Hoe in drie dagen honderden bomen verdwenen uit het Bos van Los

Op de kaart stelt het niets voor, het Bos van Los. Een postzegeltje natuur aan de rand van de uitgestrekte landbouwgronden in de Hoeksche Waard; de restanten van een voormalig houtproductiebos waar snelgroeiende populieren in kaarsrechte lijnen staan opgesteld.

Maar voor de 350 inwoners van Nieuwendijk, een gehucht ingeklemd tussen het bosje en de dijk langs de Haringvliet, is het een prachtige plek om te wandelen, met of zonder hond. Een vogelparadijs waar hoog in de bomen al jaren buizerds, sperwers en haviken nestelen. In de soortenrijke ondergroei die tussen de populieren is ontstaan, klinkt het luidruchtige gekwetter van meer dan twintig soorten zangvogels; libellen en vlinders dwarrelen langs de slootranden. Het is hún achtertuin, deel van het beschermde Natuurnetwerk Nederland en een van de weinige bossen in een boomarme polder. Een oase van rust.

Tot graafmachines afgelopen september een spoor van dertig meter breed en een halve kilometer lang door het bosje trokken, en ook nog vier grote happen uit het bos namen. Binnen drie dagen was er zo’n 37.000 vierkante meter aan bomen verdwenen.

Op de vier open plekken wil een Haagse projectontwikkelaar twaalf chique woningen neerzetten, het getrokken spoor moet een oprijlaan worden.

Boseigenaren mógen kappen. Maar om te voorkomen dat stukje bij beetje het bos uit Nederland verdwijnt, moet de eigenaar van tevoren bij de omgevingsdienst melden wat hij gaat kappen, en hoe hij ervoor gaat zorgen dat er evenveel nieuwe bomen voor terugkomen. Dat moet op dezelfde plek, of als dat niet kan, door compensatie elders, bijvoorbeeld door grond te kopen en daar bomen te planten. Dat is allemaal geregeld in omgevingswetgeving. Voor het toezicht en de handhaving zijn omgevingsdiensten verantwoordelijk.

Volgens de betrokken omgevingsdiensten deed deze eigenaar vooraf geen juiste kapmelding en had hij de wettelijke ‘herplantplicht’ niet geregeld. Dit terwijl hij volgens de omgevingsdienst de regels kende en „bewust” was gaan kappen zonder goedkeuring. Maar tot verbijstering van omwonenden heeft de dienst de hele operatie achteraf goedgekeurd.

Cultuurprobleem

Bos van Los is geen ongeluk en geen uitzondering, zeggen natuurbeschermingsorganisaties. Wat er daar op postzegelschaal gebeurt, is volgens hen exemplarisch voor de manier waarop omgevingsdiensten en andere overheden falen in het beschermen van de leefomgeving. Vervuilende bedrijven mogen jarenlang opereren met verouderde vergunningen, of zelfs zonder vergunningen. Illegale lozingen worden toegestaan, verplichtingen om natuurcompensatie te regelen jarenlang uitgesteld.

De kritiek op omgevingsdiensten komt niet alleen van milieuorganisaties. Een commissie die omgevingsdiensten in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat onderzocht, concludeerde in 2021 dat ze te klein zijn „om voldoende kwaliteit en capaciteit op te brengen”. Het milieutoezicht was „versnipperd en vrijblijvend”, de strafrechtelijke vervolging van milieucriminaliteit „veel te mager”. Die problemen zijn nu, ruim drie jaar later, niet opgelost, schrijven de onderzoekers.

In complexe zaken rond industriële grootmachten zoals Tata Steel en Chemours trekt de gebrekkige handhaving nationale media-aandacht. Maar op kleine schaal zijn volgens natuurorganisaties dezelfde patronen zichtbaar. Juist in „eenvoudige dossiers zoals Bos van Los” blijkt dat omgevingsdiensten een cultuurprobleem hebben, zegt Alex Ouwehand, directeur van de Natuur- en Milieufederatie Zuid-Holland. „Ze besteden hun tijd aan het achteraf rechtbreien van illegale handelingen, in plaats van op te komen voor het belang van omwonenden.”

Natuurbeschermers zien de snippers natuur díe er nog zijn stapsgewijs verdwijnen

Joost Kievit, voormalig hoofd van de milieupolitie in Rotterdam Rijnmond, zet zich als voorzitter van verschillende milieuorganisaties al veertig jaar in voor natuurbehoud in de Hoeksche Waard. Hij noemt het ene na het andere voorbeeld uit zijn omgeving waarbij natuur verdween zonder dat de compensatie was geregeld. Kievit vertelt hoe bomen moesten worden gekapt om een fietspad aan te leggen bij ’s-Gravendeel en de provincie geen compensatiegrond kon vinden. De oplossing: de kwaliteit van het overgebleven bos verhogen door een overgangszone van struiken tussen grasland en bomen te planten. Om daar ruimte voor te vinden werden er nog meer bomen gekapt – terwijl er al struiken aan de rand van het bos waren, vanzelf gegroeid.

Natuurbeschermers zien dat de snippers natuur díe er nog zijn zo stapsgewijs verdwijnen, onder het oog van de verantwoordelijke omgevingsdiensten. Het gebeurt overal in Nederland, zeggen Ouwehand, Kievit en andere natuurbeschermers. De formele bescherming van bos is in hun ogen niet meer dan een papieren tijger.

En nu gebeurt het in Nieuwendijk, bij het Bos van Los.

Bos van Los op 30 juli 2024.

Bos van Los in september 2024.

Bos van Los op 1 juli 2025.

Landgoed Delta

Rond de eeuwwisseling bedacht de plaatselijke boer Jan Los dat hij zijn zeventig hectare populierenbos wilde gebruiken om een „uniek grote oppervlakte duurzame natuur” te ontwikkelen. Niet alleen zijn kinderen en kleinkinderen moesten ervan kunnen genieten, ook „vele anderen”. In dit Bos van Los zouden loofbossen en boomweiden komen, poelen en bloemrijk grasland, ontsloten door wandel- en fietspaden. Om dat allemaal te betalen, wilde hij op twee van de zeventig hectare „vier landhuizen met allure” neerzetten met daarin twaalf woningen, in de vorm van een nieuw „Landgoed Delta”. Het duurde even, maar in 2013 werd het landgoed in het bestemmingsplan opgenomen. Nu heet dat een omgevingsplan.

Twaalf jaar later is alles anders. De droom van een groot natuurgebied is dood: nadat de ontwikkeling van het landgoed niet van de grond kwam, werd in 2016 vijftig hectare van het bos verkocht als landbouwgrond en gekapt – met de aanleg van een nieuw bos bij Zoetermeer als compensatie. In 2022 verkocht Jan Los de overgebleven twintig hectare aan BVJA Beheer.

Nu wil dit bedrijf van voormalig notaris Michiel van Agt er twaalf luxe woningen gaan bouwen zonder het natuurgebied dat erbij was bedacht.

Als omwonenden lucht krijgen van de verkoop, organiseren zij zich snel. Het bestemmingsplan geeft de nieuwe eigenaar het formele recht om te bouwen, dat snappen ze wel. Tegelijk zijn de omstandigheden waaronder die rechten ontstonden drastisch veranderd. Het oorspronkelijke bosgebied is al gedecimeerd, de plannen om er natuurgebied van te maken geschrapt. Het overgebleven bosje, jarenlang ongemoeid gelaten, heeft zich zelf ontwikkeld én is inmiddels opgenomen in het Natuurnetwerk Nederland, waar volgens de rijksoverheid „de natuur voorrang heeft”. Omgevingsplannen mogen geen activiteiten toestaan die de natuur in deze gebieden wezenlijk aantasten.

Waarom moet die natuur dan deels plaatsmaken voor een paar villa’s die geen lokaal belang dienen, alleen zodat een Haagse projectontwikkelaar er winst op kan maken?

Heiltje Karels uit Nieuwendijk zet zich in voor behoud van het bos.

Foto’s Merlin Daleman

Onder leiding van de dan 22-jarige geboren Nieuwendijker Heiltje Karels komt er een petitie tegen de bouwplannen. Karels nodigt gemeenteraads- en Statenleden uit voor wandelingen door het bos, en vraagt of de overheid zich niet wil inzetten om het bos intact te laten.

Maar hulp krijgen de bewoners niet. Als Karels de gemeente vraagt of de ontwikkelaar geen kapvergunning moet aanvragen, wordt haar verteld dat het kappen van bos geen gemeentelijke zaak is, maar een provinciale kwestie. Pas maanden na de bomenkap zal Karels erachter komen dat volgens het omgevingsplan een gemeentelijke kapvergunning wel degelijk verplicht is. Dat had de gemeente Hoeksche Waard „eerder helaas over het hoofd gezien”, schrijft een woordvoerder na vragen van NRC.

De provincie, verantwoordelijk voor het Natuurnetwerk Nederland, legt Karels uit dat de bescherming van het natuurnetwerk alleen kan worden ingeroepen bij wijziging van het omgevingsplan. Zij verwijst weer door naar de omgevingsdiensten, die over bomenkap gaan. De omgevingsdiensten zeggen dat er nog helemaal geen kapmelding is, en dat het kappen van bos een zaak is tussen omgevingsdienst en eigenaar – anderen worden daar niet van op de hoogte gesteld.

Herplantplicht

Omdat de overheden naar elkaar wijzen, zoekt Karels haar eigen weg: ze organiseert onderhandelingen tussen BVJA Beheer en de Natuur- en Milieufederatie om het bos te kopen. Maar die lopen uiteindelijk stuk. Het lukt de milieuorganisaties niet de gewenste koopsom van rond de 2,7 miljoen euro op te hoesten. BVJA-eigenaar Van Agt vraagt aan Karels waarom ze niet meer geld heeft opgehaald bij andere instanties, of aan „crowdfunding” heeft gedaan onder tegenstanders van de woningbouw, zo blijkt uit een mailwisseling.

Achter de schermen bakkeleit de ontwikkelaar intussen met de omgevingsdiensten en de provincie Zuid-Holland over de ‘herplantplicht’, blijkt uit interne documenten van de omgevingsdiensten. Bij Bos van Los zijn namelijk twee verschillende omgevingsdiensten betrokken: de Omgevingsdienst Haaglanden beoordeelt de kapmeldingen, de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid is verantwoordelijk voor de handhaving ervan.

Over een periode van twee jaar draagt BVJA Beheer een paar keer nieuwe redenen aan waarom de herplantplicht niet van toepassing zou zijn in het Bos van Los. Telkens reageren de omgevingsdiensten dat die plicht wel degelijk geldt, zo blijkt uit de openbaar gemaakte mailwisselingen.

Toch scheppen de omgevingsdiensten ook verwarring. In één mail schrijft een inspecteur dat aan de herplantplicht al „ruimschoots” is voldaan door de eerdere boscompensatie in Zoetermeer, om daarna weer te melden dat zijn eigen conclusie „onjuist” was.

Volgens de advocaat van BVJA liepen de onderhandelingen stuk omdat er „nooit” een concreet voorstel is gedaan en er dus „niets te accepteren is geweest” voor de projectontwikkelaar, zo schrijft hij in een reactie.

Twee weken later meldt de projectontwikkelaar dat hij bomen gaat kappen – op de ingediende kaart is te zien dat de melding gaat over een lange strook die diep het bos in loopt en in de toekomst de toegangsweg tot de villa’s moet worden. De bouwkavels zitten niet in de melding. De omgevingsdienst keurt de melding goed.

De discussie duurt bijna twee jaar, tot de ontwikkelaar op 26 juni 2024 een laatste mail van de provincie krijgt: „Wij hebben geprobeerd om met een informele aanpak tot een oplossing te komen. Dit is niet gelukt. Wij blijven bij het standpunt dat voor alle bosareaal dat wordt geveld een herbeplantingsplicht geldt. […] Indien niet op de locatie zelf wordt herbeplant, kunt u dat elders compenseren. Voor het zoeken van een dergelijke locatie bent u zelf verantwoordelijk.”

Omgekapte bomen in het Bos van Los bij Nieuwendijk.

Foto Merlin Daleman

Lokale buizerd

Als Heiltje Karels op de vroege maandagmorgen van 23 september 2024 haar hardlooprondje door het bos rent, ziet ze een graafmachine bomen wegslepen, vlak bij het nest van de lokale buizerd, een beschermde diersoort.

Het voelt als een overval. Twee dagen eerder heeft Karels hier nog eens met raadsleden en Statenleden gewandeld, en ze laten zien hoe waardevol het bos is, voor de natuur én voor de omgeving. Voor zover omwonenden weten, zijn provincie en gemeente samen met de ontwikkelaar op zoek naar alternatieven voor de woningen in het bos.

Karels mailt de wethouder, die van niets weet, zoekt contact met provincieambtenaren, appt en belt medestanders en raadsleden. Zij en andere omwonenden melden de kap bij de omgevingsdienst, met het verzoek om te controleren of het wel mag.

Terwijl de ene na de andere boom valt stromen de klachten binnen

Terwijl de ene na de andere boom valt en de klachten van verontruste bewoners binnenstromen, sturen medewerkers van de dienst elkaar berichten over de gang van zaken. Op maandag mailt een ambtenaar dat de bomenkap van de toegangsweg is gemeld en dus procedureel in orde is. Op dinsdag, als de bomenkap de tweede dag is ingegaan, concludeert een ambtenaar dat de ontwikkelaar ook bomen rooit op de vier bouwkavels – wat niet in de ingediende kapmelding staat. „Deze kapwerkzaamheden [moeten] denk ik stilgelegd worden.”

Toch grijpt de omgevingsdienst niet in.

De dag erna komt een inspecteur van de omgevingsdienst opdraven. Hij ziet dat er zo’n 37.000 vierkante meter aan bomen is gerooid – bijna dertig keer zoveel als de 1.350 vierkante meter die de ontwikkelaar volgens de omgevingsdienst heeft gemeld. Honderden bomen zijn gekapt, de struiken die er tussen stonden uit de grond gerukt, de bosgrond is platgewalst.

Niet alleen is er veel meer gekapt dan gemeld, voor de gerooide bomen op de bouwkavels heeft de ontwikkelaar geen herplant- of compensatieplan gemaakt. Beide zijn volgens de inspecteur een overtreding van de Omgevingswet – een strafbaar feit. Maar het is al te laat: de bomen zijn geveld.

Terwijl ze nog in het bos staan, biedt de inspecteur van de omgevingsdienst Michiel van Agt een uitweg: BVJA mag achteraf alsnog een juiste kapmelding doen, inclusief het verplichte herplantplan. Die zal de omgevingsdienst dan achteraf goedkeuren, zodat de illegale kap met terugwerkende kracht legaal wordt.

Na drie maanden en drie waarschuwingen dient BVJA uiteindelijk een volgens de omgevingsdienst juiste kapmelding in. Wat betreft de dienst is de zaak daarmee afgedaan.

Razend

Herhaalde verzoeken van milieuorganisaties en omwonenden om te handhaven, wijst de omgevingdienst af. Handhaven is gericht op het „ongedaan maken van de overtreding”, zo schrijft de dienst aan verontruste omwonenden. En omdat de omgevingsdienst uiteindelijk een goedgekeurde kapmelding heeft binnengekregen, is er geen overtreding meer en valt er „niets meer ongedaan te maken”. Omdat de ontwikkelaar zich „meewerkend [had] opgesteld”, was zijn gedrag hoogstens „onverschillig” – en was een waarschuwing voldoende.

Razend worden omwonenden van deze analyse. De omgevingsdienst heeft zelf in de afwijzing van het handhavingsverzoek opgeschreven dat de ontwikkelaar een onjuiste kapmelding heeft gedaan terwijl hij als professionele partij beter had moeten weten én bewust is gaan kappen zonder goedkeuring. Volgens omwonenden is dat evident calculerend gedrag, waar volgens de regels zwaardere sancties op staan.

Volgens de advocaat van BVJA Beheer heeft „cliënt telkens naar eer en geweten gehandeld” en is er „absoluut geen sprake van kap van meer dan door [de omgevingsdienst] is goedgekeurd”.

Langs de toegangsweg wil de projectontwikkelaar laanbomen planten

Dat de compensatie volgens de omgevingsdienst uiteindelijk goed is geregeld, is volgens omwonenden en natuurorganisaties onzin. Langs de toegangsweg wil de ontwikkelaar laanbomen planten. Maar hoe kunnen een paar bomen langs de weg gelden als compensatie voor het verwijderen van 13.500 vierkante meter bos?

Op de bouwkavels mag de ontwikkelaar via „natuurlijke verjonging” voor de verplichte herplant zorgen. Dat betekent in de praktijk dat bomen vanzelf op de kaalgekapte kavels mogen teruggroeien. Een overduidelijke manoeuvre om de herplantplicht te ontduiken, denken omwonenden. De projectontwikkelaar wil daar helemaal geen bomen hebben. Hij wil daar landhuizen bouwen – en dat wéét de omgevingsdienst. De inspecteur had de ontwikkelaar zelfs gemaild dat herplant op de bouwkavels daarom niet mogelijk was. Waarom stemmen de omgevingsdiensten daar nu wel mee in?

Toch loopt een bezwaar bij de omgevingsdienst dood. Dat de ontwikkelaar op de bouwkavels mag compenseren, kan volgens de omgevingsdienst omdat „vooralsnog niet vaststaat dat er daadwerkelijk op de locatie gebouwd gaat worden”. De ontwikkelaar zal volgens de omgevingsdienst niet onder de compensatieverplichting uitkomen. Als BVJA gaat bouwen op de gekapte kavels, zal het bedrijf alsnog binnen drie jaar ergens anders nieuwe compensatiebomen moeten planten, en de omgevingsdienst gaat dat in de gaten houden.

Open plek in het Bos van Los ten behoeve van een bouwperceel.

Foto Merlin Daleman

‘Woordenspelletjes’

„Burgers worden doodziek van dit soort inhoudsloze en technocratische woordenspelletjes”, zegt Alex Ouwehand van de Natuur- en Milieufederatie. Je kan dus, zegt hij, zonder het vooraf te melden bomen kappen, terwijl je de herplant helemaal niet hebt geregeld, en omgevingsdiensten vinden het allemaal prima.

„Omgevingsdiensten”, zegt voormalig politieman en voorzitter van lokale milieuorganisaties Joost Kievit, „zien het als hun taak om overtredingen achteraf te legaliseren. Ze gebruiken hun juridische capaciteit en kennis om omwonenden, die ze eigenlijk als partner zouden moeten beschouwen, buitenspel te zetten.”

Dat de omgevingsdiensten daadwerkelijk zullen controleren of er wel compensatie plaatsvindt als er huizen worden gebouwd, daar geloven Ouwehand, Kievit en Karels weinig van. Ze wijzen naar andere projecten in de omgeving waar de compensatie niet of nauwelijks tot stand kwam.

De omgevingsdiensten herkennen zich niet in de kritiek dat ze de herplantplicht slecht zouden handhaven, dat handhaven doen ze juist „altijd”. Maar omdat die herplant ook op andere plekken in de provincie kan, is het „voor omwonenden niet altijd zichtbaar”, aldus de diensten.

Kievit: „Er is bij omgevingsdiensten een cultuur dat je het bedrijfsleven niet te veel in de weg moet zitten.” Volgens Kievit komt dat doordat omgevingsdiensten afhankelijk zijn van provinciale en lokale besturen, die bedrijven nodig hebben om hun eigen ambities te realiseren. Ook Ouwehand ziet dat omgevingsdiensten vooral naar bedrijfsbelangen kijken. „Maar door die labbekakkerigheid wordt Nederland uiteindelijk een groot wingewest.”

Inmiddels staat Heiltje Karels vol in de wind. Nadat ze op sociale media aandacht vroeg voor de situatie bij Bos van Los viel er een aangetekende en ronkende advocatenbrief op de mat: Karels’ „kruistocht” om BVJA „in diskrediet te brengen” met „aanmatigende teksten, pertinente onwaarheden, onterechte verwijten en insinuaties” zijn volgens de advocaat van het bedrijf onrechtmatig, en de kosten ervan zullen „tot de laatste cent” op Karels worden verhaald. Bij Karels werkte de dreigende taal niet, maar andere betrokken met wie NRC sprak die van de brief hebben gehoord, wilden daarom niet dat hun naam in dit artikel terecht zou komen.

Pogingen om via de rechter de omgevingsdienst alsnog tot actie te dwingen, hebben omwonenden opgegeven. Karels: „Het heeft allemaal toch geen zin. Je wordt er alleen moedeloos en boos van. Ik had nooit gedacht dat dit in Nederland kon gebeuren, ik dacht dat het goed geregeld was. Maar het kan ons allemaal overkomen.”

Video Merlin Daleman