De Hongaarse regering haalt in een brief, die nog niet openbaar is gemaakt, fel uit naar de Tweede Kamer. Onderminister van EU-zaken Barna Pál Szigmond, lid van Viktor Orbáns partij Fidesz, schrijft dat de Vaste Kamercommissie Europese Zaken probeert om „invloed uit te oefenen op de interne zaken van een soeverein land” en noemt dat „volstrekt ondemocratisch en illegaal”.
Hij reageert daarmee op de brief die BBB-fractievoorzitter Caroline van der Plas, voorzitter van de commissie Europese Zaken, op 24 maart had geschreven aan zijn minister. In die brief, een idee van Volt, had ze namens de commissie haar „diepste zorgen” geuit over de Hongaarse wet die de Pride van 28 juni in Boedapest onmogelijk maakt, en die wet „ten strengste veroordeeld”. Ze vroeg de minister om de wet in te trekken en „zeker te stellen dat de rechten van de lhbtqi-gemeenschap in Hongarije worden gerespecteerd en beschermd”. Door de wet wordt ‘het recht op vrijheid van vergadering’ ondergeschikt gemaakt aan ‘de bescherming van kinderen’, waardoor evenementen als de Pride kunnen worden verboden.
Lees ook
Kamercommissie stuurt brief aan Orbán: herroep wetgeving die Pride-mars verbiedt
Bemoeizucht
Onderminister Szigmond noemt ook de toon waarop Van der Plas om het intrekken van de wet had gevraagd „omstreden”: het was volgens hem alsof zíj de Hongaren wil „adviseren hoe ze moeten leven”. Hij verwijt Van der Plas ook dat zij eind maart niet was meegekomen met een werkbezoek van de Kamercommissie aan Boedapest. Want dan had ze volgens hem „de situatie uit eerste hand” kunnen „observeren”.
Van der Plas was in die tijd verhinderd door werk in Den Haag en in haar plaats had Tweede Kamerlid Thom van Campen van de VVD het werkbezoek geleid. Op de dag dat de commissie aankwam in Boedapest had de Tweede Kamer net met een grote meerderheid een motie aangenomen om Hongarije onder druk te zetten. Als dat land niet zou stoppen met het schenden van de rechtsstaat, stond erin, moest het kabinet-Schoof in Brussel aandringen op minder Europees geld voor Hongarije.
Szigmond noemt ook de toon waarop Van der Plas om het intrekken van de wet vroeg ‘omstreden’
Van Campen vertelde later in NRC dat de motie hard was aangekomen en werd gezien als onaanvaardbare bemoeizucht. De Tweede Kamerleden waren koel ontvangen. De onderminister die nu zegt dat Van der Plas mee had moeten komen, had toen zijn afspraak met de Kamerleden afgezegd. In Boedapest hadden de Kamerleden een gesprek gehad met lhbtqi+-organisaties, volgens Van Campen worden zij „geïntimideerd en vernederd” en hebben vooral trans mensen het moeilijk.
Over de brief van Szigmond zegt Van Campen nu: „Wij hebben kennelijk een gevoelige snaar geraakt en dat is heel goed. Ze hebben overduidelijk geregistreerd dat de Tweede Kamer geen genoegen neemt met de manier waarop in Hongarije de rechtsstaat op heel veel punten wordt geschonden. Denk aan de corruptie en aan de bescherming van minderheden.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data131035622-ca0371.jpg|https://images.nrc.nl/9Nu-v8uwIUZVnz_iA7ytdsR1qk4=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data131035622-ca0371.jpg|https://images.nrc.nl/lnHrDG8o8lJ3TZGYjH_ATuFfoqU=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data131035622-ca0371.jpg)
Foto Bernadett Szabo/Reuters
‘Gekkigheid’
Van Campen noemt het „bizar” dat Van der Plas, die hij „onze voorzitter” noemt, zo persoonlijk wordt aangesproken. Szigmond noemt haar in zijn brief „inconsistent” omdat ze volgens hem zelf eerder „trans, queer, interseksuele en aseksuele” mensen op sociale media „crazy” had genoemd.
Hij lijkt daarmee te verwijzen naar een optreden van Van der Plas in de Tweede Kamer, vorig jaar zomer, waarin ze had uitgehaald naar seksuele voorlichting die volgens haar „heel expliciet” werd gegeven aan „vijf- of zesjarigen”. Dat noemde ze „gekkigheid”. Ze had het toen ook over „de hele letterbak” waarvan zij zelf, zei ze, niet elke letter kon thuisbrengen. Ze kreeg er felle kritiek op, waar zijzelf ook weer fel op reageerde. Ze zei dat ze „niet homofoob” was, volgens haar wilden mensen „wat hun geaardheid ook is en wie ze ook zijn, zélf ook niet graag een letter zijn”.
De brief van de Hongaarse onderminister wordt komende woensdag besproken in een vergadering van de Kamercommissie Europese Zaken. Van der Plas zegt dat ze er tot die tijd inhoudelijk niet op kan reageren. Ze noemt het wel „opmerkelijk” dat de brief zo persoonlijk over haar gaat. „Dat hebben wij als commissie nog nooit eerder meegemaakt.”
Lees ook
Omstreden grondwetswijziging in Hongarije aangenomen, overheid mag lhbti-evenementen verbieden
