Opinie | De vloek van AI

Deze week lanceerde President Trump zijn ‘AI Action Plan’. Het plan omvat een mega-investering van 90 miljard dollar in Pennsylvania – één van de ‘swing states’ die hij wil paaien richting de volgende verkiezingen. De miljarden dollars worden gestoken in „enorme AI”, uitbreiding van datacentra en de daarvoor benodigde energie-infrastructuur.

Het is wellicht geen verrassing meer na Trump’s „we will drill, baby, drill” en de exit uit het klimaatakkoord van Parijs. Maar ook in Silicon Valley zijn de maskers afgevallen. Voorheen werd de ecologische impact van techbedrijven afgekocht via koolstofcertificaten en investeringen in groene energie. Nu stapt Big Tech voor zijn AI-race ongegeneerd in een monsterverbond met Big Oil.

Eric Schmidt, voormalig bestuursvoorzitter van Google en investeerder in AI-technologie, voorspelt dat het energieverbruik van datacenters voor AI van 3 procent naar 99 procent van de totaal opgewekte energie zal gaan. Bij gebrek aan zonne-energie op aarde wil hij zelfs datacentra de ruimte in schieten. Mark Zuckerberg kondigde vorige week de bouw van een nieuw datacenter aan dat even groot is als Manhattan en een energieverbruik van 5 GW zal hebben. Dat staat gelijk aan het verbruik van meer dan dan 3 miljoen huishoudens, waar vijf kerncentrales voor nodig zijn.

De impact van AI op de planeet is desastreus. Datacentra slurpen enorme hoeveelheden energie en moeten gekoeld worden met water dat steeds vaker aan ecosystemen, dorpen en steden wordt onttrokken. De grondstoffen die nodig zijn voor chips waar datacentra op draaien leiden nu al tot conflicten, zie bijvoorbeeld de strijd om neon- en palladiumvoorraden in Oekraïne. De komende jaren zal de opkomst van generatieve AI, dat is AI die zelf teksten en beelden genereert, ook nog eens leiden tot miljoenen tonnen aan extra elektronisch afval.


Lees ook

Trump wil AI mét vrije meningsuiting, maar zonder ‘woke waanzin’

President Donald Trump woensdag bij de ondertekening van de presidentiële decreten over de Amerikaanse AI-industrie. Foto Kent Nishimura/Reuters

Nootmuskaat

AI vormt hiermee het nieuwe strijdtoneel van de zogeheten natural resource curse, ofwel de hulpbronnenvloek. Schrijver Amitav Ghosh legt in zijn boek De vloek van de nootmuskaat haarfijn uit hoe de wereldbeelden en werkwijzen van onze koloniale voorvaderen uit de Gouden Eeuw doorwerken in de huidige planetaire crises van klimaatverandering, milieuvervuiling, bodemuitputting en biodiversiteitsverlies.

Wie Ghosh leest, ziet een kraakheldere parallel met de huidige race om kunstmatige superintelligentie. Niet alleen was nootmuskaat, net als AI nu, het wondermiddel dat vele kwalen zou helen. De centrale boodschap van Ghosh is dat het opbouwen van economische macht via uitputting van hulpbronnen doorgaans begint met structureel geweld. Voor de Nederlandse VOC was dat de genocide op de Banda-eilanden, die voorafging aan het verkrijgen van controle over nootmuskaatbomen.

Met de productie van ‘magische AI’ is ook structureel geweld gemoeid: het stelselmatig stelen en gebruiken van data van journalisten, schrijvers, wetenschappers, artiesten en vele anderen voor het trainen van AI-modellen. Of denk aan het uitbuiten van slecht-betaalde werknemers die ‘traumatische content’ uit data moeten filteren. En dan is er dus nog de uitputting van milieu en klimaat.

De ‘hulpbronnenvloek’ reikt verder. We zijn als burgers online al veel langer een ‘hulpbron’ voor de techindustrie, onder meer door onze meest intieme data af te staan via sociale media, cookies en gratis apps.

Verder wordt halfbakken AI ook ingezet in de oorlogseconomie, bijvoorbeeld voor het identificeren van doelwitten voor bombardementen door de Israel Defense Forces in Gaza, zonder voldoende menselijk toezicht. Big Tech-bedrijven leveren daarnaast de clouddiensten waarmee een dystopische surveillance over Gaza is opgetuigd. De Verenigde Naties concludeerden onlangs dat „vier techgiganten – Alphabet, Amazon, Microsoft en IBM – centraal staan in het Israëlische bewakingsapparaat en de voortdurende vernieling van Gaza”. Zo vormen de levens van onschuldige burgers in Gaza een volgende hulpbron voor de niet te stillen honger naar techkapitaal en -macht. Tevens normaliseert het de ontwikkeling en toepassing van AI voor automatische wapens. Laten we niet naïef zijn dat generatieve AI-wapens, ‘geoptimaliseerd in Gaza’, ook niet snel elders worden ingezet.

Digitale kolonie

Het AI-containerschip op oorlogssnelheid dendert over grondrechten en handelsregels heen en maakt onze klimaatambities onmogelijk. Hoe keren we het schip? Recent pleitten techondernemers voor forse AI-investeringen in Nederland, om zo geen digitale kolonie van Amerikaanse Big Tech te worden. Anderen pleiten er juist voor om de onderzoeksdivisies van grote Amerikaanse techbedrijven naar Nederland te halen. Het dilemma is ergens wel te begrijpen. We zijn eigenlijk al een digitale kolonie en zitten diep verankerd in het Amerikaanse koloniale bedrijfsmodel.

Om onszelf en de planeet te bevrijden van de ‘hulpbronnenvloek van AI’ is het beginpunt dat we ons blijven committeren aan internationale regels en afspraken, en deze met moed en verbeeldingskracht vertalen naar investeringen in onze digitale toekomst, ook als dat betekent dat we bepaalde AI en onderliggende techinfrastructuur niet meer kunnen gebruiken. Daarbij kan worden voortgebouwd op een groeiende beweging van bedrijven en organisaties die al veel langer bezig zijn met duurzame digitale alternatieven.

Geef rechten aan bomen en rivieren, en zet in op Europese alternatieven waarin niet giga AI-fabrieken maar de meest zuinige en natuurinclusieve innovaties op het schild worden gehesen. Met de ontvouwende klimaatcatastrofe zou dat zomaar hét exportproduct van de toekomst kunnen worden.