‘Disgraced’ is een scherp gesneden, even complex als flitsend conversatiestuk, dat als een hogesnelheidstrein voortraast

Recensie Theater

In Disgraced wordt de verhouding tussen de islam en het Westen op de snijtafel gelegd. Niemand wordt gespaard in dit flitsende conversatiestuk.

Naast diepe gesprekken over religie, identiteit en afkomst ontwikkelt Disgraced zich ook als relatiedrama en komedie.
Naast diepe gesprekken over religie, identiteit en afkomst ontwikkelt Disgraced zich ook als relatiedrama en komedie. Foto Annemieke van der Togt

Kun je de ander wel echt leren kennen? Zie je jezelf zoals anderen je zien? Ben je als migrant altijd De Ander in je nieuwe land? Om dit soort vragen cirkelt de centrale plot van Disgraced, een voorstelling met evenveel vragen als lagen. In de uitvoering van Black Sheep Can Fly en Het Nationale Theater is deze tekst van de Amerikaan Ayad Akhtar uit 2012 een scherp gesneden, even complex als flitsend conversatiestuk, dat als een hogesnelheidstrein voort-raast.

Het echtpaar Amir en Emily wordt geïntroduceerd als een succesvol koppel. Hij is een gelikte advocaat met gladde praatjes, zij een naam makend kunstenares. Geboren Nederlanders, maar zij wit, hij een kind van Pakistaanse ouders. Ze hebben net een incident achter de rug met een ober. Hij doet het af als „ouderwets racisme”, maar het inspireert haar tot een portret van hem als slaafgemaakte.

De verhoudingen worden scherper getekend als zijn nichtje binnenkomt. Zij heeft haar naam vernederlandst, van Aisha tot Lotte. Van de Koran mag je je ware aard verbergen als dat nodig is, is haar uitleg. Het is een omineuze uitleg, die vooruitblikt op de centrale discussie in het stuk: over de suggestie dat de moslim die op het oog opgaat in de westerse samenleving een ‘slapende cel’ is, klaar om de islamitische strijd voort te zetten en de ongelovigen te doden als de tijd rijp is.

Tegenover zijn nichtje verzet Amir zich tegen dit idee. Na een pijnlijk voorbeeld van de wijze waarop hij zijn strenggelovige islamitische moeder volgde in haar Jodenhaat, betoogt hij dat hij niet tijdelijk een ander pad dan de islam kiest. Zijn huidige levensfase heet „gezond verstand”.

Amir heeft het geloof afgelegd, terwijl zijn vrouw de islam juist omarmt. Al beperkt haar liefde zich opvallend en gemakshalve tot de vormentaal van de islam en het verleden: de schoonheid en wijsheid in oude boeken en het beeldperspectief in oude kunst. Ondanks zijn ontkenning ziet zij haar man nog gewoon als moslim. Voor haar is hij niet anders dan de imam die Amir niet als advocaat wenst te verdedigen.

Discussie

Drie maanden later barst de bom tijdens een etentje met een bevriend echtpaar: Isaac, conservator bij het Stedelijk, en Jordy, collega bij het advocatenkantoor. Van belang in deze context: hij is Joods, zij is zwart en het advocatenkantoor heeft drie Joodse namen op de gevel. Vlak ervoor hebben zijn bazen Amir gevraagd naar zijn afkomst. Ze weten nu dat ook hij zijn naam heeft aangepast.

Isaac dwingt Amir tot een discussie over de islam. Alles wat Amir aandraagt aan kritiek op de islam als eeuwenoude en dus verouderde wetten en moraal wordt door Isaac en Emily gepareerd. Isaac ziet verschil tussen de religie en het politieke gebruik. Volgens Amir bestaat dat onderscheid niet.

Maar als Isaac Amir verder provoceert door te zeggen dat hij overloopt van zelfhaat, zet Amir een redenering in die uitloopt op de bekentenis dat hij toch trots is op de islam.

Het is een groots, dramatisch moment, een climax van de discussie, die helaas totaal verstoord wordt door het feit dat zijn redenering onnavolgbaar is en deze omslag totaal uit de lucht komt vallen. Het valt extra op na de zorgvuldige opbouw die Akhtar gebruikt om op dat punt te geraken.

De regie helpt niet door te kiezen voor een lange, gedragen stilte om de spanning te verlengen, want als toeschouwer vraag je je alleen maar af of je niet hebt zitten opletten. Pas daarna verklaart Amir dat zijn geloof diep in zijn botten zit en het hard werken is om „de shit met wortel en al uit te roeien”.

Afgezien van deze weeffout is het anderhalf uur genieten van hogeschool acteren, een hoog tempo en een geolied ritme. Alle vragen die het stuk oproept, worden gebracht met een onontkoombare precisie in een tekst die uitblinkt in intelligente dialogen.

Tussen alle diepe gesprekken door over religie, identiteit en afkomst ontwikkelt Disgraced zich bovendien evengoed als relatiedrama en komedie. Wanneer Charlie-Chan Dagelet als Emily aan het slot haar liefdespijn toont, weet ze, ondanks alle snedige en snelle teksten die voorbij zijn gekomen, in een oogwenk te ontroeren.

En er valt zowaar meer te lachen dan bij stukken die zich wél een komedie noemen. De tekst biedt Rick Paul van Mulligen als Isaac amper ruimte, maar met stembuigingen en ironische blikken maakt hij van opportunist Isaac niettemin ook een komische figuur. Saman Amini is als Amir in zijn cynische zelfverdediging en zijn soms gespeeld-wanhopige pogingen zichzelf uit te leggen niet minder grappig.

Die andere dimensies van het stuk vlakken niet uit dat Disgraced een somber mensbeeld schetst. Waarbij de grote kracht van het stuk is dat de hypocrisie, de onmacht, de vergeefse goede bedoelingen en het dunne vernis dat beschaving heet relatief gelijkmatig over de personages zijn verdeeld en allesbehalve eenduidige eigenschappen zijn. Amir is een voorbeeldig verscheurd personage, een raadsel voor hemzelf en voor de kijker. Disgraced verdient volle zalen, en ruimte voor discussie na afloop.