Anatomie van een humanitaire crisis: Gaza in kaart gebracht

Palestijnen die hun huizen in Gaza zijn ontvlucht vanwege de Israëlische bombardementen, wachten tot voedsel wordt uitgedeeld in een door de VN gerund opvangkamp. in Khan Yunis, in het zuidelijke deel van Gaza.

Foto Mohammed Abed/AFP

Hoelang nog voordat de brandstof opraakt? Al vanaf het begin van de oorlog in Gaza zoemt die vraag rond, samen met alle vragen die daaruit volgen. Hoelang nog voordat er geen brood meer kan worden gebakken? Hoelang nog totdat de couveuses uitvallen?

Op 12 oktober, enkele dagen na de aanval van Hamas, kondigde de Israëlische regering aan de toevoer naar het gebied te stoppen. De Gazastrook is een van de dichtst bevolkte plekken op aarde en de 2,2 miljoen inwoners lijden sindsdien onder grote tekorten. Inmiddels zijn 1,5 miljoen mensen ontheemd en terwijl de Israëlische troepen zich samentrekken rond Gaza-Stad, groeit de druk om noodhulp toe te laten. Secretaris-generaal António Guterres van de Verenigde Naties waarschuwde al voor een „humanitaire catastrofe die zich voor onze ogen ontvouwt”.

Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie lopen vooral zwangere vrouwen en kinderen bijzondere risico’s door de bombardementen, het gebrek aan voedsel, de nauwelijks werkende gezondheidscentra en de instortende infrastructuur. Naar schatting zijn er vijftigduizend zwangere vrouwen in de Gazastrook. Elke dag worden er zo’n 180 kinderen geboren.

Hoewel er inmiddels iets meer dan 450 vrachtwagens met noodhulp Gaza zijn binnengelaten vanuit Egypte, is dat een druppel op een gloeiende plaat. Voor de oorlog kwamen er gemiddeld vijfhonderd vrachtwagens per dag Gaza binnen.

Deze humanitaire crisis is niet nieuw. In het jaar 2007 legde Israël een lucht-, land- en zeeblokkade op aan de Gazastrook, om zichzelf te beschermen tegen aanvallen van Hamas. Gaza is sindsdien omgeven door betonnen muren en prikkeldraadhekken. Voor de toevoer van schoon water, voedsel, brandstof, elektriciteit, medicijnen en andere goederen zijn de 2,2 miljoen inwoners van het gebied afhankelijk van hulp van buitenaf. De economie in de Gazastrook is verlamd door de bezetting en al vóór deze oorlog was de voedselvoorziening van 63 procent van de Gazanen onzeker.


Lees ook
Lees ook het verhaal van een Palestijnse familie die opnieuw moet vluchten


Ondrinkbaar

Gaza kampt bijvoorbeeld al tientallen jaren met een watercrisis. Niet per se door gebrek aan water, maar door de slechte kwaliteit ervan. Het meeste water is afkomstig uit een ondergrond natuurlijk waterreservoir, een aquifer. Dat water ligt echter erg ondiep en is verontreinigd door afvalwater en binnendringend zout water. Door overmatig pompen – vanuit Gaza en omliggende landen, waaronder Israël – is de aquifer de laatste jaren ernstig uitgeput, waardoor het zoutgehalte steeds hoger is komen te liggen. Inmiddels is 97 procent van het grondwater niet geschikt als drinkwater.

Om dat probleem op te vangen, wordt een deel van het water geïmporteerd uit Israël. Ook heeft Gaza drie grote ontziltingsinstallaties, maar de meeste inwoners zijn afhankelijk van kleine, lokale bedrijfjes die het vervuilde grondwater enigszins zuiveren en ontzilten.

„Die kwetsbare infrastructuur stort nu in”, ziet Mark Zeitoun. Hij is de directeur van Geneva Water Hub en expert op het gebied van waterdiplomatie. Nu de stroomtoevoer vanuit Israël vrijwel helemaal is gestopt, en hierdoor regelmatig en voor langere tijd de stroom in Gaza uitvalt, kan het meeste water niet gezuiverd worden. En door de blokkades van toegangswegen is er ook niet genoeg water in flessen beschikbaar. Veel mensen drinken nu rechtstreeks uit de aquifer, zegt Zeitoun. „Dat water is zo zout dat je er amper gewassen mee kan laten groeien.”

Graphic NRC

Hoewel twee van de drie pijpleidingen uit Israël inmiddels weer een beetje water naar Gaza voeren, is dat verre van genoeg. En ook het uitvallen van afvalwaterverwerkingscentrales is een groot risico, waarschuwt Zeitoun. „Dat is de andere kant van de watercyclus. Afvalwater hoopt zich op en gaat onbewerkt terug in de aquifer. Niet alleen rioolwater uit toiletten, maar ook uit ziekenhuizen.” Volgens Zeitoun neemt ook het risico op ziektes als cholera toe. „Niemand weet precies wat de langetermijngevolgen zijn van de huidige situatie.”

Aardedonker

Het uitvallen van de stroom zorgt voor een kettingreactie in de wankele infrastructuur van Gaza. In vredestijd komt ongeveer de helft van de elektriciteit in Gaza uit Israël. De andere helft wordt opgewekt door de enige energiecentrale van de Gazastrook, door zonnepanelen en door private dieselgeneratoren.

Vóór de oorlog schoot dit al tekort, met veelvuldige en langdurige stroomuitval tot gevolg. Nu Israël de elektriciteits- en brandstoftoevoer naar Gaza volledig heeft afgeknepen, hebben bewoners moeite om met elkaar en de buitenwereld te communiceren. Bakkerijen, ziekenhuizen en opvangcentra worstelen als nooit te voren.

Veel bakkerijen kunnen bijvoorbeeld niet meer functioneren. Inmiddels is er nog slechts één korenmolen actief in het hele gebied. Volgens de Verenigde Naties leeft de gemiddelde inwoner van Gaza van twee stukken brood per dag.

Ziekenhuizen maakten in eerste instantie nog gebruik van generatoren en zonnepanelen. Nu de brandstofvoorraden echt opraken en veel zonnepanelen vernield zijn tijdens Israëlische bombardementen, komt het einde van deze opties in zicht.

Inmiddels zijn 14 van de 35 ziekenhuizen opgehouden te functioneren. Sinds afgelopen weekend werken twee van de grootste ziekenhuizen in Gaza-Stad alleen nog maar met kleinere generatoren, die slechts enkele uren per dag elektriciteit leveren. ’s Nachts is het aardedonker in Gaza.

In toenemende mate klinkt internationaal de oproep aan Israël om iets te doen aan de humanitaire situatie en de totale blokkade op te heffen. De Israëlische regering eist echter eerst dat de gijzelaars van Hamas worden vrijgelaten.