Wat vindt NRC | Pragmatische reactie op Trumps handelsbeleid beloont zijn willekeur

Het ene moment kun je nog vol vertrouwen zijn dat een handelsakkoord binnen handbereik ligt. Het volgende moment heb je importheffingen van 30 procent in het vooruitzicht. Het overkwam (onder zeer vele anderen) de onderhandelaars die namens de Europese Unie in gesprek zijn met hun Amerikaanse collega’s. Vóór afgelopen weekend klonk Europa hoopvol: over een basisheffing van 10 procent, over uitzonderingen voor bepaalde sectoren, over het bouwen van op zijn minst een raamwerk voor 1 augustus, zodat er daarna verder onderhandeld kon worden. In het weekend verdampte die hoop: president Donald Trump kondigde aan dat Europa na 1 augustus een importheffing van 30 procent tegemoet kan zien.

Voor de tweede keer in drie maanden tijd stort Trump zo de wereldhandel in chaos. Eerder vorige week ging er al een stapel dreigbrieven de deur uit naar onder meer Zuid-Afrika, Brazilië, Canada, Mexico, Indonesië en een aantal Zuidoost-Aziatische landen. Allemaal zullen ze vanaf 1 augustus forse importheffingen moeten gaan betalen over hun export naar de VS. En allemaal waren ze in de veronderstelling dat ze in gesprek waren met de VS.

Het zou verbazing en afschuw moeten wekken dat een van de belangrijkste economieën ter wereld zo lichtzinnig omspringt met zijn belangrijkste handelspartners. Trump schuift met deadlines, verzint wederkerige heffingen en knoopt dossiers aan elkaar om handelspartners op de knieën te dwingen. Maar na ruim een half jaar Trump II is het moeilijk om nog enige opwinding te bespeuren over het volstrekt willekeurige en in potentie zeer schadelijke internationale beleid van de president. Overheden buigen deemoedig het hoofd, markten houden nog maar eens hun adem in, bedrijven zuchten bij een nieuwe periode van onzekerheid waarin investeringsbeslissingen uitgesteld moeten worden.

Dat kan niet het antwoord zijn op dit brute vertoon van macht. Hoe langer de wereld blijft meebewegen met Trumps fratsen, des te minder hij geneigd zal zijn het wapen van heffingen in de kast te laten. Tot nu toe wordt Trump daarbij geholpen door het uitblijven van echte economische schade: de beurzen blijven overeind, de inflatie in de VS loopt niet heel hard op en de miljarden aan invoerheffingen beginnen binnen te komen. Weliswaar ten koste van een deel van de export, maar per saldo valt het allemaal reuze mee.

Dat mag, juist voor handelsblokken als de Europese Unie die het internationaal recht hoog hebben zitten, geen vrijbrief zijn om het hoofd in de schoot te leggen. Enig pragmatisme is verdedigbaar en verstandig op de korte termijn, de belangen zijn te groot om van de een op de andere dag de banden door te snijden. Maar ergens moet de wereld een grens trekken om te voorkomen dat één man de naoorlogse internationale orde in een paar maanden tijd ontmantelt.

Makkelijk is dat niet: Trump heeft goed in de gaten dat zijn land nu nog een onmisbare schakel is in de internationale geopolitieke en geo-economische verhoudingen. Dat geeft hem vooralsnog zijn machtspositie. Maar er zijn omwegen te bedenken: de handel binnen de Europese Unie en de handel tussen de rest van de wereld minus de VS is vele malen groter dan die met de VS. Inzetten op akkoorden met andere partners is dus het devies. Uiteindelijk kan de wereld makkelijker zonder de VS, dan de VS zonder de wereld.