
De zaak
De zitting is maar net begonnen en de advocaat van de verdachte lijkt al geïrriteerd. Hij schudt zijn hoofd, fronst zijn wenkbrauwen. De officier van justitie heeft gezegd dat hij vlak voor de zitting nog iets heeft gewijzigd in de tenlastelegging. Daarin beschrijft de officier wat de verdachte volgens hem heeft gedaan, dat moet heel precies gebeuren. Maar daar was iets misgegaan. Het draait in de rechtbank van Haarlem om een fout van een luchtvaartmaatschappij, in de tenlastelegging leek het om een fout van reizigers te gaan.
Met die foutieve, zo blijkt nu, informatie in het achterhoofd heeft de advocaat zich voorbereid, zegt hij. De zaak is begonnen in 2023, dus dat die wijziging „nu pas” komt, vindt hij „wel erg laat”. De kantonrechter besluit dat de zaak door mag gaan. Ja, het is misschien laat, maar het mag, zegt ze. De advocaat schudt zijn hoofd nog eens.
De verdachte is dit keer dus een bedrijf: Air Canada, dat een „vreemdeling zonder geldig reisdocument” zou hebben vervoerd. Er is geen medewerker van de luchtvaartmaatschappij aanwezig. „Als je Air Canada vraagt te komen, moet je ook zorgen dat het keurig netjes in orde is”, zegt de advocaat, „en dat is niet het geval.” Hij doelt daarmee onder meer op de gewijzigde tenlastelegging, maar later blijkt dat hij vindt dat er meer slordig is verlopen.
De regels voor reisdocumenten zijn best ingewikkeld, erkent de officier van justitie
Drie keer heeft de luchtvaartmaatschappij iemand zonder alle geldige documenten naar Nederland laten reizen, zegt de officier van justitie. In één geval ging het om een achtjarige jongen die met zijn ouders meereisde en een paspoort had dat binnen drie maanden na de vlucht zou verlopen. Dat mag niet als je het Schengengebied inreist. En een reiziger uit India had een ongeldig visum bij zich, dat zou zes dagen na aankomst pas ingaan. Het derde geval ging om twee reizigers, eveneens uit India, die helemaal geen visum hadden. Medewerkers van de Koninklijke Marechaussee ontdekten bij de paspoortcontroles op Schiphol dat deze reizigers geen geldige reisdocumenten bij zich hadden.
„De vervoerder heeft niet voldaan aan de zorgplicht en daardoor zijn vreemdelingen Nederland binnengekomen”, zegt de officier. Het is belangrijk dat vervoerders goed controleren, stelt hij, „want we willen niet dat mensen onrechtmatig binnenkomen”. Ze kunnen dan bijvoorbeeld een asielaanvraag doen. „Met alle kosten van dien”, zegt de officier. „Sommigen zijn onuitzetbaar, wat zorgt voor proceskosten. Je mag vrij rondreizen binnen Europa, maar dan is het belangrijk om grenzen goed te controleren.”
Het gebeurt niet vaak dat Air Canada voor zo’n kwestie op het matje wordt geroepen, zegt de advocaat. En dat terwijl de maatschappij honderdduizenden mensen naar Nederland heeft vervoerd. Vorig jaar zelfs 130.000. Dit zijn de enige zaken die afgelopen jaren aan het licht kwamen waarbij slecht werd gecontroleerd, zegt de advocaat. „Daarmee staan de strengheid en striktheid van Air Canada vast.” Hij vindt dat bij twee van zijn cliënten – de achtjarige en die ene met het visum dat bijna zou ingaan – alles „conform de geest van de regels” is gegaan. „Verwijtbaarheid ontbreekt.” De advocaat vindt ook dat de gespreksverslagen van de marechaussee onzorgvuldig zijn, ze zijn niet in spreektaal opgeschreven en er wordt een verkeerde naam in genoemd.
Dat voor reisdocumenten „best ingewikkelde” regels bestaan, erkent de officier. Maar de Hoge Raad, de hoogste rechtsprekende instantie in Nederland, boog zich al eens over soortgelijke kwesties en concludeerde dat een vervoerder die regels nu eenmaal moet kennen en toepassen, stelt de officier. Hij verwijst naar een uitspraak van de Raad over een vergelijkbare zaak, waarbij het voor medewerkers belangrijker was om de vlucht te laten gaan dan om de documenten goed te controleren. Ook in dat geval vindt de Raad dat de luchtvaartmaatschappij haar „zorgplicht” heeft verzaakt.
De advocaat noemt de verslagen van de marechaussee onzorgvuldig: ze werden niet in spreektaal geschreven, en bevatten een verkeerde naam
De vraag is volgens de officier: wat is een „passende straf”? In dit soort situaties is het gebruikelijk dat het luchtvaartbedrijf een „transactievoorstel” krijgt. Het betaalt dan een soort boete aan het Openbaar Ministerie, waarmee de zaak buiten de rechter om wordt afgehandeld. Zo komt het niet tot een openbare zitting die het imago van de vervoerder kan aantasten.
Maar, zegt de advocaat, in deze zaken is dat voorstel niet aangeboden. „En dat is onjuist.”
Nu schudt de officier het hoofd: „Er zijn wel transacties uitgegaan”, zegt hij. Twee van 8.000 euro en één van 4.200. Het verzendadres lijkt te kloppen, maar wat er is misgegaan en bij wie de schuld ligt, dat weet niemand.
Het oordeel
Het gaat erom dat een reisdocument bij aankomst aan de eisen voldoet. De rechter houdt het daarom simpel: voor alle zaken krijgt Air Canada boetes. Voor het nog net niet geldige visum bedraagt die 4.200 euro, voor het ontbrekende visum 7.000 euro en voor het paspoort van de achtjarige 6.000 euro.
De luchtvaartmaatschappij mag in hoger beroep – de advocaat weet nog niet of dat gaat gebeuren. De rechter heeft bij de hoogte van de boetes rekening gehouden met het gedoe rondom de transactievoorstellen, die Air Canada naar eigen zeggen niet heeft ontvangen. De opgelegde boetes zijn lager dan de transactievoorstellen.
