Als spelende kinderen onderzoeken deze drie acteurs de taboes van de liefde

Kinderen ontwikkelen zich door te spelen. Door te doen alsof. ‘Jij was de vader en ik was de moeder’, zeggen ze tegen elkaar, en hop, ze zitten in hun rol. Zo, als spelende kinderen, benaderen acteurs Keja Klaasje Kwestro, Louis van der Waal en Peter Seynaeve (die zijn rol afwisselt met Joep van der Geest) het thema ‘liefde’ in Reigen re-Erected.

Het is een herneming van Rijgen (2022), een voorstelling die Sarah Moeremans maakte bij NTGent, die toen door corona maar beperkt gespeeld kon worden. Schrijver Joachim Robbrecht baseerde vorm, thematiek en titel van zijn stuk op Arthur Schnitzlers Reidans uit 1897; tien dialogen in estafettevorm, over verschillende verschijningsvormen van de liefde.

Net als Schnitzler toen, schuwt Robbrecht de taboes niet. Zo schreef hij een scène over een vrouw die seks heeft met een paard. Over incest tussen een broer en zus. Over de relatie tussen een pedofiel en een kind van negen. Op papier klinkt dat loodzwaar en tragisch, en toch blijft de toon gedurende de hele voorstelling verrassend licht en opgewekt, zonder daarmee de ernst van dit soort thema’s te ontkennen – en dat is te danken aan de manier waarop de acteurs hun rollen benaderen.

Als spelende kinderen dus. Die vanuit nieuwsgierigheid en leergierigheid onveilige, spannende en soms ronduit dubieuze werelden verkennen, maar wel binnen een veilige setting: ze doen maar alsof. „Waar zijn we?”, is de eerste vraag die de acteurs elkaar (en ons) stellen. Wat zullen ze eens spelen? In een non-descript decor (Dorothee Curio) van grote, grillig gevormde blokken gemaakt van vershoud- en aluminiumfolie (ook die blokken kunnen nog alles voorstellen), wekken de acteurs de indruk ter plekke te verzinnen wat ze over de liefde uit te zoeken hebben. De een werpt een idee op (Tinderdate?), de ander springt in als tegenspeler („Swipe, swipe!”), en het belichaamde onderzoek kan beginnen.

Scène uit Reigen re-Erected.
Foto Sofie Knijff

Hilariteit

De drie acteurs lijken een grote vrijheid te ervaren binnen hun rollen, die de voorstelling vaart, lichtheid en schwung geeft. Wel blijkt de grens tussen vrijheid en geschmier soms dun; Seynaeve kan de verleiding niet altijd weerstaan de directe band met het publiek uit te buiten, wat tot veel hilariteit leidt, maar de zorgvuldig gecomponeerde voorstelling soms wat uit het lood duwt.

De mooiste scène gaat over een lang getrouwd stel. Zij (Kwestro) ergert zich blauw aan de meegaandheid van haar man (Van der Waal), die haar zelfs haar slippertjes ruimhartig gunt. Hoe fanatiek ze zich ook tegen hem en de bekrompenheid van het instituut huwelijk verzet, hij blijft maar zijig oreren hoe dol hij op haar is. Ondanks haar ergernis blijft het stel samen („Dertig jaar getrouwd. Nee, veertig. Nee, vijftig!”) en de vrouw, oud geworden, wordt ziek. „Je zakt op je stoel in elkaar”, zegt hij. „Nee”, protesteert zij, terwijl ze neerzakt. Ze heeft dorst, zegt ze. Dun stemmetje. De man opent een fles wijn. Ze moet erom lachen. Ze steken sigaretten op, al roken ze allang niet meer. Eten samen kruimelcake, in bed. Tedere rebellie is het, in de laatste momenten die ze samen delen. Het is een schitterende liefdesscène.

Doordat Moeremans het spel, het spelen zelf, in Reigen re-Erected tot onderwerp verheft, gaat de voorstelling in zekere zin ook over theater. Zoals kinderen leren door te doen alsof, zo verruimen wij net zo goed ons referentiekader door te spelen, of door getuige te zijn van andermans spel. Toneel bezoeken is, excuus voor het cliché, een gezamenlijk oefenen in empathie. Voor even zijn we die happy single, die a-seksueel, die webcamgirl die normaliter zo ver van ons afstaat. Dat is verrijkend, ook (of juist) waar het inleven moeite kost. Het maakt dat Reigen re-Erected niet alleen een vrolijk onderzoek is naar de uitwassen van de liefde, maar ook, indirect, een pleidooi voor theater als kunstvorm.