In de schaduw van een palmboom zitten twee jonge vrouwen te kletsen in een park in Saint-Denis, de hoofdstad van het Franse overzeese eiland Réunion. Ze kennen elkaar van de middelbare school, maar zien elkaar weinig: Daphne Gallone (18) volgt een studie in Marseille, Aïcha Djouma (18) woont nog op Réunion. Terwijl ze bijpraten brengt Gallone – bloemetjesjurk, neuspiercing – bedachtzaam henna aan op de handen van Djouma, die een lange witte jurk en een grijze hoofddoek draagt.
Gallone gaat binnenkort terug naar Marseille. Ze kijkt er niet naar uit: „Het verschil tussen Réunion en continentaal Frankrijk is zó groot. En métropole is iedereen met zichzelf bezig, hier zijn we aardiger voor elkaar.” Ook Djouma zal op termijn naar continentaal Frankrijk moeten om haar studie tandheelkunde af te maken. Ook haar beeld is niet erg positief. „Als gesluierde moslima is het hier beter leven. In continentaal Frankrijk twijfelen veel vrouwen of ze een hoofddoek kunnen dragen vanwege de vooroordelen. Hier is dat helemaal geen punt.”
Gallone en Djouma’s ervaringen passen in het door toeristenboekjes en Franse media vaak bevestigde beeld dat op Réunion een idyllisch soort vivre-ensemble bestaat: mensen van allerlei culturen en achtergronden zouden op het vulkanische eiland ten oosten van Madagaskar op harmonieuzere wijze samenleven dan elders in Frankrijk.
Dat verschillende culturen naast elkaar leven is een feit. Je vindt op het eiland hindoetempels, moskeeën en kerken, de 880.000 bewoners belijden negen religies. Vriendengroepen hebben opvallend vaak allerlei verschillende huidskleuren en achtergronden – ook Gallone en Djouma’s vriendengroep is mixé.
Migratiegeschiedenis
Deze melting pot is het resultaat van de migratiegeschiedenis van het oorspronkelijk onbevolkte Réunion, zegt socioloog en filmproducent Laurent Medea – een grote, kale man in donkergroene polo – op een terras in Saint-Denis. „De Fransen kwamen in de achttiende eeuw om koffie te verbouwen en brachten duizenden slaafgemaakte mensen van Madagascar en continentaal Afrika mee. Na de afschaffing van de slavernij in 1848 haalden de Fransen decennialang onderbetaalde arbeiders uit vooral India en China naar het eiland onder de noemer engagisme.”
Deze groepen brachten hun eigen culturen, gebruiken en religies mee. Hoewel vrijheid ontbrak, werden gewoonten bewaard omdat de groepen aanvankelijk veelal gescheiden leefden. „Maar iedereen bevond zich wel in dezelfde arme sociaal-economische klasse – behalve de meeste witte Fransen, die altijd economisch overwicht hebben gehad”, zegt Medea. Toen het engagisme in de jaren dertig werd afgeschaft, werden sociale huurwoningen gebouwd „waar iedereen samenkwam”. Het jaagde de créolisation aan, waarbij families gingen mixen en een eigen, alleen op Réunion bestaande cultuur ontstond.

De straten van Saint-Denis weerspiegelen de diversiteit van de bevolking.
Foto Romain Philippon
Je ziet het anno 2025: in veel families wordt niet (alleen) Frans of een Afrikaanse of Aziatische taal gesproken, maar Creools. Creoolse feesten als Fèt Kaf (voor de afschaffing van de slavernij) en vieringen uit oorsprongslanden worden samen gevierd. „Dan neemt iedereen traditionele instrumenten en kleding mee”, vertelt Gallone. Er zijn moskeeën waar tijdens de ramadan moslims en christenen samen het vasten breken, zegt Djouma. Op gezichten lopen Europese, Afrikaanse en Aziatische trekken door elkaar heen. Ook bij Medea, die voorouderen heeft uit China, India, Madagaskar en Jemen. Gallone en Djouma komen ook uit gemixte families: Gallone’s moeder komt van Madagascar, haar vader is Frans. Djouma’s ouders komen van Madagascar en de Comoren.
Lees ook
Lees ook: Het Franse eiland Mayotte ligt vier maanden na de verwoestende cycloon nog steeds in puin. ‘Frankrijk geeft geen zak om ons’
Geen taboe op religie
Doordat verschillende culturen en religies met elkaar opgroeien, zijn Réunionnais minder vatbaar voor een discours dat één bevolkingsgroep verdacht maakt, denkt Daniel Minienpoullé. Hij is voorzitter van GDIR, een instantie die overleg tussen religieuze gemeenschappen faciliteert – de hindoeïst ontvangt in een kantoortje naast een lichtgele kerk in hartje Saint-Denis. „In Europa worden moslims tegenwoordig vaak als homogene groep gezien. Dat maakt dat een hele groep wordt afgerekend als één moslim iets fout doet. Hier kennen we elkaar beter, waardoor we minder snel voor dat soort versimpelingen vallen.”
Het helpt volgens Minienpoullé dat er „geen taboe” is op hoe religie wordt beleden op Réunion. In continentaal Frankrijk worden de regels rondom laïcité (de scheiding van kerk en staat) steeds verder aangescherpt – vooral met betrekking tot moslims: zo gaan er momenteel stemmen op om de hoofddoek voor meisjes onder de 15 te verbieden.
Maar op Réunion gaat men meer ontspannen om met laïcité. „Op scholen wordt minder streng gecontroleerd of leerlingen hun hoofddoek afdoen. Moskeeën mogen hun gebedsoproep verspreiden. Ik heb wel eens een minister ontmoet terwijl ik een bindi op mijn voorhoofd had” – zaken die in continentaal Frankrijk uit den boze zouden zijn. Je moet pragmatisch zijn, zegt Minienpoullé: „We hebben negen religies op een klein eiland. Als mensen elkaar respecteren en zich aan de regels houden, hoeven religie en republiek niet op gespannen voet te staan.”
Sociale spanningen
Toch zijn er de laatste maanden sociale spanningen op Réunion, constateert zowel Minienpoullé als Medea. „De afgelopen jaren zijn duizenden bewoners van [het zeer arme, nabijgelegen eiland] Mayotte naar Réunion gekomen, zeker sinds cycloon Chido afgelopen december nog meer verwoesting aanbracht op het eiland. Het gaat vaak om jonge mensen die hier geen familie hebben, geen werk, niet zijn geïntegreerd in onze systemen”, zegt Medea. Met de komst van deze Mahorezen zijn problemen die op Mayotte veelvuldig aanwezig zijn, geïmporteerd naar Réunion. „We hebben met een aantal geweldsincidenten te maken gehad, er zijn meer problemen rondom drugs en prostitutie.”
Het heeft geleid tot een anti-Mahorees discours, zegt de socioloog. „Ik zie het in mijn professionele omgeving, in mijn familie, in mijn vriendengroepen, op sociale media, zelfs op de radio.” Ook Aïcha Djouma zegt dat ze „op sociale media overal haat ziet: Réunionnais die hier al generaties wonen zeggen dat ze niet willen dat deze mensen komen.” Ook twee jongens van in de twintig, een stel, horen om hen heen „hatelijke taal” over Mahorezen. „Ik snap niet zo goed waarom, ik heb vrienden die van Mayotte komen en vind het onterecht.”

Olivienne en haar zus Jocelyne Mironville (56), in het huis van Olivienne in Sainte-Suzanne
Foto Romain Philippon
Andere Réunionnais beginnen zelf over de problemen die de Mahorezen zouden veroorzaken. Zo vertelt de werkzoekende Jocelyne Mironville (56) op de bank bij haar zus en diens gehandicapte man in het Creoolse plaatsje Sainte-Suzanne dat ze geregeld onbeleefde Mahorezen treft. „Ze houden bij de bushalte het hele bankje bezet met hun tassen en kinderen, ze spugen op de grond of liggen op willekeurige plekken te slapen – dat vinden ze op Mayotte normaal. Als je er wat van zegt, zeggen ze dat je racistisch bent.”
Ook heeft ze gehoord over geweldsincidenten en algemene ‘gemeenheid’ door Mahorezen. „Ik wil niemand bekritiseren, zeker niet op basis van zijn of haar ras of religie want wij zijn opgevoed met het idee: ik respecteer jou als jij mij respecteert. Maar sommige Mahorezen zijn agressief tegen ons!”, zegt Mironville. Dat steeds meer eilandgenoten op radicaal-rechtse partijen als het Rassemblement Nationaal stemmen, begrijpen de zussen. „Maar ik zou daar nooit voor kiezen. Ik vertrouw als adventist op god.”
Socioloog Medea denkt dat een deel van de weerstand zit in het feit dat de Mahorezen simpelweg de laatste groep vormen die is aangekomen op Réunion en die hun tradities en gebruiken koestert. Sommige Mahoreze vrouwen zijn herkenbaar aan kleimaskers die bewoonsters van Mayotte vaak dragen, ook dragen ze anders dan Réunionnais vaker kleding die meer Afrikaans dan Europees aandoet. Medea: „en ze hebben een donkerdere huidskleur dan de gemiddelde Réunionnais. Dat leidt overal ter wereld tot racisme.”

Jocelyne Mironvolle (56): „Ik wil niemand bekritiseren, zeker niet op basis van zijn of haar ras of religie. Maar sommige Mahorezen zijn agressief tegen ons!”
Foto Romain Philippon
Lees ook
Lees ook: Op Réunion worden de lampen gedoofd om jonge zeevogels een kans te geven
De zoreilles
Maar volgens Medea zit de kern van het probleem meer in de toegenomen ongelijkheid op Réunion. En dat is vooral het gevolg van de komst van een andere groep: hoogopgeleide Fransen van het continent. „Sinds twintig jaar is het fiscaal aantrekkelijker geworden om op Réunion te komen werken en zijn zoreilles [een creoolse term voor witte mensen] in groten getale naar het eiland gekomen” – ook aangetrokken door het langzamere levensritme, de waanzinnige zonsondergangen en de overweldigende natuur. „Zij namen hun gemiddeld hogere salarissen mee waarmee ze de prijzen, vooral van woningen, opstuwden.” Hier kwam de afgelopen jaren de landsbrede inflatie bovenop.
Sommige Réunionnais hebben inmiddels het gevoel dat ze worden weggedrukt door de zoreilles. Zo vertelt een Creoolse man dat hij het huis waar hij jaren woonde verliet vanwege conflicten met zijn nieuwe buurman, die onder meer klaagde over het geblaf van zijn hond – het kwam tot een rechtszaak en het dier moest weg. Een wit stel deelt dat toen hun zoon voor het eerst naar school ging op Réunion, klasgenoten verzuchtten dat er „wéér een zoreille” in de klas kwam. Een creoolse vrouw van in de twintig zegt dat ze vroeger in haar dorp iedereen kende, maar er nu „bijna alleen maar witte mensen wonen”.


De melting pot is het resultaat van de migratiegeschiedenis van het oorspronkelijk onbevolkte Réunion.
Foto’s Romain Philippon
Hierbij speelt mee dat veel Fransen van het continent afgezonderd leven. „Ze wonen in witte, bourgeois wijken, sommigen spreken na jaren nog steeds geen creools”, zegt Minienpoullé. Je ziet het in kustplaatsen als het met villa’s, zwembaden en toprestaurants gevulde Saint-Gilles, waar soms in de wijde omgeving geen persoon van kleur te vinden is – in tegenstelling tot de rest van het eiland. Witte Fransen zijn ook oververtegenwoordigd in hoge functies bij bedrijven en de universiteit. Medea: „Ik had laatst een vergadering met ceo’s van Réunion, en ik was de enige zwarte persoon in de ruimte.”
Socioloog Medea vermoedt dat de gestegen prijzen en toegenomen ongelijkheid maakt dat Réunionnais zich harder verzetten tegen de Mahorezen. „Er is een creoolse uitspraak: de haai eet de grote vis, de grote vis eet de kleine vis, en de kleine vis eet het plankton. De Fransen van het continent leven hier op een extreem comfortabele manier en Réunionnais voelen zich verworpen. Dus ze gaan hetzelfde doen met de groep die lager in de pikorde staat: de Mahorezen, die niets hebben.”
Alles beter dan la métropole
De vraag is nu hoe dit verder gaat. Medea sluit niet uit dat er „confrontaties” kunnen komen op het eiland dat zo geroemd wordt om zijn vivre-ensemble. Ook Minienpoullé zegt „dat het kan zijn dat er een druppel komt die de emmer doet overlopen”. Maar hij is optimistischer. „We hebben het gevoel dat we in een snelkookpan zitten die kan ontploffen. Maar we kunnen ook met elkaar in dialoog gaan, de problemen aanpakken en de stoom uit de pan laten.”
De GDIR speelt hierbij een rol. „Ook hiervoor hadden we natuurlijk wel eens spanningen tussen culturele of geloofsgroepen. Dan klaagden mensen bijvoorbeeld dat een kerkklok te hard luidde, of was iemand niet blij dat zijn buurman een rituele slachting uitvoerde. In zo’n geval komen wij tussenbeide en gaan we in gesprek, vaak samen met oudere leden van de geloofsgroepen in kwestie, om weer tot elkaar te komen. We zijn een jong volk dus zo gek is het niet dat we af en toe plooien moeten gladstrijken.”
Toegenomen spanningen of niet, de meeste Réunionnais denken er niet aan hun eiland te verlaten. Mironville kan zich niet voorstellen dat ze ergens anders zou wonen. Haar zus is wel eens in continentaal Frankrijk geweest, maar „het was zó koud, daar zou ik nooit kunnen leven”. Daphne Gallone en Aïcha Djouma willen meteen na hun studie terug naar Réunion, om hier aan het werk te gaan. Djouma: „Ik zie de spanningen en de haat vooral op sociale media, in het echte leven ken ik niemand die zo praat. Misschien moeten we gewoon wat minder op onze schermen zitten.”

Daphe Gallone in het park in Saint-Denis. „Het verschil tussen Réunion en continentaal Frankrijk is zó groot. Hier zijn we aardiger voor elkaar.”
Foto Romain Philippon
Lees ook
Lees ook: Hoe petite Jérusalem relatief gevrijwaard van antisemitisme blijft
