Alles is ‘space age’ in de retrofuturistische superheldenfilm ‘Fantastic Four: First Steps’

Is dit dan eindelijk wat anders? De afgelopen zeventien jaar moesten de superheldenfilms van stripboekenhuis Marvel allemaal een beetje op elkaar lijken. Een meesterstrategie: tientallen films konden met elkaar verknoopt worden in één filmisch universum – de fans wilden niks missen. Maar inmiddels is men moe van dat sjabloon met multiversa, kindmannen en veilige grapjes. Tijd voor iets nieuws.

Daar is dan Fantastic Four: First Steps, Marvels poging de ban te breken. Het lukte nooit om een goede film te maken over dit oude superheldenteam van drie mannen van steen, elastiek en vuur en een telekinetische vrouw. First Steps biedt een radicaal andere setting: de retrofuturistische jaren zestig. Dat betekent: schattige robots, space age-meubilair en commercials in de stijlen van Loewy en Ogilvy.

Het oorsprongsverhaal wordt er snel doorheen gejast: astronauten Reed Richards, Johnny Storm, Sue Storm en Ben Grimm werden de ruimte ingeschoten en kwamen gemuteerd terug (iets met een kosmische wolk). Als First Steps begint zijn ze al de helden die we kennen. Ze versloegen de mollenman uit het riool van New York en geven leiding aan de Verenigde Naties. Belangrijker: Richards en Sue Storm babyproofen hun appartement (en de hele stad) voor de komst van hun eerste kind.

Schattige robots en space age-meubilair vormen de retrofuturistische setting van ‘Fantastic Four: First Steps’Beeld Disney

Eter van werelden

Maar dan verschijnt een alien, de Silver Surfer, met een boodschap van Galactus, eter van werelden. Die heeft net een sterrenstelsel lichtjaren verder opgepeuzeld en nu staat de aarde op het menu. De Fantastic Four zullen moeten kiezen tussen hun eigen kind en het lot van de wereld.

Fantastic Four gooit alles op het scherm: van de vernietiging van planeten via een bevalling zonder zwaartekracht tot scènes die vrij schaamteloos uit Interstellar gekopieerd zijn. Het is rommelig, maar dat levert enkele memorabele scènes op.

De setting is bijtijds interessant. Retrofuturisme toont een toekomst die had kúnnen zijn. In sleutelscènes speelt Fantastic Four met het toenmalige optimisme over internationale samenwerking en consumententechnologie als huishoudrobots en vliegende auto’s. Het is een utopie waarin je graag wilt verdwijnen, tot je beseft dat diezelfde space age in Fantastic Four etalagemateriaal is voor hetzelfde verhaal dat Marvel al jaren vertelt: over monsters die door wereldsteden banjeren en grollende kindmannen die een lesje leren over samenwerking en familie. Van de sterrencast wordt minimaal gebruikgemaakt: de helden zijn moeders, vaders en kwajongens. En daarbij glipt er ook wat minder leuk retromateriaal naar binnen. Zo is het vrouwelijke personage pas écht sterk wanneer ze haar ‘mythische moederkracht’ inzet en zijn de VS onbetwist leider van de wereld.

Maar hoe kon het ook anders? De Fantastic Four moeten volgend jaar natuurlijk wel – al dan niet via wormgaten – in de verzamelfilm Avengers: Doomsday passen.