Afrikaanse uitvoering maakt van Bausch’ ‘The Rite of Spring’ weergaloze uitbarsting van energie

Recensie

Theater

Dans Afrikaanse dansers geven het meesterwerk van Pina Bausch een verrassende logica. De pompende ritmes van de choreografie passen hun als een handschoen.

Toneelbeeld uit ‘The Rite of Spring’, dat van 12 t/m 15 januari wordt opgevoerd in Amare, Den Haag.
Toneelbeeld uit ‘The Rite of Spring’, dat van 12 t/m 15 januari wordt opgevoerd in Amare, Den Haag.

Foto Maarten Vanden Abeele

Is Das Frühlingsopfer van Pina Bausch eigenlijk een Afrikaanse choreografie? Je zou het makkelijk kunnen denken bij het zien van de nieuwe uitvoering die werd ingestudeerd met een groep van bijna dertig dansers afkomstig uit meer dan tien Afrikaanse landen.

Maar Bausch maakte haar klassieker in Wuppertal, voor een volledig wit ensemble. Op het overrompelend gewelddadige Sacre du Printemps uit 1913 van Igor Stravinsky creëerde de Duitse choreograaf Bausch (1940-2009) een al even verbluffend, slijtvast meesterwerk. Bij de première in 1975 trof het het publiek van het Tanztheater Wuppertal als een stomp in de maag. In 2023 heeft de ‘Afrikaanse’ uitvoering van The Rite of Spring, die tot 15 januari te zien is in het Haagse theater Amare, eenzelfde, bijna ondraaglijke kracht.

Dooddansen

‘Scènes uit het heidense Rusland in twee delen’, luidde de ondertitel van de compositie van Stravinsky. Hij schreef de muziek voor een ballet van Vaslav Nijinsky over een lente-ritueel waarbij een maagd wordt aangewezen en zich als vruchtbaarheidsoffer moet dooddansen.

Bausch schetste in haar versie voor Tanztheater Wuppertal de doodsangst van een groep vrouwen die de genadeloze lust van de mannen vrezen. Het gezelschap heeft het werk al sinds de première op het lopende repertoire.

Hoewel het op een laag bruine aarde gedanste werk nog steeds volle zalen trekt, zocht haar zoon Salomon na de dood van de choreograaf in 2009 naar nieuwe manieren om het werk van zijn moeder vitaal te houden. In samenwerking met het Londense Sadler’s Wells theater, de Pina Bausch Foundation en de École des Sables uit Senegal werd een groep dansers verzameld die voor deze ene choreografie tekenden. Om zo, aldus de zoon, het werk aan een nieuwe groep dansers te geven en deze dansers te presenteren aan een wereldpubliek.

Gedreven en voluit

Wie vooraf enige scepsis voelde ten opzichte van het project (koloniale, culturele opdringerigheid, een platte gimmick?) heeft die donderdag in Den Haag waarschijnlijk snel laten varen. De intensiteit van de uitvoering, gedreven en voluit, is indrukwekkend, de kwaliteit van de dansers onmiskenbaar groot. Uitgevoerd door de Afrikaanse danskunstenaars krijgen de pompende ritmes van Bausch’ choreografie en de neerwaartse, naar de aarde gerichte bewegingen een andere, eigen logica.

Door de compacte stijl van bewegen blijven sommige lijnen korter, die meer klassiek geschoolde dansers langer trekken. Maar het klopt, en de uitbarsting van al die gebalde energie, waarbij de vrouwenlichamen door de lucht vliegen, is weergaloos.

Wat wel ontzettend jammer is, echt afbreuk doet, is de hopeloos blikkerige geluidsband. Deze dansers verdienen live orkestbegeleiding.