Israëlische raketten zijn in de nacht van dinsdag op woensdag weer afgevuurd op de Iraanse hoofdstad Teheran. De aanvallen werden volgens het leger van Israël uitgevoerd „met meer dan 50 gevechtsvliegtuigen” op doelen die verbonden zijn aan de Iraanse Revolutionaire Garde.
Het Israëlische leger zegt fabrieken voor uraniumcentrifuges en wapenfabrieken te hebben geraakt in Teheran. Dat melden internationale persbureaus. Het leger specificeert niet de precieze locatie van die fabriek. Centrifuges zijn machines die uranium verrijken, die gebruikt kunnen worden voor de productie van brandstof voor energiecentrales, maar ook voor kernwapens.
Dodental
In Iran vluchten steeds meer burgers door de aanvallen vanuit Israël, die nu al zes dagen duren. Het is niet bekend of, en hoeveel slachtoffers er zijn gevallen in Iran bij de laatste aanvallen vanuit Israël. Volgens een schatting van de in de Verenigde Staten gevestigde mensenrechtenorganisatie Human Rights Activists, die al langer dodentallen bijhoudt in Iran na de grootschalige protesten in 2022, zijn er in de afgelopen week veel meer doden gevallen dan tot nu toe bekend is.
Volgens de organisatie zijn minstens 585 mensen in Iran gedood en 1.326 gewond geraakt. Dat is meer dan het dubbele van wat de autoriteiten van Iran hebben gemeld: de laatste update van afgelopen maandag noemde 224 doden en 1.277 gewonden. De autoriteiten van Iran hebben sinds het begin van de aanvallen geen regelmatige dodentallen gepubliceerd en hebben in het verleden het aantal slachtoffers vaker geminimaliseerd.
In Israël klonk afgelopen nacht ook het luchtalarm, maar het is niet bekend of er Iraanse raketten zijn neergekomen. Er zijn geen meldingen gemaakt van slachtoffers in Israël.
Nederland heeft voor het eerst een Europese teammedaille gewonnen in het schermen. De Nederlandse degenschermers zijn woensdag tweede geworden op de Europese Kampioenschappen in de Italiaanse stad Genua. Bij eerdere edities van het EK schermen behaalde Nederland drie keer een podiumplek, het ging telkens om een medaille op een individueel onderdeel.
Bij een teamwedstrijd in het degenschermen nemen drie schermers van twee landen het in partijen van drie minuten tegen elkaar op. De score loopt gedurende de duels op. Na negen partijen is er een eindscore.
De prestatie van het Nederlandse team, dat bestaat uit de broers Tristan en Rafaël Tulen, David van Nunen en Konrad Veenenbos, is opmerkelijk. Het team begon woensdag, de dag waarop alle wedstrijden in de landenwedstrijd op het onderdeel degen plaatsvinden, met een overwinning op Polen. Daarop volgde een verrassende overwinning op olympisch kampioen Hongarije in de kwartfinale.
In de halve finale tegen Duitsland viel Rafaël Tulen geblesseerd uit. Reserve Konrad Veenenbos viel sterk in, hij wist Nederland op voorsprong te brengen en die voorsprong in een later duel verder uit te bouwen.
In de finale bleek een stunt tegen regerend Europees kampioen Frankrijk te hoog gegrepen. Nederland kwam al snel op grote achterstand. Ondanks een knappe overwinning van een aanvallend spelende Tristan Tulen op een van de Fransen wist Nederland de schade niet meer te herstellen.
Beperkte middelen
Schermen is in Nederland, in tegenstelling tot in bijvoorbeeld Frankrijk of Italië, een kleine en daarmee kwetsbare sport. Zo zit de schermbond al jaren zonder bondscoach. Dat het schermteam de trainingsfaciliteiten voor Nederlandse topsporters op sportcomplex Papendal mag gebruiken, is te danken aan Tristan Tulen. De olympiër is de leider van het Nederlandse team. Hij behaalde in 2022 de zogenoemde A-status van NOC-NSF. Die gaf hem toegang tot een topsportvergoeding en een trainingsplek met zijn teamgenoten op Papendal.
Afgelopen najaar verloor Tulen zijn A-status, na een teleurstellend verlopen olympisch toernooi in Parijs. Hij dacht zelfs even aan stoppen, zei hij in gesprek met het lokale sportmedium Arnhem Sports. Vanwege het wegvallen van de financiering heeft hij zijn baan als fysiotherapeut weer opgepakt. Zijn eigen trainer kan hij niet meer betalen. Wel mag hij, met het team, nog trainen op Papendal.
Of de Nederlandse schermers door deze prestatie de A-status terugverdienen moet nog blijken. Voor die status is volgens de richtlijnen van NOC-NSF „een mondiale top 8-prestatie” nodig op een toernooi dat wat betreft „deelnemersveld en geleverde competitie gelijk is aan een WK”. Volgende maand vinden de wereldkampioenschappen schermen plaats in Georgië.
Lees ook
Op eigen kracht naar de wereldtop – alle vrije uurtjes opofferen voor een olympische droom in Parijs
Nederland sluit zich aan bij een rijtje landen dat sancties wil opleggen aan twee extreem-rechtse ministers uit het Israëlische oorlogskabinet. Eerder hebben het Verenigd Koninkrijk, Australië, Canada, Noorwegen en Nieuw-Zeeland sancties getroffen tegen de Israëlische ministers Ben-Gvir en Bezalel Smotrich. Binnen de Europesie Unie maakte Zweden al aanstalten om de landen te volgen; Nederland steunt nu die Zweedse inzet, zo heeft demissionair minister Caspar Veldkamp (Buitenlandse Zaken, NSC) woensdag laten weten in een Kamerbrief.
De Israëlische ministers kunnen door de opgelegde sancties niet langer naar het VK, Australië, Canada, Noorwegen en Nieuw-Zeeland reizen. Ook hun banktegoeden zijn in deze landen bevroren. De sancties zijn door bovengenoemde landen opgelegd omdat ze Gvir (veiligheidsminister) en Smotrich (minister van Financiën) beschuldigen van mensenrechtenschendingen op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever. Daarnaast zijn ze volgens de landen schuldig aan het aanzetten tot „extremistisch geweld”.
Zweden heeft een hoge vertegenwoordiger binnen de EU laten onderzoeken of de sancties ook in Europees verband mogelijk zijn. Veldkamp steunt dat initiatief, omdat „de ministers geweld door Joodse kolonisten tegen de Palestijnse bevolking hebben aangewakkerd”.
Daarnaast bepleit het Israëlische duo „voortdurend de uitbreiding van illegale nederzettingen” op de bezette Westelijke Jordaanoever. Ook hebben Smotrich en Gvir opgeroepen tot etnische zuivering van de Gazastrook, schrijft Veldkamp in de Kamerbrief. Woensdagavond debatteert de Kamer met demissionair premier Dick Schoof in aanloop naar een Europese top eind juni, waar de sancties ook ter sprake zullen komen.
Lees ook
Geduld kabinet raakt op: EU moet onderzoeken of Israël te ver gaat in Gaza
Schending humanitair recht
Door het onderzoek naar Europese sancties te steunen, reageert het demissionaire kabinet op een aantal moties vanuit de oppositie om de diplomatieke druk richting Israël op te voeren. Hoewel Veldkamp woensdag met het steunen van het onderzoek een relatief kleine stap zet, toont hij daarmee wel opnieuw dat de Nederlandse opstelling richting Israël langzaam verschuift.
Vorige maand nam Nederland het initiatief in Brussel om te pleiten voor een onderzoek naar mogelijke Israëlische schending van de voorwaarden van het associatieverdrag met de EU. Volgens Veldkamp is al sprake van zo’n schending. Doordat het land de grens naar Gaza opnieuw heeft afgesloten, waardoor de Palestijnse bevolking verstoken blijft van voedsel, brandstof en medicijnen, negeert Israël het humanitaire recht. Niet eerder nam Nederland zo duidelijk stelling tegen Israël – en dat terwijl de meest Israëlgezinde partij van het kabinet, de PVV, toen nog deelnam aan de coalitie.
In de brief schrijft Veldkamp woensdag dat Nederland Israël zal blijven oproepen om „onmiddellijk, onvoorwaardelijk en ongehinderd humanitaire hulp toe te laten tot de gehele Gazastrook”. Hij uit eveneens kritiek op de controversiële Gaza Humanitarian Foundation, een Israëlisch-Amerikaanse onderneming die een chaotische en daardoor een zeer dodelijke voedselhulpdistributie heeft gefaciliteerd. Volgens de minister moet de noodhulpverdeling in Gaza voortaan via de Verenigde Naties en het Rode Kruis lopen.
Afgelopen zondag demonstreerden, volgens de organisatoren, nog ruim 150.000 Nederlanders in Den Haag tegen het kabinetsbeleid omtrent Gaza. Met het Rode Lijn-protest willen zij dat „de Nederlandse medeplichtigheid aan Israëls oorlogsmisdaden stopt”.
Lees ook
Aantallen, daar draait het om op de tweede Rode Lijn-demonstratie. ‘Dan kan de regering niet denken: dat zijn allemaal verwarde lui’
De Amerikaanse staat Tennessee discrimineert niet als ze medische zorg aan minderjarige trans personen inperkt of verbiedt. De wet die zo’n verbod regelt, is niet in strijd met de grondwet van de Verenigde Staten. Dat heeft het Hooggerechtshof woensdag geoordeeld in een zaak die was aangespannen door jonge trans personen en hun families uit Tennessee. Zij eisen toegang tot medicatie, zoals puberteitsremmers en hormonen.
In het Hooggerechtshof zetelen zes conservatieve en drie progressieve rechters. De conservatieve meerderheid vindt de wet in lijn met de Amerikaanse grondwet, die gelijke behandeling zou moeten waarborgen. De progressieve rechters stemden tegen.
De conservatieve opperrechter John Roberts stond in het arrest stil bij de „felle wetenschappelijke en beleidsdebatten over de veiligheid, werkzaamheid en geschiktheid van medische behandelingen in een zich ontwikkelend vakgebied”. Volgens hem is het aan „het volk, hun gekozen vertegenwoordigers en het democratische proces” om daar keuzes in te maken, zoals Tennessee heeft gedaan.
Een van de progressieve rechters stelde dat het Hof trans personen en hun families met het besluit „over aan politieke grillen” laat.
Discriminerende maatregelen
Het arrest komt niet onverwacht. Zo is het deze maand drie jaar geleden dat het Hof besloot dat het aan de vijftig individuele Amerikaanse staten is om te bepalen of en wanneer abortus legaal is. Bovendien is de uitspraak een opsteker voor president Donald Trump, die van het verbod op zorg voor trans personen landelijk beleid wil maken.
Trump voerde afgelopen tijd allerlei discriminatoir beleid in tegen transgender personen. Zo heeft hij deze groep verwijderd uit de krijgsmacht en worden in een jongenslichaam geboren personen geweerd uit sporten voor meisjes. Ook wil Trump dat een Amerikaans paspoort alleen het geboortegeslacht van de betreffende persoon weergeeft. Deze maatregelen zullen waarschijnlijk later voor het Hooggerechtshof worden uitgevochten. Het Hof oordeelde vijf jaar geleden dat trans personen niet gediscrimineerd mogen worden op de arbeidsmarkt en de werkvloer.
Naast operaties en moeilijk omkeerbare hormoonbehandelingen verbiedt de wet in Tennessee ook pubertijdsremmers. Die geven jongeren meer tijd om een definitieve keuze te maken over hun genderidentiteit zonder dat hun lichaam verdere geslachtskenmerken ontwikkelt. Naast Tennessee ligt in een twintigtal andere staten vergelijkbare wetgeving klaar. Met dit oordeel kan ook Trumps presidentiële decreet dat transzorg aan mensen tot en met achttien jaar verbiedt in werking treden.
Liveblog Amerikaanse politiek
Hooggerechtshof VS: verbod op zorg aan minderjarige trans personen is geen discriminatie