan. „De intensiteit van het vuur is niet te beschrijven. De vlammen waren twee keer zo hoog als de eucalyptusbomen. Ik voelde me zo nietig tegenover dat inferno”, zegt hij.

Hij was alleen. Zijn twee jonge dochters waren bij hun moeder in Canberra. Alle buren waren vertrokken. Zaterdag 4 januari 2020 staat in zijn geheugen gegrift. Hij was met zijn motor naar de top van de berg gereden om te kijken welke richting de bosbrand op ging. „Ik zag dat het vuur mijn kant op kwam. Op de plek waar het huis van mijn buurman stond, waren alleen rookpluimen te zien. Toen dacht ik: shit, wat heb ik gedaan? Ik ga hier dood.”

Terug in huis nam hij een video op voor zijn dochters Winnie en Franki, die 7 en 8 waren. Hudson schiet vol als hij erover vertelt. „Als je een afscheidsboodschap inspreekt voor je kinderen, weet je dat je echt doodsangsten uitstaat.”

Jaren van droogte

Tijdens de beruchte ‘Zwarte Zomer’ van 2019 en 2020 was de kleine gemeenschap waar Hudson deel van uitmaakt op zichzelf aangewezen. Maandenlang stond het zuidoosten van Australië in lichterlaaie. De bosbranden kwamen na jaren van grote droogte. 24,3 miljoen hectare land brandde af, een gebied bijna zes maal zo groot als Nederland. Zeker drie miljard dieren kwamen om of raakten hun leefgebied kwijt. Er kwamen 34 mensen om het leven.


De ramp was een keerpunt in het publieke besef van de gevolgen van klimaatverandering. Bosbranden zijn normaal in Australië en komen jaarlijks voor. Veel inheemse bomen en planten hebben het vuur zelfs nodig. Zaden springen open door de hitte, zo planten ze zich voort. Maar de schaal van de branden en de intensiteit ervan, brak alle records.

Nog steeds zijn de gevolgen zichtbaar. Onderweg door de Araluen vallei, een natuurrijk gebied in het zuidoosten van Australië, steken op de heuvels de dode, zwartgeblakerde bomen boven het nieuwe groen uit. De frontlinie van het vuur in dit gebied bestreek op het hoogtepunt meer dan 230 kilometer.

Nu zet Australië zich voor het eerst sinds dat rampjaar schrap voor een mogelijk dramatisch bosbrandseizoen. De Australische winter, die op het zuidelijk halfrond tijdens de Nederlandse zomer plaatsvindt, was de heetste sinds de metingen begonnen in 1910. Afgelopen weekend werden de hoogste temperaturen ooit gemeten in september, 8 tot 16 graden warmer dan gemiddeld. In Sydney was het 12 graden heter dan normaal. De stad was gehuld in rook vanwege de preventieve branden die de brandweer in allerijl uitvoerde om het land voor te bereiden op bosbranden. De brandweer heeft in de hele regio voor het eerst in drie jaar een vuurverbod uitgevaardigd.

De intensiteit van het vuur is niet te beschrijven. Ik voelde me zo nietig tegenover dat inferno

Hamish Hudson inwoner Araluen vallei

De afgelopen jaren heeft het land zich enigszins kunnen herstellen na een paar koele en natte zomers. Drie jaar op rij beheerste het weerfenomeen La Niña, dat zich in Australië voordoet als het natte zusje van El Niño, het klimaat. Maar inmiddels is de droogte terug. In de Araluen vallei heeft het al vier maanden bijna niet geregend. De afgelopen dagen schatte het Bureau of Meteorology (BoM), het Australische KNMI, de kans op een op El Niño nog op zo’n 70 procent. Maar sinds deze dinsdag is er officieel sprake van een El Niño. Het BoM waarschuwt voor extreme droogte en bosbrandgevaar.

Vrijwillige brandweer

In Braidwood, drie kwartier rijden vanaf Hudsons huis, maakt brandweerman Danny King (66) zich zorgen over het aankomende seizoen. Het is het grootste dorp in de nabije omgeving met zo’n 1700 inwoners. „Normaal gesproken zijn we vanaf oktober alert op bosbranden, maar nu al hebben we een paar branden gehad.”

De Australische brandweer Rural Fire Service bestaat bijna volledig uit vrijwilligers. Ook King krijgt niet betaald voor zijn werk, al is hij er dagelijks mee bezig. De brandweerkazerne aan de rand van het dorp is zijn tweede thuis. Tijdens het gesprek klappert het golfplaten dak van de kazerne door de harde wind. De stroom valt een paar keer uit. „Dit is bosbrandweer”, zegt King.

Brandweerman Danny King in Braidwood van de vrijwillige brandweer maakt zich zorgen over het aankomende seizoen.

Foto Asha Kidd

King is geboren en getogen in dit gebied. Vuur bestrijden is een onlosmakelijk deel van zijn leven, maar nog nooit was het zo dichtbij gekomen als tijdens de Zwarte Zomer. Hij weet nog precies wanneer het eind 2019 menens werd. „Om 10.59 uur op 26 november gingen onze pagers voor het eerst af. Vanaf dat moment zijn we aan één stuk bezig geweest met blussen, vierenzeventig dagen lang.”

Het dorp werd al gauw omringd door vuur. „Braidwood was als het gat in de donut. Het vuur was overal om ons heen.” Zeven weken lang was het dorp afgesloten van de buitenwereld. De brandweerlieden waren dag en nacht bezig, maar konden niet iedereen te hulp schieten.

De bewoners die in de afgelegen Araluen vallei wonen, waren veelal op zichzelf aangewezen. Conrad en Carol Kindrachuk waren een stuk minder goed voorbereid dan hun buurman Hamish Hudson. Ze wonen al meer dan veertig jaar in de vallei, waar ze biologische groenten verbouwen. Hoewel er eerder bosbranden waren in het gebied, had de 71-jarige Conrad Kindrachuk nooit gedacht dat het zo dichtbij zou komen. „Onze zoon belde en zei dat we moesten vertrekken. We hebben snel wat spullen in een aanhangwagen gegooid, maar we hebben ook heel veel achtergelaten. Ik had gewoon niet gedacht dat het allemaal zou verbranden”, zegt hij.

Conrad Kindrachuk op zijn erf in de Australische Araluen vallei, waar nog restanten liggen van zijn afgebrande huis.

Foto Asha Kidd

Het huis brandde tot de grond toe af. Hij heeft een touw gespannen rond het stukje grond waar ooit zijn woonkamer was. Het erf ligt vol met kromgebogen, verroest staal. Het vuur was zo heet dat het alles smolt. „Ik kan het maar niet weg doen”, zegt Kindrachuk.

Lees ook: Ondanks verwoestende bosbranden in Australië blijft voortvarend klimaatbeleid uit. De fossiele sector heeft er grote belangen

Dankzij de verzekering en een subsidie van de overheid konden ze een nieuwe schuur bouwen en een huis kopen in Braidwood. „Na de branden durfde mijn vrouw hier niet meer te wonen”, zegt Kindrachuk. Als hij op het land aan het werk is, slaapt hij in een omgebouwde schuur. Het is gelukt om opnieuw een grote moestuin aan te leggen. De oogst verkoopt hij op de markt in Braidwood. De radijsjes zijn bijna rijp. Maar als er een bosbrand komt, laat hij alles achter. „Ik heb twee kunstknieën dus ik ben niet zo mobiel. Op mijn leeftijd lukt het niet meer om alles te doen wat nodig is.”

Kerkhof van bomen

Iets verder langs de onverharde, slingerende weg ligt Hudson’s huis. De littekens van de Zwarte Zomer zijn duidelijk zichtbaar. Er is uitzicht op een kerkhof van bomen, de basten zo bleek als botten. „Net na de brand zag het gebied tussen mijn huis en dat van Conrad en Carol eruit alsof er een kernbom was afgegaan”, zegt Hudson.

Normaal gesproken zijn we vanaf oktober alert op bosbranden, maar nu al hebben we een paar branden gehad

Danny King brandweerman

Hij zit aan de keukentafel in zijn koepelvormige huis, dat ondanks alles níet afbrandde die zomer. Omdat het huis drijfnat was vanwege de sproeiers op zijn dak, en hij al het sprokkelhout had verwijderd, raasde het vuur in een kwartiertje voorbij zonder dat het vlam vatte.

„Mijn vrienden noemen het een Hobbithuis”, lacht hij. „Het is heel efficiënt, kan goed tegen harde wind en is uitermate goed bestand tegen bosbranden.” Hudson leeft volledig off-grid, hij is niet afhankelijk van de aanvoer van energie en water. Er staan zonnepanelen, een watertank en hij heeft een composttoilet. Op het erf een grote moestuin en twee geiten. „Zelfredzaamheid vind ik heel belangrijk. Alles wat je hier ziet, heb ik zelf gebouwd. Niemand pakt me dat af”, zegt hij.

Over de dag dat het vuur kwam, schreef hij een lied: ‘Waiting to Burn’. Hij speelt gitaar en zingt over de keuze waarvan hij even heeft gedacht dat die hem fataal zou worden. „Wachten op het vuur was heel zwaar. Maar toen eenmaal duidelijk was dat mijn huis niet in brand zou vliegen, heb ik ook genoten van die tijd. Er waren geen wetten of regels, we deden allemaal wat we moesten doen om te overleven. Iedereen hielp elkaar. Zo zou het eigenlijk altijd moeten zijn.”

Lees ook: In Australië volgen klimaatrampen elkaar steeds sneller op

Iedereen in Australië, ook de mensen die in de steden wonen, moet zich volgens Hudson voorbereiden op het komende seizoen. „Mensen denken dat ze immuun zijn. Maar in 2019 waren de bosbranden niet alleen hier, ze bedreigden ook Sydney en Canberra. Je moet weten hoe je jezelf kunt redden.”

Eigen verantwoordelijkheid

Daar is brandweerman Danny King het mee eens. „Sommige mensen denken dat iemand anders het wel voor ze oplost, maar iedereen is verantwoordelijk voor zijn eigen veiligheid. En je moet ook denken aan de vrijwillige brandweerlieden, die met gevaar voor eigen leven jouw huis proberen te redden. Dat is veel gemakkelijker als het huis is voorbereid op een bosbrand.”

Tijdens de coronajaren zijn meer dan 100.000 Australiërs naar de outback verhuisd, op zoek naar betaalbare woningen en een rustiger leven. Veel mensen die uit de stad komen zijn niet gewend aan een leven met bosbrandgevaar. Daarnaast is een deel van de gemeenschap slordig geworden door de afgelopen koele en natte jaren, zegt King. „Veel mensen hebben geen noodplan. Ze ruimen dorre takken en bosjes rondom hun erf niet op. Sommige mensen zijn gemakzuchtig geworden.”

Hij wijst naar de glooiende heuvels die geel zijn van het verdorde gras. Grote rotsblokken liggen als dinosauruseieren in het landschap. „Als de kraan uit is, kan het land heel snel uitdrogen. Ik ben bang dat het risico op grote bosbranden nu zelfs groter is dan in 2019.”

Een dode boom in het landschap van de Australische Araluen vallei, die in de ‘zwarte zomer’ van 2019-2020 werd getroffen door hevige natuurbranden. Foto Asha Kidd