Amnesty: wereldleiders negeren mensenrechten, AI bedreigt rechtsstaat

Wereldleiders en instituties verloochenen de mensenrechten, en burgers betalen daar de prijs voor. Dat stelt Amnesty International in haar jaarrapport State of the World’s Human Rights 2024. Volgens de mensenrechtenorganisatie gooien regeringen de „internationale rechtsorde overboord ten koste van de belangen van de burgers”.

Tegen de achtergrond van een groeiend aantal conflicten heeft het handelen van veel machtige staten de geloofwaardigheid van de internationale rechtsorde, die in 1945 tot stand kwam, verder ondermijnd, zo staat in het jaarboek. Het rapport behandelt jaarlijks de staat van 155 landen, vijf regionale overzichten en een wereldwijde analyse.

„Veel machtige landen hebben geen boodschap aan de fundamentele waarden van menselijkheid en universaliteit, zoals vastgelegd in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens”, schrijft Agnès Callamard, secretaris-generaal van Amnesty International in het jaarboek. Callamard noemt het „verbijsterend” om te zien hoe de internationale gemeenschap „heeft gefaald in het voorkomen van de dood van duizenden burgers in de bezette Gazastrook, onder wie enorme aantallen kinderen”.

„Dit maakt eens te meer duidelijk dat de instituties die zijn opgericht om burgers te beschermen en mensenrechten te handhaven, niet meer in staat zijn om hun verplichtingen na te komen.” Volgens Amnesty lapt de Israëlische regering internationaal recht in Gaza aan haar laars en blijven de oorlogsmisdaden zich opstapelen.

Dubbele moraal

Amnesty wijst ook op het „schaamteloze gebruik” van het vetorecht door de VS in de VN-Veiligheidsraad, waardoor een staakt-het-vuren in Gaza al maanden op zich laat wachten. „Ondertussen blijven de VS Israël bewapenen met munitie die is gebruikt voor het plegen van mogelijke oorlogsmisdrijven.”

Maar ook het Verenigd Koninkrijk en Duitsland worden beticht van een dubbele moraal. „Ze protesteren terecht tegen de oorlogsmisdaden door Rusland en Hamas, maar steunen tegelijkertijd de acties van de Israëlische en Amerikaanse autoriteiten in dit conflict.” Ook wordt in het rapport beschreven hoe Russische troepen in Oekraïne „op een overduidelijke manier” de internationale regels schenden, onder meer door willekeurige aanvallen op dichtbevolkte burgergebieden en kritieke infrastructuur, en door het martelen en mishandelen van krijgsgevangenen.

AI bedreigt rechtsstaat

De grote ontwikkelingen op het gebied van kunstmatige intelligentie (AI) zullen de afbraak van de rechtsstaat waarschijnlijk versnellen, zo staat in het jaarrapport. Volgens Amnesty is dit een enorme bedreiging voor de mensenrechten en is regelgeving rondom AI daarom van cruciaal belang.

Volgens Callamard wordt de toekomst „alleen maar duisterder” als de verspreiding van deze technologie niet aan banden wordt gelegd. „Wetteloosheid, discriminatie en straffeloosheid worden mogelijk gemaakt door het ongecontroleerde gebruik van nieuwe en bestaande technologieën, die nu routinematig als wapens worden ingezet door legers, de politiek en bedrijven.”

Nu al worden tot discriminatie leidende technologieën ingezet, schrijft Amnesty. Zo wordt op de Westelijke Jordaanoever gezichtsherkenningssystemen gebruikt door Israël „om de bewegingsvrijheid te beperken en het apartheidssysteem in stand te houden”.

Ook wordt technologie regelmatig gebruikt om desinformatie te verspreiden, gemeenschappen tegen elkaar op te zetten en minderheden te onderdrukken, aldus Amnesty. „Staten als Argentinië, Brazilië, India en het Verenigd Koninkrijk maken steeds vaker gebruik van gezichtsherkenningstechnologieën om openbare protesten en sportevenementen te observeren en vooral migranten en vluchtelingen te discrimineren.”