‘Ik vind het een geschenk om vrouw te zijn’

Dit ben ik Iedereen heeft verschillende identiteiten. Hoe worden we wie we zijn? Trishanka Smaal (42) mocht lang zichzelf niet zijn.

Foto Bart Maat

„Ik heb de spirit en de wijsheid van een vierjarige. Ik verwonder mij iedere dag en heb plezier. Dankzij het contact met mijn innerlijke kind ben ik supergelukkig. Ondanks dat ik geen mooie kinderenjaren heb gehad. Zoals iedereen ben ook ik door het leven getekend. Maar in mijn ogen kies je of je wel of niet in een slachtofferrol stapt. Sommige mensen vinden die rol comfortabel. Zij vinden een ander leven eng en zijn gaan geloven dat een beter leven niet voor hen is weggelegd. Maar ik geloof heel erg in ‘Life’s what you make it’.

„Ik ben geboren in Tijgerkreek, een van de zes ressorten van het Surinaamse district Saramacca. We woonden in het bos. Geld was er nauwelijks. Mijn Hindoestaanse moeder is op haar zestiende uitgehuwelijkt aan een vluchteling uit Brits-Guyana. Hij werkte als kapitein op een schip, en daarom vond mijn opa hem een goede partij. Het huwelijk was een ramp. Mijn vader dronk en mishandelde mijn moeder. Toen ik drie was en mijn zusjes twee, heeft hij geprobeerd mijn moeder te vermoorden. Daarna heeft hij zichzelf vergiftigd. Dat werd het begin van een leven in de hel.

„Mijn moeder was een jaar of twintig en kon niet voor ons zorgen. Dus wij werden naar internaten gestuurd. Daar kregen we te maken met lijfstraffen en misbruik. Ik was een meisjesachtig jongetje en werd iedere dag seksueel misbruikt door de andere jongens. Niemand die iets deed. Ik werd een stil ventje. Onder de mangoboom fantaseerde ik dat ik op een vliegend tapijt de wereld rondreisde. Ik verzon de mooiste verhalen om die helse tijd te overleven.

„Mijn moeder leerde rond mijn tiende mijn bonusvader kennen en hij zorgde ervoor dat mijn zusje en ik naar huis konden. Hij voedde ons en zorgde dat we weer wat vlees op de botten kregen. Maar ook deze man sloeg mijn moeder. En ook hij was verslaafd. En toen zij samen nog twee kinderen kregen, eindigde de liefde voor ons abrupt. Ik hield mijzelf op de been door te fantaseren en te dansen. Daar was ik goed in en kreeg ik veel complimenten voor. Dat dansen was mijn manier om mij vrouw te voelen. Als ik danste, kon ik volledig mijzelf zijn.

„Op mijn vijftiende besloot mijn bonusvader naar Nederland te gaan. Hij nam mij en een van mijn zusjes mee. Mijn moeder en de andere kinderen kwamen een paar jaar later. We woonden in de Amsterdamse Bijlmer en ik ging naar school. Ik dacht: ik ken de taal dus ik ga mij wel redden. In Suriname was school mijn veilige haven, maar hier werd ik gepest. En thuis ging het ook niet lekker. Ik zat steeds meer in mijn binnenwereld. Tegen de tijd dat ik examen moest doen, leek het wel of mijn hersenen blokkeerden. Ik ben wonderwel geslaagd en meteen uit huis gegaan. Inmiddels bagatelliseerde ik alles wat er gebeurde. Ik dacht enkel: als ik maar adem.

„Ik zocht mijn heil in de kerk. Want ik ben een kind van God. Maar daar werd ik weggestuurd. Er werd gezegd dat ik ziek was. En dat ik moest bidden. Toen mijn oma overleed, werd mijn wereld echt heel donker. Ik wilde uit het leven stappen, maar de deur naar het balkon weigerde open te gaan. Een stem zei mij dat ik de televisie aan moest doen. Dat werd het grootste sleutelmoment in mijn leven. Op televisie was Oprah Winfrey in gesprek met een hindoestaanse jongen die transgender was. Eindelijk kreeg ik een woord voor wie ik ben. Dat het geen ziekte is. En dat je geliefd bent. Aan dat lichtpuntje heb ik mij vastgeklampt.

„Het leven had mij iets te leren. Ik ontdekte dat ik alles voor andere mensen deed, maar mijzelf de moeite niet waard vond. En als ik echt de vrouw wilde worden die ik wilde zijn, moest ik mezelf herprogrammeren. En in transitie gaan. Ik heb toen besloten iedere dag met een lach op te staan en dat het mij niet meer kon schelen wat anderen van mij vonden. Van mijn twintigste tot mijn dertigste ben ik helemaal losgeslagen. Ik moest mijn plek in de wereld vinden. Dat ging niet zonder slag of stoot. Ik deed mensen pijn en werd steeds dikker. Eigenlijk was ik nog steeds aan het overleven.

„Dankzij de geboorte van mijn neefje en een mislukte sollicitatie ging het roer om. Door mijn neefje leerde ik onvoorwaardelijke liefde kennen. En na de sollicitatie bood mijn manager hulp aan, zodat ik in de toekomst wel leiding zou kunnen geven. Ik mocht een jaar lang allerlei persoonlijke-ontwikkelingstrainingen volgen. Pure therapie! Eindelijk ging ik begrijpen hoe ik in elkaar stak. En hoe ik mijn overlevingskracht op andere manieren kon inzetten. Al die kennis gaf mij vleugels. Ik werd al snel teamleider en blijk heel goed te zijn in verandermanagement.

„Het lukte ook om veertig kilo af te vallen. Daardoor kon ik in mei 2020 worden geopereerd. Het voelde alsof ik opnieuw werd geboren. Ik vind het een enorm geschenk om vrouw te zijn. Mijn zusjes vinden mij nu écht een van hen. In mijn werk heb ik het enorm naar mijn zin. Ik vind het fijn om beweging te krijgen in afdelingen die vastzitten. Om mensen die het gevoel hebben afgeschreven te zijn, weer zelfvertrouwen te geven. En ook mijn persoonlijke ontwikkeling gaat door. Ik word inmiddels opgeleid tot sjamanka – een vrouwelijke sjamaan. Mijn echte roeping.”

Praten over zelfdoding kan bij de landelijke hulplijn ‘113 Zelfmoordpreventie’. Telefoon 0800-0113 of www.113.nl