Abderrahim El M. waarschuwde voor Marokkaanse spionage, nu wordt hij er zelf van verdacht

Schiphol is routine geworden, zo vaak vliegt de justitieambtenaar naar Marokko voor een paar dagen of weken. Daar werkt hij vanuit het familiehuis gewoon door. Maar als Abderrahim El M. op 26 oktober 2023 door de glazen draaideur komt, versperren agenten hem de weg. In zijn koffer vinden zij staatsgeheime documenten.

Inlichtingendienst AIVD had het Openbaar Ministerie gewaarschuwd: Abderrahim, al ruim dertig jaar een hardwerkende, gewaardeerde en invloedrijke ambtenaar op het ministerie van Justitie en Veiligheid, zou wel eens een spion kunnen zijn van Marokko. Hij had geheime documenten geprint op zijn werk bij de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) – onderdeel van dat ministerie in Den Haag. Die nam hij mee naar huis.

Abderrahim werd aangeklaagd voor het lekken van staatsgeheimen aan Marokko. In zijn huis in Rotterdam lagen nog eens honderden staatsgeheime documenten, en niet in een kluis. In zijn telefoon stonden nummers van Marokkaanse geheim agenten. Abderrahim had aan een van hen geschreven dat hij een ‘medicijn’ wilde overhandigen. In een ander bericht bedankte hij een agent voor zijn vakantie in Marokko. Zijn vlucht, hotel en autohuur betaalde hij vermoedelijk niet zelf.

Hij heeft nog geen uitleg gegeven over zijn gedrag. De verwachting is dat hij komende maandag in de rechtbank in Rotterdam voor het eerst een korte verklaring geeft.

Familie van dissidenten

Driftig schrijvend op een kladblok, met een pen die hij altijd bij zich draagt in de borstzak van een net jasje. Zo kenden ze bij de NCTV hun collega ‘Ab’. In zijn werkkamer op de streng beveiligde verdieping van het ministerie liggen overal stapels papier, op een televisie staan Arabische zenders aan. Abderrahim is de enige analist met een eigen kantoor. Het tekent zijn status: hij is dé expert als het gaat over islamitisch extremisme. Alle medewerkers weten wie hij is. Maar hem kénnen, dat is een ander verhaal. Collega’s omschrijven hem als iemand die anderen op afstand houdt.

De weinige collega’s die hij in vertrouwen neemt, vertelt hij al snel over zijn problematische relatie met Marokko. „Bij onze kennismaking sprak hij over de nare dingen die hij had meegemaakt in een Marokkaanse cel”, zegt een collega. „Dat hij in een emmertje zijn behoefte moest doen”. Abderrahim werd in 1989 in Marokko aangehouden en gevangen gezet, de zoveelste dissident uit een familie die bekendstaat om haar verzet tegen koning Hassan II (1961-1999). Familieleden, onder wie een neef van Abderrahim, belandden in de gevangenis en verdwenen. Zijn ouders, neven en nichten, ooms en tantes voeren actie. Ze eisen dat de Marokkaanse overheid verantwoording aflegt over wat met hun familie is gebeurd.

Ook Abderrahim. „Hij kreeg deze strijd met de paplepel ingegoten”, zegt Sietske de Boer, die het boek Jaren van Lood schreef over de familie. Ze kent Abderrahim als steenhard. „Iemand die vindt dat het regime bestreden moet worden, ongeacht de prijs.” Hij studeerde sociologie en psychologie in Rabat en het Franse Amiens en kwam vervolgens als jonge man naar Nederland om filosofie te studeren. Abderrahim wordt docent en gaat daarna werken bij het ministerie van Justitie, volgens een cv in een van zijn publicaties. Hij omringt zich met linkse intellectuele Marokkanen, die zich net als hij zorgen maken over de ontwikkeling van de Marokkaanse jeugd in Nederland.

Voormalig Amsterdams stadsdeelbestuurder Fatima Elatik kent Abderrahim al sinds haar tienerjaren. Hun families komen uit dezelfde streek. „Toen ik zestien was ging ik een hoofddoek dragen en wilde ik hem geen hand meer geven. Abderrahim zei: wat is er met jou gebeurd, ben je moslimbroeder geworden ofzo? Ik had geen idee wat dat was. Hij waarschuwde mij voor de boeken die ik las, die waren door Saoedi-Arabië uitgegeven om hun ideologie te promoten. Abderrahim was de eerste in Nederland die dat doorhad.”

Mohamed Rabbae

Niet alleen religieus fanatisme, ook de invloed van de Marokkaanse overheid op Marokkanen in Nederland stelt Abderrahim aan de kaak. In de jaren negentig doet hij dat met zijn vriend Mohamed Rabbae. De in 2022 overleden GroenLinks-politicus beschuldigt de Unie van Marokkaanse Moskeeën in 1993 publiekelijk van spionage voor de Marokkaanse overheid, wat tot grote commotie leidt. Abderrahim speelt vooral een rol achter de schermen. In vertrouwelijke nota’s schrijft hij over moskeeën, journalisten en ambtenaren die handlangers van de Marokkaanse autoriteiten zouden zijn.

In 2004 gaat Abderrahim aan de slag als analist bij de net opgerichte terrorismecoördinator NCTb, die later NCTV gaat heten. Hij moet informatie over (potentiële) terroristen verzamelen en duiden. Het is net na de moord op Theo van Gogh, de druk op de nieuwe afdeling is hoog. Abderrahim is er al snel onmisbaar. Niemand anders heeft zoveel kennis van stromingen in de islam, van religieuze groepen, van Arabische taal en cultuur. Ook de politie zet hem in voor terrorismeonderzoek. Formeel als ‘vertaler’, informeel als expert die rechercheurs kan uitleggen wat jihadisten precies bedoelen als ze praten over de ‘kuffar’ of de ‘tawheed’.

Als vanaf 2013 honderden Nederlandse jongeren uitreizen naar Syrië, neemt de behoefte aan kennis over de islam verder toe en wordt zijn rol nóg belangrijker. Hij beschikt over „unieke kennis” en kan als geen ander dreigingen „duiden”, zei NCTV-baas Pieter-Jaap Aalbersberg toen hem in 2021 door NRC naar Abderrahim werd gevraagd.

Zijn werk gaat altijd door, ook in Marokko. Het huis van zijn ouders heeft volgens Fatima Elatik een van de „sterkste internetverbindingen” in de buurt, „omdat hij daar op zolder zijn tweede kantoor heeft”. Als Elatik er komt, zit Abderrahim „altijd boven notities te maken”. „Vakantie kent hij niet”, zegt ze.

Loyaal aan de staat

Marokko is ondertussen veranderd. De nieuwe koning, de oudste zoon van Hassan II, blijft de onbetwiste leider maar voert wel democratische hervormingen door. Na een aantal bloedige zelfmoordaanslagen in Marokko in 2003, gaat het land met harde hand de radicalisering bestrijden. Marokkanen die een variant van de islam aanhangen die naar de smaak van de Marokkaanse overheid te radicaal is, zoals salafisten en gewelddadige jihadisten, krijgen te maken met het veiligheidsapparaat. Tot ver buiten de landsgrenzen worden ze in de gaten gehouden.

Zo wordt Marokko een interessante partner voor Nederland, vertelt Paolo de Mas, destijds directeur van het Nederlands Instituut in Rabat. „Men kreeg door dat de Marokkaanse overheid meer zicht had op radicalisering in Nederland dan Nederland zelf.” Als NCTV-analist ziet ook Abderrahim el M. de meerwaarde van samenwerking met Marokko, zegt De Mas. „Net als Marokko zag Ab salafisme als het kwaad dat bestreden moest worden. Hij was een roepende in de woestijn, die waarschuwde voor groot dreigend gevaar. Binnen de Nederlandse overheid ging lang niet iedereen daarin mee, er waren mensen die vonden dat hij overdreef. Wat dat betreft voerde hij dezelfde strijd als Marokko.”

Terwijl hij uitgroeit tot dé terrorismespecialist van de Nederlandse overheid, neemt Abderrahim steeds meer afstand van de Marokaans-Nederlandse gemeenschap waar hij vandaan komt, ziet zijn vriend Brahim Bourzik, oud-raadslid in Rotterdam. Hij doet niet meer mee aan acties tegen Marokko. „Hij had voor zichzelf een duidelijke lijn getrokken: ik ben nu ambtenaar en loyaal aan de Nederlandse staat.”

Opeens wilde hij geen standpunt meer innemen over het regime

Abdou Menebhi
Stedelijke Marokkaanse Raad Amsterdam

Niet al zijn voormalige mede-strijders begrijpen dat. „Opeens wilde hij geen standpunt meer innemen over het regime”, zegt activist Abdou Menebhi van de Stedelijke Marokkaanse Raad in Amsterdam. „Als ik hem vroeg waarom hij geen kritiek meer leverde op de Marokkaanse koning, dan zei hij: laat me met rust.”

De familie van de 70-jarige Abdelghani Ababou voert een vergelijkbare strijd met Marokko als de familie van Abderrahim. „Mijn vader is in dezelfde tijd verdwenen en ook wij eisen nog altijd opheldering.” Ababou kreeg argwaan toen hij Abderrahim vroeg waarom hij nooit meer deelnam aan acties voor hun verdwenen familieleden, vertelt hij in een Utrechts café bij een kopje cappuccino. „Zijn antwoord was: ‘Onze familie is slimmer dan jullie, wij leggen onze eieren niet allemaal in dezelfde schaal.’ Hij legde uit dat zijn familie op meerdere manieren iets probeerde te bereiken. Niet alleen door actie te voeren, maar ook door de wegen binnen de Marokkaanse overheid te bewandelen.”

Familiezaken

Na de arrestatie van Abderrahim in 2023 voor spionage, moet Ababou aan die woorden terugdenken. Volgens het OM stond de ambtenaar al jaren in contact met de directeur contra-inlichtingen van de Marokkaanse geheime dienst. Was dit wat Abderrahim had bedoeld met het ‘bewandelen van de wegen binnen de overheid’?

Het was niet de eerste keer dat de gedachte door zijn hoofd ging. In 2013 kreeg hij tijdens een etentje in Marokko van een hoge overheidsfunctionaris te horen dat hij maar beter kon oppassen voor Abderrahim, „want die werkt voor ons”. Vanaf toen, zegt Ababou, „dacht ik dat hij met de Marokkaanse geheime dienst samenwerkte”. Hij vertelde erover tegen kennissen in Nederland, waarna het gerucht ging rondzingen.

Zijn vrienden kunnen het zich nog steeds niet voorstellen. Fatima Elatik denkt dat het contact dat hij zou hebben gehad met kennelijke agenten, over iets anders ging dan staatsgeheimen. „Dit gaat over familiezaken”, zegt ze.

Net als andere families van verdwenen dissidenten, vragen de El M.’s al jaren om erkenning. Niet alleen willen ze precies weten wat er met hun zoon en neef is gebeurd, ook eisen zij compensatie voor verdwenen eigendommen. „De overheid heeft zich grond toegeëigend die in het bezit was van de familie”, vertelt Elatik. „En Abderrahim was een tijd lang gemandateerd om daarover namens de familie te onderhandelen.” Dus als er contact is geweest met Marokkaanse ambtenaren, zegt Elatik, moet het dáárover zijn gegaan. „Een andere verklaring heb ik er niet voor”, zegt ze. „Dat hij een spion was, kan ik niet geloven. Als er íemand is die mij altijd heeft gewaarschuwd voor de Marokkaanse autoriteiten, dan is het Ab.”

Onderhandelingen over familiezaken verklaren nog niet waarom hij een agent om gunsten zou hebben gevraagd, of staatsgeheimen meenam op reis; volgens het OM was het een patroon en printte en scande de ambtenaar de documenten voor vertrek.

„Als het waar is, dan moet hij een fucking dubbelleven hebben geleid”, zegt zijn vriend Brahim Bourzik. Hij kijkt uit naar de zitting van maandag, waarop Abderrahim volgens zijn advocaat Bart Nooitgedagt voor het eerst kort zal ingaan op de beschuldigingen.

„Ik hoop dat hij het kan uitleggen”, zegt Bourzik. „Dit gaat niet meer om zijn carrière, die is al voorbij. Dit gaat om de naam en eer van de familie.”