N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
Presentatie rapport Gasenquête Tot op de dag van vandaag ondervindt Groningen problemen door de gaswinning. Nu is de vraag: gaat er iets veranderen?
Tranen op de voorste rij. Eindelijk dan toch erkenning voor het leed dat de Groningers is aangedaan. Zij wisten het. Dat geld jarenlang belangrijker was dan hun veiligheid en welzijn. Dat de belangen van de oliebedrijven NAM, Shell en ExxonMobil, belangrijker waren dan die van hen. En dat zij veel te lang – en nog steeds, tot op de dag van vandaag – niet genoeg erkenning kregen van de rest van Nederland. Maar nu staat dat zwart-op-wit in het rapport ‘Groningers boven Gas’ dat vrijdag werd gepresenteerd in boerderij De Diek’n in Zeerijp door de parlementaire enquêtecommissie die onderzoek deed naar de Groningse gaswinning.
Dat leidde tot tranen bij Albert Heidema, die bewoners bijstaat met zijn stichting Ons Laand ons Lu in Appingedam. „Je weet wat er komt. En toch zakt de moed je in de schoenen als je het hoort”, zegt Heidema. „Is het echt zo verschrikkelijk verrot wat er is gebeurd met Groningen en de Groningers zelf? Ja, dat is het. We zijn daadwerkelijk in de steek gelaten.”
Die erkenning heeft Heidema vrijdag gekregen in Zeerijp, waar voorzitter Tom van der Lee (GroenLinks) het rapport kort presenteerde. „Die woorden waren prima”, zegt Heidema. „Maar ze hadden ook niet anders gekund.”
De woorden ontroerden ook Susan Top, jarenlang secretaris bij het Groninger Gasberaad: „Het deed me wel wat, ja”, zegt ze. „Al die jaren werden de bewoners met wantrouwen bekeken, werden ze een leugenaar genoemd als ze hun zorgen uitten over de schade aan hun huis en als profiteur gezien als ze dat kregen waar ze recht op hadden. Het is nu duidelijk dat zij niet gek waren.”
Maar, zegt Heidema, „wat nu?”
Het rapport ligt er. De erkenning voor Groningers is er en volgens de commissie hebben de Staat en de oliebedrijven, heeft heel Nederland een „ereschuld” aan Groningen. Maar daarmee zijn de problemen voor duizenden gedupeerden nog niet opgelost. Bewonersorganisatie Groninger Bodem Beweging somde het vrijdagochtend in een advertentie in de landelijke dagbladen nog eens op: 12.000 Groningse gezinnen wachten op een veilig huis,19.000 huiseigenaren hebben onopgeloste schade aan hun pand en 55.000 Groningers ondervinden geestelijke en lichamelijke lasten van het jarenlange falende overheidsbeleid.
Op aftreden van staatssecretaris Hans Vijlbrief (Mijnbouw, D66) zit bijna niemand te wachten zeggen de aanwezige bewoners. Dat is nou net een bestuurder die wél opkomt voor de Groningers. De woede richt zich op premier Mark Rutte (VVD), die de afgelopen tien jaar aan het roer stond van de kabinetten die de belangen van de Groningers negeerden. Door hem voelen ze zich in de steek gelaten. Maar een aftredend kabinet? „Liever niet”, zegt Heidema. „Dan verlaat men het zinkende schip en zijn wij Groningers wéér een jaar verder.”
Nee, zegt Heidema, zorg ervoor dat er bestuurders komen die zeggen: „Ik ben er voor de Groningers en ik wil ze helpen.” Dat kan volgens Top radicaler dan met de aanbevelingen waar de enquêtecommissie nu mee komt. „Al die aanbevelingen kennen we, roepen wij hier al jaren, dat het makkelijker en menselijker moet”, zegt Top. „Maar waarom het niet radicaal willen oplossen? Waarom niet alle schades in het kerngebied van de aardbevingen toewijzen en uitbetalen, zonder dat er voor elke scheur bewijs moet komen of het door de gaswinning komt. Want dat gebeurt nu nog steeds.”
Nee, wat er nu moet gebeuren, is dat er snel wat verbetert voor de Groningers. „Laat het nou niet weer jaren duren voordat er wat verbeterd”, zegt Heidema. „Twee maanden. Dan moet er toch echt wat veranderen.”