Amsterdams theatergezelschap Orkater komt uit onzekere periode dankzij particuliere subsidie

De toekomst van het Amsterdamse muziektheatergezelschap Orkater lijkt voorlopig te zijn gered dankzij de toekenning van een particuliere cultuursubsidie. Het gaat om een totaalbedrag van 3,6 miljoen euro afkomstig van de Hartwig Foundation. Dat budget wordt uitgesmeerd over een periode van vier jaar. Dat heeft Orkater donderdag bekendgemaakt in een persbericht.

In september vorig jaar werd bekend dat het Amsterdamse theatergezelschap buiten de boot viel bij de verdeling van subsidies van het Fonds Podiumkunsten. Volgens het fonds leverde Orkater een „beperkte bijdrage aan de geografische spreiding van de Nederlandse podiumkunsten”, terwijl directeur Wieke ten Cate beklemtoonde dat 90 procent van de bezoekers van buiten Amsterdam komt.

De boodschap van het Fonds Podiumkunsten kwam hard aan bij Orkater, des te meer omdat het theatergezelschap een positief advies ontving maar onvoldoende punten haalde om geld te krijgen.

Het wegvallen van de subsidiepot zorgde voor grote onzekerheid bij Orkater – de bijdrage van het Fonds Podiumkunsten dekt een grote deel van de begroting. Voor talentontwikkeling kreeg het podiumgezelschap financiële steun van de gemeente Amsterdam en de rijksoverheid, maar grote projecten, die ook het meeste opleveren, werden met geld van het Fonds Podiumkunsten bekostigd. De vrees bestond dat veel projecten niet door konden gaan en dat er banen zouden verdwijnen.

Donderdag meldt Orkater dat de particuliere subsidie van de Hartwig Foundation „van onschatbare waarde is”. „Het biedt Orkater na een onzeker jaar een solide basis om nieuw, vooruitstrevend muziektheater te blijven maken.”


Lees ook

Verbazing en woede over de subsidietoekenning van het Fonds Podiumkunsten: ‘De kwaliteit van je werk telt niet mee. Hoe kan dat?’

Actievoerders bij de opening van het  theaterseizoen. Met microfoon Lisa Verbelen, BOG. Links van haar Matijs Jansen, Wunderbaum, links van hem Vincent Rietveld, De Warme Winkel. Foto Nichon Glerum