Als geweldloosheid steeds met geweld wordt beantwoord, wat doe je dan?

Geweldloos verzet valt moeilijk te overschatten. „Eerst negeren ze je. Dan lachen ze je uit. Dan bestrijden ze je. Dan win je.” Deze uitspraak, vaak onterecht toegewezen aan Mahatma Gandhi, zegt veel over de kracht ervan. Protesteren voor beginners, het nieuwe boek van schrijver Lodewijk van Oord, gebruikt deze woorden als inspiratiebron. Van Oord heeft geen gebruiksaanwijzing voor demonstranten of protestpamflet geschreven, daarvan zijn er al genoeg. Wel bevraagt hij de relatie tussen ongehoorzame burgers en de heersende macht. Deze relatie ligt gevoelig, en binnen Nederland lopen de meningen enorm uiteen over kwesties als vreedzame wegblokkades en het protestbeleid van de politie. Maar, schrijft van Oord, bakkeleien over de vorm van protesten of over de ‘werkelijke intenties’ van demonstranten leidt vooral de aandacht af van de inhoud van het protest. In een woud van belangen en meningen probeert hij vooral te onderzoeken hoe het allemaal werkt. Hoe beelden gevormd worden over of acties wel of niet gerechtvaardigd zijn, en hoe geweld zomaar uit de hand kan lopen.

Gandhi en Mandela

Twee sleutelfiguren in het verhaal zijn Mahatma Gandhi en Nelson Mandela. Gandhi, altijd strikt tegen het gebruiken van geweld, drukt volgens Van Oord nog steeds zijn stempel op „vrijwel alle protestbewegingen van de twintigste en eenentwintigste eeuw”. Hij inspireerde wereldwijd talloze verzetsacties en zijn werk vormt nog steeds de grondslag van het hedendaagse denken over geweldloos protest. Nelson Mandela, ook geïnspireerd door Gandhi, besloot uiteindelijk wèl over te gaan tot gewapend verzet. Nadat tijdens een anti-apartheidsprotest in Sharpeville negenenzestig vreedzame demonstranten door de Zuid-Afrikaanse politie werden doodgeschoten, werd hij mede-oprichter van uMkhonto weSizwe: de gewapende tak van bevrijdingsorganisatie ANC.

Als geweldloosheid steeds met geweld wordt beantwoord, wat doe je dan? Welke manieren zijn er dan nog om verandering teweeg te brengen? Van Oord presenteert geweldloos protest als iets wat nagestreefd moet worden, in lijn met Gandhi, maar zoekt ook de grenzen op door te kijken hoeveel geweld er door leger en politie gebruikt kan worden voordat de vreedzaamste demonstrant het genoeg vindt en er zelf ook op slaat.

Vanaf het begin is het duidelijk dat Protesteren voor beginners vooral ook over Gaza gaat. De Grote Mars van de Terugkeer wordt aangehaald als voorbeeld van een protest dat met grof geweld vanuit de heersende instanties werd beantwoord. Dit Palestijnse protest vond plaats in 2018 en 2019, bij de grens tussen Israël en Gaza, om een beroep te doen op het recht op terugkeer van Palestijnse vluchtelingen. Het Israëlische leger reageerde met traangas en scherpschutters, waardoor meer dan 200 demonstranten om het leven kwamen. Van Oord laat zien dat protesten meer dan eens uit de hand lopen vanwege disproportioneel leger- en politiegeweld.

Geweld in Gaza

De studentenprotesten tegen het geweld in Gaza, in het voorjaar van 2024, vormden de aanleiding voor dit boek. In Amsterdam en andere universiteitssteden wereldwijd werden deze protesten met harde hand door de politie neergeslagen. Van Oord gaat diep in op hoe deze reacties gerechtvaardigd werden, vooral door universiteiten zelf. De beeldvorming rond de demonstranten blijkt hierbij een belangrijke troef te zijn. Hoe je het ook wendt of keert, politiegeweld is een stuk eenvoudiger te rechtvaardigen als het gericht is tegen „tuig, antisemieten of ‘externe oproerkraaiers’”, in plaats van tegen idealistische studenten. De strijd om de beeldvorming rond de pro-Palestinaprotesten werd minstens even hard gevoerd als het protest zelf. Dit had niet alleen gevolgen voor politiegeweld: een artikel in NRC kaart bijvoorbeeld aan dat rijke donateurs hun steun aan Harvard dreigden in te trekken, als reactie op de protesten. Sinds de verkiezing van Donald Trump als president is de situatie rond het recht op protest en academische vrijheid in de VS alleen maar grimmiger geworden. En als reactie op de nieuw ingevoerde censuur gericht tegen ‘linkse’ begrippen als gender en discriminatie aan Amerikaanse universiteiten, hebben Nederlandse universiteiten nu ook aangeboden om bedreigde onderzoekers met onderzoek en al naar Nederland te halen. Het helpen van mensen die blootgesteld worden aan politieke onderdrukking kan wat dat betreft ook gedaan worden zonder protestbord in de hand.

Dit zijn goede voorbeelden om Van Oords eerdere punt kracht bij te zetten: wat er uiteindelijk toe doet is dat het gesprek over de redenen voor een protest op gang komt. Het recht op vreedzaam verzet moet altijd een recht blijven, ongeacht de politieke windrichting van het moment. Van Oord verwoordt het treffend: „Geweldloos protest verdient onze steun, als alternatief voor het onrecht waarmee wij leven.”


Lees ook

Gaza: 60 doden en 2.700 gewonden voor een heel klein beetje lucht

Palestijnen demonstreerden afgelopen dinsdag bij de Israëlische grens, tijdens de Nakba, ofwel de catastrofe, waarbij Palestijnen in 1948 hun land moesten ontvluchten. Een dag eerder vielen er tijdens protesten 60 doden en meer dan duizend gewonden aan Palestijnse zijde.