Ruslandkenner Howard Amos: ‘Onder Poetins opvolger kan het nog veel erger worden’

Een weeshuis in de provincie Pskov kiezen als pars pro toto voor heel Rusland. Je moet het maar durven. Toch deed historicus en journalist Howard Amos (Londen, 1986) het in zijn boek Rusland begint hier. En wat hij schrijft over het leven van de doorsnee Russen ten tijde van het Poetin-regime klinkt zowel aannemelijk als zorgelijk. Zeker waar het de oorlog tegen Oekraïne en het Westen betreft. Want volgens Amos staan veel Russen vierkant achter Poetin en zien zij het Westen als een grote bedreiging voor hun land.

Amos kent de Pskov-provincie goed sinds hij er in 2009 een zomer lang woonde. Daarna ging hij naar Moskou, als verslaggever voor The Moscow Times, waarvan hij tussen de zomer van 2022 en maart 2023 hoofdredacteur was.

De dag voordat ik hem spreek in Amsterdam, is hij in de Stopera naar Moessorgski’s Boris Godoenov geweest, een opera over de lijdzaamheid van het Russische volk en de machtswellust van de heerser.

Na het zien van die opera zou je bijna denken dat heel Rusland uit wezen bestaat, zo eenzaam is iedereen er. Heeft u daarom ook voor dat weeshuis gekozen?

„Nee, maar ik had nog nooit zoiets gezien. Dat weeshuis was een vervallen betonnen gebouw van twee verdiepingen vol lichamelijk en geestelijk gehandicapte kinderen. Het deed me denken aan een roman van Dickens en opende me de ogen voor het ware Rusland, ook omdat het zo dicht bij het moderne Sint-Petersburg ligt.”

Waarom stond het in zo’n afgelegen gebied?

„ In de Sovjet-Unie kozen ze daar opzettelijk voor, omdat ze gehandicapten uit het zicht wilden houden. Anderzijds wilde de overheid werkgelegenheid scheppen en verlaten streken van artsen, leraren en technici voorzien. Maar toen ik er in 2007 voor het eerst kwam, was er al twintig jaar geen geld meer. Het weeshuis was een verpauperde plek geworden. Terwijl sommige kinderen er helemaal niet hoefden te zitten – ze hadden gewoon nog familieleden die voor hen konden zorgen. Maar in Rusland is zoiets heel gewoon.”

Was dat altijd al zo?

„Het Russische wezensysteem dateert van na de revolutie. Onder het communisme gold de staat als de ideale voogd. Tegen jonge moeders die een gehandicapt kind kregen zeiden de artsen dat het beter af was in een weeshuis, waar het eten kreeg en het warm was. Ook werden wezen door tandartsen en kappers verzorgd. Daarom deden die ouders afstand van hun kinderen. Vanuit onze westerse cultuur bezien, is zoiets moeilijk te bevatten.”

De meeste Russen in uw boek zijn verstandige mensen. Maar zodra het over de oorlog gaat, herhalen ze Poetins narratief.

„De gedachte dat het slechts Poetins oorlog is en niet die van hen, is absurd. In mijn boek komt een fabrieksarbeider voor, die in Oekraïne gaat vechten omdat hij zijn gewone werk saai vindt en eraan wil ontsnappen. Hij heeft een leuke vrouw en twee kinderen, van wie een van zes maanden. Toch meldt hij zich aan bij het leger. Zo’n keuze heeft alles te maken met schaarste aan kansen, de armoede en gebrek aan cultuur.”

Fotograaf Dima Markov vertelt in uw boek dat in een oorlog alles overzichtelijk is; je leeft en gaat dood, je hebt goed en fout.

„In een oorlog hoef je geen ingewikkelde keuzes te maken. De aantrekkingskracht van die eenvoud speelt een grote rol bij veel van de mannen die in Oekraïne vechten. Daar komt bij dat die soldaten heel goed betaald krijgen en ineens geen geldzorgen meer hebben. Als ze sneuvelen, krijgt hun familie een enorme compensatie. In de regio Pskov is het gemiddelde salaris dat iemand in zijn leven verdient minder dan de bonus die hij krijgt als hij zich bij het leger aanmeldt en het bedrag dat zijn nabestaanden ontvangen als hij sneuvelt. Soldaten zijn dood letterlijk meer waard dan levend.”

Maar is het niet ook een mentaliteitskwestie? Zo van wat maakt het uit of je sneuvelt of niet?

„Ik houd niet zo van generalisaties als het over sterftecijfers gaat. Het is heus niet zo dat in Rusland alles van tevoren vastligt. Wel spelen specifieke historische, politieke, economische en sociale factoren een rol. Vooral de chaos van de jaren negentig mag je niet uitvlakken. Stel je maar voor: ineens verlies je al je spaargeld en is je salaris niets meer waard. Terwijl onder het communisme alles zo goed georganiseerd was. Iedereen was weliswaar arm, maar had wel een baan en een inkomen. En dan stort alles in. Waarom zou je dan nog met de dag van morgen bezig zijn? Alles wat nu in Rusland gebeurt, is daardoor te herleiden op die jaren. Ook de buitenlandse politiek.”

Komt daar dan het nostalgisch verlangen naar het Sovjet-imperium vandaan? Het is bijna alsof het land aan een nationaal minderwaardigheidscomplex leidt.

„Daar zit zeker een kern van waarheid in, zeker voor wat de Pskov-regio betreft. De eenheden van het Rode leger die in de DDR of andere Oost-Europese landen waren gestationeerd en daar een goed leventje hadden, werden na 1991 teruggetrokken naar plaatsen zoals Pskov, achter de nieuwe grens met de Baltische landen, die onafhankelijk waren geworden. Velen beschouwden dat als verraad, net zoals ze dat van de val van de Sovjet-Unie vonden. Het verlangen om weer een grootmacht te zijn, kun je ergens dus goed begrijpen.”

De Pskov-regio is behoorlijk verlaten, ook al ligt Sint-Petersburg om de hoek. Hoe kan dat?

„In de jaren twintig woonden er 1,8 miljoen mensen, een hoogtepunt. Maar nu zijn het er minder dan 600.000. Deels komt dat door de collectivisatie van de landbouw in de jaren twintig en de Tweede Wereldoorlog. Maar daarna ging die daling door. Het is niet moeilijk om er geheel verlaten dorpen te vinden. Als er al mensen wonen, dan zijn dat bejaarden. Die ontwikkeling zorgt ervoor dat de regionale overheid minder geld uit Moskou krijgt, dat scholen sluiten en openbaar vervoer verdwijnt. Zo gaat het in heel Rusland.”

Een lokale oppositiepoliticus die zich verzet tegen de oorlog is Lev Sjlosberg. Hij is voor die mening in elkaar geslagen en wordt overal tegengewerkt. Toch gaat hij door. Waarom?

„Soms vraagt iemand me of er nog hoop bestaat voor Rusland. Mijn antwoord luidt dan dat het vorstendom Moskou altijd al een autocratie is geweest, maar dat in de Middeleeuwen stadstaten als Pskov en Novgorod een democratische traditie hadden. De bevolking werd er met een grote klok gesommeerd naar de volksvergadering te komen om een nieuwe leider te kiezen. Toen Moskou de stad in 1241 veroverde, kwam daar een einde aan.

„Iemand als Sjlosberg voelt zich een erfgenaam van die democratische traditie en voelt zich daardoor onkwetsbaar. Hij houdt van zijn stad en weet als historicus alles van zijn geschiedenis. Inmiddels heeft hij compromissen moeten sluiten over zijn uitlatingen over de oorlog in Oekraïne. Maar je kunt in Rusland niet anders als je in het openbaar wilt functioneren.”

U behandelt ook een man die Duitse oorlogsgraven restaureert, maar uiteindelijk toch een felle patriot blijkt te zijn die zich tegen het Westen keert. Hoe kan zoiets samengaan?

„Ik meende aanvankelijk dat hij een Russische liberaal was, want hoe kun je anders werk doen voor de voormalige vijand? Maar het tegendeel bleek waar. Als hij jonger was geweest, had hij nu ongetwijfeld tegen Oekraïne gevochten.”

Is zo iemand dan gehersenspoeld?

„Ja. En juist dat kun je je niet voorstellen van iemand die zulke goede contacten met Duitsland heeft en in Duitse geschiedenis en de Tweede Wereldoorlog geïnteresseerd is. Pas toen hij kritiek uitte op de lhbti-beweging, die door het Westen aan Rusland zou worden opgedrongen, zag ik ineens zijn andere kant.”

Ook de priester Tichon is zo iemand. Volgens ingewijden die u aanhaalt heeft hij grote invloed op president Poetin.

„Vader Tichon heeft zich tijdens zijn priesteropleiding amper in religieuze teksten verdiept. Maar toen hij eenmaal carrière begon te maken, schold hij op alles wat niet-Russisch was. Twintig jaar geleden kon je uit zijn geschriften al zijn fanatieke nationalisme en imperialisme opmaken. Zo verklaarde hij dat de cijfers op barcodes signalen van de duivel zijn.”

Kun je in Rusland eigenlijk nog wel een normaal leven leiden?

„Je kunt kiezen voor de oppositie, maar dan raak je alles kwijt, of je doet mee omdat je carrière wilt maken en in een comfortabel appartement wilt wonen. Als je een enigszins normaal leven ambieert, kies je dus voor volgzaamheid.”

Zal Rusland veranderen als Poetin er niet meer is? Het is tenslotte niet uitgesloten dat er na zijn dood een vergelijkbaar iemand aan de macht komt.

„Sterker nog, onder zijn opvolger kan het nog veel erger worden. Een terugkeer naar een democratisch systeem wordt dan heel moeilijk. Hoewel je niet kunt zeggen dat het onmogelijk is. Vergeet niet dat democratie een langdurig proces is van opvoeding en cultuuromslag.”

In 2022 verlieten zo’n 600.000 Russen hun land. Ze konden zich dat veroorloven omdat ze genoeg geld hadden. Maar inmiddels zijn velen weer teruggekeerd. Hoe komt dat?

„De meesten vertrokken in de emotionele sfeer van die eerste oorlogsdagen. Maar eenmaal in het buitenland beseften ze dat het behoorlijk zwaar is om in ballingschap te leven. Daarom zijn ze veelal teruggekeerd. Ik ken behoorlijk wat Russen die vertrokken omdat ze bang waren dat hun land van het Westen afgesloten zou worden en ze niet meer over de consumptiegoederen zouden kunnen beschikken waaraan ze gewend waren. Ze gingen dus niet weg om politieke, maar om puur materiële redenen. De werkelijkheid zit soms banaler in elkaar dan je denkt.”


Lees ook

Howard Amos duikt in het hoofd van de gewone Rus op het platteland

Een militaire parade op het Rode Plein in Moskou op 9 mei dit jaar ter viering van de 80ste verjaardag van de overwinning op nazi-Duitsland. Foto EPA/Sergey Bobylev/GASTFOTOBUREAU RIA NOVOSTI