Onuitroeibaar

Marcel van Roosmalen

De verkiezingscampagne is echt begonnen, erg prettig dat het CDA volkomen lijkt te zijn verdwenen. Misschien bestaan ze nog wel, maar het lukt ze in ieder geval bijna niet meer om mij te bereiken. Dat is voor het eerst. Saaie groene posters associeer ik inmiddels met D66. Nog even en het CDA kan in het rijtje Blauw-Wit, V&D, het KNIL en de PTT, ooit niet weg te denken, uiteindelijk niet meer dan een bananenschil in de geschiedenis.

Een minder prettige gedachte is dat CDA’ers nog steeds bestaan. De verschrikkelijke carrière-politici zijn inmiddels uitgevlogen naar andere partijen. Ik zag in Nieuwsuur de lijsttrekker van BBB Overijssel, boerin Carla Evers uit Hezingen, met een zuinig mondje de wetenschappelijke rapporten over stikstof in twijfel trekken. Het eigenbelang lag er duimendik bovenop: haar kippenfabriek ligt naast een natuurgebied. Verder geen nieuwe inzichten of ideeën, met haar op het pluche gaat er niets veranderen. Ze gaat vooral keihard knokken voor kippenboeren met bedrijven naast natuurgebieden, zich wentelend in het idee dat de bewoners van Overijssel dit zelf gewild hebben. Je stemt Caroline van der Plas, je krijgt het CDA.

De CDA’ers zijn gebleven. Ze reizen door in de lichamen van al die mensen die ‘iets willen doen’, maar niet per se behept zijn met de kwaliteiten om het land te veranderen, of om überhaupt ook maar de contouren van een idee uit te kunnen venten. Als het maar in een maatpak of een fatsoenlijke jurk past en dus betrouwbaarheid uitstraalt.

De verschrikkelijke carrière-politici zijn inmiddels uitgevlogen naar andere partijen

In een aflevering van De Hofkar, een programma waarin presentator Rutger Castricum als een kat speelt met op zichzelf gestelde politici, haalde hij met een busje Stefan Berlijn op, nummer 2 van JA21 in de provincie Utrecht. Die bleek niet in staat het eigen verkiezingsprogramma adequaat te verdedigen. Hij wilde graag keihard zijn tegen asielzoekers, maar ook aardig overkomen. Hij was zonder het te willen heel erg CDA.

Het echte CDA stort zich ondertussen, vijftien jaar te laat, op de werkende ouders met de slogan: Voor veel gezinnen is het altijd spitsuur. In een campagnefilmpje speelde een ouder met een kind, een prominent aanwezige tatoeage in de hals. Ik vrees dat dat een bewuste keus van de marketeers is, dat ze bij het CDA denken dat ze dan overkomen als een partij die met haar tijd meegaat. Dat is natuurlijk niet zo, maar onuitroeibaar zijn ze wel.

Marcel van Roosmalen schrijft op deze plek een wisselcolumn met Ellen Deckwitz.