Zwarte bladzijdes weggemoffeld in nieuwe kijk op de geschiedenis van Indonesië, vrezen critici

Hij beloofde Indonesië al een ‘gouden toekomst’ toen hij aantrad. Maar de regering van de Indonesische president Prabowo Subianto, oud-generaal en schoonzoon van autocraat Soeharto, wil ook het verleden hervormen, door dat in een „positiever licht” te zetten, aldus de Indonesische minister van Cultuur Fadli Zon.

De minister wil op 17 augustus bij de viering van tachtig jaar onafhankelijkheid een tiendelig boekwerk over de Indonesische geschiedenis presenteren. De serie moet het nationale bewustzijn aanwakkeren. In januari zijn ruim honderd historici aan het werk gezet om de gewenste geschiedenis in de boeken te krijgen.

Bij een deel van de historici gingen direct alarmbellen rinkelen. Ze vrezen dat misstanden uit het verleden zullen worden uitgewist en autocratische tijden verheerlijkt. Volgens de minister zijn zorgen niet nodig. Het wordt „een correcte versie,” lichtte Zon in mei in een interview met persbureau Reuters toe.

Zo vond hij de omschrijving ‘driehonderd jaar Nederlandse koloniale overheersing’ overdreven. Koloniale heersers waren immers niet continu en niet overal aan de macht. Het boekwerk zal meer nadruk leggen op het verzet, zoals de heldendaden van de Javaanse prins Diponegoro die vanaf 1825 een militaire campagne tegen het Nederlands-Indische regime leidde.

Zon, vertrouweling van Prabowo en prominent van diens partij Gerindra, steunt plannen om ook oud-president Soeharto uit te roepen tot nationale held. Zijn regime wordt beschouwd als een van de meest corrupte ter wereld. Volgens schattingen van de organisatie Transparency International had de familie in 1998 dertig miljard dollar verzameld. Tegenstemmen werden niet geduld. Media stonden onder zijn controle.

Eerste versie

Sinds recent een eerste versie naar buiten is gekomen, is de vrees dat het boekwerk een propaganda-instrument zal worden, toegenomen. Indonesische machthebbers willen het zwarte verleden witwassen, stelde mensenrechtenadvocaat Marzuki Darusman tijdens een actie van de Alliantie voor Transparantie van de Geschiedschrijving (AKSI).

Eind mei spraken leden van de gelegenheidsalliantie tijdens een parlementaire sessie hun zorgen uit over het boekproject. Zo worden vermoedelijke oorlogsmisdaden van Prabowo in Oost-Timor en zijn rol bij de moord en verdwijning van activisten tijdens de val van Soeharto in 1998 niet genoemd.

Ook wordt niet ingegaan op de vermoedelijke betrokkenheid van Safrie Sjamsoeddin, de huidige minister van Defensie. Daarbij blijft de nog altijd onverwerkte geschiedenis van de massamoorden van 1965-66 onbeschreven. In deze periode zijn tussen de vijfhonderdduizend en één miljoen Indonesiërs die van communistische sympathieën werden verdacht vermoord door lokale milities, geleid door militaire en islamitische leiders.

De moordpartijen vonden plaats na 30 september 1965. Op die dag werden zes generaals, verdacht van een coupcomplot, ontvoerd en vermoord. In de chaos die volgde nam generaal Soeharto de leiding, waarna hij 32 jaar aan de macht bleef. De couppoging werd toegeschreven aan de Indonesische Communistische Partij, destijds een van de grootste communistische bewegingen ter wereld. Nog altijd is de exacte toedracht van de gebeurtenissen, zoals de rol van de Amerikaanse CIA, niet opgehelderd.


Lees ook

Lees ook: De geschiedenis van Indonesië: tussen taboe en trauma

Soeharto in 1978

Minister Zon heeft al aangegeven dat betrokken historici van het boekwerk geen pogingen zullen doen om de ware toedracht te achterhalen. Volgens AKSI-lid en historicus Asvi Warman Adam is het tevens omineus dat de rol van president Soekarno, die in 1966 het veld moest ruimen voor Soeharto, weinig ruimte krijgt in het boekwerk. Ook ontbreekt vermelding van de vermaarde Bandung Conferentie uit 1955, waar Indonesië onder Soekarno’s leiding een belangrijke rol speelde in antikoloniale bewegingen op het wereldtoneel.

„Dit project is een herhaling van de Nieuwe Orde (zoals de dictatoriale periode van Soeharto wordt genoemd), toen geschiedschrijving in dienst stond van de verheerlijking van Soeharto en de verworvenheden van Soekarno werden geminimaliseerd,” zei Adam, terwijl hij samen met AKSI-leden een kritisch manifest aan de parlementariërs overdroeg. „Het boekwerk is een historische manipulatie. Een selectieve geschiedenis die wordt geschreven om het Nieuwe Orde-regime te bewieroken.” AKSI-voorzitter Darusman waarschuwde voor verder afglijden naar een dictatuur. „Een eenvormige staatsgeschiedschrijving is typisch iets van een totalitair regime. Dit project is een gevaarlijke stap in de richting van een autocratie.”

Verleden onderzoeken

Ook mensenrechtenorganisaties, waaronder Amnesty International, hekelen het project. „Een democratie moet haar verleden onderzoeken. Onrecht en onderdrukking erkennen. Als je dat verzuimt, dan is er geen rechtvaardigheid,” aldus Amnesty directeur Usman Hamid tijdens de presentatie van het manifest.

Een pijnpunt van het project is het verbloemen van de vervolging van de Chinees-Indonesische gemeenschap, waaronder een massaverkrachting van zeker tachtig vrouwen tijdens rellen in mei 1998 bij protesten tegen Soeharto. De verkrachtingen zijn in 2003 bevestigd door een officiële Indonesische onderzoekscommissie. Vermoedens dat de aanvallen op de Chinees-Indonesische gemeenschap werden aangewakkerd door elementen binnen het leger die anti-Chinese sentimenten koesterden en hun eigen rol wilden legitimeren, zijn nooit onderzocht.

In een podcast van het nieuwsmedium IDN Times trok minister Zon afgelopen week in twijfel dat er überhaupt verkrachtingen hadden plaatsgevonden. „Het zijn slechts geruchten,” stelde hij. „Nooit bewezen.”


Lees ook

Lees ook: Deze boeken tonen de lange schaduw van de oorlog in Indonesië

Nederlandse militaire colonne op de oostelijke helling van de Gunung Slamet op Midden-Java, Indonesië, 27 juli 1947.

Andere versies illegaal?

Bonnie Triyana, historicus en lid van oppositiepartij PDI-P, is bezorgd over de gevolgen op de lange termijn als het boekwerk als officiële versie van de geschiedenis zal worden gedoceerd. „Een officiële geschiedschrijving ontmoedigt kritisch denken,” licht hij toe aan de telefoon. „Andere historische interpretaties kunnen worden weggezet als illegaal.” En dan kan tegenspraak moed vergen.

Afgelopen week bleek dat sommige critici al te maken hebben met intimidatie. Activist Ita Fatia Nadia, die de verhalen van de verkrachtingsslachtoffers documenteert en in 1998 lid was van de officiële onderzoekscommissie, sprak minister Zon in verschillende media aan op zijn ontkenning. Donderdag berichtte The Jakarta Post dat de activist dreigtelefoontjes had ontvangen. „Precies zoals ik destijds dreigementen ontving. Het geeft aan dat dezelfde machten deze verkrachtingen in de doofpot willen stoppen.”


Lees ook

Lees ook: In deze Indonesische klassieker symboliseert een jonge vrouw de ware geschiedenis van het land

Traditionele Javaanse Wajang-poppen.