Rutte en Schoof houden elkaar stevig vast in Brussel, ze hebben elkaar nodig

Voetbalbond KNVB wil de proflicentie van de Arnhemse voetbalclub Vitesse per ingang van het aankomend seizoen intrekken. Dat hebben de club en de bond vrijdag bekendgemaakt. Volgens de KNVB heeft de Arnhemse club niet aan onderlinge afspraken over de licentie voldaan. Zonder proflicentie kan Vitesse niet meer meedoen aan het betaald voetbal.

De club uit Arnhem kampt al langer met financiële problemen. De Amerikaanse zakenman Coley Parry, die eigenaar van Vitesse had moeten worden, werd vorig jaar afgewezen door de KNVB – die daarop de proflicentie van Vitesse wilde intrekken. De club had onder meer jaarstukken niet ingediend en documenten achtergehouden. Vitesse ging in beroep en kreeg in plaats daarvan strafpunten opgelegd. Door dat puntenverlies degradeerde Vitesse naar de Eerste Divisie.

Voor het behoud van de licentie moest Vitesse wel aan een aantal eisen van de bond voldoen. En dat is volgens de KNVB niet gebeurd. Zo zijn leden van de raad van commissarissen van Vitesse „op een cruciaal moment” ontslagen en toen niet vervangen. Ook richtte de club een onafhankelijke stichting op die risico’s op onder meer witwassen moest verkleinen. Maar volgens de voetbalbond kon deze stichting haar werk „niet deugdelijk” doen, zeker niet meer nadat zij halverwege het seizoen werd opgeheven.

Faillissement en overname

Begin dit jaar werd Vitesse overgenomen. Niet door Parry, maar door een groep investeerders, die de club willen redden van een faillissement. Op dat moment deed de club „stellige toezeggingen”, onder meer op het gebied van controle van de nieuwe eigenaren. Desalniettemin is de club doorgegaan met „het omzeilen en ontduiken van het licentiesysteem”, aldus de KNVB.

In een eerste reactie zegt de club: „Het voorgenomen besluit telt bijna veertig pagina’s. Vanzelfsprekend is intensieve bestudering en kritische reflectie noodzakelijk voordat de club inhoudelijk kan reageren.” Vitesse benadrukt dat het besluit van de KNVB nog niet definitief is, en dat de club in gesprek gaat met de bond.

Delen

Mail de redactie

Tien eerstejaarsleden van de Groningse studentenvereniging Vindicat hebben afgelopen weekend eerstegraads brandwonden opgelopen tijdens een dispuutsweekend. Dat bevestigt een woordvoerder van Vindicat vrijdag aan NRC, na berichtgeving van Dagblad van het Noorden.

Vindicat-voorzitter Wibe Kaak zegt dat het betreffende mannendispuut TYR niet langer welkom is op de sociëteit en dat de vereniging alle banden met het dispuut zal verbreken. „We keuren dit gedrag sterk af”, aldus Kaak. Of er aangifte wordt gedaan is niet duidelijk. De vereniging is een intern onderzoek gestart.

De eerstejaarsleden kwamen maandag terug van een uitje van het mannendispuut TYR. Woensdag meldden tien leden zich bij het bestuur van vereniging Vindicat met eerstegraads brandwonden. Een van hen had een brandwond in het gezicht. De woordvoerder kon niets zeggen over de ernst of de toedracht van de wonden.

Melding

Een woordvoerder van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) zegt dat de universiteit en de gemeente nauw contact hebben met Vindicat over het voorval. Volgens de RUG is het een „duidelijk signaal” dat de vereniging direct intern optreedt en een externe melding maakt.

De RUG, de gemeente Groningen en studentenverenigingen hebben duidelijke richtlijnen over gedragsregels afgesproken. Het komt regelmatig bij meerdere, ook niet-corporale, studentenverenigingen voor dat die regels overtreden worden en dat er incidenten plaatsvinden. Volgens de RUG handelt Vindicat nu volgens de afgesproken richtlijnen, aldus een woordvoerder. Of er verdere sancties komen voor de studentenvereniging is nog niet duidelijk; de RUG wacht het interne onderzoek van Vindicat af.

Delen

Mail de redactie

De organisator van het Eurovisie Songfestival, de European Broadcasting Union (EBU), gaat onderzoek doen naar de manier waarop bij de laatste editie van het festival, afgelopen zaterdag, stemmen zijn geworven. Dat blijkt uit een open brief van EBU-voorzitter Martin Green, die vrijdag op de website van het festival is gepubliceerd.

Leden van de EBU vroegen in de afgelopen dagen om onderzoek naar de stemming, waardoor Israël eindigde op de tweede plaats. Het land kreeg van meerdere vakjury’s van andere deelnemende landen geen punten, terwijl het van de stemmers van die landen de hoogste twaalf kreeg. Online voerde Israël campagne om stemmen te werven.

Het onderzoek zal zich richten op twee dingen, zegt Green: de promotie van acts door hun delegaties en of die de „natuurlijke mobilisatie van gemeenschappen en diaspora’s” niet „onevenredig beïnvloedt”, en eventueel misbruik van de regel die kijkers toestaat maximaal twintig keer per betaalmethode te stemmen. „Er is momenteel geen bewijs dat [die regel] een onevenredig effect heeft op het eindresultaat,” schrijft Green. „Maar de vraag is gesteld, dus we gaan het onderzoeken.”

De Vlaamse omroep VRT zei eerder dat de „toekomstige deelname” van België afhangt van „volledige transparantie” over het stemsysteem. Het Spaanse RTVE eist uitleg over de puntenverdeling, nadat Israël van het Spaanse publiek twaalf punten en van de Spaanse vakjury nul punten kreeg. Ook de omroepen van Ierland en Slovenië hebben de EBU om een gesprek gevraagd.

Ook Nederland wil met de EBU praten. Afgelopen dinsdag verklaarde de AVROTROS, de omroep die het Songfestival voor Nederland organiseert, een gesprek te willen omdat Israëlische deelname het „a-politieke en verbindende” karakter van het festival bedreigt.

„De politieke lading en inmenging zijn de afgelopen jaren geleidelijk toegenomen”, zei de AVROTROS eerder in reactie op aanvullende vragen aan NRC. „De grens ligt voor ons bij zichtbare overheidsinmenging en het ontbreken van een duidelijke reactie daarop. Als die elementen het publieke debat gaan domineren, komt de geloofwaardigheid van het Songfestival in het geding. Dat maakt een fundamenteel gesprek binnen de EBU noodzakelijk.”

Delen

Mail de redactie