Ny Anstalt heeft „meer weg van een luxueus skioord dan van een gevangenis”, schreef CNN in 2018 toen de eerste gevangenis van Groenland werd gebouwd. Dat was een nieuw fenomeen op het grootste eiland ter wereld; het land stond bekend als een plek waar geen gevangenissen waren, maar criminelen opgevangen werden in open instituties. Zware criminelen werden naar Denemarken gestuurd om daar hun straf uit te zitten.
Enkele jaren geleden werd besloten dat Groenland daarmee zou ophouden: criminelen ruim vierduizend kilometer verderop plaatsen in een andere cultuur, waardoor bezoek ingewikkeld werd en met mede-gevangenen en bewakers die hun taal niet spraken, leek een extra straf. Groenland detineert vanaf 2019 dus zijn eigen zware criminelen. Hoe pakt het nieuwe systeem uit, met bewakers zonder ervaring?
Dit jaar deed voor het eerst de European Committee for the Prevention of Torture and Inhuman or Degrading Treatment or Punishment begin januari onderzoek naar hoe het er in Groenland aan toe ging. Goed, zo bleek uit een rapport van het comité, een orgaan van de Europese Raad, van vorige week. Er waren wat kleine incidenten geweest, maar de sfeer werd in grote lijnen als ontspannen omschreven.
Een gedetineerde en een bewaker maken samen avondeten in de gevangenis van Nuuk, op beeld uit 2020. Foto Olivier Laban-Mattei/MYOP
„Het is inderdaad een vrij vriendelijk regime”, vertelt jurist Jannik Isidor in het kantoor van advocatenkantoor Arctic Law Greenland, net buiten het centrum van de hoofdstad Nuuk. Maar zo mooi als de gevangenis wordt afgeschilderd in de Netflix-documentaire The World’s Toughest Prison – waar oud gedetineerde Raphael Rowe meedraait in gevangenissen over de hele wereld – is het niet.
In die documentaire wordt de gevangenis gepresenteerd als één grote kantine waar iedereen de hele dag koffiedrinkt in een gezelschapsruimte met spelletjes en een grote tv, waar bewakers op een pleintje samen met gevangenen een sigaret opsteken en de gedetineerden overdag naar hun werk gaan of gaan vissen, om ’s avonds gezamenlijk te koken en een filmpje te kijken, voor ze gaan slapen in een cel. Ze worden nog net niet ingestopt.
https://www.youtube.com/watch?v=n3pTFNPHqq4
Wie langsrijdt om de buitenkant van de gevangenis te bekijken – naar binnen mag niet omdat er niet genoeg personeel is om pers te ontvangen – ziet een schitterend gebouw met veel glas aan een fjord liggen, op nog geen kwartier rijden van het oude centrum van Nuuk. Het ontwerp is van de Deense architectenbureaus Friis & Moltke en Schmidt Hammer Lassen, die een dorp in het klein wilden ontwerpen, zoals meer Scandinavische gevangenissen dat hebben. Het idee erachter is niet dat de gevangenen gepest worden met een mooi uitzicht op fjorden en ijsbergen, maar dat een humaan systeem reïntegratie in de samenleving makkelijker maakt.
De nieuwe gevangenis bestaat uit verschillende delen, waaronder een gesloten afdeling voor zware criminelen. Van de 76 cellen zijn er veertig op die gesloten afdeling geplaatst. De andere afdelingen zijn ‘open’, gedetineerden die hier verblijven mogen overdag naar hun werk om ’s avonds weer hun cel in te gaan.
Wachtlijst
In 1953 besloten de Deense autoriteiten dat Groenland geen afgesloten gevangenissen nodig had. Opvang in open instituties werd afdoende geacht omdat het rechtssysteem er anders werkt dan in Denemarken. Het Groenlandse wetboek van strafrecht, dat in 1954 werd opgesteld, ging uit van de rehabilitatiebehoeften van de dader en de bescherming van de samenleving.
„In Groenland doen we niet aan straffen, we leggen sancties op”, legt advocaat Isidor uit. „Dat komt voort uit die Groenlandse wet die gericht is op kleine gemeenschappen. Als iemand een misdaad pleegt en schuldig wordt bevonden, dan is het belangrijk dat diegene contact houdt met de samenleving. Hij kan dan overdag bijvoorbeeld zijn beroep blijven uitoefenen, en ’s avonds terugkeren naar het instituut of de gevangenis. Dat idee komt voort uit het verleden, toen in elk dorp iedereen onmisbaar was, en om te overleven iedereen nodig was.”
Een gedetineerde in het ‘open’ gedeelte van de gevangenis van Nuuk ruimt sneeuw, op een foto uit 2020. Foto Olivier Laban-Mattei/MYOP
Het Europese comité constateerde dat het onwenselijk was dat er in Ny Anstalt 83 gevangenen zaten in plaats van de 76 waarvoor de gevangenis is ingericht. Hoewel enkele gevangenen bij elkaar in de cel waren geplaatst, is er een wachtlijst.
De criminaliteitscijfers in Groenland zijn hoog: er zijn meer dan 270 gevangenen op elke 100.000 inwoners (waarbij opgemerkt moet worden dat Groenland nog geen 57.000 inwoners heeft). Op IJsland zijn bijvoorbeeld nog geen 45 gevangenen op de 100.000 inwoners (met een bevolking van bijna 400.000). Over de oorzaak wil Isidor niet speculeren, maar hij sluit zich aan bij rapporten die wijzen op overmatig drankgebruik en meer armoede dan in de Scandinavische landen.
Dat de overgang van een sanctiesysteem naar een systeem van straffen nog niet helemaal soepel loopt, komt volgens Isidor ook omdat het rechtssysteem verstopt is. „Veel zaken gaan via een districtsrechtbank waar nog niet alle rechters zijn opgeleid. Soms is er niet eens een aanklager, en is het de politieagent die iemand heeft opgepakt die de zaak oppakt. Optreden als advocaat is vaak een bijbaantje.” De wachtlijst baart hem wel zorgen: „Nergens ter wereld wil men dat een zware crimineel door de stad loopt, dat is hier niet anders.”
Het lijkt alsof hij wakker schrikt, zodra de handen van wisselspeler Davide Fratesi zachtjes op zijn schouders landen. Denzel Dumfries staat op de middenlijn, een paar meter van de spelerstunnel, en heft aarzelend het hoofd. Versteend leek de verdediger van Inter, ruim een minuut lang, hier in de broeierige Allianz Arena in München. De armen in de zij, het hoofd gebogen, de blik op oneindig.
Hij had gehoopt dat het ditmaal wél zijn avond zou worden, na de krappe nederlaag van twee jaar geleden. Maar de tweede Champions League-finale in zijn loopbaan eindigde zaterdagavond op de slechtst denkbare wijze. Tegenstander Paris Saint-Germain was ongrijpbaar, dodelijk efficiënt. Op de borden boven het veld staat een uitslag die Dumfries liever niet ziet: 5-0, de grootste nederlaag ooit in een finale van dit toernooi.
Terwijl aan de overzijde van het veld de ploeg van trainer Luis Enrique de prijs viert waar de steenrijke Qatarese eigenaren van PSG al meer dan tien jaar van dromen, sjokt Dumfries traag naar het Italiaanse publiek. Voor een inmiddels halflege tribune geeft de Nederlander drie teamgenoten een bemoedigend tikje op de arm. Dan zakt hij door de knieën, het hoofd omlaag, een hand onder de kin. Lang blijft hij zo zitten.
Hij en zijn teamgenoten waren als onderliggende partij aan de finale begonnen, tegen een energiek en moeilijk af te stoppen PSG. Maar dat waren ze dit seizoen al zo vaak geweest. Wie had verwacht dat Inter in de halve finales zou winnen van de supertalenten van FC Barcelona met hun vlotte positiespel? En toch was het gelukt, voor een belangrijk deel dankzij Dumfries, die met twee goals en drie assists het tweeluik kleurde.
Een „idool” is hij voor de Milanese fans, vertelde sportjournalist Filippo Conticello van La Gazzetta dello Sport in aanloop naar wedstrijd. Na een moeizame start, bijna vier jaar geleden, had Dumfries (29) zich bij Inter stormachtig ontwikkeld. In het elftal van trainer Simone Inzaghi wordt hij beschouwd als „een van de belangrijkste wapens”. Met zijn bezieling gaat hij vaak voorop in de strijd.
Tegen PSG mikt Inter weer op de dreiging van Dumfries, de rechter vleugelspeler op een vijfmans middenveld. Vaak staat hij gevaarlijk hoog op het veld. Alleen onder druk zakt hij mee in, om de snelle buitenspeler Chvitsja Kvaratschelia te dekken. Maar zodra Inter de bal onderschept, zoekt Dumfries meteen de ruimte. Maar anders dan tegen Barcelona komt de gehoopte dieptepass zaterdagavond zelden.
‘Harde voeten’
Twee jaar geleden stond hij hier ook, in de finale van het grootste clubtoernooi op aarde. Ze verloren nipt met 1-0, tegen een superieur geacht Manchester City. Hoe Dumfries die avond verwerkte? „Volgens mij is hij meteen daarna op vakantie gegaan”, zegt Daniel Esajas, een van zijn betere vrienden. „Hij is in dat soort dingen vrij relaxed.” Een ander zou misschien denken: wat als die kans nooit meer komt? Maar bij Dumfries werkt het omgekeerd, zegt Esajas. „In zijn hoofd is het: ik ga zórgen dat die kans nog een keer komt.”
Dat onwrikbare vertrouwen had hij als tiener al, zag Esajas, die Dumfries leerde kennen bij amateurclub BVV Barendrecht. In die tijd zag geen scout nog iets in de verdediger, maar zelf twijfelde hij er geen moment aan dat hij wereldtop zou halen. Over de route die doorliep, is veel geschreven: van Sparta, naar sc Heerenveen, naar PSV, naar Internazionale. „En overal zeiden mensen: dit is wel echt zijn max”, aldus Esajas.
Misschien dat het komt door zijn „harde voeten”. Dumfries begon er zelf over, bijna zeven jaar geleden, in zijn eerste seizoen bij PSV. Fysiek blonk hij uit, alleen technisch kon het allemaal nog wel wat verzorgder, oordeelde hij voor de camera’s. Zijn passing was soms onnauwkeurig, hij was niet altijd even balvast. Of zoals de verdediger het zelf samenvatte: „Het ziet er soms wat lomp uit.”
Eindeloos trainde hij voor zichzelf om zijn voeten ‘zachter’ te maken, zag Esajas. Vele honderden uren extra arbeid waarvan de buitenwereld nooit iets zag. Dribbelen, aannemen en kaatsen, ook met tennisballen, voor een betere balbeheersing. Toch blijft dat imago hem achtervolgen, merkt Esajas, vooral in Nederland. Alsof de buitenwereld telkens weer verrast is hoe beslissend Dumfries kan zijn.
De verdediger zelf trekt zich er niets van aan, weet zijn vriend. Voor Dumfries is twijfel vooral een drijfveer: hij gaat er nog harder van werken om het ongelijk van anderen te bewijzen. Dat doet hij met een inmiddels omvangrijk team van specialisten die hem helpen nog nét iets beter te worden. Waaronder een mental coach, een personal trainer op het gebied van positionering en een coach die hem lichtvoetiger en wendbaarder maakt: oud-atleet Errol Esajas, de oom van Daniel.
De effecten daarvan zijn niet te missen, zegt journalist Conticello, de laatste jaren clubvolger van Inter bij La Gazzetta. Sinds de verloren finale van 2023 is Dumfries volgens hem nóg beter geworden, nog beslissender in het team. „Hij maakte dit seizoen elf doelpunten. Dat is heel ongewoon voor iemand op zijn positie.”
Ruimte benutten
Een van die verbeteringen is hoezeer Dumfries erin slaagt de ruimte te vinden om een actie te maken en zijn snelheid te benutten. Want het leek misschien alsof Barcelona de vleugelspeler van Inter grote delen van de halve finale ongedekt liet, maar dat was vooral de verdienste van Dumfries zelf, zegt Patrick Woerst, de trainer die hem helpt met het verbeteren van zijn positionering en observatievermogen.
Ook in de finale tegen PSG is dat te zien, weliswaar niet zo vaak als in eerdere duels. Een voorbeeld is de actie na 36 minuten, als centrumverdediger Benjamin Pavard de bal heeft en Dumfries aan de rechterkant uitzakt om zich aan te bieden. Voorheen zou hij in zulke gevallen met zijn lichaam naar het eigen doel zijn gerend, zegt Woerst. Maar zo’n „gesloten houding” maakt spelers kwetsbaar: ze weten niet waar hun tegenstander is, kunnen niet zien waar de ruimte ligt en ze hebben meer tijd nodig om zich open te draaien.
De afgelopen jaren heeft Dumfries daarom veel getraind om „open” te kunnen staan, zegt Woerst. Als hij zich nu aanbiedt, is zijn bovenlichaam al half naar het doel van de tegenstander gedraaid. Dumfries maakt daarbij gebruik van een dribbelpasje, waarbij hij zijwaarts loopt, de benen elkaar kruisend. „Je merkt dat hij, omdat hij ook met Errol (zijn looptrainer) werkt, zoiets motorisch heel goed kan uitvoeren”, zegt Woerst. Het gevolg is dat hij meer tijd en ruimte heeft voor een actie, al leidt de pass die hij zaterdag vervolgens geeft richting aanvaller Lautaro Martinez tot niets.
Een ander voorbeeld is hoe hij ruimte maakt voor een voorzet, enkele minuten later. Zodra Inter de bal onderschept aan de linkerkant begint Dumfries op rechts al achteruit te dribbelen, richting de zijlijn. Telkens probeert hij „hij uit het gezichtsveld” van zijn tegenstanders te verdwijnen, zegt Woerst. Het gevolg is nu dat de afstand zo groot is, dat PSG-back Nuno Mendes te laat komt om de voorzet te blokkeren. Maar ook deze bal eindigt zonder gevaar.
Slordig
Het verschil met voorgaande rondes is dat Inter er zaterdag nauwelijks in slaagt Dumfries in positie te brengen. Zoals de ploeg ook amper toekomt aan de feilloze combinaties waarmee de ploeg van Inzaghi dit seizoen soms binnen een paar balcontacten het hele veld overstak. Dat heeft veel te maken met de verzengende druk die PSG speelt. Tegelijkertijd is Inter vaak slordig in de passing: regelmatig worden ballen op een kansrijke positie zomaar bij een tegenstander ingeleverd.
PSG daarentegen is net zo efficiënt en dreigend als anders. Dat leidt al snel tot het openingsdoelpunt, na elf minuten, als Vitinha ongestoord vanuit het middenveld kan opkomen. Met zijn pass vindt hij Désiré Doué, op papier rechtsbuiten, maar nu links op het veld opgedoken. Die heeft voor het doel teamgenoten voor het uitkiezen en gaat voor Achraf Hakimi: 1-0.
Ook de tweede treffer valt snel, uit een pass van Ousmane Dembélé achter de verdediging langs op Doué. Zijn schot kaatst via de flank van Inter-vleugelspeler Federico Dimarco in het doel. Dumfries klapt op dat moment nog fanatiek in zijn handen, in een poging zijn teamgenoten aan te sporen. Maar als Inter een klein halfuur later naar de kleedkamer loopt, hangen veel hoofden al omlaag.
Het lijkt een kwestie van tijd voor PSG nog eens scoort, zo vaak is de Franse ploeg gevaarlijk via zijn snelle voorhoede. Als dat doelpunt na een dik uur valt – opnieuw Doué – vertoont ook Dumfries de eerste sporen van ergernis. Hij neemt een teug uit een flesje drinken en slingert dat vervolgens gefrustreerd weg. Tien minuten later, na de 4-0 van Kvaratschelia, verstopt hij zijn hoofd in zijn shirt.
Het is een resultaat dat pijn doet, zegt Dumfries even later voor de camera’s. Maar hij en zijn ploeggenoten hebben het ook te accepteren: Inter slaagde er geen moment in om volgens het wedstrijdplan te spelen, dus een andere uitkomst zou onterecht zijn geweest. Na de 3-0 had hij al wel door dat het niet ging gebeuren. Dat het deze zaterdag opnieuw niet de finale van Denzel Dumfries ging worden, maar dat hij toeschouwer zou zijn van de eerste keer dat PSG de Champions League won.
Na een lezing van Rosita Steenbeek sta ik in de rij voor een krabbel in haar nieuwste boek. Voor mij is eerst ene Gert ‘streepje’ Jan aan de beurt, daarna een mevrouw die een apparaatje in leren hoes en gouden stift tevoorschijn haalt. „Ik heb al drie gesigneerde boeken van u”, zegt ze, „dus nu is mijn e-reader aan de beurt.”
Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]
In Polen telt elke stem écht. De Poolse presidentsverkiezingen zijn een ongekende nek-aan-nekrace gebleken. Zondagnacht was het stuivertje wisselen wie de nieuwe president zou worden van Polen. De liberale burgemeester van Warschau en partijlid van het centrum-liberale KO, Rafal Trzaskowski, riep even na het sluiten van de stembussen de overwinning al uit na een nipte voorsprong in de exitpoll. Maar twee uur later stond historicus Karol Nawrocki van de nationaal-conservatieve PiS-partij aan de leiding.
Het verschil tussen de twee kandidaten is nog geen procentpunt. Om 01.00 uur zondagnacht bleek uit een Late Poll – een combinatie van de exitpoll met al een groot aantal getelde stemmen – dat Nawrocki 51 procent van de stemmen zou krijgen tegenover 49 procent voor Trzaskowski.
Maar de uitslag kan nog alle kanten op gaan. De verwachting is dat de uiteindelijke winnaar mogelijk aan enkele tienduizenden stemmen extra genoeg heeft. Een kleine marge onder de meer dan twintig miljoen Polen die zondag naar de stembus zijn gegaan. Met een verwachte opkomst van de rond 72 procent is dat een record sinds de eerste vrije verkiezingen in Polen in 1990, toen vakbondsleider Lech Walesa de eerste president werd van Polen na de val van het communisme.
De definitieve resultaten zullen naar verwachting maandag bekend worden gemaakt. Trzaskowski deed vijf jaar geleden ook al mee aan de presidentsverkiezingen en verloop die nipt van Andrzej Duda – kandidaat voor PiS en nu aftredend president. Het verschil was toen zo’n 400.000 stemmen.
Rode kaart voor Tusk
Hoe dan ook is de uitslag een rode kaart voor de coalitie van premier Donald Tusk, die eind 2023 aan de macht kwam. Zijn regering wilde Polen snel hervormen nadat twee PiS-regeringen (2015-2023) de onafhankelijke rechtsstaat wisten te ontmantelen tot grote woede van Brussel. Bovendien beloofde Tusk het abortusverbod te versoepelen en kwam hij met 100 beloftes die zijn regering zou waarmaken in 100 dagen. Veel meer dan een tiental waargemaakte beloftes werden het niet.
Dat is niet alleen de schuld van de regering van Tusk, waarbinnen al snel onderlinge fricties ontstonden tussen de verschillende partijen. De grootste oorzaak van de politieke impasse in Polen is de aftredende president Andrzej Duda. Dankzij zijn vetorecht blokkeerde hij de meeste wetgeving van de regering.
Daar wilde Tusk met deze presidentsverkiezingen een einde aan maken. Trzaskowski beloofde dat hij de regering-Tusk zou steunen en hun hervormingen zal ondertekenen. Maar de kiezer liet zijn ongenoegen blijken en stemde in de eerste ronde, twee weken geleden, al met een nipte meerderheid op ultrarechtse presidentskandidaten. De verwachting is dat Nawrocki als president nog rigoureuzer dan zijn voorganger Duda wetgeving zal vetoën.
Bovendien zijn veel kiezers in Polen het duopolie in de politiek tussen het KO (eerder PO) van Tusk en PiS van partijleider Jaroslaw Kaczynski zat. Beide mannen richtten in 2001 hun partij op en sinds 2005 is een van de twee partijen aan de macht. Veel kiezers riepen tijdens deze campagne om een einde aan ‘POPiS’.
Dat duopolie leidde in Polen de afgelopen jaren tot enorme polarisatie. Er is verdeeldheid tussen grote steden en het platteland, tussen liberalen en conservatieven en tussen hoog- en laagopgeleiden. Iedere groep leest, luistert en kijkt naar zijn eigen mediakanalen en krijgt het onderling met elkaar aan de stok als het over politiek gaat. Zelfs tussen familieleden onderling is soms geen contact meer omdat ze het politiek niet met elkaar eens worden.
Nieuwe verkiezingen
Aan die polarisatie wist Tusk geen einde te maken. Sterker nog, de campagne van Trzaskowski maakte de afgelopen maanden een ruk naar rechts. Trzaskowski stond te boek als een lhbti-steunende burgemeester en niet-traditionele katholiek die in opspraak kwam omdat hij religieuze kruizen uit nieuwe overheidsgebouwen weerde. Om de rechtse kiezer tegemoet te komen was Trzaskowski kritisch over Oekraïners in Polen die niet werken, bleef hij vrijwel stil over lhbti- en vrouwenrechten en dronk hij bier met de ultrarechtse politicus Slawomir Mentzen. Daarmee verloor hij steun van veel linkse kiezers.
Nawrocki daarentegen was tot dit jaar voor het grote publiek een onbekende. De voormalig museumdirecteur werd tot ieders verbazing naar voren geschoven als kandidaat van PiS. De afgelopen weken kreeg hij vele aanvallen te verduren nadat verschillende media met onthullingen kwamen over zijn verleden. Zo deed de amateurbokser Nawrocki mee aan straatgevechten met hooligans, ontfutselde hij een huis van een gepensioneerde onder valse beloftes en introduceerde hij als beveiliger van een luxehotel sekswerkers bij hotelgasten.
Maar al die aanvallen maakten weinig indruk op zijn electoraat, zo blijkt uit de voorlopige verkiezingsuitslagen. Nawrocki zette zichzelf neer als een ‘gewone Pool’ die niet anders is dan zijn kiezers. Dat lijkt te hebben gewerkt in de verkiezingsstrijd met Trzaskowski, die werd bestempeld als elitair: afkomstig uit een jazzfamilie en koketterend met zijn kennis van vele talen.
Als maandag blijkt dat Nawrocki de komende vijf jaar inderdaad de president van Polen wordt, dan zal dat waarschijnlijk leiden tot een politieke crisis in Polen, waarbij nieuwe parlementsverkiezingen niet zijn uitgesloten. De verwachting is dat vooral het radicaal-rechtse Konfederacja daarvan zal profiteren.
Dat zal tot frustratie leiden in Brussel. Het afgelopen jaar gaf de Europese Commissie zo’n 100 miljard euro naar EU-gelden vrij, nadat deze waren bevroren onder de PiS-regeringen vanwege het afbreken van de onafhankelijke rechtsstaat. Die vrijgave was wellicht te voorbarig als nieuwe parlementsverkiezingen inderdaad volgen. Ook probeerde Tusk een leidende rol te spelen in het defensie- en Oekraïnebeleid van de EU en trok hij op met de leiders van Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië. Met de Oekraïne-kritische Nawrocki als president zal de rol van Tusk – en daarmee Polen – worden verzwakt.