Al scratchend maken turntablists verhalende muziek

Wie zich dj noemt, kan van alles doen: praten op de radio, plaatjes draaien op een bruiloft, met een usb-stick vol eigen muziek van festival naar festival vliegen, of beats maken waar een ander overheen rapt. Maar wie van twee draaitafels een zelfstandig instrument maakt en daarop soleert, is niet zomaar een dj, maar beoefent een kunstvorm. Zo iemand manipuleert andermans muziek om verhalen te vertellen in een eigen stijl en laat ondertussen de voeten tappen en de konten schudden. Zo iemand is een turntablist.

Waar komt het vandaan?

In de jaren dertig en veertig verschenen de eerste muziekstukken die waren gemaakt op draaitafels. John Cage speelde op Imaginary Landscape No 1 in 1939 met de snelheid van de platenspeler en creëerde ritmes door de naald erop en eraf te halen. Vanaf de jaren vijftig begonnen in Jamaica reggae-dj’s en -muzikanten zoals Lee ‘Scratch’ Perry op hun soundsystems de frequenties van opgenomen muziek naar hun hand te zetten.

Maar de grote revolutie kwam uit de New Yorkse wijk de Bronx. Vanaf begin jaren zeventig begonnen dj’s als Kool Herc, Afrika Bambaataa en Grandmaster Flash de draaitafels te gebruiken om hun eigen, nieuwe muziek te maken: hiphop. De focus lag aanvankelijk vooral op de beat. Door drumbreaks van twee identieke platen tegelijk te draaien en die steeds terug te halen naar een bepaald startpunt, wisten ze de ritmische stukken te verlengen, zodat de breakdancers langer konden breaken en de rappers langer rappen.

Met het mixpaneel tussen de draaitafels ontdekten de dj’s de oneindige mogelijkheden. De belangrijkste innovatie was scratchen, het heen en weer halen van de plaat onder de naald. Deze nieuwe sounds kon je aan elkaar mixen of in elkaar laten vloeien.

De term turntablism werd overigens pas in de jaren negentig bedacht, door DJ Babu van de Beat Junkies, om het genre te onderscheiden van de vele andere dansmuziek die gemaakt wordt, of simpelweg gedraaid wordt, door dj’s.

Hoe klinkt het?

Een dronken trompet, een haperende nieuwslezer of een gekortwiekte viool; alles kan en moet te grazen worden genomen op de draaitafels. Turntablism klinkt vaak hortend en stotend. De snelle handen van de dj breken klanken abrupt af of laten die halverwege ontsporen. Natuurlijk klinken er veel scratch-geluiden en zijn beats en herhaling de basis. Het blijft dansmuziek.

De kunstzinnige collagemuziek die alle geluidsfragmenten als bouwstenen beschouwt, is een van de weinige genres waarin humor bijna altijd prominent aanwezig is en waarin muzikanten steeds meer verhalenvertellers zijn geworden.

Naar wie moet ik luisteren?

Na pioniers als Grandmaster Flash en Afrika Bambaataa brak het scratchen via een omweg door bij een groter publiek, vooral met het nummer ‘Rockit’ van jazzmuzikant Herbie Hancock. De meeste turntablists bleven aanvankelijk nog vooral in dienst van hun hiphop-crew als muzikanten achter de rappers. Luister naar dj Jam Master Jay van Run-D.M.C., of Mix Master Mike met de Beastie Boys.

Halverwege de jaren negentig kwamen meerdere op draaitafels (en met samples) gemaakte albums van turntablists als DJ Shadow en Rob Swift uit. Met name in Europa nam turntablism een meer jazzy afslag. Op het Britste Xen-label kwamen mooie knip- en plakplaten uit van bijvoorbeeld DJ Food en Cold Cut. Door digitale productietechnieken is turntablism weer uit de mainstream verdwenen, maar de subcultuur leeft. Luister bijvoorbeeld naar het album Reborn van dj Mista Sinista uit 2024.